Volgers van Jeshua

Joodse bezwaren tegen Jezus weerlegd

Vele Joden wachten nog steeds op hun Verlosser of Mashiach (Gezalfde). Vele christenen willen niet inzien dat Jezus een Jood was en als zodanig ook de beloofde Verlosser voor de Joden was en als hun Messias mag door gaan.

Voor zijn eigen volk, het Joodse Volk

Men mag niet over het hoofd zien dat Jeshua eerst tot zijn eigen volk kwam, de Joden. Hij probeerde het Joodse volk terug te brengen naar hun Heer, De Elohim Hashem Jehovah God boven alle goden, met zijn boodschap van het ervaren van een intieme relatie met God.

Men mag niet vergeten dat Jeshua uit de stam van koning David kwam en werd geboren en werd opgevoed als een Jood in een zeer vrome Joodse familie. In de Essenen gemeenschap, waartoe Jeshua behoorde, gaf men volledige aandacht aan de God van Abraham en bestede men veel tijd aan grondige studie van de Thora? Jeshua ging zo ook voor alijah naar de Bimah en gaf zelfs les in de synagoge.

Aardse bediening onder het Joodse Volk

Zijn aardse bediening omvatte overweldigend joden. De eerste mensen die hij riep om hem te volgen, waren Joods. Het grootste deel van zijn tijd bracht hij ook door met joden. En net voordat hij stierf aan de paal van de beul, gingen de Hebreeuwse Geschriften langs zijn lippen.

Bezwaren ter zijde gelegd

Veel Joodse mensen hebben grote bezwaren tegen 'Yeshua' of Jeshua als Messias.

Ze zien hem misschien als een deskundige leraar en een man die goede mitswa deed, maar niet als de Messias. Toch waren er al snel na Jeshua zijn dood en verrijzenis, mensen die in navolging van de apostelen en andere discipelen van Jeshua, ook in de voetstappen van die Nazarener rebbe wensten te gaan en met hun familieleden het geloof in Jeshua als Messias wensten te belijden.

Door de eeuwen heen hebben sommige Joodse mensen er voor gekozen om in zijn Messiasschap te geloven, en tegenwoordig komen de Joden in recordaantallen tot geloof in Jeshua. In feite zijn er in de 20e eeuw meer Joden in Jeshua gaan geloven dan in de voorgaande negentien eeuwen bij elkaar!

Volgens Bijbels tijdschema

Volgens het Bijbelse tijdschema liggen de zaken precies op schema en doet Jeshua of Jezus alles wat men van een Messias tot nu toe verwachtte. Het probleem is dat vele mensen een onvolledig begrip hebben van het Bijbelse beeld van de Messias.

Volgens de profeet Maleachi, zou de Messias purificatie of zuivering en vrijspraak brengen voordat hij vrede zou brengen. Hij zou een oordeel vellen voordat hij voor goed gerechtigheid zal vestigen. Veel gevolgen van zijn komst staan opgetekend in de Ketuvim Aleph of Eerste (Hebreeuwse) Geschriften. Die optekeningen geschreven in onze Tenach of Hebreeuwse Bijbel kunnen niet genegeerd worden!

Priesterlijke koning

Wij moeten wel erkennen dat voor veel van onze mensen de komst van die Messias niet bepaald zo goed zou uitvallen, maar eerder slecht nieuws zou zijn (geen goed nieuws). Onze Schrift leert ook dat de Messias een priesterlijke koning zou zijn, zoals David. Er staat opgetekend in de Geschriften dat de Messias als koninklijke priester zou komen om een groots of enig offer te brengen om zo doende verzoening te doen voor de zonden en vergeving en verzoening aanbieden aan Israël en de naties.

Eveneens wordt er gewaarschuwd dat als Koning zijn heerschappij zich elke dag uitbreidt, terwijl hij heerst over degenen die hem als Messias omhelzen.

Binnenkort zal hij terugkeren en zijn koninkrijk op aarde vestigen, de goddelozen vernietigen en wereldwijde vrede brengen.

Geopenbaarde Zoon van God

Bediening van Jeshua

Als je echt de waarheid zoekt terwijl je worstelt met de vraag wie Jezus of Jeshua is, zal Jehovah God die aan je openbaren. De eerste vier boeken van de Schrift van het Nieuwe Verbond (Nieuwe Testament) bieden een overtuigende kijk op het leven en de bediening van Jeshua. Uit die Messiaanse Geschriften zal u de ware Jezus leren kennen als u bereid bent om alle menselijke dwaalleren van u af te zetten.

Hij kwam om ons allemaal in een herstelde, liefdevolle, eeuwige relatie met God te brengen.

Ieder van ons heeft verkeerd gehandeld tegen een volmaakte, heilige God en tegen andere mensen. Dit wangedrag is wat de Bijbel zonde noemt.

Vleesgeworden Woord

De Bijbelse figuur die wordt aangeduid met het Woord van God dat vlees is geworden is de geliefde zoon van God die tevens de weg naar God is.

Steeds verkondigde hij zonder aarzelen het Woord van zijn hemelse Vader en onderwees de mensen niet zijn leerstellingen maar de leer van God.

“Dan zegt Pilatus tot hem: u bent dus toch een koning? Jezus antwoordt: ú zegt het, dat ik een koning ben; ik ben hiertoe voortgebracht en hiertoe gekomen tot de wereld: dat ik zal getuigen voor wat waarachtig is; al wie minnaar van de waarachtigheid is hoort naar mijn stem!” (Joh 18:37 NB)

“23 maar het uur komt en is er nu dat de waarachtige aanbidders de Vader zullen aanbidden in geestkracht en waarachtigheid, want naar hen die hem zó aanbidden is de Vader op zoek; 24 God is Geest, en wie hem aanbidden moeten aanbidden in geestkracht en waarachtigheid!” (Joh 4:23-24 NB)

Leer van Jeshua in onderricht

Er zijn jaren verstreken sinds Jeshua gestorven en verrezen is, maar zijn leer wordt nog steeds onderwezen en zijn aanhangers zullen nog steeds aangroeien, want volgens de Schriften zal er, naar het het einde der tijden, over de gehele wereld, meer en meer gepredikt worden en zullen meer mensen hun ogen geopend worden en dichter bij God willen komen.

“Deze aankondiging van het koninkrijk zal worden gepredikt in heel de bewoonde wereld tot ze aan alle volkeren is betuigd en dan komt de voleinding;” (Mt 24:14 NB)

Rebbe Jeshua

Mensenzoon uit de Stam van David tot Joodse Volk

De Nazarener mensenzoon uit de stam van David, Jeshua kwam eerst tot zijn eigen volk, de Joden. Hij probeerde het Joodse volk terug te brengen naar hun Heer met zijn boodschap van het ervaren van een intieme relatie met God.

Kinderjaren van Jeshua

Jeshua, geboren in een zeer Godsgetrouw gezin, werd door zijn zeer gelovige ouders in heet Joodse geloof groot gebracht. Zoals gebruikelijk kreeg hij van kindsbeen af de Thora met de paplepel opgediend. Hij bestudeerde de Thora, ging voor alijah naar de Bimah en gaf zelfs les in de synagoge.

Jeshua's aardse bediening

Zijn aardse bediening omvatte overweldigend joden.

De eerste mensen die hij riep om hem te volgen, waren allen Joods. Het grootste deel van zijn tijd bracht Jeshua ook door met joden. En net voordat hij stierf aan de paal van de beul, gingen de Hebreeuwse Geschriften langs zijn lippen.

Bezwaren hebbende Joden

Veel Joodse mensen hebben grote bezwaren tegen Jeshua als Messias. Ze kunnen hem zien als een deskundige leraar en een man die goede mitswa deed, maar niet als de Messias. Dat is spijtig maar niet onverhelpbaar, omdat er een aangroei is van Joodse volgers van de leer van Jeshua, die inzien dat prediking of verkondiging een belangrijke opdracht is die Jeshua aan zijn volgers heeft gegeven. Ware volgers van Jeshua horen getuigenis over hem en zijn hemelse Vader af te leggen.

Gelovigen in Messiasschap van Jeshua

Door de eeuwen heen hebben sommige Joodse mensen er voor gekozen om in Jeshua zijn Messiasschap te geloven. Wij mogen ons er daarom op verheugen dat tegenwoordig de Joden in recordaantallen tot geloof in Jeshua komen. In feite zijn er, volgens bepaalde groeperingen, in de 20e eeuw meer Joden in Jeshua gaan geloven dan in de voorgaande negentien eeuwen bij elkaar!

Al of niet behoren tot het Christendom

Wel moeten wij een enorm groot probleem vast stellen. Namelijk denken veel Joden dat als zij Jeshua als de Messias gaan aannemen zich dan ook tot dat Christendom moeten bekeren waar men een Drie-eenheid aanbidt. Niets is minder waar. Zij vergeten dat in het Christendom leden zijn die tot de Christenheid behoren en helemaal geen Drie-eenheid aanbidden maar enkel geloof stellen in De Ene Waarachtige God, De God van Abraham.

Christenen die de ware leer van Jeshua volgen

Die vele Christenen die de ware leer van Jeshua volgen houden zich niet aan heidense gebruiken maar volgen de Bijbelse leer in plaats van menselijke leerstellingen. Zij aanschouwen zich als onderdeel van het Lichaam van Christus waar er geen onderscheid is tussen Jood of Niet-Jood, Blank of Zwart, veel of minder geschoolde, want eenieder wordt als een onderdeel van Gods Schepping gelijkwaardig aangenomen en gerespecteerd.

