Here I will analyse how the Workers Party of Belgium (WPB – PVDA – PTB) has cancelled her original communist identity and assume at the end an identity that is most akin to that of social democracy of the Second International. Though (mostly) still in Dutch, I would eventually completely translated this analysis into English. So I want finally make the analysis available (in one form or another) of what is called the "International Communist Movement". I believe that the "degeneration" (and what is as concrete as possible the analysis of it) of the WPB, is a cautionary lesson for the possible development of revisionism INSIDE in a (originally) revolutionary communist organisation, and of the way how this can happen. I think that there are similarities with the political and ideological development in the Chinese Communist Party.. I will identify this equivalence.
I give this "file" the (preliminary working-) title: About Communist Identity.
Ik start op 27 april 2016 hier mijn analyse over de politieke en ideologische ontwikkelingen in de Partij van de Arbeid van België (PVDA,PTB,WPB) met het Vijfde Congres in 1995. (later zal dan de chronologische voorgeschiedenis hiervoor komen...) Het eerst document is dan ook "het geheel van congresdocumenten" zoals dan werd uitgeven in het boek Partij van de revolutie. Het boek is niet meer te verkrijgen en ik typte dan maar een (nog onvolledig) kopie van en zette dit "online":
Partij van de revolutie, PVDA-uitgaven, EPO 1996.
Het Vijfde congres van de PVDA in 1995, constateerde een aantal onvolkomenheden in de partij die aangepakt moesten worden, wilde men het revolutionair karakter van de partij niet hypothekeren. Maar het congres dat die onvolkomenheden vaststelde en de taken en opdrachten bepaalde was natuurlijk zelf nog onderhevig aan de onvolkomenheden die NA het congres zouden worden aangepakt. Dit maakt dat het geheel van congresdocumenten
(in het boek “Partij van de revolutie”), samengesteld uit aparte documenten ieder opgesteld door een daarvoor aangewezen kader, documenten die in werkgroepen bestudeerd en geamendeerd zijn, documenten die dan op een plenum nog eens gestemd zijn, wat onevenwichtig zijn....en weinig of geen militanten die dat OP het congres als net NA het congres dat zich realiseerden...Ik ook niet, ik was OOK congres-afgevaardigde.
Het is duidelijk dat voor de bepaling van de “rectificaties” die NA het vijfde congres zouden worden doorgevoerd, men uit moest gaan van een toepassing van “het geheel van documenten van het vijfde congres” (dus het boek “Partij van de revolutie”)....
OPM: Ik vond wel (toen al, in 1995 en daarna), dat die congresdocumenten NIET in een boek BUITEN de partij moesten verschijnen, maar IN de partij tot IN de basiscellen moesten besproken en geassimileerd worden.
Zich fixeren op één hoofdstuk (of zelfs een DEEL van een hoofstuk) uit “Partij van de revolutie” en dit gebruiken als politiek argument in een analyse over bijvoorbeeld “een” rectificatie, die men op een bepaald moment (subjectief) nodig vindt”, is dan ook een vorm van DOGMATISME: men pakt uit “het geheel van congresdocumenten” juist dat deel dat men (...en dus “subjectief” – is een vorm van IDEALISME) toepasbaar acht. Als dit dan gedaan wordt door een kader om de partij BEWUST te richten in een “niet meer revolutionaire” richting, is er sprake van REVISIONISME.In hoofdstuk 3 van Partij van de revolutie worden dan VIER assen aangegeven “om de Partij te rectificeren” Het principe, gesteld door het 5e Congres (1995) dat bv “de Derde As” (zijnde “Hoofdstuk III, deel 3 Het Bureaucratisme bestrijden,de banden met de massa's versterken”) .... niet los kan worden gezien (hetgeen men later -dogmatisch – wél zal doen .... en wel BEWUST - hetgeen REVISIONISME is) van de ANDERE DRIE ASSEN. (en zeker niet van de AS: “de POLITIEK op de commandopost zetten”)Degene in de PVDA die dit BEWUST heeft gedaan is Boudewijn Deckers , de meerderheid van kaders en militanten hebben dit gewoon DOGMATISCH (slaafs en blind) “geassimileerd”.27-04-16 Boudewijn Deckers "plukte" BEWUST DEEL uit GEHEEL van 5e Congres-documenten, om PVDA te "verburgerlijken", geholpen door heersend DOGMATISME
Het is Boudewijn Deckers die de "auteur" is (of "de hand van de auteur heeft vastgehouden") van het ONTWERP van Resolutie van 1999 dat besproken is geweest en (héél lichtjes gewijzigd) in juni 1999 door het Centraal Comité is aanvaard.(Lees over de “geschiedenis” van de Resolutie van 1999 de artikels in het kader met titel “1999, ideologische aanval op revolutionair karakter van PVDA door verburgerlijkte kaders, geholpen door "dogmatische verblinding" bij veel leden.op pagina 2004: Revisionistische coup in PVDA.
