De Volledige Werking van Leven en Dood
Dogen's Zenki
De Volledige Werking van Leven en Dood
Dogen's Zenki
(in: Shobogenzo)
13-10-1995, zazen van 7.30 uur
Maak gassho en neem vlot de houding in. Concentreer je bij zazen volledig op je houding. Leg al je energie in de zazenhouding, alsof het een kwestie is van leven en dood. Concentreer je op dit moment niet zomaar half, maar volledig. Je concentreren betekent je op één enkele zaak concentreren. Als je op de houding bent geconcentreerd, ben je helemaal één met de houding. Je bent helemaal vertrouwd met je lichaam. Je hebt aandacht voor alle belangrijke punten van de vorm van de houding. Kantel het bekken goed naar voren. Druk stevig met de knieën in de grond, strek de lendenen goed. Het is belangrijk zeer veel energie in het gebied van de nieren te leggen. Trek vanuit deze taillezone de wervelkolom uiteen tot aan het hoogste punt van de schedel. Je laat alle spanningen in schouders en rug los en je trekt de kin naar binnen. Laat je hoofd niet voorover hangen. Ontwikkel sterke energie in je nek. Dan zul je klaarwakker zijn. Je kunt helemaal aanwezig zijn in je lichaam en niet in je dromen. Vooral ’s-ochtends is het belangrijk uit je dromen vandaan te komen. Realiseer een helder bewustzijn, doordat je volledig geconcentreerd bent in dat wat hier en nu is, in de gewaarwordingen van je lichaam.
Concentreer je goed op het contact tussen de duimen, die een rechte lijn vormen, op het contact van de handen met de onderbuik, op het contact van de tong met het verhemelte. En laat alle onnodige spanningen los, zo zijn bijvoorbeeld kaken, voorhoofd, schouders en buik mooi ontspannen.
Wanneer je volledig geconcentreerd bent in de houding, is er alleen nog maar de houding, ons ego is vergeten, heel de wereld is vergeten. Alleen de houding is belangrijk geworden. Dan wordt onze geest eenvoudig en helder, en je kunt al je mentale ingewikkeldheden opgeven. Ons hele leven wordt de volledige werking van de houding hier en nu. Volledige werking is wat ‘zenki’ wordt genoemd.
Concentreer je ook goed op de adem. Dat wil zeggen: wanneer je inademt word je volledig de inademing. Er is niets anders dan je inademing. Adem volledig in. Wanneer je uitademt, is er alleen nog de uitademing. Je wordt geheel en al intiem, helemaal één met je uitademing. Dan kun je jezelf vergeten in de adem. Alle gestolde gedachten, alle mentale ingewikkeldheden verdwijnen. Wanneer je volledig je adem wordt, verdwijnt de hele wereld. De hele wereld wordt je adem. De hele wereld wordt je houding. De hele wereld wordt de werking van je zazen hier en nu. Je bent niet meer van heel de wereld gescheiden, maar je wordt juist één met heel de wereld, één met jezelf, zonder scheiding. Dan wordt je beoefening de essentie van religie, volledig verbonden met jezelf en volledig verbonden met het universum, zonder scheiding.
Tegelijk volg je niets, je klampt je nergens aan vast. Zodra je begint iets achterna te zitten, kun je niet meer tegenwoordig en beschikbaar zijn. De geest verliest zich in verwarring. Dan is er vermenging van dat wat bestaat, de werkelijkheid, en onze gedachten over de werkelijkheid. Bij zazen is het niet nodig te denken. Alleen maar zien, gewaarworden en voorbij laten gaan. Voeg niets toe aan wat is.
13-10-1995, zazen van 11 uur
Tijdens deze sesshin zal ik Shobogenzo Zenki, een hoofdstuk uit Dogen’s Shobogenzo, becommentariëren. Het richt zich tot leken en raakt het wezenlijke punt van ons bestaan aan, de vraag naar leven en dood.
Wanneer dood niet zou bestaan, zou ook leven niet bestaan, en ook de weg zou evenmin bestaan. Omdat we weten dat ons leven sterfelijk, onbestendig is, doet zich de vraag voor naar leven en dood: hoe dienen we ons leven tegemoet te treden; hoe de verontrusting; hoe het leed dat uit de onbestendigheid voortvloeit; hoe het feit dat je niet altijd krijgt wat je wenst en dat je bang bent om wat je gekregen hebt weer kwijt te raken?