Rond de doop van Jeshua

Johannes de doper

Aan de Jordaan was er zo een 2000 jaar geleden een man die mensen doopte. De Joodse leiders stuurden priesters en Levieten naar deze eenvoudige man, die als een kluizenaar gekleed was en Johannes noemde. Op de vraag wie hij nu eigenlijk was antwoordde Johannes dat hij niet de Messias was zoals velen dachten of hoopten. Anderen dachten dan weer dat hij de teruggekeerde profeet Elia was. Maar hij ontkende dit ook. Johannes gaf toe dat hij de man was over wie de profeet Jesaja al had gesproken en die in de Geschriften aangekondigd stond als diegene die de weg zou vrij maken voor de Gezondene van God. Ook melde hij dat die man heel wat belangrijker zou zijn dan hem, die niet eens waard was om zijn sandalen los te maken.

“19 En dit is het getuigenis van Johannes, wanneer de Judeeërs vanuit Jeruzalem tot hem priesters en levieten zenden om hem de vraag te stellen: u, wie bent u? 20 Hij belijdt,- hij loochent het niet en belijdt: ik ben de Christus niet! 21 Ze vragen hem: wat dan wél?- bent u Elia? Hij zegt: dat ben ik niet! De profeet,- bent u dat? En hij antwoordt: nee! 22 Dan zeggen ze tot hem: wie bent u, zodat wij een antwoord kunnen geven aan wie ons hebben gestuurd?- wat zegt u over uzelf? 23 Hij verklaart: ik, ik ben ‘de stem van een roepende in de woestijn: maakt recht de weg van de Heer!’ zoals Jesaja, de profeet, heeft gezegd. 24 De afgezanten zijn uit de gelederen van de farizeeërs. 25 Ze stellen hem een vraag en zeggen tot hem: waarom doopt u dan, als u niet de Christus bent, niet Elia en niet de profeet! 26 Johannes antwoordt hun en zegt: ik doop met water; midden onder u staat hij van wie u het niet weet(-) 27 die, na mij, komende is, voor wie ik niet waardig ben om zelfs maar de riem van zijn schoeisel los te maken! 28 Dat alles geschiedt bij Betanië aan de overzij van de Jordaan,- want daar was het dat Johannes doopte. (Joh 1:19-28 NB)

Het Offerlam van God

Dat gebeurde allemaal in Betanië, aan de overkant van de rivier de Jordaan waar Johannes de mensen doopte. Toen er op een bepaalde dag een man in een wit gewaad langs de oevers liep verklaarde Johannes zijn kozijn het "Offerlam van God". Hij maakte toen duidelijk dat deze man van vlees en bloed, Jeshua, de schuld van alle mensen, de schuld voor hun ongehoorzaamheid aan God, op zich zou gaan nemen. Al een heel tijdje had hij over deze man gesproken waarvan ook vele profeten voor hem al hadden gesproken. Maar nu was de tijd gekomen dat die lang besproken figuur op toneel kwam.

Voorbestemde opgetekend in de Boeken

Al lang voordat Johannes werd geboren was hij veelvuldig besproken en opgetekend in de Boeken, maar tot dan had Johannes nog anderen hem gezien in de functie die hij moest bekleden als voorbestemde. Johannes wist wel van zijn taak die er in bestond om hem aan de Israëlieten bekend te maken en om hen wit te wassen in water (te dopen) als voorbereiding van aanvaarding van zijn Witwassing (door zijn bloed of dood).

Neerdaling van de Heilige Geest over Jeshua en verklaring van God over Zijn geliefde zoon

Toen Johannes Jeshua (Jezus) doopte, kon hij, zoals vele omstaanders, de Heilige Geest als een duif neerdalen uit de hemel die op hem bleef en verklaarde dat die met de Heilige Geest zou dopen, waar na het zien van dit gebeuren Johannes ook zei dat deze man de "Zoon van God" is.

29 Daags daarop wordt hij Jezus gewaar, als die tot hem komt; hij zegt: zie, het lam van God dat wegdraagt de zonde der wereld!(-) 30 hij is het over wie ik heb gezegd: na mij komt een man die vóór mij is geworden, omdat hij eerder was dan ik; 31 ook ik wist niet dat híj het was, maar opdat hij aan Israël zal verschijnen, daarom ben ik gekomen dopend met water! 32 En Johannes getuigt ook en zegt: ik heb aanschouwd hoe de Geest als een duif neerdaalde uit de hemel en bleef rusten op hém; 33 ook ík wist niet dat hij het was, maar die mij gestuurd heeft om te dopen met water, hij heeft tot mij gezegd ‘op wie je de Geest ziet neerdalen en op hem blijven, díe is het die doopt met heilige Geest’; 34 ik heb het zelf gezien en ben er getuige van geworden dat hij is de Zoon van God! (Joh 1:29-34 NB)

“16 Als Jezus is gedoopt loopt hij meteen uit het water de wal op; en zie, geopend worden de hemelen en hij ziet de Geest van God neerdalen alsof het een duif is en komen op hem, 17 en zie, een stem uit de hemel die zegt: dit is mijn zoon, de geliefde, in wie ik een welbehagen heb!” (Mt 3:16-17 NB)

Eerste leerlingen die wensten te volgen

Verkiezing van discipelen

Nadat Jeshua door zijn kozijn in de rivier de Jordaan gedoopt was en God boven Jeshua hem als Zijn geliefde zoon verklaard had begon Jeshua, die door' Johannes het "Offerlam van God" genoemd werd, zijn publieke leven, waarbij hij al snel enkele leerlingen uitkoos om met hem mee te gaan.

De dag na de doop van Jeshua stond Johannes daar weer, met twee van zijn leerlingen en toen hij Jeshua zag lopen hoorden twee jongelingen hem zggen dat daar het Lam van God liep. Hierop gingen zij die man achterna, waarop Jeshua hen vroeg wat ze zochten.

35 Daags daarop staat Johannes daar weer, met twee van zijn leerlingen; 36 Als hij Jezus in het oog krijgt die daar loopt zegt hij: zie, het lam van God! 37 Die twee leerlingen van hem horen hem dat uitspreken en volgen Jezus! 38 Maar als Jezus zich omkeert en aanschouwt dat zij hem volgen, zegt hij tot hen: waar zijt gij naar op zoek? Zij zeggen tot hem: rabbi, vertaald wil dat zeggen: leermeester- waar houdt u verblijf? 39 Hij zegt tot hen: komt en ziet! Dan komen ze en zien waar hij verblijf houdt, en ze blijven bij hem, die bijzondere dag. Het is geweest omstreeks het tiende uur. 40 Andreas, de broer van Simon Petrus, is een van de twee geweest die van Johannes hoorden over Jezus en hem volgden; 41 hij weet de volgende morgen zijn broer, Simon te vinden en zegt tot hem: we hebben de Messias gevonden!- vertaald is dat: Christus,- gezalfde!42 Hij voert hem mee naar Jezus. Als hij hem in het oog krijgt zegt Jezus: jij bent Simon de zoon van Johannes?- jij zult Kefas genoemd worden!- wat vertaald wordt met Petrus,- rotsman.

Leraar uit Nazareth

De jongelingen zagen snel in dat die sobere, maar welbespraakte man uit Nazareth hun leraar kon zijn. Mogelijks begon ook Jeshua zijn jongere broer, de latere evangelist Johannes, hem te volgen met Filippus, Petrus Cephas of Simon, Andreas, Filippus en Nathaniël uit Kana die zijn vooroordelen tegen Nazareërs niet opvolgde, maar besefte dat het hier ging om de man over wie Mozes en de profeten hadden geschreven.

Ook al hadden mensen uit Nazareth geen goede naam bij Joden en behoorde Jeshua tot een zeer vrome Joodse sekte, de Selenen, zag Nathaniël dat hij hier te doen had met een echte Israëliet: een werkelijk eerlijk en oprecht man.

Deze eerste leerlingen hadden er toen nog helemaal geen besef van wie zij eigenlijk echt kwamen te volgen.

43 Daags daarop wil hij uittrekken naar Galilea, als hij Filippus vindt en Jezus tot hem zegt: volg mij! 44 Filippus is afkomstig geweest uit Betsaïda, uit dezelfde stad als Andreas en Petrus. 45 Filippus vindt Natanaël en zegt tot hem: die Mozes heeft beschreven in de Wet, en de profeten ook, die hebben we gevonden: Jezus, de zoon van Jozef uit Nazaret! 46 Natanaël zegt tot hem: kan er uit Nazaret iets goed zijn? Filippus zegt tot hem: kom en zie! 47 Jezus ziet Natanaël tot hem komen en zegt over hem: zie, waarlijk een zoon van Israël ‘in wie geen bedrog is’. 48 Natanaël zegt tot hem: vanwaar kent u mij? Jezus antwoordt en zegt tot hem: vóórdat Filippus je riep, toen je onder de vijgenboom zat, zag ik je al! 49 Natanaël antwoordt hem: rabbi, u bent de Zoon van God, u bent de koning van Israël! 50 Jezus antwoordt en zegt tot hem: omdat ik tot je zei dat ik je zag daar onder de vijgenboom geloof je?- grotere dingen dan dit alles zul je zien! 51 En hij zegt tot hem: vast en zeker is het, zeg ik je: je zult de hemel open zien met de engelen Gods opklimmend en neerdalend op de zoon des mensen!” (Joh 1:43-51 NB)

Apostelen Afgezanten en Vertegenwoordigers

Angst van leerlingen van Jeshua

Uit die eerste reeks leerlingen koos Jeshua zeer getrouwe leerlingen die als het ware meer werden dan zijn vrienden. Ook al kwam er toen zij geconfronteerd werden met de gevangenneming van hun leermeester wel zulk een grote angst in hun op dat zij het zelfs niet kenbaar durfden te maken dat zij Jeshua maar enigszins kenden, laat staan volgden. Zelfs de zeer trouwe Petrus wanneer hij bevraagd werd durfde het niet toe te geven.

