De velodroom van Moen

Tot aan de periode van de verbredingswerken aan de vaart kon men in Moen, ter hoogte van de Sint-Denijsbrug, in de richting van de kerk een weide zien liggen met een zeer eigenaardig profiel. Wie niet vertrouwd was met de lokale geschiedenis kon blijven raden wat de oorsprong van dit mysterieus verschijnsel was. In de jaren 1948-1949 had een legertje vrijwilligers van de plaatselijke wielerclub hier een wielerpiste aangelegd. Die velodroom heeft 5 jaar bestaan en werd daarna weer overgeleverd aan de natuurelementen en de tand des tijds. Een deel van de weide werd onteigend en verdween door het nieuwe kanaal, het andere deel werd bebouwd. 

Voor de opbouw van die piste had men tientallen treinbiels rechtop geplaatst en vervolgens tonnen aarde van her en der aangevoerd. Die aarde werd in hellingen gelegd en voortdurend aangerold. De aarde moest bovendien van prima kwaliteit zijn want er mocht geen enkel steentje naar boven komen. De 'aardepiste' vroeg enorm veel onderhoud. Er groeide onkruid op de baan en buiten de twee wielerkoersen, gewoonlijk in april en juli, werd de weide begraasd door koeien die het gras kort hielden maar ook hun sporen nalieten. Tijdens de wedstrijddagen hoopte men enerzijds op het uitblijven van ferme plensbuien maar anderzijds was er bij droog weer een probleem van opvliegend stof. Tussen de wedstrijdnummers door was men dan ook voortdurend in de weer om de piste met mankracht en primitieve toestellen te besproeien of vlak te rollen. De inkomsten moesten komen van de dranktent en de entreegelden. Om die te vrijwaren bouwde men telkens een omheining met jutedoeken rond de velodroom om het gratis meegenieten te beletten en de dorstigen zoveel mogelijk binnen te houden. Tijdens de hoogdagen van de Moense velodroom telde men wel 4 à 500 bezoekers. Toch stevende men af op een financieel debacle omdat men alsmaar duurdere vedetten moest kopen. 

De lokale renner Julo Depraetere was de koning van de Moense wielerbaan. Verder passeerden zowat alle bekende renners uit die periode, zowel beroepsrenners als liefhebbers, de revue en zelfs internationaal bekende pisterenners werden naar Moen gehaald. Het wielrennen was in die periode enorm populair en het verhaal van de Moense velodroom kan je niet los zien van de dynamiek die uitging van de plaatselijke wielerclub. Naast de pistewedstrijden heeft de wielerclub, van bij zijn ontstaan in 1924, heel wat koersen georganiseerd. Aanvankelijk noemde de club 'de Pol Demanvrienden'. Pol Deman was de eerste winnaar van de Ronde van Vlaanderen, woonde in Outrijve maar werkte en speelde muziek in Moen waardoor hij er veel supporters had. 

Marcel Deconinck, van 1964 tot 1988 secretaris van wielerclub SV Moen, schreef een Mulnis - Cahier met als titel 'Het rijke wielerleven van Moen'. Die brochure is voorzien van talrijke foto's uit het omvangrijke archief van de auteur. Ze is te krijgen bij Mulnis, de culturele en heemkundige kring van Moen.