Waarom stotteren?

Waarom stotteren?

Laten we beginnen met de vraag wat de oorzaak is van stotteren. Wanneer we spreken moeten er twee hersenactiviteiten worden gecoördineerd. De ene bestuurt de productie van de spraakklanken waarmee wij woorden vormen. De andere bestuurt de productie van lettergrepen waarin de spraakklanken moeten worden samengevoegd. Als één van deze twee activiteiten onbewust vertraagd wordt, hetzij door erfelijke oorzaken, hetzij door hersenletsel of een assertiviteitsconflict, zal het spreken tijdelijk worden onderbroken. Het is dan alsof de spreker struikelt; om onbekende redenen struikelt hij over zijn woorden. Dat overkomt bijna iedereen wel eens. De meesten van ons merken niet eens dat het gebeurt; je hoeft dus geen stotteraar te zijn om te stotteren. Sommige stotteraars die ernstige klachten hebben, hóór je zelfs in feite zelden stotteren. Zoals u ziet is een stotteraar zijn heel iets anders dan alleen maar stotteren.

Waarom een "stotteraar" worden?

Waarom wordt iemand dan een "stotteraar"? Terwijl begrijpen waarom stotteren plaatsvindt niet zo moeilijk is, is de reden waarom iemand een "stotteraar" wordt beladen met tegenstrijdigheden. Het is eigenlijk volkomen onlogisch; het is ook niet wat het lijkt te zijn. Ik ken bijvoorbeeld geen enkele "stotteraar" die wil stotteren, of die in staat is het te voorkomen. Toch wijst alles erop dat stotteren voordelen oplevert en een verslaving kan worden. "Stotteraars" willen ervan af komen, maar onbewust kunnen ze het niet opgeven. Hoe komt dat?

Het antwoord dat ik op die vraag zal geven is niet in laboratoriumproeven getoetst. Het heeft niets te maken met de populaire verklaring dat stotteren wordt veroorzaakt door overmatige spanning in tong, lippen, keel of borst. Dat is slechts een beschrijving. De diagnostische vraag luidt: wat is de oorzaak van die spanning? Het antwoord dat ik u zal geven is het enige dat ik heb kunnen vinden als verklaring voor al die vreemde tegenstrijdigheden die ik in jaren van klinische observatie heb geconstateerd. Gelukkig is het zo dat als mijn verklaring niet klopt, daar niemand nadeel van ondervindt, behalve ikzelf in mijn eigendunk. Maar als de verklaring juist is, mag je verwachten dat voorkomen kan worden dat kinderen "stotteraars" worden. Het opent zelfs de ongehoorde mogelijkheid dat stotteren bij volwassenen kan worden genezen.

Na deze lange inleiding volgt hier het korte antwoord. Kinderen die zichzelf als "stotteraar" gaan zien en hun leven rond dat zelfbeeld organiseren, zijn onzeker van zichzelf, niet assertief tegenover de mensen bij wie ze stotteren. In zo'n situatie wordt hun keel of borst samengetrokken, soms in een kramp. Dat is wat er gebeurt als ze de gesprekssituatie niet meer beheersen. Het resultaat is dat ze hun spreken niet meer onder controle hebben: ze stotteren. Als ouders weinig aandacht schenken aan zulke kinderen, behalve wanneer ze stotteren, wordt stotteren een eersteklas middel om de aandacht te trekken die ze anders niet krijgen. Het feit dat die aandacht meestal negatief is - ouders zeggen: 'Hou op' of 'Praat eens wat langzamer', luisteraars wachten ongeduldig totdat het stotteren ophoudt zodat ze door kunnen gaan met hun gesprek - wil niet zeggen dat het geen voordeel is. De onaangenaamste aandacht is altijd nog beter dan géén aandacht. Als kinderen wisten dat ze het stotteren gebruiken om aandacht te krijgen, zouden ze geen "stotteraar" worden. Omdat de voordelen onbewust zijn, staan "stotteraars" machteloos tegenover de verslavende gevolgen ervan. Als kinderen zichzelf eenmaal als "stotteraar" beschouwen, houdt dat zelfbeeld hun machtsfantasieën in stand. Het worden 'geketende reuzen', die - "stotteraars" als ze zijn - in de reële wereld niet op macht hoeven te rekenen.

Bron: William H. Perkins Stotteren voorkomen