In de diepte van ons zelf ligt een onbegrensd leven klaar. We stuiten overal op grenzen. Wanneer je je realiseert dat deze grenzen uit de toestand van onze geest vandaan komen, kun je in de gaten krijgen dat er een weg mogelijk is. Dit is met Buddha gebeurd. Dit is er ook de grond voor waarom we hier [in deze sesshin] zijn.
We leven in een wereld waarin bloemen en bladeren aan de bomen vallen, zelfs wanneer we op ze gesteld zijn. Zelfs wanneer we zouden wensen dat de bomen in de herfst groen blijven, vallen de blaadjes. Zelfs wanneer we soms momenten van intens geluk kennen, duren deze momenten niet voort.
Omgekeerd kunnen we niet altijd vermijden wat we niet graag willen; dan ontstaan er negatieve gevoelens. De wereld draait niet zoals wij willen. Anderen handelen niet altijd op de manier zoals wij het wensen. Je houdt van iemand en zou graag precies zo bemind worden, maar dat is niet altijd mogelijk.
Je met de weg verbinden betekent deze situatie open tegemoet treden, er niet van wegvluchten, maar de confrontatie ermee aangaan. Het betekent dit aanvaarden en door dit aanvaarden jezelf leren kennen en allengs de begrenzing van je zelf verruimen.
Je kunt alle verschijnselen die je tegenkomt als een middel gebruiken om de weg te verdiepen. Al wat ons stoort, leert ons iets. Wanneer je de dingen op deze wijze benadert, wordt het leven bijzonder interessant. Overal kun je de weg beoefenen, niets bevindt zich buiten de weg. Alle verschijnselen leren ons de waarheid over onszelf; in het bijzonder tijdens een sesshin. Want dat ontstaat wanneer ons leven in zazen geworteld is, wanneer de spiegel van zazen functioneert, niet alleen in de dojo [beoefenplek], maar op alle ogenblikken van ons leven.
Dit maakt dat Dogen aan het begin van Zenki zegt: “Wanneer de grote weg van de buddha’s volledig beoefend wordt, wordt deze weg tegelijk bevrijding en verwerkelijking.” Bevrijding waarvan? Verwerkelijking waarvan? Het is niet nodig er haast mee te hebben om deze vragen te beantwoorden. Trek goed de kin in, laat je hoofd niet voorover hangen.
13-10-1995, zazen van 16.30 uur
Aan het begin van Shobogenzo Zenki zegt meester Dogen: “ De grote weg, indien volledig beoefend, is bevrijding en verwerkelijking.” En hij voegt hieraan toe: “Bevrijding betekent dat we in leven van leven bevrijd zijn en dat we in dood van dood bevrijd zijn. Er is tegelijk bevrijding van leven en dood, alsook indringen in leven en dood. Zó is volledige beoefening van de grote weg. Het is tegelijkertijd leven en dood opgeven en tevens leven en dood volledig doorkruisen. Beide zijn de volledig verwerkelijkte grote weg. Verwerkelijking is leven, leven is verwerkelijking.” En tenslotte laat hij hierop volgen: “Wanneer de grote weg verwerkelijkt is, is deze verder niets dan de volledige verwerkelijking van leven. En niets dan de volledige verwerkelijking van dood.”
De grote weg waarover meester Dogen spreekt is dat wat wij nù beoefenen. Dìt is niet iets dat veraf staat. Dìt is integendeel intiem worden met je leven hier en nu, in de zazenbeoefening.
Het is dan ook deze weg waarover meester Sozan zei dat hij niet moeilijk is, indien je de geest van voorkeur en afkeer opgeeft, dat wil zeggen indien je op ieder moment volledig aanvaardt te zijn wat je bent, zonder steeds maar weer iets anders te zoeken of te verwachten. Dit betekent je met jezelf verzoenen, met jezelf in vrede zijn. Dit is ophouden een andere plek te zoeken en ophouden om onophoudelijk van het ene object naar het volgende te rennen.
Zit alleen maar op je zafu (kussen), kruis je benen, adem rustig, zonder satori te verwachten, zonder onze illusies te betreuren. De weg is groot, ruim, want als je zó beoefent, wordt onze eigen geest ruim en is ze niet meer begrensd door onze verwachtingen, onze vooringenomenheden, onze hokjes. De weg beoefenen betekent op te houden met jezelf onder te waarderen. Dat is je realiseren dat alle wezens van het universum uitdrukking van de boeddhadharma zijn, uitdrukking van de allerhoogste wijsheid. Dìt is geenszins verborgen, het bestaat in ieder van ons. Je kunt dìt realiseren indien je ophoudt naar elders weg te kijken.
