24 maart 2012
Afgelopen nacht hebben we wel kunnen overnachten in hotel de Kempen, genoemd naar de streek waar we nu vertoeven. Het is een vrij modern hotel, dat eigenlijk wel een beetje vreemd gelegen is: tussen de 2 rijbanen van een weg. We vermoeden dat hier vroeger een tramstation lag, want op verscheidene plekken hangt een afbeelding van zo’n halte.
Het wordt een lange tocht vandaag, dus gaan we vroeg ontbijten. Daarna rijden we naar Reusel waar we net als vorig weekend de auto weer bij het busstation parkeren.
Even na 9:00 u zijn we onderweg. Als we Reusel uitlopen komen we in een gebied met grote akkers. Ook liggen hier kapitale panden, sommige omgeven door taxusheggen waar nog een stalen hekwerk in is verwerkt. Dan weet je het wel. We staan even stil bij een gedachtenissteen op een plek waar een wandelaar van het grenslandpad is overleden.
We komen in een bos en zien een echtpaar dat druk bezig is met het fotograferen van kleine zandhoopjes op het pad. Deze schijnen te worden gemaakt door zogenaamde zandbijen of graafwespen, die bij warm weer uit hun nestje komen. Dit kan wel kloppen want we zien enkele insecten vliegen die wel wat weg hebben van kleine bijen.
We naderen het natuurgebied de Reuselse Moeren en horen in de verte een gesnater van jewelste. Het pad loopt niet dicht langs het ven, maar iets verder staat een vogelobservatiehut en van hieruit kunnen we de dieren goed bekijken.
Schijnbaar is het hier goed toeven voor de vogels, want ze zijn er met ontzettend velen. Na dit schouwspel gaat het verder richting Belgische grens waar grenspaal 202 staat. Onderweg zien we nog een paar ganzen waggelen in een weiland. In België komen we op een fietspad langs een kanaal. Een degelijk fietspad waar uiteraard met het prachtige weer van vandaag veel gebruik van wordt gemaakt. Op een plek waar we een bos in moeten houden we een korte pauze. Een kwartiertje later gaan we verder en passeren we een groot wit jachthuis, waar enkele honden blaffend indruk op ons willen maken. Op het einde van dit pad moeten we rechtsaf. We naderen de Abdij van Postel.
De geschiedenis van deze abdij gaat terug tot de 12e eeuw. Het complex heeft een roerig verleden, en is in verschillende handen geweest. In de abdij verblijven Norbertijnen, die onder andere leven van de verkoop van zelfgemaakte abdijkaas en abdijbrood. Daarnaast is er ook nog het Postels abdijbier, dat echter niet in de abdij gebrouwen wordt. Als we bij de abdij aankomen nemen we plaats op het terras en bestellen we uiteraard brood met kaas. En dat smaakt zeker niet verkeerd. Er zitten veel dagjesmensen, waaronder veel motorrijders. Ja, met dit weer……….
Daarna lopen we nog even over het binnenterrein van de abdij. Jack vindt de abdij van Orval eigenlijk toch mooier. Postel ziet er uit alsof ze steeds weer iets nieuws gebouwd hebben, het een na het ander. De kruidentuin ziet er wel aardig uit, en is ook wel groot. Dan gaan we weer verder. Bij een klein kapelletje gaan we de Witherenheide op. Maar we zien niet veel hei. Op het einde van dit pad komen we bij een zessprong waar we op een lang recht onverhard pad komen waar een fietspad langs loopt. Dit is niet zo afwisselend, maar hier kunnen we wel even flink doorstappen. We lopen weer richting grens en komen bij een klein buurtschap waar vroeger een smokkelaarscafé lag. Dit is in de middle of nowhere, er liggen een paar huizen ( café‘s) en een enkele boerderij. Ook hier pauzeren we even, effe lekker in het zonnetje zitten en koude ice tea drinken. Als we onze tocht vervolgen zien we dat een klein manneke tractorles krijgt. Hij is daarvoor echt nog veel te jong. Dan komen we weer in een “bospassage”, en merken dat de route toch enigszins afwijkt van de beschrijving in het boek. Maar dit deert niet, na een half uurtje klopt het wel weer en lopen we langs enkele vakantiehuisjes. We bevinden ons bij Witrijt. Via weer een bos komen we op een groot heidegebied waar het druk is. Dit is de Cartierheide, genoemd naar een Belgische baron die dit gebied aan Natuurmonumenten schonk. Een mooi gebied, ook weer met veel luidrustige vogels.
Het laatste stuk zou volgens het boekje een knuppelpad zijn, maar dit zijn toch gewone planken. Geen knuppels zoals in de Peel. Als we dit mooie gebied verlaten hebben naderen we Eersel. Langs een drukke weg passeren we een groot sportcomplex. De plaatselijke voetbalclub heeft over sponsoring niet te klagen, zo kunnen we vaststellen. Via een lange zandweg bereiken we Eersel en zijn we nét op tijd bij de bushalte voor de terugreis naar Reusel.
Lees verder Eersel - St. Valentinuskapel