In 2004 werden ondermeer Nadine Rosa-Rosso en Luk Vervaet uit de PVDA gezet. Omwille van het feit dat NRR als algemeen secretaris niet anders deed wat reeds lang “de partijlijn” was (... sinds pakweg 1995, zoals ik later zal uitleggen in mijn analyse -zie tweede link), maar omwille van “bepaalde redenen” (die ik eveneens onder de tweede “link” zal onthullen) wel MOEST verdwijnen.... werd een “dringende reden” ineengestoken.....En de beschuldiging van “fractionistische activiteiten” WAS zo'n “dringende reden” waarvoor eigenlijk geen verdere verantwoording moest worden gegeven voor “uitsluiting”. Lees in deze resolutie “van het Centraal Comité” (maar van de hand van....Boudewijn Deckers) hoe toch “verantwoording” wordt gegeven voor de uitsluiting, maar ook tegelijk hoe Boudewijn Deckers erin slaagt om de HELE partij min 1 (tot nu toe ken ik geen andere - toen nog – militant van de PVDA dan ikzelf, die dit doorhad....) op een sociaal-democratisch spoor te zetten: Resolutie over de voormaligealgemeen secretaris Nadine Rosa-Rosso en de vroegerekaderverantwoordelijke Luk Vervaet – Centraal Comité van dePVDA, 5 april 2004.
Lees vervolgens mijn analyse van deze “ontwikkelingen”, die ik maakte aan de hand van de reeds eerder doorgestuurde rapporten (toen ik nog IN de partij zat) maar samenstelde met behulp van nog extra-documentatie, een jaar NA MIJN uitsluiting uit de PVDA: Concrete analyse over evolutiebinnen de PVDA – Deelname aan verkiezingen als onderdeel van hetwerken aan de revolutie nu, na 30 jaar praktijk als communistischepartij -27 mei 2006.
Als communistisch arbeider...
Een nog verder uit te werken document met links naar nota's, rapporten, artikels in Solidair die ik schreef, o.a. over mijn werk in de fabriek, hoe ik mijn engagement als communist trachtte in te vullen, ook daar de rapportering van, mijn kritieken op zaken waarvan ik vond dat ze verkeerd begonnen te gaan in de partij....... Werkdocument met de verwerking van alle beschikbare documentatie
Over Communistische Identiteit
Hier analyseer ik het afstappen van de communistische identiteit en het overgaan naar een identiteit die het meest verwant is met die van de sociaal-democratie van de IIe Internationale, van de Partij van Arbeid van België. Hoewel (grotendeels) nog in het Nederlands wil ik die uiteindelijk helemaal in het Engels vertalen. Zo wil ik de uiteindelijke analyse ter beschikking stellen (in één of andere vorm) van wat men noemt de “Internationale Communistische Beweging” Ik meen de deze “degeneratie” (en de zo concreet mogelijke analyse ervan) van de PVDA, een waarschuwende les is voor mogelijkheden van ontwikkeling van revisionisme BINNEN in een (van oorsprong) revolutionaire communistische organisatie, en van de manier waarop dit gebeurt.
Ik meen dat er gelijkaardigheden zijn met de politieke en ideologische ontwikkeling in de Chinese Communistische Partij. Ik zal deze gelijkwaardigheden hier even kort aangeven.
