8 april 2017
Pasen nadert, en dat betekent dat Tiny zoals elk jaar volop aan het trainen is voor de Kennedymars. Niet dus, zoals altijd ziet ze wel hoe ver ze komt. Slechts één keer haalde ze de eindstreep niet, dat was in het begin van de 80’er jaren van de vorige eeuw toen we een bevlieging hadden en met een klein groepje familieleden en bekenden startten aan de tocht van 80 kilometer. Jack was destijds de enige die de tocht uitliep. Maar Tiny heeft dat inmiddels ruimschoots goed gemaakt!
We hebben vandaag tijd genoeg, geen afspraken, niets op de planning. We beginnen bij het station in Heeze en gaan meteen rechtsaf. Aan onze rechterzijde zien we de lokale sportvelden. Verderop gaan we naar links en steken bij een kapel een drukke straat over. We lopen in de Nicasiusstraat.
De Hl. Nicasius, geboren in Heeze, was één van de martelaren van Gorcum. Via de Boschlaan komen we in het buitengebied. Rechts van ons zien we het kasteel van Heeze, dat wegens een renovatie grotendeels ingepakt is met plastic zeilen. Jammer. Het is een imposant gebouw, met torens die eigenlijk een beetje te klein zijn, althans naar de mening van Jack.
Achter het kasteel ligt een kunstmatig aangelegd heuveltje, met een toegangspoort cq deur. Dit blijkt de voormalige ijskelder van het kasteel te zijn. Deze ijskelder werd in het eerste decennium van de vorige eeuw gebouwd. Het is een gemetseld bouwwerk. Nadat de ijskelder niet meer werd gebruikt voor de opslag van ijs raakte hij in verval. Na herstelwerkzaamheden in de 80'er jaren dient het bouwwerk nu als winterverblijf voor vleermuizen.
Vanuit deze plek kunnen we nog een glimp opvangen van de achterzijde van het kasteel.
We gaan naar links en komen in de Herbertusbossen. Dit is een oud bos dat bestaat uit diverse soorten loofbomen en enkele naaldbomen. Het is genoemd naar een van heren van de Heerlijkheid Heeze, Leende en Zesgehuchten. Al wandelend merkt Tiny op dat dit bos inderdaad anders is dan de traditionele bossen zoals wij die in Nederland kennen. Hoge bomen, en vaak ook grillig van vorm. Je waant je soms in een film zoals “In de ban van de Ring”.
Één boom heeft de contouren van een gezicht, een bijzondere kronkeling van de natuur. We komen aan de rand van het bos en zien dan rechts van ons een grote open vlakte. Dit is de Strabrechtse Heide, een natuurgebied van meer dan 1500 ha. We gaan naar rechts over een fietspad naast een zandpad. Links en rechts van ons zien we alleen maar heide met in de verte bossen.
Het gebied is eigendom van Staatsbosbeheer. Het is ook toegankelijk voor ruiters, zo merken we.
We worden ingehaald door enkele amazones op hun dravende paarden. Bij het Waschven houden we een korte eetpauze. Daarna gaan we weer verder over een pad waarop het aangenaam lopen is. We maken een flauwe bocht naar rechts en zien enkele grazers. Verderop komen we in een bospassage. We zien dat er veel bomen gekapt worden, er liggen immense stapels stammen in de verte. Op een boom hangt een vermelding dat er veel gekapt wordt als gevolg van een grote hagelbui die vorig jaar veel bomen schade toebracht. Het zal wel, we kunnen er niet over oordelen, maar vinden het gewoon jammer. We worden ingehaald door een paar fietsers, maar even later staan dezelfde fietsers stil bij een informatiepaneel. Wij lopen verder en zien 100 mtr. verder een klein pad dat naar rechts in de richting van een groot ven loopt. Volgens Jack kon hier wel eens een vogelkijkhut liggen.
We volgen het pad en via een knuppelpad komen wij de hut die “Laot ut zo” heet. We gaan naar binnen en zien een bank en meerdere luiken die geopend kunnen worden. We krijgen een mooi uitzicht over het Beuven, het grootste ven van Nederland. Maar vogels zijn er niet veel, misschien is het nog te vroeg in het jaar.
We gaan terug naar het pad en maken nog even een praatje met één van de fietssters die we passeerden, om vervolgens weer verder te lopen. We passeren aan onze rechterhand nog enkele vennen en lopen dan een bos in. In het bos maken we een boog naar rechts om uit te komen op een knuppelbrug die over een moerasachtig gebied loopt. Aan de overzijde volgen we een bosrand. Vóór een klaphek gaan we naar links en dan worden we een beetje zenuwachtig: er lopen enkele Schotse Hooglanders.
Ze zijn gemoedelijk aan het grazen, maar hun scherpe horens zien er angstaanjagend uit. Ze bevinden zich zo’n 10 mtr van het pad waarover wij lopen. Gelukkig blijven de dieren rustig en kunnen wij ze veilig passeren.
Via een klaphek verlaten wij dit gebied, steken een verharde weg over en betreden de Somerense Heide. We komen op een licht drassig pad dat eindigt bij een picknickveld dat aan onze linker kant ligt. Hier gaan we naar rechts om vervolgens weer naar links te gaan. We lopen nu in een bos met leuke kronkelende paadjes.
Veel groene bomen en struiken. Een heel andere omgeving. De paadjes brengen ons naar enkele vennen die midden in het bos liggen. Onderweg passeren we aan de rand van het bos nog een golfterrein. De sporters ( of hun hulpjes) zijn druk in de weer met hun karretjes. Bij de vennen aangekomen zien we dat het er behoorlijk druk is. We lopen langs de meertjes en via een bospad komen we even later bij een klein afgelegen ven in het bos.
Dit ven ligt idyllisch in een stil gebied. We houden hier weer een korte eetpauze en genieten van het uitzicht. Dan gaan we weer verder over een lang pad dat uitkomt bij een akkergebied. Bij de akkers zien we een boer die bezig is met verzinkte betonmatten. We maken een praatje met hem. Hij wil een afscherming maken om te voorkomen dat de wilde zwijnen zijn akker omwoelen en zijn oogst bederven. Hij heeft een grote akker waar hij suikerbieten wil zetten. Ja, daar lusten die zwijnen wel pap van. Maar het is een hele klus.
We wensen de boer veel succes en gaan verder. Via een hobbelpad, dat meer geschikt is voor mountainbikers dan wandelaars, komen we bij een heidegebied midden in het bos.
Mooi, hier staan zelfs heideplantjes al vroeg in de bloei. Vervolgens gaat weer verder door een bos over een langgerekt zandpad, wat niet prettig loopt. De zand is rul, het lopen zwaar. De route eindigt op de Koenraadtweg nabij Maarheeze. Van hier uit moeten we terug lopen naar het station waar de auto staat, en dit is nog een half uur. Met de trein was het vanochtend 7 minuten reizen van Maarheeze naar Heeze. Te voet terug was ruim 7 uur. Maar wel door een prachtig natuurgebied bij uitstekende weersomstandigheden.
Meer foto's:
Lees verder Maarheeze - Altweerderheide