Koninkrijk van God

Betrouwbare beloften

Huidig leven met bepaalde ongemakken en leed

Samenstel van dingen vol leed

Wij leven voor het ogenblik in een wereld met veel ongemakken en waar meerdere mensen heel wat te lijden of te verduren hebben.

In samenstel van dingen zijn er heel wat mensen die ook al hebben zij ook momenten van pijn, lijden en verdriet, leven met een hoop op een magnifiek vooruitzicht.

Beloften van God zijn betrouwbaar en komen altijd uit

Rechtvaardige nieuwe ordening

Terwijl men met de beloften van mensen toch vaak bedrogen uitkomt, weten mensen van geloof in de Goddelijke Maker, dat Die Maker van alles en van de meest volmaakte wetten volstrekt betrouwbaar is en dat Zijn beloften steeds uitkomen. Op wat Hij zegt en doet, kunnen wij ons verlaten. In Zijn naam, als Schepper van hemel en aarde, belooft Zijn neergeschreven Woord, de Bijbel een rechtvaardige nieuwe ordening.

“18 Want zo heeft gezegd de ENE, schepper der hemelen, hij is God, de formeerder van de aarde en haar maker, hij is het die haar bevestigt, niet voor een woest-en-ledig heeft hij haar geschapen, om er te zetelen heeft hij haar gevormd: ik ben de ENE en anders geen; 19 niet in het verborgene heb ik gesproken, of in een oord in land vol duister, nooit heb ik tot Jakobs zaad gezegd: zoekt mij in woest-en-ledig!- ik, de ENE, spreek gerechtigheid uit, ik meld rechtmatigheden!(-)” (Jes 45:18-19 NB)

Woorden om op te rekenen

Woorden ter waarschuwing en Gods Plan kenbaar makend

Toen Die Formeerder met Zijn Schepping begon had Hij een Plan en dat zal Hij sowieso uitvoeren, ook al heeft de mens geriposteerd. Hij heeft Zijn Woorden naar de wereld gezonden met waarschuwingen over het verloop van Zijn Plan.

Beter vertrouwen op God dan op mensen

In ons dagelijks leven rekenen wij normaal gesproken enigermate op andere mensen — degenen die levensmiddelen aanvoeren, degenen die de post bezorgen, goede vrienden. Is het dan niet redelijk om nog veel meer vertrouwen in God te stellen en in de zekere vervulling van zijn beloften?

“10 Ja, zoals neerdaalt de regen en de sneeuw uit de hemel, en daarheen niet terugkeert dan nadat hij de aarde heeft gelaafd, haar heeft doen baren en laten uitspruiten,- en zaad heeft gegeven aan de zaaier en brood aan de eter,(-) 11 zó zal mijn woord zijn dat wegtrekt uit mijn mond: het keert niet ledig tot mij terug,- dan nadat het gedaan heeft wat mij behaagt en heeft doen lukken waarvoor ik het uitzond.” (Jes 55:10-11 NB)

Geloof in mensen versus geloof in God

Geloof in mensen beschaamd

In ons leven zullen wij meermaals hebben kunnen ondervinden hoe ons geloof in andere mensen soms beschaamd werd. Meer dan eens hebben wij ondervonden dat die mensen waarvan wij dachten dat we er op konden rekenen, toch ons in de steek lieten.

Volkomen betrouwbare beloften van God

Hoe veel keren hebt u niet moeten inzien dat met de beloften van mensen u toch vaak bedrogen uitkwam. Hiertegenover staan Gods beloften waarvan men er zeker op aan kan dat zij volkomen betrouwbaar zijn. Die beloften van God beogen ons ook voordeel, niet dat van Hemzelf. Alhoewel God van ons niets nodig heeft, want alles behoort eigenlijk al aan Hem toe, schept Hij wel degelijk behagen in personen die geloof in Hem stellen omdat zij Hem en Zijn rechtvaardige wegen liefhebben.

“10 Want van mij is alle wíld van het wóud, —de díeren op de dúizend bérgen. 11 Alle vógels van de bergen kén ik, —wat zich op het véld roert hóort bij míj. 12 Krijg ik honger, dan zeg ik het níet aan jóu, —want van mij is de wéreld en wát haar vervúlt!” (Ps 50:10-12 NB)

“Offer aan Gód liever dánk, —betaal de Allerhóogste jé gelóften!” (Ps 50:14 NB)

God zal sowieso Zijn beloften houden, maar Hij verwacht ook iets van de mensen en hoopt ook dat wij onze beloften zullen nakomen.