Over CCP kort
Er heerst een sterk invloed van opportunisme in de CCP in de vorm van dogmatisme. Mao Zedong bestrijdt het dogmatisme in de CCP, zie het stuk uit “Over de tegenstelling” van Mao Zedong...
Er is ook een invloed van burgerlijk nationalisme IN de CCP, dat wellicht de bron van revisionisme is in de CCP, volgens Ludo Martens, zie “Verschillende aspecten van revisionisme”, door Ludo Martens:
"In welke mate heeft de praktijk van een nationale en democratische revolutie de opvatting zelf van het marxisme-leninisme van diegenen die de revolutie leidden, beïnvloed? In welke mate bleef de interpretatie van het marxisme-leninisme binnen de grenzen van de nationale en democratische revolutie? Het is mogelijk dat dit een specifieke bron van opportunisme en revisionisme in China vormt. (...)
Vanaf 1958 toont Kang Cheng aan dat bepaalde kaders zich in de CCP geëngageerd hebben met opvattingen die het kader van de consequente democratische revolutie niet overstijgen. (Hij spreekt van)... "burgerlijke en klein-burgerlijke democraten" ...(waarmee) ... "principiële meningsverschillen" (bestaan). "Daar waar de partij zich stevig aan de leidende rol van het proletariaat houdt in de democratische revolutie en volhardt in zijn wil de democratische revolutie tot het einde voort te zetten opdat na de volledige voltooiïng van de democratische revolutie deze onmiddellijk en zonder oponthoud zou kunnen overgaan in een socialistische revolutie, zijn zij van oordeel dat men de leiding van de democratische revolutie moet toekennen aan de burgerlijke klasse en hebben zij niet de wil om deze revolutie tot het uiterste te voeren en zijn zij nog minder bereid tot de socialistische revolutie."
Dezelfde stelling zal in 1976 ontwikkeld worden tijdens de strijd die Mao voerde tegen Den Xiaoping. De CCP schreef op dat moment: "In 1959 heeft voorzitter Mao deze indringende opmerking gemaakt: de rechts-opportunisten binnen de partij zijn nooit proletarische revolutionairen geweest; het zijn slechts burgerlijke of kleinburgerlijke democraten die geïnfiltreerd zijn in de revolutionaire rangen van het proletariaat; zij zijn nooit marxist-leninisten geweest: zij zijn enkel reisgezellen voor onze partij."..."
In dezelfde tekst van Ludo Martens analyseert hij trouwens, dat IN de PVDA er een sterk ontwikkeld opportunisme zich kon ontwikkelen doordat nogal kritiekloos het ““maoisme” omarmd werd. Later bleek dat sommige militanten en kaders, dit “maoisme” omarmden vanuit een zogezegd “antistalinisme”, maar IN FEITE een “anti-leninisme” en EIGENLIJK ... een “anti-COMMUNISME”.
In de CCP maakte de revisionistische ideologen gebruik van het heersend dogmatisme om de burgerlijke lijn van Deng Xiaoping (“Hervorming en Opening”) te formuleren in marxistisch-klinkende frasen. Lees hier zélf maar in “China's socialist economy” (in 1982 geschreven door “marxistische economen uit de CCP”) een samenvatting van hun “marxistische” (maar dogmatische) analyse in “Conclusion - OBJECTIVELAWS OF SOCIALIST ECONOMIC DEVELOPMENT”
Hierin een “dogma” dat Mao Zedong in “Over de tegenstelling” juist bestrijdt (zie daar), en wel het in “objectieve wet” gegoten 'dogma'::”De productiekrachten moeten groeien tot een van boven vast te stellen niveau voordat van bovenuit de beslissing kan komen om de productie-relaties te veranderen.”
De aspecten “burgerlijk nationalisme” en “overheersend dogmatisme bij leden en kaders” was een belangrijke basis zowel in de CCP alsook in de PVDA voor een mogelijke ontwikkeling en versterking van revisionisme wegens dogmatische blindheid bij een groot deel van de leden en kaders.
Ik geef dit “dossier” de (voorlopige werk-)titel: Over Communistische Identiteit.