6 november 2020
Om 09:15 u stappen we op de bus naar Assen, waar we overstappen naar Appelscha. Bij een bushalte langs de Appelschester Vaort beginnen we aan de wandeling van vandaag.
We lopen naar een brug en steken hier het water over. Wij volgen nog even de vaart en lopen dan in de richting van Willemstad, een buurtschap dat bestaat uit een 10-tal woningen. Ongetwijfeld is het hier rustig wonen. De asfaltweg wordt een onverhard pad, dat eindigt bij een doorgaande weg waar we linksaf gaan. Rechts van de weg ligt een brede sloot. We komen bij een ophaalbrug, aan de overzijde bevindt zich Ravenswoud, een dorp waar vroeger veel veenarbeiders woonden. Wij lopen verder langs het water, de verharde weg is inmiddels een onverhard karrespoor geworden. Gelukkig ligt ernaast een verhard fietspad, waarover het toch prettiger wandelen is. Het pad loopt naar een bos waar we een bruggetje oversteken.
De sloot maakt hier een bocht naar rechts, we zien aan de overzijde langs de waterkant een 3-tal geiten. Ze laten zich niet storen. Hier verlaten we het fietspad, wij gaan rechtdoor over een smal pad, dat later breder wordt. Tiny vraagt zich af of we misschien een hert tegenkomen. Die wens wordt niet vervuld, we zien wel 2 paarden in de verte. Het pad maakt een paar bochten waarna we bij een splitsing een smal paadje naar links nemen. Iets verderop steken we opnieuw een bruggetje over en even later staan we voor een bijzonder bouwwerk: een uitkijktoren in de vorm van een 7.
Het is geen rechte toren, maar enigszins gekanteld. Natuurlijk gaan we de trappen op, het bouwwerk is 18 mtr hoog. In de horizontale lijn van de 7 is het uitkijkpunt.
Hier krijgen we een adembenemend panorama over het Fochteloërveen. Dit uitgestrekte veengebied is het leefgebied van oa kraanvogels die er broeden. Tiny zou uren willen turen naar het uitgestrekte gebied, maar helaas……. de kijker staat voor haar te hoog! We gaan verder, en lopen terug naar het bruggetje waar we rechts afslaan. Hier verlaten we het bos, we komen in een open gebied en lopen nu over een fietspad. Links van ons zien we de paarden weer. Het pad maakt een brede boog en eindigt bij een verharde weg aan de rand van het natuurgebied. We volgen deze weg en komen bij een vogelkijkhut die aan de rand van een grote waterplas ligt.
Terwijl Tiny even rust op een bank gaat Jack naar de hut en treft daar een echtpaar dat door de kijkgaten naar de vogels op het meertje loert. De man heeft een groot fototoestel, met een joekel van een lens er op gemonteerd. Dan is het toestelletje waar Jack zijn foto’s mee maakt toch maar bescheiden “speelgoed”. Maar wel praktisch! De man vertelt dat hij graag foto’s van vogels maakt, en die dan thuis uitvergroot op de pc. Soms ontdekt hij er dan die hij met zijn ogen niet waar genomen had. Zo zag hij laatst een zeldzame witte buizerd tussen andere vogels. Hij wil graag de kraanvogel voor zijn lens krijgen, maar dat lukt niet, het dier is schuw. En boswachters zijn ook niet genegen om te vertellen waar de kraanvogel zich ophoudt. “De zeldzame vogels worden beter beschermd dan de Nederlandse Bank”, zo vertelt hij.
Na het leuke gesprek eten we een kleinigheid en gaan verder. Bij een parkeerplaats gaan we naar rechts en komen we op een fietspad. Een paar honderd meter verder verlaten we dit fietspad en nemen we een smal wandelpaadje dat dwars door het veen loopt.
