takhmis

Arabische versvorm, ontstaan in de 18e eeuw: Een vijfregelig, vroom, in ieder geval ernstig, gedicht met rijmschema aaaab, waarbij de twee laatste regels afkomstig zijn uit een ander, bekend gedicht.

regels: 5

schema: aaaab

metrum: vrij

laatste twee regels afkomstig uit bekend ander gedicht

De zin die ik zo zeg klinkt wel wat boud,

Maar weet dat ik wat goed is graag behoud.

(En wat uw mening is, dat laat me koud):

"Het water van de zee is altijd zout,

Hoe men de suikerpot ook mag hanteren".

Ik gaf een por, de ogen half geloken

En zei: ‘Hé trut! Wat zit jij uit te spoken?’

Ze sprak betraand, haar ogen rood ontstoken:

‘Ik ween om bloemen in de knop gebroken

En voor de ochtend van haar bloei vergaan’

Jaap van den Born