De gilden onderhielden altijd nauwe banden met de kerk. Zij stelden zich dienstbaar op, maar hadden ook bepaalde voorrech¬ten. Niet zelden prijkte de naam van de pastoor boven aan de ledenlijst.
Tijdens de protestantse overheersing na de Vrede van Munster (1648) tot de Franse tijd (1795) werden de 'katholieke' gilden verboden. De meeste overheden lieten deze gilden evenwel ooglui-kend toe.
In de kille Victoriaans-puriteinse periode rond en na de voorlaatste eeuwwisseling moest alles vooral braaf, deugdzaam en nuttig zijn. Zelfs het koningschieten werd hier en daar te werelds gevonden. Mede door toedoen van de kerk zijn heel wat gilden opgeheven en in verval geraakt.
Ook protestanten treden toe tot de gilden. Dionysius Tilburg wordt in 1665 heropgericht door protestantse notabelen. Het O.L. Vrouw van Zeven Weeën gilde uit Helmond liet bij de heroprich-ting in 1667 eveneens protestantse leden toe. De gilden van Heusden werden zelfs puur protestants.
De 'gemengde' gezelschappen gingen ten gronde aan gesteggel over de religie die de nieuwe leden moesten hebben.
St. Joris te Heesbeen had in 1932 nog vier leden, twee katho¬lieke en twee protestantse. Op de teerdagen werd de mis alleen door de twee katholieken bijgewoond.
Gilden en heiligen.
Ten tijde van het ontstaan van onze schutsgilden werd het daagse leven volledig bepaald door de kerk, door christelijk denken, dat de gewone mensen duidelijk afhankelijk en ondergeschikt maakte aan het goddelijke, het heilige, het uitverkorene.
Het lag voor de hand dat ook de gilden zich opstelden onder een passende heilige schutspatroon.
Opvallend is dat er veel martelaren en martelaressen onder de gildeheiligen zijn. De militaire heiligen, tevens martelaren, hebben de voorkeur: St. Joris en St. Sebastiaan.
Ook Marinus en Mauritius waren militairen. Daarnaast zijn er de vroege standvastige en dappere heiligen: Barbara, Chatarina en Margaretha. Gilden waarvoor eredienst, kerk en hulpbetoon belangrijker waren dan schieten en beschutting, kozen goede heiligen tot patroon: Anna, Antonius, Joannes, Nicolaas en ook weer Christoffel en Maarten. Veel gilden kozen ook de parochiepatroon als schutsheilige.
De meest voorkomende gildenheilige is St. Joris (38 gilden), gevolgd door St. Antonius (26x), St. Catharina (25x), St. Sebastiaan (22x), St. Barbara (21x), O.L. Vrouw (15x), St. Willibrordus (9x), St. Ambrosius (9x), St. Jan Baptist (7x), St. Hubertus (6x), St. Anna (5x), St. Martinus (5x), St. Lambertus (4x), St. Nicolaas (4x). Als gildepatroon komen nog 24 andere heiligen voor. Eén gilde heeft geen patroonheilige.
De patroonheilige van ons gilde: Sint Willibrordus.
Bisschop, belijder (658?-739) kleuren rood en wit, feest 7 november.
De 'apostel van Nederland' is een Engelsman van Northumberland.
Hij werd als 6 jarige al door vader Wilgils naar een Schots klooster gebracht en werd - 20 jaar oud - priester in Ierland.
Hij vertrok in 690 met elf gezellen naar het continent, landde in Katwijk, bezocht Pepijn van Herstal, begon missiewerk onder de Friezen en werd in 695 aartsbisschop van Utrecht.
Vanuit Utrecht ondernam hij nogal wat missiereizen. Hij kreeg van de Frankische koningsdochter rijke goederen in Echternach en stichtte daar een missioneringklooster.
Op Walcheren vernielde hij een afgodsbeeld en in Vlissingen gaf hij twaalf bedelaars te drinken uit zijn eigen kruik, die maar niet leeg raakte. Hij was o.a. in de Bommelerwaard, in Tilburg, Berne bij Heusden, Oss, Eersel, in de Peel, in Roermond, in Weert. Veel Wilbertsputten o.a. Bakel en Meyel, Patroon van Nederland, van Noord-Brabant, van veel parochies (vooral in de Peel). Ook was hij ooit eigenaar van wat thans het Landgoed De Hoevens heet.
Afgebeeld als bisschop met mijter en kromstaf.
Attributen: Kerk, put of bron, 7 kruiken, wijnvat.
Willibrordusgilden: Alphen (herleefd 1966), Bakel, Casteren-Hoogeloon, Demen, Esch, Groot Zundert (1643 of eerder), Heeswijk (keten 1564), Hoeven, Katwijk-Cuyk, Klein-Zundert (caert 1682), Vlierden (1227?), Wintelre (met O.L.Vrouw 1320?), Waalre (van 1249?, vogel 1653).