2 juni 2014
“It’s the circle of live”, zong Elton John in the Lion King. En dat werd voor ons beiden bewaarheid toen op 12 april jl. onze ( schoon-)vader overleed. Toch nog vrij onverwacht, en dientengevolge werd het lopen van de Eifelsteig enige tijd “geparkeerd”.
Gisteravond arriveerden we op ons overnachtingsadres. Toen we wandelend het dorp verkenden belandden we op een feestje van het plaatselijke muziekgezelschap. We besloten om in de feesttent iets te nuttigen en kwamen al gauw tot het besef dat de consumptieprijzen in Duitsland toch behoorlijk lager zijn dan in Nederland: € 1,40 voor een pilsje ( Bittburger van 0,3 ltr!).
Na een goede nachtrust krijgen we ’s morgens een geweldig ontbijt voorgeschoteld.
We wanen ons een beetje als president Obama van de VS en ons koningspaar die in maart onder de Nachtwacht in het rijksmuseum een uitgebreid diner kregen. Want we zitten in een ontbijtruimte tussen zilveren schalen en duur porselein. Inderdaad, het is wel een beetje apart, maar daar komen we nog op terug. Vandaag pakken we de route op in Manderscheid. Als we er naar toe rijden komen we achter een vrachtauto te zitten die volgelaten is met lange boomstammen. De chauffeur moet halstoeren uit halen om de haarspeldbochten goed en veilg te nemen. Jack houdt ruim afstand, vooral in die bochten want het ziet er vervaarlijk uit. Maar het gaat goed. In Manderscheid parkeren we de auto achter de kerk, waarna we om 09:45 u bij de Jahrhundertbrunnen aan onze tocht beginnen. Via het Kurpark komen we langs het Kurhaus, en even later sluit de Eifelsteig weer aan op het Lieserpfad. Het belooft dus weer een mooie tocht te worden. Via een smal wandelpad verlaten we Manderscheid. Links van ons zien we de ruïnes van beide burchten die volop in de zon liggen. De voorspellingen schijnen uit te komen: het zou een zeer zonnige dag worden.
Als we even later bij de Balduinshütte aan komen krijgen we het mooiste uitzicht op beide burchten.
Het pad gaat verder langs de helling, we passeren nog meerdere uitkijkhutten met zicht op het dal van de Lieser. Na verloop van tijd wordt het pad smaller, en wat moeilijker begaanbaar. Op sommige plaatsen heeft men zelfs houten “leuningen” aangebracht en verstevigingen. Daar waar het pad te smal is, is een houten vloer gemaakt. Toch wel enigszins avontuurlijk! We blijven tussen de rotsen en Lieser lopen, al is het riviertje nauwelijks te zien. Het stroomt links beneden van ons in het dal.
Bij de schuilhut Weifelsjunk krijgen we vanaf het “balkon” een schitterend uitzicht over het dal.
Vervolgens gaat het pad langzaam omlaag, tot we even later bij een houten brug komen waar we over de Lieser gaan. Daarna gaat het toch wel steil omhoog. Als Tiny boven komt krijgen we het inmiddels traditionele tafereel: een paar keer puffen, daarna een flinke gaap, en hup…..……daar gaat ze weer! Bij een scherpe bocht met een mooi vergezicht ontmoeten we een Duitse dame uit Kassel.
Ze is alleen en vertelt dat ze 2 jaar geleden begonnen is met het lopen van de Eifelsteig. Ze loopt met een grote rugzak en wil nu de laatste 4 etappes doen. We gaan gezamenlijk verder, al zegt ze zelf dat ze ons tempo waarschijnlijk niet gaat bijbenen. Dat klopt, bij een steile afdaling waar uit voorzorg een dik touw als houvast dient houdt ze ons niet bij. Even later moeten we als het ware onder een omgevallen boom kruipen, dat wordt voor haar ook moeilijk. Via de Karl-Kaufmann Brücke gaan we weer terug over de Lieser.