“69 Petrus is buiten gaan zitten, in de binnenhof; tot hem komt één slavinnetje, dat zegt: ook jíj was met Jezus de Galileeër! 70 Hij loochent dat ten overstaan van allen, en zegt: ik weet niet wat je zegt! 71 Maar als hij naar buiten gaat, het portaal in, is er een ander meisje dat hem ziet en tot hen die daar zijn zegt: híj was met Jezus de Nazoreeër! 72 Wéér loochent hij dat, met een bezwering: ik heb geen weet van die mens! 73 Even later komen de omstanders naar hem toe en zeggen tot Petrus: wel waar, ook jij bent één van hen, want ook je praat verraadt je! 74 Dan begint hij te vloeken en te zweren ‘ik heb geen weet van die mens!’ En meteen kraait er een haan 75 en herinnert Petrus zich de uitspraak van Jezus waarin hij heeft gezegd ‘voordat er een haan kraait zul je me driemaal verloochenen!’ En buitengekomen huilt hij bitter.” (Mt 26:69-75 NB)

Moeilijkheden om openlijk te bekennen een volger van Jeshua te zijn

Doorheen de tijden kwam zulk een ontkenning door volgelingen van Jeshua nog meer voor. In de Joodse gemeenschap is het tot vandaag een heel probleem om openlijk te durven toegeven dat men gelooft dat Jeshua die gezonden beloofde Messias is die al geweest is en binnenkort zelfs zal weerkeren. Wij kunnen zelfs zien dat in bepaalde Messiaans Joodse gemeenschappen meerderen niet openlijk durven spreken over hun geloof of de keuze durven kenbaar maken van hun weigering om Jezus als god te erkennen. Zij willen dan wel Jeshua als Messias aannemen, maar durven anderen die Jeshua tot hun drievoudige god gemaakt hebben niet op hun fout inzicht wijzen, omdat ze vrezen dan uitgesloten te worden of helemaal alleen te staan, daar zij dan niet welkom zijn bij de Joden en niet bij die (Trinitarische Christenen). Doordat er in hun omgeving geen gemeenschappen zijn van Messiaanse Joden die enkel de God van Abraham aanbidden, zoals bijvoorbeeld Jeshuaisten of Jesjoeaisten (zoals ze in Nederland genoemd worden), of geen Christelijke kerken zijn waar men ook aan Die Éne Ware God houdt en de Drie-eenheid verwerpt, zijn ze bang in een leeg gat te vallen. Hen zouden wij echter aanraden te doen als de apostelen deden en Jeshua's opdracht na te volgen met uit te gaan om het Goede Nieuws te verkondigen, maar al te beginnen ter plaatse, door in en rond hun eigen omgevingen proberen ware volgers voor Jeshua bijeen te brengen en zo Jeshuaistische gemeenschappen te vormen en zo een mogelijkheid te scheppen om met meerdere gelijkgezinden contacten te leggen bij het lid worden van een wereldwijde beweging.

Apostelen en afgezanten van Jeshua

Met 'Apostel' (van Griekse apostolos, “gezonden persoon”, "boodschapper" of "gezant"), wordt normaal gesproken een van de 12 door Jeshua (Jezus Christus) zelf gekozen discipelen bedoeld. De term wordt soms ook toegepast op anderen, vooral Saul of Paulus, die zich een paar jaar na Jezus' dood tot de Christenheid (of zo men wil, het christendom) bekeerde. In Lukas 6:13 staat dat Jeshua 12 leerlingen koos uit zijn discipelen die hij 'apostelen' noemde,

In Marcus 6:30 worden de "Twaalf Apostelen" genoemd wanneer er melding wordt gemaakt van hun terugkeer van de missie van prediking en genezing waarop Jeshua hen had gezonden. De volledige lijst van de Twaalf wordt gegeven met enige variatie in Marcus 3, Matteüs 10 en Lukas 6 als: Petrus en Andreas, de zonen van Johannes (Johannes 21:15); Jakobus of James en Johannes, de zonen van Zebedeüs; ; Filip of Philip, Bartolomeüs; Mattheüs; Thomas; Jakobus, de zoon van Alphaeus; Judas of Thaddaeus, de zoon van Jakobus; Simon de Cananaiet of de ijveraar; en Judas Iscariot. Eveneens wordt er in de Heilige Schrift al gewaarschuwd voor pseudo- of schijnapostelen.

Wij kunnen geen apostelen zijn, maar kunnen nog steeds vertegenwoordigers of afgezanten, en dat is wat in lijn ligt met de lering van de Nazareense rebbe.

Jeshua, door God gestuurd, om het Licht en de Weg naar Verlossing en Leven te zijn naar Gods Wil

Jeshua toont de weg

Jeshua was meerdere keren dagen onderweg. Op de vele paden die hij bewandelde, riep hij mensen op om hem te erkennen als de weg naar verlossing en tot het leven. Jeshua toonde de mensen om hem heen het pad dat zij moesten gaan bewandelen. Hij beloofde hen ook, als zij hem wensten te volgen, hij voor het licht in de duisternis zou zorgen. Maar dan zouden zij wel Jeshua moeten erkennen als de gezondene van God welke de mensen de Weg naar God moest tonen en hen die de weg kwijt zijn, zich verloren voelen of verdrukt zijn, terug brengt naar Bnei Yisroel (Israël Volk van God) of het Huis van Israël.

Verkondiger van het Koninkrijk van God

Jeshua ging op pad om het Koninkrijk van God te verkondigen en verlangde dat ook van zijn volgelingen, leerlingen en apostelen, die zoals hij de wil van Jeshua's hemelse Vader moeten doen. Zij die de woorden van Jeshua aannemen, hem eren, moeten ook geloven in Diegene Die Jeshua naar deze aarde heeft gestuurd, want zonder het geloof in Die Enige Ware God is er geen redding mogelijk.

“Maar hij zegt ten antwoord: ik ben slechts uitgezonden tot de verloren schapen van het huis van Israël!” (Mt 15:24 NB)

“om goede tijding aan te kondigen aan armen, hij heeft mij uitgezonden om te prediken aan gevangenen vrijlating en aan blinden nieuw gezicht,- om verdrukten uit te zenden in vrijlating,” (Lu 4:18 NB)

“Hij heeft tot hen gezegd: ‘ook aan de overige steden moet ik het koninkrijk van God aankondigen,- dáárvoor ben ik uitgezonden!’,” (Lu 4:43 NB)

Afgezanten van God

“wie naar u hoort, hoort naar mij, en wie u afwijst, wijst mij af; en wie mij afwijst wijst hem af die mij heeft gezonden!” (Lu 10:16 NB)

“want die God als afgezant gezonden heeft, die spreekt uit wat God wil zeggen; want hij geeft de Geest zonder beperking;” (Joh 3:34 NB)

“Maar Jezus zegt tot hen: mijn spijze is dat ik de wil doe van hem die mij erop uitstuurt en het werk dat hij opdraagt volbreng!(-)” (Joh 4:34 NB)

“23 zodat allen de Zoon zullen eren zoals ze de Vader eren; wie de Zoon niet eert, eert niet de Vader die hem heeft gestuurd!(-) 24 vast en zeker is het, zeg ik u, dat wie mijn spreken hoort en gelooft in wie mij uitstuurt, eeuwig leven heeft en niet in het oordeel komt; nee, hij is overgegaan uit de dood naar het leven;” (Joh 5:23-24 NB)

“ik kan niets uit mijzelf doen: zoals ik het van de Vader hoor, zo oordeel ik, en mijn oordeel is rechtvaardig,- omdat ik niet zoek wat ik wil maar wat hij wil die mij heeft uitgestuurd;” (Joh 5:30 NB)

Jeshua werken doend en getuigenis afleggend van zijn Vader

“36 ik heb het getuigenis dat groter is dan dat van Johannes; want de werken die de Vader mij te voltooien heeft gegeven,- alle werk dat ik afmaak betuigt over mij dat de Vader mij heeft gezonden; 37 en die mij gestuurd heeft, de Vader, hij heeft over mij getuigd, ook al hebt ge zijn stem nooit gehoord en zijn gezicht nooit gezien; 38 ook zijn spreken hebt ge niet als iets dat in u blijft, want die hij heeft uitgezonden, hem schenkt ge geen geloof;” (Joh 5:36-38 NB)

“Jezus antwoordt en zegt tot hen: dit is het werk naar Gods wil: dat ge vertrouwt op hem die hij heeft gezonden!” (Joh 6:29 NB)

“38 omdat ik van de hemel neergedaald ben niet om mijn wil te doen maar de wil van wie mij heeft gestuurd; 39 en dit is de wil van wie mij gestuurd heeft met al wat hij mij heeft gegeven: dat ik daarvan niets verloren laat gaan maar het zal doen opstaan ten laatsten dage;” (Joh 6:38-39 NB)

“niemand kan het, komen tot mij, als de Vader die mij heeft gestuurd hem niet trekt; en dan doe ik hem ten laatsten dage opstaan.” (Joh 6:44 NB)

“zoals de levende Vader mij heeft gezonden en ik leef door de Vader, zal ook hij die mij eet leven door mij;” (Joh 6:57 NB)

Jeshua gestuurd door God

“16 Dan antwoordt Jezus hun en zegt: mijn onderricht is niet van mijzelf maar van hem die mij gestuurd heeft; 17 als iemand de wil heeft om zijn wil te doen, zal hij van dit onderricht wel onderkennen of het uit God is of dat ik van mijzelf uit spreek; 18 wie van zichzelf uit spreekt, zoekt zijn eigen glorie, maar wie de glorie zoekt van wie hem heeft gestuurd, die is waarachtig; ongerechtigheid is er in hem niet!(-)” (Joh 7:16-18 NB)

