Een biografische notitie door Claas J. Bleeker en Daniël Mok
Albert Schweitzer werd op 14 januari 1875 geboren in Kaysersberg in de Boven-Elzas. Zijn vader werd enkele weken na zijn geboorte dominee in Günsbach in het Münsterdal waar Albert zijn jeugd doorbracht.
Al op jonge leeftijd ontpopte hij zich als een begaafd organist. Hij bezocht het gymnasium in Mülhausen en kwam in 1893 als student te Straatsburg aan, waar hij de colleges in de theologische en de filosofische faculteit volgde. Ondertussen was hij door de vrijgevigheid van een oom in staat gesteld voor korte tijd orgellessen te volgen bij de beroemde organist Widor in Parijs.
Tijdens het vervullen van zijn militaire dienst wekte de kritische lectuur van bepaalde passages uit zijn Griekse Nieuwe Testament, dat hij in de ransel had meegenomen, de eerste twijfel aan de juistheid van de gangbare theorieën over het ontstaan van de evangeliën. Zijn denkbeelden werkte hij uit in de scriptie die hij bij zijn eerste theologische examen in 1897 moest overleggen. Daarna studeerde hij filosofie aan de Sorbonne in Parijs. In 1899 promoveerde hij tot doctor in de wijsbegeerte op een dissertatie over de godsdienstwijsbegeerte van Kant. Een aanbod om privaatdocent in de wijsbegeerte te worden wees hij van de hand, omdat het hem een innerlijke behoefte was het evangelie te verkondigen. Hij hervatte zijn theologische studie, terwijl hij dienst deed als hulppredikant van de St. Nicolalkerk. In 1900 behaalde hij de doctorsgraad in de theologie op een proefschrift over het avondmaal.
In 1902 vestigde hij als privaatdocent en spoedig daarna hield hij zijn inaugurele rede als hoogleraar. In de drie volgende jaren verschenen zowel zijn beroemde werk de geschiedenis van het onderzoek naar het levan Jezus als studies over Bach en over de orgelbouw.
Op 13 oktober 1905 wierp hij in Parijs brieven in de bus om zijn ouders en zijn beste kennissen te vertellen dat hij medicijnen ging studeren. Dit plan had hij reeds geruime tijd in gedachte. Hij leed onder de schrijnende tegenstelling tussen zijn eigen rijke en gelukkig leven en het leed dat zoveel mensen moesten dragen.
Toen hij op een stralende morgen in de pinkstervakantie 1896 ontwaakte, overviel hem de gedachte dat hij het hem geschonken geluk niet als een vanzelfsprekend bezit voor zich zelf mocht houden maar dat hij verplicht was er iets van aan anderen te schenken, overeenkomstig de prediking van Jezus, zoals deze o.a. doorklinkt in de gelijkenissen van de barmhartige Samaritaan en van de rijke man en de arme Lazarus. Dus meende hij slechts tot zijn 30ste jaar te mogen leven voor wetenschap en kunst en nam hij het besluit zich vervolgens geheel te wijden aan humanitaire hulpverlening. Aanvankelijk wist hij niet welk soort werk hij zou kiezen. Een artikel in het blad van het Parijse zendingsgenootschap over de noden van de zending in de Kongo maakte aan deze onzekerheid een einde. Hij besloot zich te bekwamen tot zendingsarts in Afrika. Daartoe studeerde hij 1905-'12 medicijnen. Ook in deze faculteit verwierf hij de doctorsgraad en wel op een studie over de medisch-psychiatrische beoordeling van Jezus. In 1912 trouwde hij met Helene Breslau.
Na enige moeite kreeg hij van het Parijse zendingsgenootschap gedaan, dat hij op eigen kosten op de grond van het genootschap in Gabon een medische hulppost mocht inrichten in de buurt van Lambarene aan de rivier de Ogowe. Zijn eerste verblijf in de Kongo duurde van 1913 tot 1917. In deze jaren werd de basis gelegd voor de nederzetting waar de lijders aan allerlei tropische kwalen in de loop der jaren verpleging en genezing hebben gevonden. Tijdens zijn eerste verblijf in Europa schreef Schweitzer enkele nieuwe boeken, o.a. van cultuurfilosofisthe aard en verzamelde hij geld voor zijn medische werk in Lambarene met orgelconcerten in verschillende landen. Van 1924-1927 was hij voor de tweede keer werkzaam in Afrika. Daarna heeft hij zijn medische arbeid met onuitputtelijke energie voortgezet gedurende langere of kortere perioden, die afgewisseld werden met een verblijf in Europa voor ontspanning, het schrijven van nieuwe boeken en het afhandelen van de zakelijke, technische en financiële problemen die aan zijn onderneming verbonden waren. Het langste verblijf in Lambarene was tijdens de tweede wereldoorlog.
Een tijd lang scheen Schweitzer geheel vergeten te zijn. Na de tweede wereldoorlog leefden de belangstelling en de bewondering voor hem en zijn werk opnieuw sterk op. Zo werd hij in 1949 uitgenodigd om in Amerika op een Goethe-herdenking een rede te houden. Toch is hij niet aan kritiek ontkomen: van sommige zijden werd zijn medische zendingswerk bekritiseerd omdat de inrichting van zijn ziekenhuis verouderd was. Schweitzer zette echter zijn arbeid gewoon door in de overtuiging dat zijn medische methoden pasten in de eenvoudige omstandigheden waarin hij moest werken. En hij vond nog de kracht om met klem te waarschuwen tegen het gevaar van de atoombewapening.
0p zaterdag 4 september 1965, een half uur voor middernacht, werd hij na een kort ziekbed, zonder veel lijden, door de dood weggenomen. Nadat hij de voorafgaande dagen nog veel gasten had ontvangen, voelde hij zich op 23 augustus vermoeider dan anders. Hij merkte dat zijn krachten snel afnamen en liet zich de volgende dagen per jeep over het terrein van het ziekenhuis rijden, waarbij hij alle gebouwen bedachtzaam in zich opnam, alsof hij ze voor het laatst zag.
Op zaterdag 28 augustus ging hij na het ontbijt op zijn bed liggen en stond niet meer op. Zijn dood werd door de tamtam snel aan de hele bevolking van Gabon bekendgemaakt, zodat de volgende dag bij zijn begrafenis honderden hooggeplaatsten en eenvoudigen aanwezig waren om hem uitgeleide te doen. De protestantse zending en de Rooms-Katholieke missie waren vertegenwoordigd, evenals Europese vrienden die tijdig waren overgekomen. Zijn graf is naast dat van zijn vrouw op het grondgebied van het ziekendorp, zoals hij dat zelf gewenst heeft.
Albert Schweitzer, de dornineeszoon van de Elzas, de weldoener van Gabon, de mensenvriend is heengegaan. Het is even of de wereld armer is geworden. Maar hij zal tot velen ook na zijn dood blijven spreken en zijn lichtend voorbeeld zal nog in verre toekomst mensen bezielen.