De weg die wij beoefenen is de grootse weg waarop je ieder wezen zo kunt aanvaarden zoals het is, met sympathie, met tederheid. Men zegt dat de weg groot is, maar in werkelijkheid kan hij niet gemeten worden; hij is niet groot noch klein. Want de weg is onze eigen geest, indien we ophouden te vergelijken, indien we ophouden iets te willen meten. Indien we de geest die steeds berekent opgeven. Dit is de betekenis van hishiryo, voorbij het denken dat meet. De maan wordt evenzeer weerspiegeld door de weidse oceaan als door een dauwdruppel. Als je het leven op deze wijze gewaar wordt, kan er naar alle wezens sympathie zijn, voorbij welk conflict ook. Dan kun je een wereld zonder scheidingen binnengaan, onze wereld wordt dan een wereld zonder scheidingen. Als je zazen doet, word je volledig zazen, je bent niet bezig zazen te gebruiken. Je wordt, je bent zazen. Dan heeft zazen de kracht ons volkomen wakker te maken, iedere cel van ons lichaam wakker te maken. Als we dat in zazen verwerkelijken, beïnvloedt dit de rest van ons leven.
Meester Deshimaru zei altijd: “Zen is het leven. Het leven bevrijdt het leven.” Je kunt een leven zonder spijt leiden indien je ieder ogenblik één bent met je leven, indien je het verleden niet betreurt en niet op de toekomst wacht. Dit laatste doen de meeste mensen en hun leven wordt volkomen irreëel, als een droom, abstract. “Het leven bevrijdt het leven” betekent dat we ieder moment in ons leven binnengaan. Meester Deshimaru zei ook vaak: “Je moet zazen beoefenen alsof je je doodskist ingaat.” Op dat moment is alles wat je daarvoor was of wat je daarna zult zijn niet meer zo belangrijk. Op dat moment bevrijdt het aanvaarden van de dood ons van de dood. Wanneer we intiem raken met ons leven op ieder ogenblik, kunnen we leven zonder spijt en zonder angst voor de dood.
Trek je kin goed in. Verspil het huidige moment niet door je in je gedachten te verliezen.
MONDO [vraag-antwoord met de leraar of lerares]
Vraag: Je hebt vanochtend over liefde en wederliefde gesproken. Je hebt erover gesproken dat iemand vaak niet zoveel liefde teruggeeft als hij zelf ontvangt. Mijn vraag is wat ik kan doen wanneer iemand van wie ik houd zich steeds verder van mij verwijdert, zich distantieert? Ik zou niets willen vasthouden, maar toch moet ik steeds weer aan deze situatie denken. Dit is steeds in mijn gedachten. Ik voel me vaak een soort van hulpeloos en daardoor moet ik meer leiden.
Roland Rech: wanneer iemand een ander teveel wil naderen, wil die ander er vaak vandoor gaan. De ander is bang gevangen te zijn, jouw bezit te zijn. Ik denk dat het beste is om de bezitterige geest in jezelf op te geven. Dat is natuurlijk niet gemakkelijk, want in de menselijke liefde is een deel bezit, dat is waar, iedereen is zo. Maar wanneer deze bezitterige geest te ver op de voorgrond staat, voelt de ander dat en wordt bang. Als je op zo’n moment meer in de geest van zazen kunt zijn, als je minder vastzit, komt de ander naar jou.
Meester Deshimaru sprak vaak hierover. Hij gebruikte het voorbeeld van een poes: als je een poes wilt vangen, woeps, is ze weg. Maar als je rustig blijft zitten, komt ze terug en gaat op je schoot zitten. En dit voorbeeld gebruikte hij met betrekking tot satori: als je dat hebben wilt, gaat het van je vandaan. Want dan ben je zo door je bezitterige denken in beslag genomen, dat dat het tegendeel van satori is. Dat is geen vrijheid, dat is geen bevrijding. Wanneer je steeds iets wilt pakken, gaat het ware ontwaken weg. Maar, in tegenstelling hiermee, wanneer je rustig gaat zitten, zonder iets te verwachten, zonder op je vriend te wachten, zonder op satori te wachten, dan komen ze beslist, in ieder geval het ene of het andere.
13-10-1995, zazen van 20.30 uur
Wanneer zazen volkomen en volledig beoefend wordt, zoals nù, is het bevrijding en verwerkelijking. Bevrijding van ons kleine ego, ons begrensde denken, onze gehechtheden en verwerkelijking van het ware leven. Dat is de verdienste van zenki, volledige werking van de beoefening. Volledig beoefenen betekent volledig in de beoefening betrokken zijn, zonder scheiding met zazen te worden; dan wordt de zazenbeoefening geheel en al zuiver.
