K

KIEMGETAL

Het aantal bacteriekiemen dat zich in of op een product bevindt.

KAPSEL

Luchtig beslag van eieren, suiker, citroenrasp en moscovisch bloem.

KOOLZUURGAS (in water)

KEGELOPBOLLER 

Door de draaiende kegel en de stilstaande goot wordt het deeg door de weerstand opgebold.

KOEKJESVORMMACHINE (ambachtelijk)

Deze machine met verschillende verwisselbare walsen verwerkt boterdegen.

KRABBER

Koolzuurgas is een reuk- en smaakloos gas dat geproduceerd wordt door de gist in brooddeeg. Het is een afvalstof van gist naast geur- en smaakstoffen.

KNIPBROOD

Plastic celluloid krabbers voor allerlei werkzaamheden zoals de werkbank aankrabben of het leeg maken van een bekken met beslag.

KNEEDMACHINE

Met een schaar wordt het brooddeeg voor het bakken ingeknipt waardoor er een vastere broodstructuur ontstaat met een lager broodvolume.

KRUIM

 

Spiraalkneder                                   Wendelkneder

Binnenste gedeelte van het brood is sterk mede bepalend voor de malsheid van het brood.

KORSTDEEG (bladerdeeg) (feuilletedeeg )

 

UC-kneder                                       Diosna

 

Een goed ontwikkeld deeg heeft tijdens het kneden een temperatuurstijging   van 10°C gehad.

KORSTPRIKKER

Hollandse korst wordt getoerd en in 4 lagen gevouwen.

Franse korst wordt getoerd en in 3 lagen gevouwen.

KOEKJESVORMMACHINE

Om het bladerdeeg minder te laten bladeren wordt het bladerdeeg geprikt waardoor er extra veel vocht tijdens het bakproces kan verdampen zonder dat het deeg door de waterdamp omhoog wordt gedrukt.

KNEDEN MET DE HAND

Een industriële machine voor spuit- en matrijstechniek.

KOOKDEEG

Door strekken en vouwen wordt een elastisch en rekbaar deeg gekneed met een deegtemperatuur van 26°C.

KRUIMELDEEG

Vormdeeg gemaakt met suiker, vetstof, vocht, zout, smaakstof en tarwebloem.

KLEINBROODSTRAAT

Zetdeeg gemaakt met suiker, vetstof, vocht, zout, smaakstof en tarwebloem.

KARAMELLISEREN

Het automatisch verwerken van deeg tot deegstukjes tot op de bakplaat.

KLEINBROOD

Het branden van suiker en anderen sachariden bij 160°C totdat er een donkerbruine stroop ontstaat.

KORSTBLOEM

Een indeling:

zacht-en krokantkleinbrood.

gevuld-en ongevuldkleinbrood.

KARAMEL

Wordt toegepast om zijn hoogwaardige eiwitten en zetmeel dat geen ascorbinezuur bevat. Dit heeft een stabiliserende werking op de ontwikkelde glutenstrengen.

Zachte karamel, als toffee, heeft naast veel suiker een hoog vochtgehalte, bevat vet en melkbestanddelen.

 KOOLHYDRATEN

KOELTOREN

Methode om brood op een relatief klein oppervlak te laten afkoelen met schone geforceerde lucht.

Koolhydraten worden ook wel suikers of sachariden of zetmeel genoemd.

Koolhydraten leveren 4 kcal per gram.