Op 8 april 2005 begint de trein reis al met eerst 1 uur en 20 min. vertraging tot Brussel, hierna nog eens 1 uur en 10 min. naar Parijs. De trein Parijs - Angers was net weg toen we op Parijs-Montparnasse aankwamen => 50 minuten wachten en de vertraging is dan al 3 uur. In de trein naar Angers zit een neger op één van onze plaatsen, hij houdt stug vol dat het zijn plaats is. Carla vraagt aan een Française of ze naast haar mag zitten; zij vraagt aan Carla waar we heen gaan. Als Carla zegt Angers, springt de neger op als door een wesp gestoken en spurt de trein uit en de hele coupé ligt in een deuk.Om 18:15 aankomst op de jachtwerf. Hier horen we dat we een andere, grotere boot krijgen: Een penichette van 11 meter en hij ziet er gloednieuw uit. Uitleg koelkast, verwarming, verlichting en W.C. en de mededeling dat het technische gedeelte zaterdag uitgelegd zal worden. Naast de 24 flessen Anjou wijn staat er ook een fles champagne klaar!Zaterdag ochtend 9 april om 9 uur is het eindelijk zo ver: We kunnen varen! We gaan stroomaf, richting Angers, na een half uurtje zijn we bij de eerste sluis. De vaareigenschappen van de "Chouette" (schatje) zijn prima! De motor een 3 cilinder Volvo-diesel draait rustig. Het is stralend weer met een fris briesje, die ochtend lag er ijs op het roefje. We zijn op weg naar Angers en hebben er zin in! Om half één komen we bij de laatste sluis voor Angers, maar deze heeft middagpauze tot 2 uur. Kees en ik maken hiervan gebruik om per fiets in het nabij gelegen stadje vers brood te kopen; het is hier en daar te steil om te fietsen. terug is een stuk makkelijker. Om half vier meren we af in Angers aan een hele lange lege kade tegenover het kasteel. Kees en Carla doen de inkopen voor het weekend.
Zondagochtend pa haalt een verse baguette bij de bakker in Angers. na het ontbijt bezichtigen wij de haven. Er liggen diverse voormalige vrachtscheepjes o.a. een luxe-motor genaamd "Avontuur", een oude spits, een sleepbootje, een zandscheepje en nog wat omgebouwd spul. 's-Middags: Kees en Carla bekijken de kathedraal, pa en ik het kasteel met de dertien torens, we lopen over de wallen van het kasteel en bewonderen de prachtige kasteeltuinen, we beklimmen één van de torens tot halverwege en hebben een prachtig uitzicht over Angers. Hierna gaan we de kapel op de binnenplaats in; er is hier een tentoonstelling. Vervolgens gaan we naar de ruimte langs de zuidmuur, waar de wandtapijten hangen: 130 meter lang en ca. 5 meter hoog, allemaal voorstellingen over de Apocalyps (bijbelboek Openbaringen) We moeten wel wennen aan de schaarse blauwe verlichting (ter bescherming van het tapijt) maar dan is het heel indrukwekkend. We lopen nog een stukje door de oude stad, waarna ik een brievenbus zoek om de ansichtkaarten te posten en pa rechtstreeks naar boord gaat. Na het avondeten varen we stroomopwaarts naar de eerste sluis. Halverwege hebben we een pont (bac) het duurt een hele tijd voor de veerbaas de kabel heeft laten zakken. Bij de sluis in Montreuil-Belfroy gaan Kees en Carla nog wat fietsen. We zien bij de sluis een aantal hele grote ratten zwemmen. Ik ga vroeg naar bed. Pa, Carla en Kees spelen rummikub; er wordt onbehoorlijk vals gespeeld: na de eerste ronde worden er stenen gevonden tussen de kussens op de vloer etc.
Maandag 11/4 om 9 uur schutten we op. Omdat we geen van alle grote wijndrinkers zijn, hebben we als oplossing: Iedere keer één fles wijn voor de sluismeester(es), iedere keer verbaasde gezichten maar wel duim om hoog en merci beaucoup. We varen naar Grez-Neuville en we leggen net voor de middag aan in het haventje met 4 ligplaatsen, waarvan 2 bezet. Het is stralend weer en volgens onze kaart moet hier een bakker, kruidenier en eetgelegenheid zijn. We lopen het plaatsje in en vinden een café annex piep klein winkeltje: Ze hebben nog 2 stokbroden, 3 blikken groente, een paar potten jam en buiten flessen gas. Na de middag varen we verder en besluiten in Chambellay te gaan liggen. We bezichtigen de kerk en kijken waar de bakker is, want we willen de volgende ochtend met vers stokbrood beginnen. Van een vrouw met kind horen we dat de bakker de lier aan de wilgen heeft gehangen en voor brood en dergelijke moet je nu één dag van te voren in het plaatselijke café de bestelling opgeven. Aan boord blijkt de spoeling van de W.C. niet meer te werken, waarschijnlijk verstopt.