Dogen spreekt van todatsu om deze bevrijding uit te drukken. To betekent tegelijk ‘binnendringen’ en ‘doorzichtig maken’. Het licht van zazen dringt onze geest binnen en maakt haar doorzichtig. Datsu betekent je ontdoen, zoals bijvoorbeeld je van je kleding ontdoen en je ware lichaam tonen, je masker afzetten en je ware gelaat tonen, je van het ego ontdoen dat je anderen wilt laten zien en je ware ego doordringen, verwerkelijken. Zazen beoefenen betekent alles opgeven wat aan jou vals en kunstmatig is; je van je bonno [illusies en gehechtheden] bevrijden, niet door er van weg te vluchten, maar door ze te belichten.
Dogen zegt dat gewone mensen niets dan illusies hebben over satori, verlichting. Zij stellen zich dat voor als een bijzondere toestand en dan proberen ze deze toestand te imiteren en haar te bereiken. Terwijl buddha’s zich ermee tevreden stellen hun illusies te verlichten. Deze buddha’s waarvan hier sprake is zijn geen buitengewone lieden. Dat is ieder van ons: tenminste wanneer we op de juiste beoefening van zazen geconcentreerd zijn, wanneer we zazen ons leven laten verlichten, zonder speciale gedachten te onderhouden, wanneer we alleen maar zitten, voorbij satori en illusie, voorbij welke gedachte hierover dan ook.
14-10-1995, zazen van 7 uur
Concentreer je goed op je houding. Zoek met name de juiste spankracht in je houding, en ben niet te gespannen noch te los. De zazenhouding dient altijd los te blijven en mag nooit rigide worden, anders beïnvloedt dat de geest, die dan ook rigide wordt. De zazengeest is een losse geest, die nergens op blijft steken, die nergens stagneert, op geen enkel gevoel, op geen enkele stellingname, helemaal zoals het water van een bergbeekje, dat altijd stroomt, vrij, dat door geen enkele hindernis wordt opgehouden. Dat betekent ook dat je in het leven niet op een stellingname blijft vaststeken, maar dat je bijvoorbeeld de positie van een ander kunt innemen, dat je de eigen positie met die van een ander kunt wisselen. Dat is de beste manier om conflicten op te lossen. Je niet enkel maar naar je eigen positie richten, maar ook de ander kunnen worden. Dat is de geesteshouding van bodhisattva Kannon (Kwan Yin of Avalokiteshvara), die alle mogelijke vormen aanneemt, de vorm van alle levende wezens, vrij.
In Zenki zegt meester Dogen: “Er is niet vastklampen aan leven en dood, en er is leven en dood binnengaan.” Mensen die de weg beoefenen willen vaak moeilijkheden ontvluchten, de moeilijkheden van de wereld der verschijnselen, de wereld van leven en dood, dat wat men samsara noemt, en ze willen het nirvana bereiken, de eeuwige vrede, voorbij de verschijnselen. Het zen dat wij beoefenen, dat meester Deshimaru ons heeft doorgegeven, is niet zo. Het gaat er niet om van de wereld afstand te nemen, maar van onszelf.
Toen het ontwaken verwerkelijkt werd onder de bodhiboom, had Buddha zich gerealiseerd hoe de mensen leiden, hoe wij in de wereld van leven en dood transmigreren doordat we steeds alle mogelijke soorten van illusoire dingen achterna zitten. De wortel van dit leiden, de wortel van deze transmigratie, is onze diepe verblinding, onze diepe onwetendheid, het niet begrijpen van onszelf. Indien we begrijpen dat ons kleine ego slechts een kunstmatige constructie is, terwijl we in werkelijkheid enkel in eenheid met het hele universum bestaan, kan de wortel van onze angsten en van ons vastklampen doorsneden worden. Dan kun je dus een vrije en vredige geest verwerkelijken, zelfs temidden van de verschijnselen. Niet nodig om iets te moeten bewijzen. Niet nodig om macht na te streven. Niet nodig om rijkdommen op te stapelen of kennis of verdiensten. Je kunt inzien dat je in de grond niets nodig hebt, want het ontbreekt ons aan niets. Heel het universum en wij zijn niet gescheiden. Niet nodig jaloers, afgunstig te zijn op anderen. Je kunt zo het leven van de verschijnselen binnengaan om daar de wezens die lijden te helpen. Dat wordt de richting van ons leven, het leven van een bodhisattva.
