18 juli 2020
We staan op tijd op. Omdat hotel Bieze - waar wij verblijven - dicht bij een kerk staat was de nachtrust wat minder. Dat lag niet aan het hotel, maar aan onszelf, want we hadden het venster niet dichtgemaakt. En dus hoorden we telkens de klok slaan. En wat doe je dan, je gaat tellen. Zo kwam Jack tot de conclusie dat de klok niet op de zomertijd is ingesteld.
’s Morgens vertellen we dit tijdens het ontbijt aan onze gastvrouw. Haar antwoord is even simpel als duidelijk:” De klok is al langer van slag”.
In verband met de Covid heeft het hotel een leuke oplossing gevonden voor het serveren van het ontbijt. Behoudens de koffie, thee en de jus d’orange wordt alles geserveerd op een etagère. Dus geen dwalende mensen in het restaurant die op zoek zijn naar brood, beleg etc.
Het is 09:00 u als we bij het Hunebedcentrum aan etappe 6 beginnen. Bij de parkeerplaats steken we de weg over en gaan over het Mammoetpad.
Dit is niet te missen want er staan 2 levensgrote mammoeten langs het paadje. Op het einde gaan we naar links langs het water. Bij een sluisje steken we het kanaal over en volgen we het pad aan de andere zijde. Zo’n 100 mtr verder nemen we een graspad tussen een weide en een smalle sloot. We steken een zandpad schuin over en volgen dan een pad tot aan een drukke verkeersweg. Hier moeten we even naar rechts. Na zo’n 200 mtr steken we deze weg over en zien we in de verte de eerste hunebedden van de dag liggen. Het zijn D28 en D29 die als een tweeling knus bij elkaar liggen.
hunebed D28
Het bijzondere van hunebed D28 is dat men hier koperen sieraden gevonden heeft. Men veronderstelt dat deze afkomstig zijn uit Midden-Europa of nog verder oostelijk, hetgeen zou betekenen dat de hunebedbouwers 5000 jaar geleden via-via al handelscontacten hadden. Of dit klopt?
hunebed D29
D29 is nooit onderzocht. Het valt op dat dit hunebed 2 zeer platte dekstenen heeft. Mogelijk zijn ze uit 1 steen gespleten, maar hoe zouden ze dat destijds gedaan hebben?
We lopen terug, steken de weg over en gaan naar het punt waar we bij de verkeersweg uitkwamen. We steken weer de weg over en vervolgen de tocht. Rechts van ons, over de goudgele korenaren kijkend, kunnen we tussen de bomen nog een glimp van de hunebedden vangen.
Vlak voor een bos passeren we aan onze linker zijde een mooi bloemenveld. We zien vooral veel gele bloemen, die iets weg hebben van margrieten. Vlinders hebben hier de tijd van hun korte leven. Ze zijn er dan ook talrijk. We lopen het bos in, bij een heideveld gaan we schuin naar rechts over een bospad het Buiner Veld in. Dit pad volgen we tot aan een zevensprong. Ook hier gaan we schuin naar rechts. We komen bij een gletscherkuil. Een gletscherkuil wordt ook wel een droge pingoruïne genoemd. Ze ontstonden tijdens de ijstijd door grondwater dat aan de oppervlakte bevroor en ijsheuvels vormden. Na de ijstijd bleef de diepe kuil achter met een aarden wal erom heen.
Na een korte pauze lopen we door de pingoruïne en volgen aan de overzijde een keienpad naar links. We steken een breed pad met fietspad over en komen bij een vijfsprong. Hier nemen we het 2e kronkelpad naar rechts. Omdat de routebeschrijving in het boekje soms twijfels opwekt houdt Jack zich vooral vast aan het routekaartje. Dit gaat goed, het leuke kronkelende pad komt uit op een kruispunt waar we rechtdoor gaan. We bevinden ons in de Boswachterij Exloo. Bij een volgende kruising gaan we naar rechts. Vlak voor het einde van dit pad steken we een keienweg met fietspad over en gaan verderop naar links. We komen bij hunebed D30 dat op een open grasveld ligt.
hunebed D30
Het is niet zo groot, ruim 7 mtr lang. Onderzoek wees uit dat de grafkelder zo’n 1,7 mtr hoog was, wat toch behoorlijk is.
Vanuit dit hunebed lopen we naar een schuilhut waar we even pauzeren en iets eten. We zien veel fietsers, logisch. Mensen willen toch genieten van een mooie zonnige dag in de natuur. En hier is het mooi! We gaan weer verder door het bos. Op het eind van het pad gaan we naar rechts en lopen we naar Exloo. Aan de rand van dit dorp passeren we enkele mooie huizen. Vervolgens lopen we tussen 2 heggen en komen we uit op een drukke doorgaande weg. Aan de overzijde zien we een café met een groot terras waar het druk is. Het ziet er uitnodigend uit en we kunnen geen weerstand bieden. Dus nemen we plaats op het terras en bestellen koffie met gebak. Heerlijk!
Na deze plesante onderbreking van de wandeling vervolgen we de route langs de Hoofdstraat. Bij een viersprong nemen we een breed zandpad naar rechts en komen we weer tussen akkers op een es. Vandaag zien we veel graan, maar toch ook weer aardappels en suikerbieten. De velden zijn groot, en ze zien er prachtig uit. Zo’n 100 mtr voor ons loopt een klein groepje wandelaars. We volgen ze totdat we bij hunebed D31 komen. Het ligt op een heuveltje enigszins verscholen in het bos.
hunebed D31
Dit hunebed ligt er vervallen bij, jammer. De tand des tijds en “grafschenners” hebben deze rustplaats geen goed gedaan.
We volgen het pad door het bosje en gaan over een keienpad naar rechts. Vervolgens verder over een zandpad naar links. Als we een weg overgestoken hebben passeren we een zwembad en komen we aan de rand van een groot heideveld. Hier lopen we gedeeltelijk door heen. Op het einde van dit veld gaan we een stukje naar beneden en komen we in het Odoorner Zand.
Een mooi natuurgebied, we lopen door heide, zand en als laatste bos. Uiteindelijk komen we op een drukke verkeersweg die naar Odoorn leidt. Maar voor we daar aankomen moeten we eerst nog hunebed D32 bezoeken, dat zo’n 250 mtr van de weg af ligt, verscholen in een klein bosje.
hunebed D32
Het is niet al te groot, maar natuurlijk toch een bezoek waard. Als we terug lopen naar de verkeersweg zien we een lange stoet tractoren. Het zijn er veel, zeker meer dan 50. We denken niet dat het een protestactie is, want we zien geen borden met opschriften of iets dergelijks.
We lopen Odoorn binnen. Als we bijna bij de bushalte zijn zien we de bus vertrekken. We zwaaien, en gelukkig mogen we nog mee. Dat scheelt ons een uur en dat is gunstig, want we moeten weer terug naar Limburg.
Meer foto's:
Lees verder Odoorn - Emmen