Het is geen “prettig lopend” paadje, het is smal en heeft veel kuilen. Je voelt wel dat je over een drassige ondergrond loopt, tussen hoog gras en heideplanten. Het paadje is zo’n 1½ km lang en komt weer op het fietspad uit. Hier staat een grenspaal, we verlaten de provincie Friesland en komen weer in Drenthe. Maar we wandelen nog steeds over het uitgestrekte veengebied. Links zien een pad met houten vlonders. Dat wekt onze nieuwsgierigheid en we gaan kijken waar dit naar toe leidt. Het blijkt een soort bankje boven op het drassige veen te zijn. De vloer van het “rustplekje” bestaat uit roosters, je kijkt uit op de drassige ondergrond onder je voeten.
Tiny zegt dat ze wat last heeft van haar voet, waarschijnlijk is ze op het smalle paadje een beetje omgezwikt. Maar ze kan wel verder, zegt ze. We verlaten het veengebied en komen in een bos waar we dan weer links en dan weer naar rechts moeten.
Bij een kruising van slootjes steken we een leuk bruggetje over en vervolgen onze tocht over een breed bospad dat bezaaid is met bladeren, de herfst toont zijn charme. Dan staan we plots voor een smal bruggetje waar het boekje geen melding van maakt. Moeten we over het bruggetje of hier naar rechts? We twijfelen en besluiten voor de laatste optie. Over een breed drassig pad lopen we in de richting van een doorgaande weg. Echter, het pad gaat niet verder. Door de struiken en het hoge gras proberen we bij de weg te komen, maar een brede sloot verspert de doorgang. Links in de verte zien we een bruggetje, we zijn dus toch te vroeg naar rechts gegaan. Uiteindelijk komen we bij de brug en steken we de sloot over. We zitten weer op de route en komen in Veenhuizen. Over het fietspad lopend passeren we enkele mooie panden. Statige huizen van directeuren en andere mensen met een hoge functie. We nemen de afslag naar de sportvelden en zien dat hier ook een bierbrouwerij ligt. Voorbij de graandrogerij gaan we over een schelpenpaadje dat op een fietspad uitkomt. Van hier uit wandelen we naar links, steken een weg over en vervolgens door een bosje naar links.
We komen bij het Gevangenismuseum, dat gevestigd is in een voormalig gesticht. De etappe eindigt volgens het boekje hier, echter wij lopen nog door naar het plaatsje Een. Omdat we daar een betere busverbinding hebben naar Norg, waar we verblijven.
We lopen langs de gracht die rondom het museum ligt en gaan verder over de Hospitaallaan. Langs de weg liggen panden met namen die herinneren aan voormalige tijden: Controle, Toewijding.
Links steken we een parkeerplaats over en gaan verder over een graspad. Vervolgens komen we bij een doorgaande weg. Aan de overzijde hiervan gaan we na een bomenrij over een modderig pad naar rechts. Dit pad blijven we volgen. Nadat we een doorgaande weg hebben overgestoken wordt het een verharde weg waar verschillende boerderijen liggen, maar ook B&B’s en campings. Als we de laatste woning zijn gepasseerd gaat het asfaltweggetje weer over in een onverhard pad. We komen in een bos en zien een bordje met de vermelding Spaansche kerkhof. In het bos ligt een heuvel. Men vermoedt dat hier in de late Middeleeuwen een kerkje heeft gestaan. We gaan niet kijken maar lopen door over het modderige pad. Op het einde van het bos gaan we naar links. Links ligt het bos, rechts weilanden en akkers.
We komen bij een wegwijzer met de aanduiding “Een 1”. Toch wel grappig, ook duidelijk voor diegenen die minder geletterd zijn. We wandelen het dorp met de bijzondere maar ook eenvoudige naam binnen. Op de hoek bij een rotonde lopen enkele alpaca’s. De grappige dieren kijken ons even aan maar wenden hun hoofd weer naar beneden. Onze voettocht eindigt vandaag hier. Met de bus rijden we naar Norg. We logeren in het hotel met dezelfde naam, waar wij tevreden over zijn.
’s Avonds genieten we van een goede maaltijd.
Meer foto's:
Lees verder Een - Norg