Dinsdag 12/4 onze verhuurder is nog 2 km varen, we leggen hier aan en laten de W.C. pomp repareren. Er zitten wat kleine takjes en rommel in de pomp. Hierna varen we verder en we houden een middag stop in Daon voor brood en om het plaatsje te bekijken. Na Daon maakt de Mayenne een bocht van bijna 180 graden, de oevers zijn zeer afwisselend: vlak land, bebost, heuvels of steile rotsen. De sluizen liggen nu kort op elkaar 2-5 km. Ze worden elektrisch bediend en omdat er weinig vaart is gaat het schutten snel. (We zijn maar 3 bootjes tegen gekomen). In de namiddag bereiken we Chateau-Gontier, dit is een grote plaats en we besluiten hier te overnachten. Carla, Kees en ik gaan inkopen doen en pa gaat de stad bekijken. Vlakbij blijkt er een grote supermarkt te zijn en heel opvallend: de meeste producten zijn ook voorzien van Nederlandse tekst!
's-Morgens 13/4 Carla gaat naar de supermarkt voor vers brood, hier ziet ze twee zwervers - een man en een vrouw -; even later kruipt de vrouw in de grote afval-container. Na het ontbijt vertrekken we en komen in de middagpauze bij de sluis in Janossais. Pal naast de sluis is een waterkrachtcentrale en we zien dat er beneden de sluis een flinke dwarsstroom loopt, dus straks goed uitkijken met invaren van de sluis. Boven de sluis is een inlaat ook hier dwarsstroom! We schutten om 2 uur op en boven de sluis wachten twee bootjes. De eerste maakt los en zal nadat wij eruit zijn de sluis in varen, maar komt helemaal dwars in de rivier te liggen en komt zelfs één keer gevaarlijk dichtbij de stuw. Kees ontdekt dat onze motor stationair langzamer loopt en hij hoort ook een rammeltje. We varen nog iets verder naar Port-Rhinegeard, hier is een officiële ligplaats vlakbij een jachtwerfje/verhuurder de naam is "Meeuw". Er liggen wat oude bootjes en een man komt uit een tot woonschip verbouwde olie tanker genaamd "Meeuw". Hij wijst ons een vrije ligplaats aan, maar het is zo te horen toch echt een fransman. Ik loop naar Entrammes, 2 km land inwaarts, om te zien of we toch de termen kunnen bezoeken. De kerk is wel open, maar de termen niet. De rest is in tussen naar de abdij van de cisterciënzers, Port Salut, gegaan. Kaas maken doen ze niet meer, verkocht aan de nabij gelegen fabriek. Als ik terug kom kijk ik er ook nog wat rond. De monniken hebben een eigen waterkrachtcentrale. Als we weer aan boord zijn gaat Kees direct opzoek naar de oorzaak van het rammeltje van de motor. Als hij het motorluik opent en aan de koppelingskabel trekt komt er een stuk ijzer mee. De rechter voorsteun van de motor is afgebroken. Ik bel de verhuurder en probeer duidelijk te maken wat er aan de hand is. Ik krijg hierna een monteur aan de lijn en deze belooft de volgende ochtend vroeg te komen.
's-Morgens 14/4 Ondanks de regen gaat Carla op de fiets naar Entrammes om brood te halen. Rond kwart voor tien is de monteur er en Carla is drijfnat terug met brood en gebak. De monteur belt naar de zaak en gebruikt voor de steun het zelfde woord: support. Hij maakt de steun los, de laatste cm van de breuk is zilverkleurig en zo'n 12 cm is zwart en dus een oude breuk. We drinken koffie met gebak en de monteur gaat terug om een andere steun te halen. Even na twaalven is de monteur klaar en kunnen we varen. Het weer is inmiddels ook opgeknapt, het regent niet meer. Om twee uur als de sluizen weer schutten gaan we op weg naar Laval. Over de laatste sluis in Laval hangt een hoogte balk voor de Europa brug. We hebben voldoende hoogte, maar we blijven op de stadsligplaats -nog voor deze brug- liggen. Voor ons ligt een ingekorte spits, die waarschijnlijk omgebouwd wordt tot expositie-ruimte. Op onze stijger zit een groepje hang jongeren. Voorbij de Europa brug is een aquaduct voor het spoor en dit is juist weer extreem hoog! Er is nog voldoende tijd om inkopen te doen, maar als we uit de winkel komen gaat het weer zachtjes regenen. Als we terug komen zijn de jongeren verdwenen, maar ze hebben wel wat troep achtergelaten.