“28 Dan schreeuwt Jezus het uit in het heiligdom, bij zijn onderricht, en zegt: ja, u weet wíe ik ben en u weet van wáár ik ben, maar ik ben niet vanuit mijzelf gekomen nee, het is de Waarachtige die mij heeft gestuurd, en van hem hebt u geen weet! 29 Ik weet wie hij is omdat ik ben van bij hem en hij mij heeft gezonden!” (Joh 7:28-29 NB)

“32 De farizeeërs horen dat de schare dit over hem murmelt en ze zenden, overpriesters en farizeeërs samen, gerechtsdienaars uit om hem te grijpen. 33 Dan zegt Jezus: nog een korte tijd ben ik bij u, ik ga heen tot hem die mij heeft gestuurd;” (Joh 7:32-33 NB)

“16 en als ík oordeel is mijn oordeel op waarheid gegrond, omdat ik niet alleen sta: ik ben samen met hem die mij gestuurd heeft; 17 ook in de Wet die u zo lief is staat geschreven dat het getuigenis van twee mensen waar is; 18 ík ben hier en getuig over mijzelf, en over mij getuigt de Vader die mij heeft gestuurd!” (Joh 8:16-18 NB)

“veel heb ik over u te spreken en te oordelen, maar hij die mij gestuurd heeft is waarachtig, en wat ikzelf van hem heb gehoord, dat spreek ik uit tot de wereld!” (Joh 8:26 NB)

“die mij heeft gestuurd is bij mij, hij heeft mij niet alleen gelaten, omdat ik te allen tijde doe wat hem welgevallig is!” (Joh 8:29 NB)

“Jezus zegt tot hen: als God uw Vader was zoudt ge mij liefhebben, want ik ben van God uitgegaan en naar hier gekomen; want ik ben niet vanuit mijzelf gaan spreken nee, hij heeft mij uitgezonden;” (Joh 8:42 NB)

Werkzaam in de werken van God die Jeshua uitstuurde

“wij móeten werkzaam zijn in de werken van hem die mij uitstuurt zolang het dag is: er komt een nacht waarin niemand werken kán!(-)” (Joh 9:4 NB)

“zegt u dan van hem die door de Vader is geheiligd en uitgezonden tot de wereld ‘je lastert God’?, omdat ik heb gezegd ‘ik ben Zoon van God’?(-)” (Joh 10:36 NB)

“het woord dat ge hoort is niet dat van mij maar van hem die mij stuurt, de Vader;” (Joh 14:24 NB)

“Maar dat alles zullen ze u aandoen vanwege mijn naam omdat ze niet weten wie mij gestuurd heeft.” (Joh 15:21 NB)

“maar nu ga ik heen naar wie mij heeft gestuurd,- en niemand van u vraagt me: waar gaat u heen?(-)” (Joh 16:5 NB)

“En dit ís het eeuwige leven: dat zij ú kennen, de enige, de waarachtige God, én hem die gij gezonden hebt,- Jezus de Christus.” (Joh 17:3 NB)

“want de dingen die gij mij hebt gegeven heb ik gegeven aan hen, en zij hebben ze aangenomen en hebben waarachtig erkend dat ik van bij u ben uitgegaan: zij vertrouwen erop dat gij mij hebt gezonden.” (Joh 17:8 NB)

Uitgezonden door de geliefde zoon van God

“18 Zoals gij mij de wereld in hebt gezonden, heb ook ik hén de wereld in gezonden; 19 en ter wille van hen heilig ik mijzelf u toe opdat ook zíj u toegeheiligd mogen worden in waarachtigheid. 20 Niet alleen voor hen bid ik maar ook voor hen die door hún woord in mij gaan geloven, 21 dat ze allen één mogen zijn, zoals gij, Vader, één zijt met mij en ik met u,- dat zij ook één zijn met ons, opdat de wereld gelove dat gij mij hebt gezonden. 22 Ook heb ik de heerlijkheid die gij mij hebt gegeven gegeven aan hen, opdat zij één zijn zoals wij één zijn: 23 ik met hen en gij met mij,- dat ze mogen zijn, voltooid tot één, opdat de wereld erkenne dat gij mij hebt uitgezonden en hen hebt liefgehad zoals gij mij hebt liefgehad. 24 Vader,- wat gij mij hebt gegeven, daarvan is het mijn wil dat waar ík ben ook zíj wezen mogen, mét mij, dat ze mijn heerlijkheid aanschouwen mogen die gij mij hebt gegeven, omdat gij mij hebt liefgehad reeds voor de grondlegging der wereld. 25 Vader, Rechtvaardige, ook al heeft de wereld u niet erkend, ík heb u erkend, en zij hier hebben herkend dat gij mij hebt uitgezonden,” (Joh 17:18-25 NB)

“Dan zegt Jezus weer tot hen: vrede voor u!- zoals de Vader mij heeft uitgezonden zo stuur ook ik u uit!” (Joh 20:21 NB)

“want eng is de poort en versmald de weg die leidt naar het leven, en weinigen zijn het die haar vinden.” (Mt 7:14 NB)

Licht, weg en opstanding van het leven

“Als Jezus dan weer tot hen spreekt zegt hij: ik ben het licht der wereld, wie mij volgt zal niet wandelen in het duister, nee, die zal het licht des levens hebben.” (Joh 8:12 NB)

“Maar Jezus zegt tot haar: ik ben de opstanding en het leven; wie gelooft in mij zal leven, ook als hij sterft;” (Joh 11:25 NB)

Men moest weten dat Jeshua of Jezus de gezondene van God is die iedereen naar God toe kan brengen.

“Jezus zegt tot hem: ikzelf ben de weg, en de waarheid en het leven; niemand komt tot de Vader dan door mij;” (Joh 14:6 NB)

“En dit ís het eeuwige leven: dat zij ú kennen, de enige, de waarachtige God, én hem die gij gezonden hebt,- Jezus de Christus.” (Joh 17:3 NB)

Volgers van De Weg

Verlangen van Jeshua

Jeshua die steeds deed wat God welgevallig is, verlangt ook van zijn volgelingen dat zij dat doen.

In de eerste eeuw van deze huidige tijdrekening waren het eerst Joden die aannamen dat God Jeshua had gezonden en aanvoelden dat hij hen ook zo in de wereld had gezonden. Zoals Jeshua zich apart plaatste (in vele Bijbels vertaald als "heiligde") voelden zij ook aan dat zij zich van deze wereld moesten afzonderen, zodat ook zij apart geplaatst of geheiligd mogen zijn door de waarheid.

Volgers van de apostelen

Besef en eenheid

Hierbij beseften diegenen die ingingen om de apostelen te volgen (na de dood en verrijzenis van Jeshua) dat zij allen één moesten zijn, zoals God, in Christus en Jeshua in Hem is, opdat ook zij in Jehovah God en Jeshua één konden zijn; opdat de wereld zou komen te geloven dat Jehovah God Jeshua gezonden heeft. (Johannes 17:21-24)

Behorende tot de Weg

Erkenning van God en geloof in Christus

De wereld heeft het heel moeilijk om Jehovah als God te erkennen, maar Jeshua had Hem gekend, en de apostelen erkenden ook dat God hun rebbe Jeshua gezonden had (Johannes 17:25). Met die boodschap en met de boodschap van een komend zalig Koninkrijk konden de apostelen mensen bekeren tot het geloof in Christus en vormden zo een nieuwe richting in het Judaïsch of Joodse geloof, die eerst als een sekte werd aanschouwd en de naam "De Weg" kreeg. Naargelang deze groep aangroeide, vergrote ook de tegenstand, zelfs in die mate dat men hen zelfs in de gevangenis wenste te gooien en te folteren, zodat zij hun geloof zouden afzweren.

“1 Saulus briest nog steeds van dreiging en moord tegen de leerlingen van de Heer. Hij komt bij de hogepriester 2 en vraagt van hem brieven aan Damascus, voor de synagogen daar, om, als hij er vindt die bij de Weg horen, mannen zowel als vrouwen, ze gebonden naar Jeruzalem te mogen voeren.” (Hnd 9:1-2 NB)

“8 Na binnenkomst in de synagoge heeft hij daar gedurende drie maanden vrijuit gesproken, met overredingskracht het gesprek voerend over het koninkrijk van God. 9 Maar sommigen hebben zich verhard en lieten zich niet overreden. Als zij tegenover de menigte blijven kwaadspreken van ‘de Weg’, neemt hij afstand van hen en zondert hij de leerlingen af, terwijl hij dagelijks het gesprek voert in de school van Tyrannus. 10 Dit geschiedt gedurende twee jaren, zodat allen die in Asia wonen het woord des Heren horen, én Judeeërs én Hellenen. 11 Niet de toevalligste daden van kracht ook heeft God door Paulus’ handen gedaan,” (Hnd 19:8-11 NB)

“14 maar ik beken u dit: volgens ‘de Weg’ die zij een ketterij noemen, zó vereer ik de voorvaderlijke God; ik geloof in alles wat volgens de Wet is en in de profeten staat geschreven; 15 ik heb hoop op God en zij zelf koesteren die ook- dat er weldra een opstanding zal zijn van én rechtvaardigen én onrechtvaardigen; 16 daarom oefen ik ook mijzelf om een onberispelijk geweten te hebben voor God en de mensen, aldoor;” (Hnd 24:14-16 NB)

Niet-Joden aangesloten bij de Weg niet welkom in de synagoge

Naargelang er zich meer Helenen en goyim, of niet-Joden, bij de beweging wensten aan te sluiten kwamen enkele problemen zoals de besnijdenis en het eten van bepaalde goederen (zoals varkensvlees) naar boven. Alsook wensten meerdere Joden deze bij die beweging aangesloten niet-Joden niet hun synagoge binnen te laten voor de erediensten of studiesessies. Dat maakte dat de volgers van Jeshua meer en meer toegewezen werden om samen te komen in andere plaatsen dan in de Joodse tempels. Als Bet HaKneset of Huis van samenkomst werden dan maar privé woningen en publieke huizen gebruikt zoals herbergen. Die samenkomst plaatsen worden tot vandaag ook nog wel Synagoge of Sjoel genoemd, maar andere namen zoals Mikdash of Tempel, Beis of Beit Hamikdash of Tempelhuis, Gemeenschapshuis, Gebedshal, Koninkrijkszaal e.a. werden en worden nog steeds gebruikt.