Geen blind geloof of lichtgelovigheid verwacht

Mogelijkheid om Gods Werk te zien

Heel de natuur geeft de mogelijkheid om Gods Wonderwerken te zien en om de Kracht van God te ontdekken. Maar de Allerhoogste Elohim heeft ook Zijn Woord gegeven zodat mensen meer over Hem en Zijn Plan zouden te weten komen. Daarbij komt nog dat het Boek der boeken, de Bijbel als openbaring van God, een beroep doet op ons denkvermogen.

Geloof met verzekerde verwachting

Er wordt geen blind geloof of lichtgelovigheid van ons verlangd. Waar geloof wordt in de Bijbel zelfs gedefinieerd als

„de verzekerde verwachting van dingen waarop wordt gehoopt, de duidelijke demonstratie van werkelijkheden die echter niet worden gezien” (Hebreeën 11:1).

Onzichtbare God boven alle goden

Grote moeilijkheid voor vele mensen is dat God niet kan gezien worden door een mens.

“En hij zegt: je zult niet bij machte zijn om mijn gelaat te zien; want nooit ziet de roodbloedige mens mij aan en overleeft het!” (Ex 33:20 NB)

Toch wordt er van de mens verwacht dat men in Die God boven alle goden zou geloven en Hem zou vertrouwen meer dan enig mens. In die verzamelbundel die als Bestseller van alle tijden kan door gaan, kan de mens een betrouwbaar Woord vinden. die opgetekende woorden kunnen ons ook een deugdelijke basis voor geloof geven. De deugdelijkheid van die basis wordt steeds duidelijker naarmate wij in kennis van Gods Woord groeien en de Bijbelse waarheid aan het werk zien in ons eigen leven en in de vervulling van de profetieën.

“8 (34:9) Hoe goed de ENE is: smáakt het en zíet! —Zalig de kerel die tóevlucht zóekt bij hém! 9 (34:10) Ja gij zijn heiligen, vréest de ÉNE !- —want voor wie hem vrézen zal er géen gebrék zijn. 10 (34:11) Kommer en honger leden wélpen van léeuwen, —maar de zoekers van de ENE: niets van alle góed zal hún ontbréken.” (Ps 34:8-10 NB)

Beloften van toekomstige zegeningen

God Begeleider steeds nabij

Doorheen de jaren heeft de Adonai Zijn Volk begeleid en was Hij steeds nabij om hen te helpen, daar waar nodig of daar waar mensen beroep op Hem deden. Zij die in Hem geloven kunnen trouwens altijd bij Hem aankloppen.

“Vraagt en er zal aan u gegeven worden; zoekt en ge zult vinden; klopt en er zal voor u worden opengedaan;” (Mt 7:7 NB)

Toekomstige zegeningen

De Elohim heeft Zijn oor altijd naar de mens gekeerd. Met de voorbijgaande jaren heeft Hij niet enkel hulp geboden aan de mensen, maar heeft Hij hen ook meerdere zaken beloofd. Van die beloften zijn er al zeer velen uitgekomen, maar er zijn er ook nog die nog niet uitgekomen zijn.

De Bijbelse beloften van toekomstige zegeningen gaan veel verder dan wat mensen durven opperen. Toch vergen die beloften niet van ons dat wij dingen geloven die tegen alle menselijke ervaring indruisen. En ze zijn ook niet in strijd met de normale menselijke verlangens
Beschouw eens enkele van deze grootse zegeningen en kijk eens hoe dit opgaat.

De aarde zal een paradijs worden

Paradijs of tuin van geluk

Paradijselijke plekjes op aarde

Er zijn enkele plekjes op aarde waar wij ons al kunnen voelen als in een paradijs op aarde. Maar God heeft nog een veel beter paradijs in petto voor de mensheid.