14-10-1005, zazen van 11 uur
Ontwijk niet, vlucht niet weg van zazen. Blijf helemaal in je houding geconcentreerd. Voel goed hoe je lichaam is, precies nù. Leg alle energie in de belangrijke punten van de houding. Strek de lendenen goed en strek de nek goed. Kom steeds terug bij je adem; in plaats van je gedachten te volgen, volg je de adem. De adem schept eenheid in ons leven, de eenheid tussen ons lichaam en onze geest, de eenheid tussen binnen en buiten, vóór alles de eenheid met het huidige ogenblik. Wanneer je op je adem geconcentreerd blijft kun je door alle toestanden van de geest, door alle eventuele moeilijkheden heengaan, zonder hierdoor verstoord te raken. Eén zijn met je adem maakt het mogelijk datgene te aanvaarden wat op ieder ogenblik gebeurt.
Meester Dogen zegt in Zenki: “Deze volledige werking, dit Zenki, zorgt ervoor dat leven volkomen leven is en dat dood volkomen dood is.” Dit wil zeggen: wanneer we leven, zijn we volkomen in eenheid met ons leven, iedere dag, elk moment, en op het moment van sterven zijn we volkomen in eenheid met de werking van sterven. Dit wil zeggen: we nemen de verantwoordelijkheid voor ons leven en voor onze dood over. Dit is de uitdrukking van onze vrijheid. Wij zijn niet aan leven en dood onderworpen.
Dogen voegt eraan toe: “Op het moment waarop zich deze werking voltrekt is ze niet groot noch klein, niet begrensd noch onbegrensd, niet nabij noch veraf.” Het leven dat hier en nu bestaat is een niet-dualistische werking. Het is het onmiddellijke leven, dit wil zeggen: ons concrete leven, dat wij ervaren kunnen; niet het leven waaraan je denkt of waarvan je droomt. Het leven dat we werkelijk leven, door ons lichaam en onze geest heen, juist hier en nu. Zazen leert ons aldus te leven, in contact met je ware leven.
In het dagelijks leven leiden de meeste mensen een verdeeld bestaan tussen de dingen die ze graag mogen en de dingen die ze niet graag mogen, tussen dat wat ze moeten doen en dat wat ze zouden kunnen doen. Daarom zijn veel mensen gestresst en trekken ze zich terug in hun verbeelding, hun voorstellingen, het imaginaire.
Een sesshin beoefenen is leren anders te leven, is leren een onverdeeld leven te leiden. Doordat je met iedere beoefening, met iedere handeling, met ieder ogenblik in eenheid bent: met gassho wanneer je gassho beoefent, tijdens sampai (drie volledige buigingen op de grond) met sampai, tijdens zazen met zazen, tijdens het eten met het eten, tijdens samu (arbeid ten dienste van het geheel, bv. groente snijden, poetsen) met samu. Ieder van deze beoefeningen wordt de richting van onze werking. We doen zazen enkel omwille van zazen, samu enkel omwille van samu. Dit is niet zoals bij onze gebruikelijke manier van werken, dit is niet het streven naar winst, naar nut, naar een positie, naar macht. Het wordt enkel de uitdrukking van onze onverdeelde geest, onze eenheid met het leven in het huidige moment, waarin je niets anders verwacht. Dan kan ons leven volkomen bevredigend zijn.
Wanneer je goed geconcentreerd bent op iedere uitademing, is zazen niet kort noch lang, niet makkelijk noch moeilijk, het is enkel zoals het is. Wanneer je in harmonie raakt met dit zazen dat juist zo is zoals het is, wordt onze beoefening absoluut, leven wordt het absolute leven. Voorbij iedere vergelijking, ieder begrip en ieder concept. Enkel helemaal geleefd, zonder dat iets ontbreekt en zonder dat iets teveel is. Dat is de wereld van de stralende parel.
14-10-1995, zazen van 16.30 uur
Meester Dogen zegt: “Leven gaat niet en komt niet. Het verschijnt niet plotseling. Maar evenmin bestaat het al. Leven is de manifestatie van volledige werking en dood is de manifestatie van volledige werking.”
In heel het universum, in ons eigen lichaam, in onze eigen geest verschijnen in ieder ogenblik allerlei soorten verschijnselen en verdwijnen ze ook weer. Dat noemt men mujo, de omstandigheid dat niets stabiel, vast blijft. Iedereen kan dat begrijpen. Maar beoefening is je met deze werkelijkheid te verzoenen, ermee te harmoniëren: nergens stagneren, op niets vast blijven zitten, precies zo zijn als het water van een fontein, dat onophoudelijk vloeit. Toch is dat maar één aspect van onze werkelijkheid, van ons bestaan. Het andere aspect is dat leven niet komt noch gaat. Dat betekent dat leven volkomen leven is. Ieder ogenblik is voorbij het ogenblik ervoor en voorbij het ogenblik erna. Bij kinhin wordt de stap van het rechterbeen niet de stap van het linkerbeen. Inademing wordt geen uitademing. De inademing is volledig de inademing, de uitademing is volledig de uitademing. En toch ook kun je natuurlijk niet uitademen als je niet eerst ingeademd hebt.