Volgers van Jeshua de Christus, Christenen of Jeshuaisten

Ontwikkeling van de christenheid

De christenheid begon zich te ontwikkelen nadat zich meer niet-Joden begonnen aan te sluiten bij de rondtrekkende apostelen en hun Joodse volgelingen.

Beginnend in de 1e eeuw van onze Gewone Tijdrekening, nadat Jeshau was gestorven en verrezen, als een sekte van Joodse mensen in Judea, verspreidde het geloof in die prediker zich snel over het hele Romeinse rijk.

Doordat die aangroei niet alleen de Joodse geestelijke leiders maar ook de wereldse leiders zorgen deed baren werd er op meerdere plaatsen over gegaan tot vervolging van de 'volgers van Jeshua'.

Verspreiding tijdens vervolging

Ondanks de vroege vervolging van deze gelovigen bleven verkondigers rondtrekkken zonder dat zij betaald werden en overheerst werden door een geestelijke of kerkelijke leider of organisatie, niettegenstaande er wel regelmatig overleg was met Jeshua's apostelen en er op regelmatige basis grote samenkomsten of geestelijke debatten werden gevoerd die later als synodes en concilies zouden benoemd worden.

Noodzaak om al of niet Jood te worden

Zoals eerder gemeld waren de meeste van de eerste christenen etnisch joodse of joodse proselieten. Een vroege moeilijkheid kwam van niet-joodse bekeerlingen. Er was de vraag of ze eerst 'Joods' moesten worden voordat ze Jeshuaist (volger van Jeshua) of christen (volger van Christus) werden. De beslissing van de apostel Peter was dat ze dat ze niet hoefden 'Jood' te worden en zich niet aan alle Joodse mitzvot (de Taryag-mitzvot of 613 geboden, en de Halachot of voorschriften) hoefden te houden. De kwestie werd verder besproken met het Concilie van Jeruzalem.

Conflict met enkele joodse religieuze autoriteiten

De leerstellingen van de apostelen brachten de vroege kerk in conflict met enkele joodse religieuze autoriteiten, en dit leidde uiteindelijk tot het martelaarschap van de eerste van zeven door de apostelen aangestelde diakenen, Stefanus, die dan ook als eerste martelaar werd bestempeld. De eerste van "de twaalf" volgelingen van Jeshua, apostel en de broer van Jeshua, Jakobus (de Meerdere, om hem te onderscheiden van zijn naamgenoot die Jakobus de Mindere werd genoemd) vond ietsje later de door marteling.

Oprichting van ecclesia

Door dat de volgelingen van Jeshua werden verdreven uit de synagogen en private en publieke plaatsen als herbergen niet zo ideaal waren om mensen te ontvangen en bid gelegenheid te geven werden ekklesia (ecclesia) of kerken gebouwd. De ecclesia was de gemeenschap van gelovigen die al snel veiligheid vond om samenkomsten te houden in ecclesiae waar zij dan tezamen dienst konden verrichten. Geleidelijk aan kreeg het nalatenschap van Jeshua (het Jeshuaisme of christenheid of christendom) een ​​andere identiteit dan het Judaïsme of jodendom.

De naam Christen

De naam "christen" (Grieks Χριστιανός) werd voor het eerst gebruikt voor de discipelen in Antiochië.

“Maar sommigen daarvan zijn mannen van Cyprus en Cyrene, en zij komen in Antiochië en zij zijn ook tot de Hellenen gaan spreken, Jezus verkondigend als de Heer.” (Hnd 11:20 NB)

“26 en als hij hem gevonden heeft leidt hij hem naar Antiochië. Het geschiedt hun dat zij zelfs een heel jaar samen blijven in de vergadering en een aanzienlijke schare onderricht geven; ook treden de leerlingen voor het eerst in Antiochië op als ‘christenen’. 27 In die dagen komen er van Jeruzalem profeten af naar Antiochië.” (Hnd 11:26-27 NB)

“Agrippa tot Paulus: met weinig méér overtuig je me om me als christen voor te doen!” (Hnd 26:28 NB)

“maar als het is als ‘christen’, -die hoeft niet beschaamd te zijn maar mag God verheerlijken met deze naam,(-)” (1Pe 4:16 NB)

Eer aandoend aan de naam van rebbe Jeshua

Er werd namelijk ingezien dat met het erkennen van Jeshua zijn daden en naam ook alle eer werd aangedaan aan Hem Die Jeshua had gezonden. Want met het verkondigen van de boodschap van Jeshua werd alle eer aan Jehovah God, de hemelse Vader van Jeshua gedaan, Die aan het hoofd van Jeshua en zijn volgelingen stond.

“Maar wel wil ik dat ge weet dat de Christus het hoofd is van elke man, de man het hoofd van de vrouw en God het hoofd van de Christus.” (1Co 11:3 NB)

“Maar wanneer alles aan hem onderworpen is, dán zal ook de Zoon zelf zich onderwerpen aan hem die alles aan hem heeft onderworpen, opdat het zal zijn: God alles in allen!” (1Co 15:28 NB)

Als broeders en zusters door het leven

Ook al werden zij bedreigd lieten die eerste volgelingen van Jeshua het niet na te verkondigen en de Waarheid te vertellen, op gevaar van eigen leven. Maar doordat zij in elkaar steun en eendracht vonden door als broeders en zusters in Christus door het leven te gaan vonden zij veerkracht en doorzettingsvermogen in hun hoop op wat nog moest komen en hen was beloofd als 'kinderen van de belofte'. door Jeshua als Gods zoon te erkennen en te eren werd hun eer naar de God van Jeshua bevestigd en bestendigd.

“23 maar het uur komt en is er nu dat de waarachtige aanbidders de Vader zullen aanbidden in geestkracht en waarachtigheid, want naar hen die hem zó aanbidden is de Vader op zoek; 24 God is Geest, en wie hem aanbidden moeten aanbidden in geestkracht en waarachtigheid!” (Joh 4:23-24 NB)

“22 want de Vader oordeelt niemand meer, nee, het oordeel heeft hij aan de Zoon gegeven, 23 zodat allen de Zoon zullen eren zoals ze de Vader eren; wie de Zoon niet eert, eert niet de Vader die hem heeft gestuurd!(-)” (Joh 5:22-23 NB)

Akkoord met Romeinse leiders

Athaniaanse Geloofsbelijdenis

Naar de vierde eeuw van deze Gewone Tijdrekening toe werd het alsmaar moeilijker om de vervolging te weerstaan en besloten meerdere geestelijke leiders het op een akkoord te gooien met de toenmalige heerser in Constantinopel. Er heerste een grote onenigheid, maar toch besloot de meerderheid onder druk van de Romeinse heersers een Athaniaanse Geloofsbelijdenis op te stellen waarin werd gezegd:

"de Vader is God, de Zoon is God en de Heilige Geest is God, en toch zijn er niet drie Goden, maar één God."

dit in tegenstelling tot de leer van Christus Jezus (Jeshua) die altijd duidelijk had gemaakt dat hij de gezondene van God was die niets kon doen zonder Die God van Abraham, Die veel groter is dan hem.

Leerstelling van een Drie-eenheid

Zulke leerstelling van een Drie-eenheid of Drievuldigheid is totaal tegen de leer van de apostelen en hun ware volgers, die met lede ogen moesten toezien hoe hun geloofsleer verraden en 'verkracht' werd door geestelijken die samen wilden heulen met de wereldse leiders en de economie van de verkoop van afgodsbeelden en geestelijke prullaria hoog wilden houden.

“maar voor ons is er één God, de Vader, uit wie alle dingen zijn en voor wie wij zijn bestemd, en één Heer, Jezus Christus, door wie alle dingen zijn en door wie wij zijn.” (1Co 8:6 NB)

“naar voorkennis van God de Vader en in heiliging door de Geest uitverkoren tot gehoorzaamheid en besprenkeling met bloed van Jezus Christus: genade voor u en vrede in overvloed!” (1Pe 1:2 NB)

“In het negende uur van de dag schreeuwt Jezus met grote stem: Eloï, Eloï, lama sabachthani? Vertaald is dat: mijn God, mijn God, waartoe hebt ge mij verlaten?” (Mr 15:34 NB)

Jeshua's naamsverandering tot Jezus

Nu leek het wel of God de mens verliet en deze achter liet in hun koppigheid om aan de wereld voldoening te schenken. Men ging zelfs zo ver om Jeshua's naam te vervormen tot Issou (Jesus of Jezus) of Heil Zeus, om zo de afgod Zeus te erkennen als de hoogste godheid die alle eer moest krijgen.

Insijpeling van valse leer

Toen deze keuze werd gemaakt om te plooien naar de wereldse leiders en af te zien van Bijbelse doctrines kon verdere valse leer het geloof binnensluipen en werd er met de tijd meer en meer aandacht geschonken aan menselijke in plaats van Bijbelse leerstellingen.In de tijd van de apostelen hadden dezen al gewaarschuwd voor het gevaar van valse leermeesters.