Prachtig park of tuin

Het woord „paradijs” komt van overeenkomstige woorden uit oude tijden (Hebreeuws: par·desʹ; Perzisch: pairi·daeʹza; Grieks: pa·ra·deiʹsos), woorden die werden gebruikt om dingen te beschrijven die toen werkelijk op aarde bestonden. Aan al deze woorden ligt de gedachte van een prachtig park of een parkachtige tuin ten grondslag. Net als in de oudheid zijn er ook thans veel van zulke plaatsen, en sommige daarvan zijn heel uitgestrekt. De mens hunkert van nature naar de schoonheid ervan. De Bijbel belooft dat de dag zal komen dat deze gehele planeet zo’n parkachtige tuin of paradijs zal zijn!

Mens in prachtige tuin geplaatst - De Tuin van Eden of Paradijs van geneugte

Bij de aanvang van de tijden, toen de Elohim het eerste mensenpaar schiep, plaatste Hij hun in een prachtige tuin waar alles wat de mens maar nodig zou hebben, aanwezig was. Die Tuin van Eden — een naam die „Paradijs van geneugte” betekent — was voor hen voorzien als woonplaats. Het Paradijs zou echter niet tot die ene plek beperkt blijven. God verzocht die eerste mensen ruchtbaar te zijn en tot velen te worden zodat de gehele aarde kon gevuld worden en onderworpen worden.

“Dan zegent hij hen, God, en hij zegt tot hen, God: draagt vrucht, weest overvloedig, vervult de aarde en bedwingt haar!- en daalt neer bij de vissen van de zee en de vogels van de hemel, bij alle leven dat rondkruipt over de aarde!” (Ge 1:28 NB)

“8 Dan plant de ENE, God, een hof in Eden,- liefland, in het oosten; en zet dáárin de roodbloedige mens die hij geformeerd heeft. 9 Ontspruiten doet de ENE, God, uit de bloedrode grond allerlei geboomte, bekoorlijk om te zien en goed om van te eten,- met de boom des levens in het midden van de hof, ook de boom der kennis van goed en kwaad.” (Ge 2:8-9 NB)

Uit te breiden paradijs

Dit zou inhouden dat het Paradijs tot de einden der aarde zou worden uitgebreid, en dit door God geuite voornemen werd niet tenietgedaan door de ongehoorzaamheid van Adam en Eva (de eerste man en mannin). De Nazareense leeermeester en prediker Jeshua de Messias (Jezus Christus) zelf gaf van vertrouwen in dit voornemen blijk, toen hij een man die naast hem stierf, beloofde dat hij de gelegenheid zou krijgen om in zo’n aards paradijs te leven.

“39 Een van de gehangen misdadigers lasterde hem door te zeggen: ben jíj niet de Gezalfde?- bevrijd dan jezelf en ons ook! 40 Maar de andere gaf antwoord en strafte hem af; hij zei: vrees jij Gód niet nu je in dit oordeel bent?(-) 41 en wij terecht want wij krijgen wat we verdienen voor onze praktijken; maar hij hier heeft niets bijzonders gedaan! 42 En hij zei: Jezus, gedenk mij wanneer je aankomt in je koninkrijk! 43 En hij zegt hem: amen, jou zeg ik, vandaag nog zul je er mét mij zijn, in het paradijs.” (Lu 23:39-43 NB)

Openbaring over een paradijs

Visioen van de apostel Johannes

Het laatste boek van de Bijbel, de 'Openbaring van Johannes' of 'Apocalyps' genaamd, geeft een beeld van wat er nog te verwachten valt en waarom de hele mensheid hoop kan hebben op een betere wereld dan deze waarin wij nu leven.

Dat laatste boekdeel van de Heilige Geschriften is geschreven door de apostel Johannes en bevat visioenen die hun hoogtepunt bereiken in de vervulling van Jehovah’s voornemen.

In het eerste visioen prijst en corrigeert de opgestane mensenzoon Jeshua (Jezus) een aantal gemeenten. Het volgende visioen brengt ons voor Gods hemelse troon, waar geestelijke schepselen hem lof brengen.