Als er geboorte is, is er dood. Als er verschijnen is, is er verdwijnen. Maar leven wordt nooit dood. Net zoals de zomer geen herfst wordt. Ieder jaargetijde heeft haar eigen werkelijkheid. Ieder ogenblik heeft zijn unieke bestaan in het totale universum. Het universum is nooit identiek van de ene seconde op de andere. Zazen beoefenen betekent niet alleen in harmonie raken met het feit dat alles voorbijgaat, maar ook de ervaring opdoen van een bestaan dat voorbij een ervoor en een erna is, dat niet afhangt van een ervoor en een erna, een uniek bestaan. Zelfs wanneer je aan een herinnering denkt, aan het verleden, zelfs wanneer je plannen vooruit maakt, bestaan deze herinnering en deze plannen hier en nu, op een toch unieke wijze.
Meester Deshimaru vertelde ons de geschiedenis van meester Reizan: die had zich in een grot teruggetrokken en leidde een kluizenaarsleven. Op een dag stuurde de keizer de gouverneur van de provincie naar hem toe om hem uit te nodigen voor een ontmoeting aan het hof. Toen de gouverneur arriveerde, was Reizan juist zoete aardappelen aan het koken, met gedroogde koeienvlaaien als brandmateriaal. Hij was volslagen geconcentreerd op het koken van zijn aardappelen en had niet in de gaten dat zijn neus liep. Ook de aanwezigheid van de gouverneur had hij niet opgemerkt. De gouverneur begon ongeduldig te worden en zei: “ Hé, grote monnik, kijk uit, je neus loopt.” Reizan antwoordde hem: “Stoor me niet en bemoei je niet met mijn neus. Dat houdt vanzelf op. Nu ben ik bezig m’n aardappelen te koken, dat is het allerbelangrijkste.” De gouverneur was zo onder de indruk, dat hij meteen vertrok en de keizer over de ontmoeting vertelde. De keizer was op zijn beurt zozeer onder de indruk dat hij Reizan een veld voor zoete aardappelen schonk.
Volledig opgaan in de huidige handeling betekent direct de ervaring van het eeuwige heden opdoen, het bestaan voorbij geboorte en dood. Niet nodig te zoeken naar het eeuwige leven na de dood en het huidige moment onbenut voorbij te laten gaan. ‘Eeuwigheid’ is een constructie van ons ego, maar dit ogenblik hier is de ervaring van ons werkelijke leven. Dat leert ons de beoefening van shikantaza (alleen maar zitten). Alleen maar zitten wanneer je zit; alleen maar lopen wanneer je loopt; alleen maar eten wanneer je eet; en zo verder voor ieder ogenblik van ons leven. Als je op deze manier leeft, wordt ons leven de manifestatie van de volledige werking van heel het universum.
MONDO
Vraag: In zazen dien je intiem te zijn met je lichaam. Maar het is beslist zo dat het lichaam lijden vanzelfsprekend afwijst. Hoe moet ik dan intiem raken met pijn?
Roland Rech: Ik denk niet dat het ons lichaam is dat de pijn afwijst. Het is het ego, de geest. Wanneer je pijn afwijst, wanneer je je ertegen verzet, dan wordt pijn tot lijden. Want dan vindt er in ons strijd, conflict, tweespalt plaats, die de pijn vergroot. Maar wanneer je de pijn, die in het lichaam ontstaat, gewaar kunt zijn, en niet tegen jezelf zegt: “Dit is onrechtvaardig. Dit is niet aanvaardbaar. Wat doe ik hier?”, dan blijft de pijn beperkt. Hij heeft zijn plaats en overstroomt niet onze hele geest. En tenslotte neemt hij af. Dat is in ieder geval mijn ervaring.
Het onderricht van zen tegenover alle soorten van pijn is dedramatiseren. Zen kan niets doen tegen pijn zelf, tegen ziekte, tegen dood, al dit soort dingen. Maar wat zen ons leert is hoe we ons tot deze dingen verhouden. Hoe treden we ouderdom, pijn, de dood tegemoet? Dat is de beoefening.Tijdens zazen pijn hebben is niet noodzakelijk een slechte ervaring. Want het is precies de gelegenheid om te leren hoe mijn ego omgaat met dingen die het niet wil en die het niet vermijden kan. Pijn is juist het prototype van al wat in het leven niet te vermijden is. En de weg beoefenen betekent te leren dat tegemoet te treden.