's-Ochtends vroeg 15/4: pa haalt alleen brood. Het is mooi weer en we lopen gezamenlijk naar het kasteel van Laval. Carla krijgt ook reductie. Eerst bekijken we de schilderijen tentoonstelling in het kasteel, voornamelijk naïeve kunst. Om 11 uur begint de rondleiding. Op ons verzoek is dit in het engels, maar we moeten hier wel even aan wennen: b.v. castle wordt uitgesproken als kastol. Onze gids is overigens een heel vriendelijke man, die alles uitvoerig behandeld: Van buiten naar binnen en van onder tot boven. Het bovenste gedeelte van de toren van het kasteel is een houtconstructie, die los op de ronde stenen muur ligt, de draagbalken steken naar buiten uit en zo is het geheel in evenwicht. Om 12 uur is de rondleiding afgelopen en wij gaan naar boord om te eten. Hierna ga ik met Kees en Carla de stad verder bekijken. Er zijn hier veel vakwerkhuizen en nauwe steile straatjes, plotseling komt er een auto naar beneden en rijdt rakelings langs ons. We kijken om en op het volgende kruispunt heeft hij bijna een botsing. De chauffeur stapt uit en komt dreigend op ons af. later kalmeert hij wat. Als we weer aan boord zijn is er een flinke hagelbui. Om 4 uur, als het droog is en de zon weer schijnt, beginnen we aan onze terug weg. Bij de eerste sluis moet de hoogte lat (voor de Europa brug) opgetild worden, dus als we hogerop waren gegaan hadden we een probleem gehad! Na de volgende sluis in Asvenières maken we vast om de kathedraal te bekijken. Pa gaat een wandeling maken en Kees gaat schoonschip maken. We varen nog naar de sluis in Origné en daar overnachten we.
De volgende dag 16/4 om negen uur schutten we af. Langs de kant zitten nu erg veel vissers soms met wel 4 hengels. Kees ziet dat een visser zijn lijnen tot aan de overkant heeft en hij weet op tijd te stoppen. Als ik wat later stuur en door de midden van de rivier vaar is het raak: ik heb een lijn te pakken. Tussen de middag maken we vast bij de brug van Houssay. Ik ga lopend brood halen, maar het dorp is verder weg dan ik dacht. De bakker annex café en épicerie heeft gelukkig nog wel een paar stokbroden. Bij een sluis nog voor Chateau Gontier worden we bediend door een sluismeester. Hij vertelt dat hij gevaren heeft en in Nederland geweest is en hij geeft ons nog wat adviezen. We stoppen bijtijds in Chateau-Gontier (erg geschikt voor inkopen!) Voor ons ligt een voormalig vrachtscheepje van de Mayenne. Dit heeft een tijdje dienst gedaan als toeristenbureau maar is nu leeg. Op de kade staan veel campers en er zijn ook een paar jongelui aan het jongleren met kegels en ze doen het vrij goed. Na het eten wordt de rummikub weer te voorschijn gehaald.
Zondagochtend 17/4 pa haalt weer stokbrood. De pomp van de W.C. is weer verstopt en Kees wordt tijdens het verhelpen van dit euvel steeds humeuriger. Tot 11 uur bekijken we de stad: Er is hier een echt schitterend ziekenhuis, het lijkt wel een paleis! Ook zijn hier weer vakwerkhuizen en steile, nauwe straatjes. Kees en Carla fietsen samen een eind; dit is wel zwaar werk want de fietsen hebben massieve banden en maar 3 versnellingen. Het is mooi weer en na het middag eten vertrekken we voor de laatste etappe: Nog 6 sluizen en 19 km naar de basis. We geven geen flessen wijn meer weg: De sluizen zijn verder niet op ellebogen stoom maar elektrisch en we willen een paar flessen meenemen. Het wordt op het water steeds drukker met huurbootjes; in Frankrijk huren ze vaak enkel een weekend. Onderweg komen we de monteur, die bij ons geweest is, tegen. Hij vaart met vrouw en kinderen, zwaait uitbundig en vraag ons hoe het gaat. We zijn on 4 uur 's-middags terug bij de verhuurder en leggen het bootje op de oude plek. Naast ons ligt een boot met schade aan het dak van de stuurhut en daarnaast een boot met flink schade links-achter en de ruit uit de kombuis. We pakken alvast zo veel mogelijk in en daarna wandelen we even door het dorp.
Maandagochtend 18/4 om 7 uur gaat de wekker. We ontbijten en pakken de laatste spullen in. Kees begint buiten te soppen en Carla binnen. Even later komt er iemand van de jachthaven de dieselolie bijtanken en Kees maakt zich boos omdat de man met vuile schoenen over het schone dek loopt. Ik ben naar het kantoor om de vaaruren af te rekenen. Er wacht ons een verassing: De schoondochter van de stichter van het bedrijf komt en zegt vanwege de motorpech wil ze iets doen en ze biedt ons zes flessen wijn aan! Ik bedank vriendelijk en zeg dat dit toch een te groot probleem is om dat in de trein mee te nemen. Wat later komt de zoon van de baas de laatste inspectie doen: Alles is in orde. Om vijf over tien is onze taxi er voor de rit naar Angers. Kees en Carla kopen wat eten voor onderweg. Ik kijk waar we in moeten stappen. Dit blijkt het eerste perron te zijn en de plek is ook niet zo ver. De trein is op tijd en in Parijs-Montparnasse is de rollenbank nu in gebruik, dat scheelt ons een heel stuk lopen naar het metrostation. In de metro krijgt pa een zitplaats aangeboden. Alle verdere treinen zijn op tijd. We zijn allemaal voor 10 uur 's-avonds thuis.
Einde van een geslaagde vaarvakantie!