Een Boekrol met zeven zegels

Terwijl Gods voornemen zich verder ontvouwt, krijgt het Lam van God, (Jeshua / Jezus Christus), een boekrol met zeven zegels. Bij het openen van de eerste vier zegels verschijnen er symbolische ruiters op het wereldtoneel. De eerste is Jeshua zelf, die op een wit paard zit en tot Christus Koning is gekroond. Dan komen er ruiters op verschillend gekleurde paarden, die een profetische afbeelding zijn van oorlog, hongersnood en epidemieën — dingen die zich allemaal voordoen tijdens de laatste dagen van dit stelsel. Het openen van het zevende zegel leidt tot het blazen op zeven symbolische trompetten, wat het bekendmaken van Gods oordelen afbeeldt. Dat leidt weer tot zeven symbolische plagen, uitingen van Gods woede.

Een oorlog met Satan en zijn demonen

Gods koninkrijk, afgebeeld als een pasgeboren zoon, wordt in de hemel opgericht. Er breekt oorlog uit, en Satan (de tegenstander van God) en zijn demonen worden naar de aarde geworpen. „Wee de aarde”, zegt een luide stem. De Satan of Duivel (de vertegenwoordiger van de ongelovige en tegenstander van God) is woedend, omdat hij weet dat hij niet veel tijd meer heeft.

“daarom, verheugt u, hemelen, en die daarin woont; wee de aarde en de zee, omdat de duivel in grote woede tot u is afgedaald, wetend dat hij weinig tijd heeft!” (Opb 12:12 NB)

Jeshua het Lam van God, koning

Uitverkoren man van God, de Gezalfde Jeshua, regerend met 144.000

De optekenaar van het visioen ziet Jeshua in de hemel opnieuw als een lam voorgesteld, en bij hem zijn 144.000 personen die uit de mensheid zijn uitgekozen om samen met die uitverkoren man van God, de Gezalfde Jeshua, als koningen te regeren. Het boek Openbaring onthult dus dat er in totaal 144.000 secundaire leden van het zaad zullen zijn.

“En ik zag, en zie: het lam stond op de berg Sion, en met hem honderdvierenveertigduizend die zijn naam hadden, en de naam van zijn Vader was geschreven op hun voorhoofden.” (Opb 14:1 NB)

“Zalig en heilig is hij die deel heeft aan de eerste opstanding. Over hen heeft de tweede dood geen macht, maar zij zullen priesters zijn van God en van zijn Gezalfde, en zij zullen met hem als koning heersen, die duizend jaar.” (Opb 20:6 NB)

Oorlog met heersers van de aarde

De heersers van de aarde verzamelen zich voor Armageddon, „de oorlog van de grote dag van God de Almachtige”. Ze voeren oorlog met de ruiter op het witte paard: Jeshua, die hemelse legers aanvoert. Ook al mag de wereld zich aan een zeer grote strijd verwachten, de wereldleiders zullen moeten aanvoelen hoe machteloos ze zijn tegenover het Leger van Jehovah.

Heersers van deze wereld vernietigd

Sinds de opstand in Eden hebben mensen bijna zesduizend jaar achtereen de vruchten van menselijke heerschappij kunnen proeven. Het is een ramp geweest.

In Johannes visioen zien wij dat alle heersers van deze wereld worden vernietigd. Satan wordt gebonden, en Jeshua en de 144.000 regeren „duizend jaar lang” over de aarde. Aan het eind van de duizend jaar wordt Satan voor goed vernietigd en zal er geen enkele tegenstander van God meer zijn.

“dat zijn geesten van demonen, die tekenen doen,- die uittrekken naar de koningen van de hele bewoonde wereld om hen te verzamelen tot de strijd op de grote dag van God, de albeheerser.” (Opb 16:14 NB)

“En ik zag tronen. En zij gingen daarop zitten en hun werd oordeelsmacht gegeven. Ook zag ik de zielen van hen die waren onthoofd om het getuigenis van Jezus en het woord van God, en wel zij die het beest geen hulde hebben gebracht, noch zijn beeld, en het merkteken niet op hun voorhoofd of hand hebben aangenomen. En zij begonnen te leven en met de Christus als koning te heersen, die duizend jaar.” (Opb 20:4 NB)

Duizendjarige regering van Christus

Wat zal de duizendjarige regering van Christus en zijn mederegeerders voor gehoorzame mensen betekenen? Johannes schrijft:

“en iedere traan zal Hij {Jehovah} uit hun ogen afwissen; en de dood is niet meer, noch rouw noch geschreeuw noch moeite: de eerste dingen zijn voorbijgegaan!” (Opb 21:4 NB)

Einde aan pijn en ellende

Dan zal het ogenblik aangebroken zijn waarop voor eeuwen zovelen hebben gehoopt. Dan zal eindelijk de grootste verwachting werkelijkheid worden en hoeven allen die het ware geloof aanhielden niet meer te vrezen. Voor hen zal er dan geen pijn, ellende of dood meer zijn. Al de slechte dingen zullen dan tot het verleden horen.

