(c) Stichting Wiebe Hayes
Bijna iedere Nederlander zal het tegenwoordige schip de Batavia kennen. Van de oorspronkelijk Batavia was de lengte en breedte bekend uit de bouwopdracht van de VOC. Bouwtekeningen werden 400 jaar geleden bij de bouw niet gebruikt. Wel zijn er veel afbeeldingen van schepen uit die periode, o.a. in het boek "Ongeluckige Voyagie van’t Schip Batavia nae de Oost Indien" uit 1647, naar de geschriften waarin commandeur François Pelsaert verslag deed. Het scheepsjournaal was door de muiters overboord gegooid. Wel zijn een aantal brieven van betrokkenen, o.a. dominee Bastiaansz, bewaard gebleven in de archieven.
Er is lang onduidelijkheid geweest over de plaats waar de Batavia is vergaan en daardoor ook in de naamgeving van de verschillende eilandjes.
Pas in 1955 toonde de Australische mevrouw Henrietta Drake Brock-man aan dat de Batavia bij de Wallabi groep moest zijn vergaan.
In 1963 werd het wrak in het zeer afgelegen gebied op het Morgenrif door een kreeften visser ontdekt.
Een groot aantal voorwerpen werden gevonden. Kanonnen, navigatie instrumenten, gebruiksvoorwerpen maar ook skeletten. De vondsten werden naar het West-australisch Museum overgebracht. Na 334 jaar op de zeebodem te hebben gelegen, konden de grote stenen (die als ballast aan boord van de Batavia waren) geborgen worden en kon men de poort reconstrueren.
De stenen waren, zoals reeds gezegd, oorspronkelijk bedoeld geweest als poort voor het VOC fort "het Casteel" in Batavia. De reconstructie staat nu in het Maritiem Museum van de stad Fremantle aan de Australische westkust, samen met de andere vondsten van de Batavia.
De meest bijzondere overblijfselen zijn echter de twee kleine fortjes gebouwd door Hayes en zijn mannen op het uiterst afgelegen onbewoond eilandje West-Wallabi.
Zij werden in 1879 ontdekt bij het afgraven van vogelmest. Ook werden toen een groot aantal oude voorwerpen gevonden. Op dat moment kon er echter nog geen verband worden gelegd met de schipbreuk van het schip de Batavia en het daaropvolgende drama. De fortjes zijn feitelijk de enige tastbare herinneringen aan Wiebe Hayes en zijn dappere mannen. Het zijn stille monumenten voor de mannen die kozen voor een waardig gedrag, en die zich verzet hebben tegen onrecht.
Ze verlaagden zich niet Cornelisz te doden na zijn gevangenneming, maar droegen hem over aan het wettig gezag. Op geen schilderij komen Wiebe of zijn mannen voor, geen beeld is ooit voor ze opgericht…