Zeesleepvaart Maassluis
Poolzee met de tinbaggermolen Kalmoa naar Billiton van 27 februari t/m 31 oktober 1947
Na de Tweede Wereldoorlog bestelde de Billiton Maatschappij acht tinbaggermolens. Hiervan werden er zes in Nederland gebouwd. De tinbaggermolens hadden een lengte van 96 meter en een breedte van 28 meter. De eerste tinbaggermolen de “Kalmoa” was gebouwd door de werf van J.& K. Smit te Kinderdijk. Begin 1947 te weten op 27 februari vertrok voornoemde tinbaggermolen, met runnerkapitein Willem Pop aan boord, via de Nieuwe Waterweg.
Het eerste stuk op de rivier van Kinderdijk tot Schiedam werd de “Kalmoa” door vier havensleepboten gesleept. Daarna werd de tinbaggermolen overgenomen en vastgemaakt door de “Witte Zee” met kapitein A. Slijp en de “Schelde”.met kapitein J. Penning. De sleepboot “Blankenburg” voer mee ter begeleiding en had de werfdirectie alsmede de directie van de Billitonmaatschappij aan boord. Onderweg op de rivier droeg de werfdirectie de tinbaggermolen over aan de Billitonmaatschappij.
Het was de bedoeling dat onderweg de “Ganges” met kapitein C. Kalkman de “Witte Zee” zou vervangen.. De “Schelde zou de reis tot Gibraltar meemaken, waarna de “Ganges” de reis alleen met de “Kalmoa” zou voortzetten.
Tinbagger molen Kalmoa gesleept door de Schelde en de Witte Zee
Runners aan boord van de Kalmoa.
Runnerkapitein W. Pop 2e van rechts
Runners op de Kalmoa
Uit IJmuiden vertrok op 3 maart 1947 nog een tinbaggermolen, n.l. de “Dendang”. Deze werd gesleept door de sleepboten “Tyne” en “Witte Zee”. De sleepboot “Witte Zee” werd na één dag afgelost bij de “Kalmoa”. De winter van begin 1947 was een zeer strenge winter met veel ijsgang in het Noordzeekanaal en het koste dan ook veel moeite en vele uren om met de tinbaggermolen IJmuiden te bereiken. Twee dagen later verliet een derde baggermolen de “Menoembing” de Nieuwe Waterweg achter de zeesleper “Thames”
Het begin van al voornoemde reizen waren zeer onfortuinlijk. In de Golf van Biskaje trof de “Kalmoa” zulk slecht weer dat op 9 maart de tros van de “Ganges” brak en ze door de “Ganges” en de “Schelde” moest worden teruggesleept naar Falmouth. De “Thames” met de “Menoembing” moest eveneens terugkeren tengevolge van lekkage aan de molen. Alleen de “Dendang” met de “Tyne” en “Witte Zee” bevonden zich nog op zee. Zij moesten echter, gedwongen door het slechte weer, bijna de gehele maand maart in de Golf van Biskaje op en neer varen om te voorkomen dat zij hun logge sleep zouden verspelen.
Na reparatie van de “Kalmoa” in Engeland vertrok men opnieuw maar ook ditmaal kwam men in stormachtig weer terecht en braken de trossen. Het kostte de grootste moeite om bij dit bijzonder slechte weer opnieuw een sleepverbinding tot stand te brengen.
Na deze ervaring besloot L. Smit & Co. de “Kalmoa” met de sleepboten “Ganges” en “Schelde”, na hun vertrek uit Falmouth naar Rotterdam terug te roepen. De schade die de “Kalmoa” had opgelopen diende eerst te op de werf in Kinderdijk te worden hersteld. De geplande reis van 9000 mijl voortzetten zou onverantwoord zijn geweest. Op 13 april was het transport weer terug in Rotterdam. De oudere stoomsleepboten die ketels hadden die nog met kolen werden gestookt, bleken minder geschikt dan de nieuwere motorsleepboten, die een veel grotere actieradius bezaten.
Op 5 augustus 1947 verlieten de “Poolzee” met kapitein Engels en de “Hudson” met kapitein Slijp met de gerepareerde “Kalmoa” op sleeptouw voor de tweede keer de Nieuwe Waterweg . Ditmaal was Willem Pop stuurman op de “Poolzee”. De “Hudson” sleepte mee tot Aden en de rest van het traject sleepte alleen de “Poolzee”. Na 87 dagen, t.w. op 31 oktober bereikte de zeesleper “Poolzee” met zijn sleep, de tinbaggermolen “Kalmoa”, Manggar op Billiton in het toenmalige Nederlandsch-Indië.
Als dank en als herinnering kregen de bemanningleden van beide sleepboten na afloop van de sleepreis met de tinbaggermolen “Kalmoa” een ronde tinnen sigarettendoos van de Billiton Maatschappij.
Op onderstaande foto zien we de aankomst van de sleep te Port Said, Egypte. Tussen de sleepboot en de molen kan men nog juist het standbeeld zien van de ontwerper van het Suezkanaal, de grote Ferdinand de Lesseps. Dit beeld is in 1956 toen het kanaal in Egyptische handen overging vernield.
Aankomst van de Poolzee met de Kalmoa te Port Said
Passagieren te Port Said 1947
(l) stuurman W. Pop, (m) kapitein Engels en (r) kapitein Janus Smit