Alles weer in eer hersteld door middel van het Messiaanse koninkrijk

Dan zal iedereen kunnen merken dat alles weer in eer zal hersteld worden en de aarde weer een paradijs zal geworden zijn.

Zo maakt het boek Openbaring de boodschap van de Bijbel compleet. Door middel van het Messiaanse koninkrijk wordt Jehovah’s Naam geheiligd en Zijn soevereiniteit volledig gerechtvaardigd, tot in alle eeuwigheid!

Een hemelse regering en een heerlijk vredevolle levensplaats

Plan van God tot uitvoer gebracht in Gods tijd

Uit de verscheidene boeken van de Bijbel leren wij dat God met de aarde en de mens een voornemen heeft dat Hij uiteindelijk ten uitvoer zal brengen op Zijn tijd.

Aan De Israëlieten beloofde Hij een land voor een groot volk. Voor het Koninkrijk op aarde voorzag Jehovah een Verlosser of Messias of Kristos (Christus) die als koning van de Joden vanuit Jeruzalem zou regeren.

Koninkrijk van Christus en Koninkrijk van God

Naast het koninkrijk van Christus hier op aarde zal er ook een Koninkrijk van God met een hemelse regering plaats grijpen. Het zal in de plaats komen van alle andere wereldse regeringen en zal ervoor zorgen dat Gods Wil in de hemel en op aarde gedaan wordt, dit ook in volbrenging van het gebed dat zovelen zullen hebben verricht met de woorden uit het Modelgebed "Onze Vader":

Dat Uw Wil geschiede op aarde zoals in de hemel.

Leven met hoop

Tot op vandaag hebben heel wat mensen met die hoop geleefd, en vermoedelijk zullen er nog enkele jaren voorbij gaan waarbij mensen hun hoop zullen putten uit de woorden die God de mensheid heeft gegeven in het Boek der boeken de Bijbel of Heilige Schrift.

Meest efficiënte of beste regering voorzien door God

De mensheid heeft een goede regering nodig en Gods Koninkrijk zal daar binnenkort in voorzien. Het zal iedereen op aarde verenigen en voor iedereen een wereld vol vrede brengen.

“maar in de dagen van die koningen zal de God des hemels een koninkrijk doen opstaan dat in eeuwigheden niet zal vergaan en welks koningschap nooit zal worden overgelaten aan een ander volk; het zal verpulveren en tenietdoen al die koninkrijken, maar zelf zal het bestaan in eeuwigheid;” (Da 2:44 NB)

“9 dus moet gij zó bidden: Vader over ons in de hemelen, geheiligd worde uw naam; 10 kome úw koninkrijk, geschiede úw wil als in de hemel ook op de aarde,” (Mt 6:9-10 NB)

“Deze aankondiging van het koninkrijk zal worden gepredikt in heel de bewoonde wereld tot ze aan alle volkeren is betuigd en dan komt de voleinding;” (Mt 24:14 NB)

Hemels koninkrijk als een schat

Koninkrijk te zoeken als een schat

“zoekt liever zijn koninkrijk, en dat alles zal u erbij worden geschonken;” (Lu 12:31 NB)

“maar zoekt eerst het koninkrijk en zijn gerechtigheid, en dat alles zal u worden toegevoegd;” (Mt 6:33 NB)

“De Heer zal mij losrukken uit alle boze opzet en redden voor zijn hemels koninkrijk. Hem zij de glorie tot in de eeuwen der eeuwen. Amen.” (2Ti 4:18 NB)

“Het koninkrijk der hemelen lijkt op een schat verborgen in de akker; een mens vindt die en verbergt hem; van blijdschap over hem gaat hij heen, verkoopt al wat hij heeft en koopt die akker!” (Mt 13:44 NB)

“Dit spreek ik uit, broeders-en-zusters, dat vlees en bloed het koninkrijk Gods niet kunnen beërven, en het vergankelijke de onvergankelijkheid niet beërft.” (1Co 15:50 NB)