“veel namaakprofeten zullen ontwaken en velen op een dwaalspoor brengen;” (Mt 24:11 NB)

“want er zullen namaakchristussen en namaakprofeten ontwaken, en zij zullen grote ‘tekenen en wonderen geven’ zodat ze, als het mogelijk is, ook de uitverkorenen op een dwaalspoor brengen;” (Mt 24:24 NB)

“Kinderen, het is de laatste ure: ge hebt gehoord dat de anti-christus komt, en zo zijn er nu ook vele anti-christussen opgekomen en daaraan onderkennen we dat het de laatste ure is;” (1Jo 2:18 NB)

“Hoedt u voor de valse profeten die tot u komen in schaapskleren, maar van binnen grijpgrage wolven zijn;” (Mt 7:15 NB)

“er zullen namaakchristussen en namaakprofeten ontwaken, en zij zullen tekenen en wonderen doen, om, als dat mogelijk is, de uitverkorenen tot dwaling te brengen;” (Mr 13:22 NB)

“Maar er zijn ook leugenprofeten in de gemeente geweest, zoals er ook bij u leugenleraren zullen zijn, die verderfelijke ketterijen zullen binnensmokkelen; zelfs de meester die hen gekocht heeft zullen ze verloochenen en zo een snel verderf over zich brengen.” (2Pe 2:1 NB)

“Geliefden, vertrouwt niet iedere geestesadem, nee, beproeft de geesten of ze ‘uit God’ zijn, omdat er vele leugenprofeten zijn uitgegaan tot de wereld.” (1Jo 4:1 NB)

“12 Maar wat ik doe zal ik ook blijven doen, om de kans weg te kappen van hen die een kans willen om zich in dezelfde roem te bevinden als ook wij. 13 Want zulke mensen zijn leugenapostelen, bedrieglijke arbeiders die zich voordoen als apostelen van Christus.” (2Co 11:12-13 NB)

“Dan zullen we niet meer onmondig zijn, op en neer en heen en weer geslingerd door allerlei wind van leer in het dobbelspel van de mensen, in hun sluwheid om tot dwaling te verleiden;” (Efe 4:14 NB)

Intrede van heidense gebruiken

Nu konden die valse leermeesters verder zand in de ogen van de mensen strooien. Die mensen waren maar al te blij voor diegenen die hun toelieten of kansen maakten om hun heidense gebruiken en tradities hoog te houden. Hierdoor kon die 'valse kerk' verder wereldwijd tot een populaire kerk uitgroeien en zelfs uit verworden tot een staatsgodsdienst en slaagde dat christendom om de grootste religie ter wereld te worden.

Klarinetist, harpist, fluitist, pianist, Jeshuaist

Mozes opgeroepen door God

Iemand die op een klarinet wil spelen moet een juist rietje hebben om een goede klarinetspeler of klarinetist te worden. Moshe (Mozes) was tussen het riet gelegd waar hij kon gevonden worden en een goede opvoeding kon krijgen in een paleis van iemand die zichzelf als god waande. Mozes werd door God opgeroepen om een stevig riet te zijn voor komende generaties en het Volk van God te leiden.

Liedschrijver Koning David

Lofzangen voor Enige Ware God

Van een gewone simpele herder tot koning geworden, erkende Koning David zijn meerdere in de Enige Ware God van Israël. Voor Hem maakte hij vele liederen en lofzangen en begeleide zichzelf met een harp. Zij die graag en goed op de harp spelen noemen wij ook harpisten.

Lofprijzingen en gebeden voor Enige Ware God

Jeshua vond die lofprijzingen voor God van David ook zeer bruikbare gezangen om als gebeden door te gaan. In navolgingen gebruiken wij daarom die Psalmen van David als inspiratiebron om God te verheerlijken.

Jeshua bad tot zijn Vader in de hemel, die hij erkende als de Enige Ware God. Van zijn volgers verlangde hij ook dat zij niet hem zouden aanbidden, maar aanbidders zouden worden van Die Onzichtbare Alleswetende Eeuwige Superieure Soevereine Geest God.

Navolgers hun benaming

Achtervoegsel -ist

Mensen die iets graag doen of een persoon of gedachtengoed navolgen krijgen de naam van dat voorwerp of die persoon met het achtervoegsel -ist.

Fluitist en Jeshuaist

Zo spreekt men ook over een fluitist, maar ook van een Leninist, Stalinist of Maoist. Dit gaat ook op voor volgelingen van de persoon Jeshua en voor de volgers van de leer van Jeshua, die dan ook Jeshua-ist kunnen genoemd worden.

Jeshuaist een persoon die achter de leer van Jeshua staat en getuigenis aflegt over hem

Niet schamend om hun leraars naam te gebuiken

Een Jeshuaist is dan ook een persoon die achter de leer van Jeshua staat en getuigenis wil afleggen over die man en zijn leerstellingen. Jeshuaisten zijn dan diegenen die door hun naamkeuze naar buiten willen treden als navolgers van die Nazareense Joodse leermeester met de naam Jeshua. Zij schamen zich er niet voor om die "Naam Jeshua" "in hun vlag te dragen". Hun overtuiging dat die leerstellingen van rebbe Jeshua belangrijker zijn dan enige andere menselijke leerstelling, maakt dan ook dat zij naar de buitenwereld hun verbondenheid met die Joodse leermeester willen tonen.

Woorden van hun leermeester als voornaam erfgoed

Voor hun klinken die woorden van Jeshua als harpmuziek in de oren en willen zij met luid trompetgeschal de wereld kenbaar maken dat die Jeshua de enige juiste weg naar God is.

“Jezus zegt tot hem: ikzelf ben de weg, en de waarheid en het leven; niemand komt tot de Vader dan door mij;” (Joh 14:6 NB)

Verkondigende Jeshuaisten

Oplossing tonend tot toegang van het Koninkrijk

Jeshuaisten willen de wereld laten weten dat Jeshua die in de Bijbel lang voorgestelde persoon van Redding is, die ook de sleutels tot de enge doorgang naar het Vrederijk heeft. Jeshuaisten verkondigen met de woorden van Jeshua dat hij de oplossing tot die deur van het Koninkrijk is, omdat hij zelf die deur of toegang is.

“ik ben de deur: als iemand door mij binnenkomt zal hij gered zijn: hij kan ingaan en uitgaan en zal een weide vinden;” (Joh 10:9 NB)

Belangrijkheid tonend om in Jeshua te geloven

Jeshuaisten willen mensen doen inzien dat het geloof in Jeshua belangrijk is, omdat dit poorten opent tot een makkelijker en beter leven. Het is namelijk door het zoenoffer dat hij als losgeld heeft gegeven aan God, dat wij op een zaligmakende verlossing kunnen rekenen. Dankzij Jeshua is de Genade van Verlossing over de mensheid gekomen.

“door wie wij ook de toegang hebben verkregen tot deze genade waarin wij staan, en ook roemen in hoop op de glorie van God.” (Ro 5:2 NB)

Vertrouwen hebbend in beloften van God

Jeshuaisten zijn mensen die vertrouwen hebben in de beloften van God en er op rekenen dat zij door Jeshua in samenhorigheid toegang hebben verkregen tot Jehovah God en Zijn Koninkrijk.

“want door hem hebben wij beiden in één Geest toegang tot de Vader.” (Efe 2:18 NB)

“langs de pas-verschenen en levende weg die hij ons nieuw heeft gebaand door het voorhangsel heen, dat is: zijn vlees,” (Heb 10:20 NB)

“hoewel de Wet door Mozes is gegeven geschiedt ‘de genade en de waarheid’ door Jezus Christus.” (Joh 1:17 NB)

Geestelijke besnijdenis

Toegang voor Jood en niet-Jood

Dankzij Jeshua kunnen goyim of niet-Joden nu genieten van een geestelijke besnijdenis of besnijdenis van het hart.

“Want ik zeg dat Christus voor de waarachtigheid van God bedienaar van de besnijdenis geworden is, om de aankondigingen aan de vaderen te bevestigen,” (Ro 15:8 NB)

Jeshua's woorden ter harte genomen

Jeshuaisten zijn niet alleen maar toehoorders van wat Jeshua te zeggen heeft, maar nemen zijn woorden ten volle ter harte. Ook volgen zij de brieven of geschriften van Jeshua's apostelen zodat zij enig idee hebben hoe zij in die voetsporen van de Verlosser en van de eerste volgers van Jeshua kunnen treden.

“als ge tenminste naar hem hebt gehoord en in hem onderricht zijt zoals waarheid is in Jezus,” (Efe 4:21 NB)

Jeshua hoeksteen van gemeenschap

Jeshuaisten geloven en staan er op als volgers van Jeshua om samen één groep te vormen met Jeshua als hoeksteen van hun gemeenschap, hem erkennend als hoofd van het Lichaam of hoofd van de Gemeenschap. Samen verder bouwend op het fundament van de apostelen.

“gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Christus Jezus zelf de hoeksteen is” (Efe 2:20 NB)

“Voor u dan die gelooft geldt de kostbaarheid; maar voor ongelovigen geldt ‘de steen die de bouwlieden afkeurden, die is geworden tot hoofd van een hoek’” (1Pe 2:7 NB)

“dingen die een schaduw zijn van de dingen die komen; maar het lichaam is dat van de Christus.” (Col 2:17 NB)

Door Jeshua vrijgekochten

Vrijkoper Jeshua

Jeshuaisten geloven dat Jeshua ons heeft vrij gekocht, door zijn eigen wil terzijde te schuiven en slechts de wil te doen van zijn hemelse Vader, Jehovah God, die dan ook het bereide Lichaam wil aanvaarden.

“Daarom zegt hij, komende in de wereld: ‘offerdier en offerande hebt gij niet gewild, maar mij hebt gij een lichaam bereid;” (Heb 10:5 NB)

“Want ge zijt duur gekocht; verheerlijkt dan God met uw lichaam!- en met uw geest, allebei zijn ze van God.” (1Co 6:20 NB)

“Maar in feite heeft God elk van de leden in het lichaam gezet zoals hij heeft gewild.” (1Co 12:18 NB)

Hoop in de vrijmaking door Jeshua

Ook al blijven wij voorlopig nog gebonden aan ons aardse lichaam, hebben Jeshuaisten de hoop in de vrijmaking er van door Christus Jezus, Jeshua de Maschiah (of Messias). In eenheid van geest proberen wij dan ook als deelgenoten het Lichaam van Christus verder op te bouwen en het geloof verder uit te zaaien, zodat het rijkelijk zal mogen groeien in geloof in liefde voor God, door het Goede Nieuws, dat zij ook verder willen uitdragen.