Hier gaan we bij een paar bankjes aan de oever van het riviertje pauzeren. Het duurt even, maar de Duitse dame komt er weer aan. We maken wederom een praatje en dan gaat ze weer verder. “Ihr überholt mich doch bald”, zegt ze nog. Zo’n 10 minuten later vervolgen wij ook onze tocht. Het blijft afwisselend, smalle paadjes afgewisseld door brede; stijgen en dalen, en dat tussen de rotsen en de Lieser. De Eifelsteig maakt zijn slogan waar: Wo Fels und Wasser dich begleiten! Een enkele keer kruisen we een kabbelend beekje. Dan komen we bij een brug over de Ilgenbach, een zijriviertje. Aan de overzijde verlaten we het Lieserpfad, en dus ook het riviertje. We gaan naar rechts over een smal pad met weelderige begroeiing omhoog. We blijven nu de Ilgenbach volgen en lopen over een graspad. De omgeving is geheel anders, minder “ruig”. Al is de begroeiing soms erg hoog.
Bij een kruising met een verharde weg zien we een enigszins verscholen wegkapelletje, het eerste “gebouw” dat we zien na zo’n 12 kilometer wandelen. We gaan rechtdoor, ons smalle pad blijft flauw stijgen. Als het inmiddels brede pad een scherpe bocht naar links maakt zien we even later in de verte een dorp. Dit moet Groẞlittchen zijn, ons beoogde einddoel voor vandaag. Maar eerst moeten we Kloster Himmerod nog bezoeken. Dit klooster bereiken we na ruim een half uur.
Het is een groot complex, met een grote indrukwekkende abdijkerk. Ook mooi, ofschoon de kerk van binnen vrij sober is, geen overdadige schilderijen. Wel zien we enkel grafstenen, zoals die van “Agnes von Heinzenberg”. Maar eerlijk gezegd, die naam komt ons niet bekend voor. In de abdij leven nog enkele paters Cisterciënzers, zoals wij ook signaleren. We besluiten bij de abdij kort te pauzeren en er koffie te drinken. Volgens Jack achteraf geen goed besluit, want de koffie kan hem niet bekoren, smaakt niet.
Omdat er nauwelijks een busverbinding met de abdij is hebben we besloten verder te lopen over een gedeelte van de route en dan een afslag naar Groẞlittgen te nemen. We komen aan de achterzijde van de abdij en passeren een mooie vijver. Na zo’n 4 kilometer nemen we een afslag naar Groẞlittgen waar we net op tijd zijn voor de bus terug naar Manderscheid.
Hier aangekomen eten we iets op een terrasje, waarna we terug rijden naar ons overnachtingsadres. Onderweg steekt plotseling een vos de weg over, het dier kent schijnbaar geen angst voor het verkeer. Met zijn spitse snuit en dikke staart verdwijnt het dier in het struikgewas. Dan arriveren we op onze bestemming: Burg Bruch in het plaatsje Bruch.
Inderdaad, we hebben 2 overnachtingen gereserveerd in een heus kasteel. Het is eens iets anders. Bij Burg Bruch aangekomen vragen we aan de zoon des huizes of we de hoogste toren mogen beklimmen, zoals hij vanmorgen had toegezegd. En dat mag.
Via een ladder komen we bij het toegangsdeurtje van de toren, dat we met de verkregen sleutel kunnen openen. Vervolgens moeten we verder omhoog, eerst via nog een ladder en daarna over enkele zeer smalle trappen tussen de wanden van de toren op de hoogste verdieping aankomen.
Waarna we op de hoogste verdieping aankomen. We bevinden ons op het punt waar het dak van de toren begint. Allerlei houten constructies, wie weet hoe oud, dragen het dak. De toren zou ca. 30 mtr hoog zijn.
En……… hier krijgen we een geweldig uitzicht over Bruch, en over het kasteelcomplex.
Het schijnt dat de funderingen van deze toren uit de 11e eeuw stammen, nog voordat de Dom van Keulen werd gebouwd. In de middeleeuwen was er een gracht rondom de burcht, maar hieraan herinneren slechts enkele muren. De huidige eigenaars kochten het complex in 1995 en restaureerden het. Het oorspronkelijke kasteel stond naast de hoogste toren ( waar wij ons nu bevinden), maar dit gedeelte is verloren gegaan. Een bijzondere plaats om te overnachten, wij zijn het beiden eens dat het een mooie ervaring is.
Lees verder Grosslittchermühle - Bruch