Een blijvend Koninkrijk voor altijd

“Want zó zal u rijkelijk toegevoegd worden de toegang tot het eeuwig koninkrijk van onze Heer en redder, Jezus Christus.” (2Pe 1:11 NB)

“En de zevende engel blies de bazuin, en grote stemmen geschiedden in de hemel, roepend: geschied is het koningschap over de wereld van onze Heer en zijn Gezalfde; en hij zal als koning heersen tot in de eeuwen der eeuwen!” (Opb 11:15 NB)

“Hem werd verleend: heerschappij, waardigheid en koningschap, en alle gemeenschappen, natiën en talen eerden hem: zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij die niet vergaat en zijn koningschap is er een dat niet wordt beschadigd! •” (Da 7:14 NB)

“32 hij zal groot zijn en ‘Zoon van de Allerhoogste’ worden genoemd; de Heer God zal hem geven de troon van zijn vader David; 33 hij zal koning zijn over het huis van Jakob in alle eeuwen, en aan zijn koninkrijk zal geen grens en geen einde zijn!” (Lu 1:32-33 NB)

Een Nieuwe hemel en nieuwe aarde

Na de vernietiging van Gods tegenstanders

Plaats voor een nieuwe hemel en een nieuwe aarde

Na de Grote Verdrukking, zal er plaats gemaakt worden voor „een nieuwe hemel en een nieuwe aarde”. Waarnaar voor eeuwen zo vele mensen hebben uitgekeken zal dan een werkelijkheid worden. God is een God van Zijn Woord, Die steeds Zijn Beloften waar maakt.

Opwekking uit de dood op de Dag van God

Zijn profeten hebben in hun boekrollen neergetekend wat de mensheid zou mogen verwachten als de Dag des Heren zou aanbreken. De velen die met toegewijd geloof de Allerhoogste God hebben vereerd zullen dan uit de dood opgewekt worden en toegelaten worden in het Koninkrijk van God. Daar zullen zij een wereld kunnen aantreffen waar er helemaal geen corrupte menselijke regeringsstelsels meer aan de macht zullen zijn in de maatschappij, want „de vroegere hemel en de vroegere aarde” zullen dan voorbijgegaan zijn.

Ontmaskering van de satans of de tegenstanders van God

Alle tegenstanders van God zullen dan ontmaskerd zijn en verdelgd alsook hun subtiele invloed zal dan verdwenen zijn. Dan zal er ook geen verwarde „zee” van der mensheid meer zijn, die in het najagen van goddeloosheid onstuimig heen en weer wordt geslingerd. In plaats daarvan zal een stabiele mensenmaatschappij, de „nieuwe aarde”, een hechte basis vormen voor het doen van Gods wil.

Een regering voor hemel en aarde

Richtlijnen voor de nieuwe hemel en nieuwe aarde

In de Bijbel kunt u loyaal de richtlijnen opvolgen van de „nieuwe hemel”, die wordt gevormd door de Koning en zijn „bruid” van 144.000 leden. Deze koninklijke „bruid” zal in haar hoedanigheid als „de heilige stad, het Nieuwe Jeruzalem”, „uit de hemel neerdalen” door aandacht te schenken aan het wederopbouwwerk dat op aarde verricht moet worden. En met wat een vreugdevolle resultaten! Johannes vertelt:

“2 En ik zag de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, neerdalen vanuit de hemel bij God, toebereid als een bruid die zich voor haar man heeft versierd. 3 En ik hoorde een grote stem vanuit de troon zeggen: zie, de tent van God is bij de mensen, en hij zal bij hen wonen en zij zullen zijn volk zijn en God zelf zal bij hen zijn; 4 en iedere traan zal hij uit hun ogen afwissen; en de dood is niet meer, noch rouw noch geschreeuw noch moeite: de eerste dingen zijn voorbijgegaan!” (Opb 21:2-4 NB)

“19 en wat de allesovertreffende grootheid is van zijn macht aan ons die geloven. Met dezelfde werking van de sterkte van zijn macht 20 heeft hij gewerkt in de Christus toen hij hem opwekte uit de doden en deed zetelen aan zijn rechterhand in de hemelse regionen, 21 hoog boven alle overheid, gezag, macht en heerschappij, en alle naam die wordt genoemd niet alleen in deze eeuw maar ook in de toekomstige.” (Efe 1:19-21 NB)