De grote vraag van Buddha was nu juist: hoe om te gaan met ziekte, ouderdom en dood? Hoe een leven te verwerkelijken met een vrije geest en in vrede, maar waarin er toch deze dingen zijn die ons shockeren, die ons ten diepste verstoren, die ons bang maken. Hier ligt dus de taak om deze verkramping van het ego op te geven. Daarom gaat het in zazen.
Vraag: Welke energie is het die mij naar zazen toetrekt en die ik niet begrijpen kan, omdat ik ook regelmatig bij zazen denk: wat ben ik hier nu eigenlijk aan het doen?
Roland Rech: Ik denk niet dat dat een energie is. Ik denk dat zen ons in contact brengt met een dimensie van ons leven die de behoefte heeft zich te verwerkelijken. Dat noemt men de buddhanatuur, onze ware natuur. Wanneer je in zazen gaat zitten kom je intuïtief met deze dimensie in contact. Dat is natuurlijk niet begrijpelijk, want als het begrijpelijk zou zijn, dan zou het geen werkelijke ervaring zijn. Het zou iets intellectueels zijn. Je kunt het innerlijk intiem ervaren, maar het is zo intiem dat je het niet kunt begrijpen. ‘Intiem’ betekent dat er geen scheiding bestaat.
De ervaring in zazen is niet iets dat je begrijpen kunt. Als je het kunt begrijpen is het al niet meer de ervaring zelf. Dat is een zeer lastig punt. Maar ik denk dat mensen de behoefte hebben dit te realiseren. Zolang je dit niet verwerkelijkt, heb je behoefte aan dingen van buiten, je bent steeds naar iets anders op zoek. Je bent niet tevreden. Je bent steeds bezig achter iets aan te rennen, net als iemand die gelooft dat hij zijn hoofd is verloren en het overal zoekt. In zazen gaan zitten betekent inzien dat ons hoofd reeds op onze schouders staat, dat je het niet verloren bent, het is er al; dat er een dimensie van ons leven bestaat waarin niets ontbreekt, waarin je volledig jezelf kunt zijn en jezelf zo kunt aanvaarden zoals je bent, zonder steeds in het verlangen naar iets anders vast te zitten. En dan kun je eindelijk in vrede zijn met jezelf. Ik denk dat wij allen in de grond deze behoefte hebben om deze ervaring op te doen. Het is alsof er in ons iets bestaat dat de behoefte heeft reëel, werkelijk te worden. Dat is niet echt een energie. Het is een werkelijkheid die de behoefte heeft zich te manifesteren. Ik voel die dingen tenminste zo en het correspondeert met mijn ervaring. De reis van mijn leven was zo.
15-10-1995, zazen van 7 uur
Strek de lendenen, de nek, en ga niet zomaar op je zafu zitten als een zak rijst. Leg al je energie in de beoefening en concentreer je niet op het hoesten. Concentreer je op de uitademing doordat je de ingewanden naar beneden drukt, alsof je de zafu in de aarde wilt laten verzinken. Druk tegelijkertijd met het hoogste punt van je hoofd helemaal tegen de hemel, alsof je door het dak heen wilt stoten. Dan wordt je lichaam volkomen zazen en je geest ook; helemaal betrokken in de beoefening van zazen. Al je verleden karma, je complete leven worden enkel dìt zazen. Helemaal zoals wanneer je verschillende lapjes in een kleurbad dompelt; dan nemen ze allemaal de kleur van dit kleurbad aan.
Hierover zegt meester Dogen in Zenki: “Het leven is als iemand die een boot vaart. Hij stapt op de boot, hanteert de zeilen, pakt het roer en laat de boot vooruit gaan. Toch is het de boot die hem draagt. Zonder boot zou hij geen boot kunnen varen. Maar doordat hij de boot bestuurt, maakt hij er werkelijk een boot van. Op dat ogenblik wordt alles de wereld van de boot: de hemel, de wind, het water. De kust verwijdert zich. Alles wordt tijd van de boot, wereld van de boot.”
Hetzelfde geldt voor onze verhouding met leven. Leven is dat wat ik laat bestaan. En wat ik ben is ook dat wat het leven van mij maakt. Ik schep mijn leven. Mijn leven schept mij. Doordat je in de boot stapt worden heel ons lichaam, heel onze geest, heel de omgeving, heel de kosmos de dynamische werking van deze boot.