“gezaaid wordt een bezield aards lichaam, er ontwaakt een geestelijk lichaam; als er een bezield aards lichaam is is er ook een geestelijk lichaam;” (1Co 15:44 NB)

“om de heiligen toe te rusten tot het werk van dienstbetoon, tot opbouw van het lichaam van de Christus,” (Efe 4:12 NB)

Jeshua hoofd van getuigende gemeenschap

Getuigen over Jeshua, de eerstgeborene van de doden, en de vorst van de koningen der aarde

“en hij is het hoofd van het lichaam dat de vergadering is. Hij is het begin, als eerstgeborene uit de doden, zodat hij onder allen de eerste wordt,” (Col 1:18 NB)

Als Jeshuaisten of navolgers van Jeshua willen wij getuigen wat hij gedaan heeft en wat hij onderwees. Dit in zulke mate dat wij zijn woorden en daden willen rondbazuinen zoals de apostelen ook gedaan hebben.

“en wij zijn getuigen van alles wat hij heeft gedaan in de landstreek der Judeeërs en Jeruzalem; ze hebben hem weggenomen ‘door hem te hangen aan een hout’;” (Hnd 10:39 NB)

“Als iemand iets anders leert en niet komt tot de gezonde woorden van onze Heer, Jezus Christus, en bij de leer die overeenkomt met godsvrucht,(-)” (1Ti 6:3 NB)

“Laten daarom dan ook wij, nu wij een zo grote wolk van getuigen rondom ons hebben liggen, alle ballast, en de zonde die ons zo makkelijk hindert, afleggen en met volharding de wedstrijd lopen die vóór ons ligt,” (Heb 12:1 NB)

“en van Jezus Christus, de getrouwe getuige, de eerstgeborene van de doden, en de vorst van de koningen der aarde. Aan hem die ons liefheeft en ons van onze zonden heeft verlost door zijn bloed,” (Opb 1:5 NB)

“Hij moet ook een goed getuigenis bij de buitenstaanders hebben, opdat hij niet in opspraak raakt en in een strik van de duivel valt.” (1Ti 3:7 NB)

“Om die reden herinner ik je eraan dat je het vuur van de genadegave van God die door de oplegging van mijn handen in jou is, weer moet laten opleven.” (2Ti 1:6 NB)

Meer prediking naar einde toe

Jeshuaisten leven met het volle besef dat niet iedereen blij zal zijn met zulk een prediking, maar dat dit onmisbaar is voor het verloop der tijden. Namelijk naarmate het einde nadert, zal er meer gepredikt moeten worden over de gehele aarde.

“gaat heen en predikt, zeggend: genaderd is het koninkrijk der hemelen!” (Mt 10:7 NB)

“Deze aankondiging van het koninkrijk zal worden gepredikt in heel de bewoonde wereld tot ze aan alle volkeren is betuigd en dan komt de voleinding;” (Mt 24:14 NB)

“om te prediken een welkom jaar des Heren!’.” (Lu 4:19 NB)

“Het is geschied vervolgens dat híj het land heeft doorkruist, langs stad en dorp predikend en aankondigend het koningschap van God,- met bij zich de twaalf” (Lu 8:1 NB)

“hij heeft aan ons afgekondigd dat wij aan de gemeenschap moesten prediken en betuigen dat hij de door God aangewezen rechter is van levenden en doden;” (Hnd 10:42 NB)

“predik het woord, dring aan, op de goede tijd en ontijdig, weerleg, bestraf, bemoedig,- met alle lankmoedigheid, ook in lering.” (2Ti 4:2 NB)

“En de draak werd razend op de vrouw en ging heen om oorlog te voeren met de overigen van haar zaad, die de geboden van God bewaren en het getuigenis van Jezus hebben.” (Opb 12:17 NB)

“keer terug naar je huis en verhaal al wat God je heeft gedaan! Hij gaat weg, in heel de stad predikend al wat Jezus hem heeft gedaan.” (Lu 8:39 NB)

“Ja, zo dikwijls ge dit brood eet en de beker drinkt, verkondigt gij de dood des Heren, totdat hij komt.” (1Co 11:26 NB)

“Maar wat doet het ertoe?- behalve dat op alle manier, hetzij onder een voorwendsel hetzij in waarachtigheid, Christus wordt verkondigd, en wel in dit tijdsgewricht, en daarover ben ik verheugd; maar ik zal mij ook verheugen.” (Flp 1:18 NB)

Niet schamend om over Jeshua en zijn God te spreken

“Want ik schaam mij voor het verkondigde evangelie niet, want het is een kracht van God tot redding voor al wie het gelooft, én Judeeër allereerst, én Helleen.” (Ro 1:16 NB)

“Hoewel: als ik het evangelie verkondig is dat voor mij geen stof tot roemen, want er rust een noodzaak op mij; want wee mij als ik het evangelie níet verkondig!” (1Co 9:16 NB)

“maar zoals wij door God waardig zijn gekeurd om de verkondiging aan toe te vertrouwen, zó spreken wij, niet om mensen te behagen maar God, die onze harten keurt.” (1Th 2:4 NB)

“maar nu is verschenen door de verschijning van onze redder, Christus Jezus, die de dood werkeloos heeft gemaakt en door de evangelieverkondiging leven en onvergankelijkheid heeft laten oplichten,(-)” (2Ti 1:10 NB)

Vol verwachting zijn Jeshuaisten bereid om het Goede Nieuws van het komend Koninkrijk van Christus en van God te verkondigen, in de hoop dat Jeshua zal wederkeren om het laatste oordeel te vellen.

Maar voor het zo ver is, hopen de godlievende broeders en zusters in Christus, als Jeshuaist meerdere mensen te overtuigen om samen tot hun gemeenschap toe te treden in verbondenheid en in liefde voor God en onze medemens.