“2 Of weet ge niet dat de heiligen over de wereld zullen oordelen? En als door u de wereld wordt geoordeeld, zijt gij dan onwaardig om over kleinigheden te oordelen? 3 Weet ge niet dat wij over engelen zullen oordelen? Dan toch zéker over dingen van het gewone leven!” (1Co 6:2-3 NB)

Jeshua door Jehovah aangesteld als Christus Koning

“4 Die zetelt in de hémelen lácht, —mijn Héer drijft met hén de spót! 5 Eens zal hij tot hen spréken in zijn tóorn, —met zijn wóede zal hij hén verschríkken. 6 ‘Zelf heb ik hem gewíjd, mijn kóning, —op de Sion, het gebérgte ván mijn héiligdom!’” (Ps 2:4-6 NB)

“13 Ik bleef aanschouwen, in nachtelijke aanschouwing, en zie, met de wolken des hemels mee genaakte iemand als een mensenzoon; hij bereikte de hoogbedaagde en mocht diens aanschijn naderen. 14 Hem werd verleend: heerschappij, waardigheid en koningschap, en alle gemeenschappen, natiën en talen eerden hem: zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij die niet vergaat en zijn koningschap is er een dat niet wordt beschadigd! •” (Da 7:13-14 NB)

“32 hij zal groot zijn en ‘Zoon van de Allerhoogste’ worden genoemd; de Heer God zal hem geven de troon van zijn vader David; 33 hij zal koning zijn over het huis van Jakob in alle eeuwen, en aan zijn koninkrijk zal geen grens en geen einde zijn!” (Lu 1:32-33 NB)

“12 want zijn je dagen vervuld en zul je zijn gaan liggen bij je vaderen, doen opstaan zal ik dan je nazaat na jou die uit je ingewanden is uitgetrokken; zijn koningschap zal ik bevestigen; 13 hij zal voor mijn naam een huis bouwen,- en vastzetten zal ik de troon van zijn koningschap tot in eeuwigheid;” (2Sa 7:12-13 NB)

“29 mannen broeders, men mag vrijelijk tot u zeggen over aartsvader David dat hij is gestorven en begraven: zijn graf is bij ons tot op deze dag; 30 welnu, hij was een profeet en wist dat God hem met een eed had gezworen ‘één uit de vrucht van zijn lende te doen zitten op zijn troon’; 31 vooruitziende heeft hij uitgesproken over de opstanding van de Christus ‘dat hij niet zou worden overgelaten aan het dodenrijk en zijn vlees geen verderf zou zien’” (Hnd 2:29-31 NB)

“ (v. David, een musiceerstuk.) Tijding van de ENE aan mijn heer: zet je aan mijn réchterhánd, —tot ik je vijanden heb gezet als bánk ondér je vóeten!” (Ps 110:1 NB)

“Gezworen heeft de ENE en het zal hem niet berouwen: ‘jij bent príester voor éeuwig, —krachtens mijn úitspraak een Mélchisedék!’” (Ps 110:4 NB)

“20 waar als voorloper voor ons Jezus is binnengekomen, toen hij ‘naar de ordening van Melchisedek’ hogepriester werd tot in de eeuwigheid. 7:1 Want deze Melchisedek was ‘koning van Salem, priester van God de Allerhoogste, die Abraham tegemoet kwam toen die terugkeerde van het verslaan van de koningen; hij zegende hem,” (Heb 6:20-7:1 NB)

“en Abraham deelde hem een tiende van alles toe’. Allereerst is hij te vertalen met ‘koning van gerechtigheid’, vervolgens is hij ‘koning van Salem’, en dat is ‘koning van vrede’.” (Heb 7:2 NB)

“15 En nog overvloediger is het duidelijk dat -als ‘naar de gelijkenis met Melchisedek’ een andere priester opstaat(-) 16 die dat niet is geworden naar een wet met een gebod betreffende vleselijke afkomst, maar uit kracht van een onvernietigbaar leven. 17 Want van hem wordt betuigd: ‘jíj bent priester tot in de eeuwigheid naar de ordening van Melchisedek’.” (Heb 7:15-17 NB)