Zazen beoefenen, een sesshin doen is alsof je je erop toelegt een boot te gaan besturen. Wanneer je op de zafu gaat zitten, wanneer je je op de houding concentreert, laat je zazen bestaan, je geeft zazen leven. Je geeft buddha leven, je laat buddha bestaan. Buiten de beoefening bestaat er geen buddha. Je maakt het mogelijk dat de buddhageest vorm aanneemt, dat die zich verwerkelijkt. Doordat je buddha laat bestaan, laat dit zazen ons als buddha bestaan. Dat is een wederzijdse schepping, als een wederzijds in elkaar grijpen.
Ons hele leven mondt erin uit dat je nù dìt zazen doet. Dit huidige zazen maakt van heel ons leven het leven van buddha. En zelfs wanneer wij zazen doen is dit zazen niet door ons voortgebracht. Buddha, het kosmische leven gebruiken ons, ons lichaam en onze geest, om dìt te verwerkelijken. Wij krijgen ons lichaam, onze energie, opdat dìt zich verwerkelijkt. Zo is zazen beoefenen, je pijn, je moeilijkheden, een groot fuse [gift] om deze beoefening te laten bestaan, als een geboorte. Om het buddhaleven de gelegenheid te bieden vorm aan te nemen. Wanneer wij deze vorm van zazen aannemen, neemt de hele kosmos deze vorm aan. De hele wereld wordt de wereld van zazen. Want op dìt moment bestaat er geen scheiding tussen ons en heel de wereld. De tijd dat we zazen doen, het ogenblik van zazen is het moment van samentreffen tussen ons en de kosmische ordening, in de vorm van zazen. In de ervaring hier en nu wordt alles de werkelijkheid van zazen, de wereld van zazen.
Verspil daarom deze kostbare zazentijd niet.
15-10-1995, zazen van 11 uur
Over enkele minuten zal de sesshin afgelopen zijn, concentreer je daarom goed.
Meester Engo heeft een gedicht geschreven waarin hij zegt: “Leven is de manifestatie van volledige werking. Dood is eveneens de manifestatie van volledige werking.” Dit wil zeggen van Zenki dat de onmetelijke hemel, de onmetelijke ruimte vult.
De naakte geest is altijd helder en lichtend. Deze naakte geest is de geest die we manifesteren tijdens zazen; het is de van alle tegenstellingen ontblote geest; de geest die vanuit de rechterhersenhelft functioneert; de geest die niet vergelijkt tussen wat ik heb en wat ik niet heb; tussen de situatie van tevoren en de situatie daarna; de geest die met name niet vergelijkt tussen leven en dood; tussen heden en niet-heden; tussen alleen zijn en met anderen zijn.
Wanneer deze van tegenstellingen ontblote geest ons leidt, kan ons leven helemaal dynamisch zijn. Je kunt dan iedere realiteit volledig leven en elk moment van je leven werkelijk waarderen.
Na een sesshin betreuren veel mensen het verlies van de sesshinsfeer en vinden ze het dagelijks leven moeilijk. Maar als je de ervaring opdoet om met iedere beoefening tijdens de sesshin één te zijn, dan kun je precies dìt in het dagelijks leven voortzetten. De beoefening van zen is niet tot de zittende houding beperkt. Shikantaza, alleen maar zitten, wil zeggen volledig in één handelen zijn, niet alleen in de handeling van het zitten.
Als je doorgaat je op deze wijze te concentreren, wordt het hele leven een sesshin, de hele kosmos een dojo (beoefenplek), de plek waarop de grote weg overal beoefend wordt. Het ontbreekt veel mensen tegenwoordig aan vertrouwen, ze twijfelen aan hun leven, ze raken gedeprimeerd. Maar als je Zenki verwerkelijkt, volledige werking, kan waarachtig vertrouwen verschijnen. Dìt te verwerkelijken en te beoefenen is de beste manier om wezens die het aan energie en vertrouwen mankeert, weer energie en vertrouwen te geven.
Zo wens ik je toe dat deze naakte geest, die altijd helder en lichtend is, en die de onmetelijke ruimte vult, je in je leven vergezelt.
Taisen Mokudo Deshimaru en Roland Yuno Rech; Volledige Werking
Deze Kusen [mondeling ondericht tijdens zazen] werden door Roland Yuno Rech gegeven tijdens de sesshin van Grube Louise (Duitsland) van 13 tot 15 oktober 1995.
Bron: http://www.buddhaweg.de/PraxisLehre/RYR/KusenRR/Zenki.PDF
Vertaling: Joseph Wijsmuller.