Het verdwenen land

In 1974 werd, tijdens de verbredingswerken aan het kanaal, de souterrain in Moen definitief buiten werking gesteld. Net voor de afbraak was er belangstelling ontstaan voor dit bijzondere bouwwerk en zakte de wereldpers af naar de streek. Teneinde de werken niet verder te hinderen door rondlopende fotografen en reporters werd zelfs een internationale persconferentie georganiseerd, die zeer druk bijgewoond werd. In de huidige tijdsgeest, nu 40 jaar later, zou de tunnel allicht bewaard zijn gebleven en gerestaureerd. De belangstelling voor bouwkundig erfgoed was hier toen blijkbaar nog te klein en ook van toerisme was in deze streek nog geen sprake. 

Samen met het verdwijnen van de tunnel verdween ook het begrip 'de souterrain', wat in deze streek synoniem was voor een bijna mythische plek aan de vaart tussen Zwevegem-Knokke en Moen. Heel veel mensen hebben in hun kindertijd kennis gemaakt met deze ietwat mysterieuze locatie. Het was een omgeving van avontuur, spanning, wildernis, ravotten, klimmen en springen en kattekwaad uithalen. Eenmaal iets ouder, verscheen er bij het horen van het woord 'souterrain' meestal een glimlach op het gezicht. Het was namelijk ook een pleisterplaats waar jonge koppeltjes zich konden terugtrekken, zowel in de tunnel als in de beboste omgeving. Velen waren zelfs bereid om, meestal op zondag of tijdens de vakantie, een flink aantal kilometers te fietsen om hier eens langs te komen. Waaghalzen fietsten over het hobbelige pad en langs de gammele leuning door de donkere tunnel. Tientallen mensen hebben in dat unieke kader dan ook eens geposeerd voor een fotootje.

Alvorens het gewelf van de tunnel kwam bloot te liggen, was eerst een heuvel weggegraven. Al deze grond, hoofdzakelijk klei, werd 10 meter hoog gestort op een nabijgelegen terrein, het huidige Orveytbos. Samen met de uitgraving voor de nieuwe vaargeul zou de aannemer in totaal 2.300.000m³ grond verplaatst hebben. Het bakstenen gewelf heeft tijdens de werken zeer lang stand gehouden, pas nadat de tunnel aan de zijkanten kwam bloot te liggen en de zijdelingse druk verdween is hij onder zijn eigen gewicht ingestort. 

Toen deze spectaculaire werken af waren en het lawaai van de machines en vrachtwagens verstomd was viel er een beklemmende stilte over het gebied. Het landschap was totaal veranderd en het duurde jaren alvorens er natuurlijke begroeiing verscheen op de kale kleigronden. Zo'n 50 hectaren grondgebied van Moen waren verdwenen, omgewoeld of gewijzigd van uitzicht. Samen met het weggraven van de berg was ook alles bovenop verdwenen. Er waren huizen afgebroken waar families generaties lang hadden gewoond, het kapelletje van O.L.V. van de Souterrain dat jaarlijks veel bedevaarders lokte was gesloopt. De spoorweg waar zoveel treinen hadden overgedenderd was opgebroken samen met  de onbewaakte overweg. De onbewaakte overweg die bij verraderlijke mist slachtoffers had gemaakt zowel bij mensen als bij trekpaarden. Op die plek had men zoals in de rest van Moen honderden jaren geploegd, gezaaid en geoogst. Koeien hadden er gegraasd, melk geproduceerd en naar voorbijgaande mensen en treinen staan staren. Een volledige boerderij was verdwenen om plaats te maken voor het storten van de afgegraven grond. Generaties jagers en vooral stropers of 'pensejagers' hadden hier rondgelopen en geschuild in grachten en houtkanten in de hoop een haas of fazant te verschalken. Wat misschien nog moeilijkst te verteren viel, waren al die herinneringen die nu zouden wegebben. 

Vast ankerpunt in deze omgeving was ongetwijfeld het café 'de Souterrain', dat net buiten de werfzone stond en daardoor gelukkig bleef bestaan. Het was een landelijk café, bekend om zijn hanegevechten of hanekampen. Dit was een volkse vrijetijdsbesteding die ooit zeer populair was in deze streek en die  zich wegens een wettelijk verbod verplaatst heeft richting Franse grens. Zeer populair bij het jonge volkje waren de bals die hier in een aanpalend zaaltje doorgingen op zondagnamiddag. Een lokaal orkestje of een accordeonist speelden ten dans en de aanwezigheid van de echte souterrain versterkte alleen maar de aantrekkingskracht van dit uitgaansoord. Vast schouwspel waren ook de ketsers die de schepen trokken en met hun paard niet door de tunnel stapten. Ze trokken de heuvel over en namen vaak de gelegenheid te baat om een pint te pakken, de paarden vastgemaakt aan een ring in de gevel van het café. 

Tijd heelt vele wonden en dit geldt ook voor dit gebied. De natuur heeft ondertussen haar werk gedaan en heeft van het gebied een uniek en aantrekkelijke oord gemaakt mede dankzij het werk van de vele vrijwilligers die hier aan natuurbeheer doen. De omgeving is geliefd bij natuurliefhebbers, wandelaars en fietsers. Het bekende café heeft daar nog jaren op ingespeeld maar is nu jammer genoeg gesloten. Als men nu nog een oplossing kan vinden voor de talrijke zware vrachtwagens die hier dagelijks passeren dan wordt het na al die jaren weer de aantrekkelijkste plek in de streek. Hierbij toch een oproep om het verleden van deze plek niet te vergeten en allerlei getuigenissen, verhalen en foto's te helpen verzamelen voor de volgende generaties.

Geert Callens