Aanvullende lectuur

  1. Op zoek naar God

  2. Wie is God?

  3. 4de Vraag: Wie of wat is God

  4. Op zoek naar antwoorden op de vraag Is er een God # 1 Veel goden

  5. Op zoek naar antwoorden op de vraag Is er een God # 2 Pantheon van goden en feesten

  6. De Enige Ware God

  7. De enige Ware God tegenover Vertrappelende en overheersende goden

  8. Eigenheden aan God toegeschreven

  9. Is God Drie-eenheid?

  10. Drie-eenheidsleer een menselijke dwaling

  11. Heilige Geest Werkzame Kracht van God

  12. De Schepper God wil gevonden worden

  13. Jehovah Voornaamste Hooggeplaatste

  14. Video Waarom zou ik geloven in God

  15. Heeft God je nodig?

  16. Heeft God je mitswa nodig?

  17. Geeft God er echt om?

  18. De Weg naar God

  19. Geloof in God

  20. Communicatie met God

  21. Kijk op het Boek der boeken en het Schrift

  22. Bestseller aller tijden

  23. Bijbel Woord van God tot lering en opvoeding

  24. Essentieel belang van lezen en volgen van de Kitvei Hakodes

  25. Bijbel op de eerste plaats #1/3

  26. Woord zonder boeien vol van kracht

  27. Bijbel - Enige bron van kennis en openbaring van God

  28. Bijbel Geïnspireerd Woord van God

  29. Bijbel baken en zuiverend water

  30. Bijbel verzameld Woord van God

  31. Degene die de schrijvers van de Bijbel goddelijk heeft geïnspireerd, kan het ook bewaren (Hfdst. 1)

  32. Degene die de schrijvers van de Bijbel goddelijk heeft geïnspireerd, kan het ook bewaren (Hfdst. 2)

  33. Mogelijkheid de Bijbel zelf ter hand te nemen

  34. Bijbelboodschap voor ons

  35. Boek in onze handen

  36. Zonde om de Bijbel niet naar haar woord te houden

  37. Met de Bijbel hoort eer aan God gegeven te worden en niet aan mensen

  38. Alles uit de Bijbel is nuttig voor de mens

  39. Bijbel uitzonderlijk Boek van boeken waar niets van weggenomen mag of toegevoegd worden

  40. Belangrijkheid om regelmatig de bijbel te lezen en er begrip van te krijgen

  41. Bouwen op het Bijbels fundament 1.Feit of fantasie?

  42. Waarheid van mens of van God

  43. Ware religie

  44. Wat de Bijbel zegt omtrent Geloof

  45. Wat is de zin van dit leven

  46. Als je beseft dat God bestaat

  47. God voor ons allen

  48. Vertrouwen, Geloof, Roepen en Toeschrijving aan Jehovah #3 Stem van God #6 Woorden tot voedsel en communicatie

  49. Taal van de Bijbel onder ogen zien

  50. Woord van God tegenover dat van mensen

  51. Kroniekschrijvers en profeten #3 Poëtische boeken

  52. Niet op vernuftige verzinsels gebaseerd

  53. Hermeneutiek om uit te dragen #5 Beeldvorming

  54. Hermeneutiek om uit te dragen #6 Geen Excuus

  55. Uitdagende vordering 4 Goddelijk geïnspireerd 3 Zelf-consistente Woord van God

  56. Scheppers ster verbinding tussen hemel en aarde

  57. Allen voor God

  58. Gidsen bij uw zoektocht naar God

  59. Relatie met God

  60. Geloven en Geloof

  61. Schepper en Blogger God 11 Het Oude en Nieuwe Blog 1 Gericht op één mens

  62. Jesjoea … wie bent u?

  63. Wie is Christus?

  64. Redenen dat Jezus niet God is

  65. Zoon van God

  66. Eigenheden aan Jezus toegeschreven

  67. Afstraling van Gods heerlijkheid

  68. Christus in de Tora: In de boekrol staat van mij geschreven

  69. De Gezondene

  70. Christus in profetie

  71. Jezus de Gezonden Afgezant van God

  72. Jezus de Heer

  73. Jezus de Zoon

  74. Zoon van God - Vleesgeworden woord

  75. Zoon van God dé Weg naar God

  76. De Onschuldige

  77. Het Beschreven Lam

  78. Lam van God

  79. Het Zoenoffer

  80. Priesterschap van Christus

  81. Hij die Komt

  82. Christus' wederkomst en Eindtijd tekenen

  83. Hij die zit aan de rechterhand van Zijn Vader

  84. Plan van God

  85. Koninkrijk van Christus en Koninkrijk van God

  86. Wereldwijde Koninkrijksregering

  87. Jezus volgen

  88. Voor Joden die meer willen weten over Jeshua of Jesjoea en over andere Joden die Jeshua volgen

  89. Trinitarische zendelingen die Joden tot Christus willen brengen

  90. Niet Hebreeuws machtigen die toch de Tenach willen lezen

  91. Wat wil men zijn: Atheïst, Gelovige in wat?, Jood, Christen of nog iets anders

  92. Wanneer u een ware volger van Jezus wil zijn #1 Geestelijke ondersteuning

  93. Wanneer u een ware volger van Jezus wil zijn #2 Christenheid tegenover christendom

  94. Wanneer u een ware volger van Jezus wil zijn #3 Groeiende beweging uit Joodse sekte De Weg

  95. Wanneer u een ware volger van Jezus wil zijn #4 Openbare prediking en Wederdopers

  96. Wanneer u een ware volger van Jezus wil zijn #5 Volgers van een godheid Jezus of navolgers van de ware Jezus

  97. Wanneer u een ware volger van Jezus wil zijn #6 Volgers van de ware Jezus zijn volgers van Jeshua of Jeshuaisten

  98. Ware Christenen of volgers van de ware Christus Jezus of volgers van Jeshua #1 Verontreiniging

  99. Ware Christenen of volgers van de ware Christus Jezus of volgers van Jeshua #2 Aanhangers of verbondenen

  100. Ware Christenen of volgers van de ware Christus Jezus of volgers van Jeshua #3 Volgers van de ware Jezus

  101. Getuigen voor God of voor Christus

  102. Getuigenis voor allen

  103. Joden uitvinders van hoop

  104. Veranderingen in het overblijfsel van Joodse gelovigen

  105. De vroege dagen van het Christendom

  106. Valse profeten en leraren als roofzuchtige wolven in schaapskleren #3 Van een bepaalde wereld zijnde

  107. Valse profeten en leraren als roofzuchtige wolven in schaapskleren #4 Ambitieuze mannen, verdraaide woorden en akkoorden met wereldleiders

  108. Gods vergeten Woord 18 De Wet van Christus 4 De sabbatdag

  109. Gods vergeten Woord 18 De Wet van Christus 6 Voorschriften van het apostelconcilie

  110. Gods vergeten Woord 24 Getuigen 2 Jezus’ rede op de Olijfberg

  111. Gods vergeten Woord 24 Getuigen 3 De opdracht om te prediken

  112. Gods vergeten Woord 24 Getuigen 4 Jezus’ laatste boodschap

  113. Broeders en Zusters in Christus door de eeuwen heen. #6 Constantijn de Grote

  114. Broeders en Zusters in Christus door de eeuwen heen #7 Afstandelijken, donatisten en arianen

  115. Broeders en Zusters in Christus door de eeuwen heen #8 Concilie van Constantinopel

  116. Politiek en macht eerste prioriteit # 3 Verhoging van Maria en de Heilige Geest

  117. Tijden van gevangenschap, verbanning en verlossing

  118. De god zoon, koning en zijn onderdanen

  119. Verwaarloosde geboortedag en sterfplaats 2 Rotsgraf, Beenderdoos en Grafkerk

  120. Verscheidene Verbondakkoorden 7 Het nieuwe verbondsslachtoffer en bemiddelaar

  121. Verscheidene Verbondakkoorden 9 Op het hart geschreven

  122. Actie bij aanvaarding van Redder Jezus

  123. 7. Tijd door de Maker gegeven

  124. Persoonlijke verantwoordelijkheid

  125. Redding mogelijk voor allen

  126. Reddingsplan

  127. Uitdaging van Bijbels Christendom

  128. Vertrouwen in Jezus Christus

  129. Verzoend met God

  130. Verzoening

  131. Verzoening met verbintenis

  132. Verzoening en Broederschap 3 Verenigen onder de Hoeksteen

  133. Verzoening en de gekochte race

  134. Saturnus, Janus, Zeus, Sol, donkerte, licht, eindejaarsfeesten en geschenken

  135. Zeus een heerser van hemel en aarde

  136. Heil tot de gezondene van God of Zeus

  137. Constantijn, een wrede sociopaat die de gelovigen in een Godmens aan zijn zijde brengt en een christelijke kerk schept

  138. Reformatie bracht niet direct een uitgestoken hand naar Joden

  139. Azteekse en Romeinse tradities die ons nog steeds beïnvloeden

  140. Een kerk naar smaak en taal

  141. Verhouding met onze omgeving en de relatie met Gods schepselen

  142. Verschil in woordbetekenis doorheen de tijd 2 Liefhebben en Geloven

  143. Divine service (16-10-2013): “The way to salvation/ Die weg na verlossing”

  144. Yahushua, Yehoshua, Yeshua, Jehoshua of Jeshua

  145. Waarom we Jeshua (of Jesjoea) in plaats van Yeshua en Jehovah in plaats van Yehovah gebruiken

  146. Rabbi Maurice Harris wil dat mensen Rabbi Joshua ben Hananiah komen te ontdekken

  147. Een Naam voor een God #7 Jahwe(h) niet Hebreeuws

  148. Echte boodschap van redding niet ver te zoeken

  149. Ongelovige Thomassen, Jezus en zijn God

  150. Overdenking: De vertrouwelijke omgang van God is met wie Hem vrezen (Psalm 25:14)

  151. Overdenking: Gemeenschap met de Vader en met Zijn Zoon Jezus Christus

  152. Lam van God #3 Tegenover onschuldig dier een onschuldig man #2

  153. Verlossing #2 De Bijbelse oplossing

  154. Verlossing #8 Gerechtigheid door geloof

  155. Redding, vertrouwen en actie in Jezus #6 Samenhoren

  156. Noahide-wetten of Noachitische geboden - zeven geboden die op de hele mensheid rusten

  157. Een heiden of niet-Jood en de mozaïsche wet

  158. Wanneer men geloof gevonden heeft door de studie van de Bijbel moet men werken van geloof verwezenlijken

  159. Er kan iets vreemds gebeuren als u onder Christus komt

  160. Zelfverloochening en witwassen door doop

  161. Doop en Geloof

  162. 2020 jaar geleden werd de weg geopend

  163. Na 2020 jaar

  164. Betreft de Mens

  165. De Weg naar het juiste station vinden

  166. Zuiverheid en verantwoordelijkheid van leden en leiders in een gemeenschap

  167. Aan een betere opstanding deelhebben

  168. Aanwijzingen voor redding te vinden

  169. Aanwijzingen voor de Eenheid en Eenvoud te vinden

  170. Geloof en Geloven

  171. Geloof niet zonder daden

  172. Geloof Vertrouwen voor het ongeziene

  173. Kerk en geloof

  174. Geloofsbelijdenis van de Broeders in Christus

  175. Godsdienstbeleving van Christenen

  176. Secularisatie en opdrachten voor alle mensen

  177. Gedachte voor vandaag “Dwaasheid en slechtheid van de mens” (06 januari)

  178. Aanwijzingen voor de Eenheid en Eenvoud te vinden

  179. Jeruzalem en Joodse en Christenen hun angst voor uitsluiting

  180. Samen deel uitmakend van het Lichaam van Christus

  181. Broeders in Christus of Christadelphians - Wie zijn ze

  182. Christadelphians over heel de wereld

  183. Getuigenis afleggen

  184. Messiaans, Joods of Christen

  185. Juiste Medereizigers vinden

  186. Hoeft men Jood te zijn of niet om waardige volgeling van Jezus Christus te zijn 1 Begin jaren

  187. Hoeft men Jood te zijn of niet om waardige volgeling van Jezus Christus te zijn 3 De Weg – een Joodse sekte

  188. Hoeft men Jood te zijn of niet om waardige volgeling van Jezus Christus te zijn 4 Trinitariërs en Niet-trinitariërs

  189. Een misverstand over het Messiaans Jodendom

  190. Ken jij een Jeshua-ist

  191. Jesuaisten, Jeshuanen of Jesjoeanen, Messiasbelijdende Joden, Messiaansen en Christenen

  192. Verschil tussen Messiaans Jodendom, Jeshuaisme of Jesjoeaïsme, Christendom en Christenheid

  193. Jeshuaisten dragers van de naam van Christus

  194. Het belangrijkste punt om een jeshuaïst te zijn

  195. Betreft het specifieke geloof in het Jeshuaisme

  196. Jeshuaisme = Het berusten in God en hoop stellen op Jeshua de Messias (Jezus Christus)

  197. Betreft Jeshuaisten

  198. Wie of wat is een Jeshuaist of Jesjoeaist?

  199. Jeshuaisme voor de gehele wereld

  200. Ook Goyim of Niet-Joden in de Jeshua-beweging

  201. Feiten en vragen over het Jeshuaisme

  202. De moderne Messiaanse Joodse beweging

  203. Ecclesia, Kerk en Gebedsruimte

  204. Woorddienst of aanbiddingsdienst