Symposium n.a.v. Heschels 100e geboortedag
Maandag 26 november 2007
Op 26 november 2007 organiseerde het OJEC een symposium over het gedachtegoed van
Abraham Joshua Heschel, met als titel
GOD ZOEKT DE MENS
De uitdaging van het denken van A. J. Heschel voor de 21e eeuw
Henk Rijkers doet verslag in Katholiek Nieuwsblad nummer 48 | 30 november 2007
Abraham Heschel is een van de grootste religieuze denkers van de afgelopen eeuw.
Het is dit jaar een eeuw geleden dat hij werd geboren. In Utrecht was deze week een herdenking.
"Voor mijn studiegroepje probeerde ik God zoekt de mens samen te vatten. Dat moest ik opgeven. Toen ik in plaats daarvan hun een kort tekstfragment eruit voorlegde, kreeg ik een langere en vruchtbaardere discussie over godsdienstige ervaring als ooit tevoren", vertelt dominicaan Henk Jongerius. Wie zelf wel eens iets gelezen heeft van de joodse wijsgeer en theoloog Abraham Heschel (1907 1972), zal die ervaring kunnen plaatsen.
Nog altijd is de lectuur van God zoekt de mens een aparte ervaring. Iedere zin van dit dikke boek stemt tot nadenken. Voor de bekende Amerikaanse columnist David Klinghoffer was het doorslaggevend voor zijn bekering tot het jodendom. Maar Heschel drukt zich zo open en universeel uit, dat het boek even vruchtbaar kan zijn voor katholieken, die op zoek zijn naar een manier om de rechtgelovige beleving van hun geloof te combineren met een open instelling naar de moderne wereld.
Trapje na
Wat dat betreft was het optreden van een Nederlandse dominicaan op dit Heschel svmposium in het Protestants Landelijk Dienstencentrum in Utrecht wel wat eigenaardig. Jongerius kon het bijvoorbeeld niet laten kardinaal Simonis op de valreep nog openlijk een trapje na te geven. Jongerius had daags tevoren de kardinaal op tv horen "hakkelen" hoe moeilijk hij het soms vond de dogma's van zijn geloof in overeenstemming te brengen met zijn beleving. "Misschien dat hij daar nu de tijd voor krijgt", hekelde Jongerius. En hij voegde er quasi oprecht aan toe: "Dat hoop ik echt. Voor hem." Alsof het in de geest van Heschel zou zijn de tegenstelling tussen dode leer en levend geloof te symboliseren in kardinaal Simonis en Henk Jongerius. Spande de dominicaan de orthodoxe joodse wijsgeer dus voor zijn vrijzinnige karretje, hij wist hem van de drie sprekers ook het best te karakteriseren en te citeren. Een mooi citaat, afgestemd op moderne gevoeligheden is bijvoorbeeld: "De mens is op de eerste plaats een gereedschapsmakend dier geworden en de natuur is nu een reusachtige gereedschapskist voor de bevrediging van zijn behoeften."
Gods beeld
Jongerius zei geraakt te zijn door het levende beeld dat theologe Mirjam Koole voor de gelegenheid had meegenomen. Koole sprak over Heschels leven, dat precies een eeuw geleden begon in Warschau en al op 65 jarige leeftijd werd afgesloten in de VS, Heschels nieuwe vaderland, waarheen hij vlak voor de oorlog wist te ontkomen. Op het projectiescherm zagen we zijn levendige en bebaarde gelaat commentaar geven op Genesis 1,27: God schiep de mens als evenbeeld van zichzelf. "Wat betekent dat?", aldus Heschel. "Mij schokt het. Omdat de bijbel zegt dat de grootste van alle zonden in de tien geboden het maken is van een beeld van God. En toch is de mens gemaakt naar Gods beeld. De enige manier voor mij om dit te begrijpen, is te zeggen dat het een zonde is een beeld te maken van God, die ons oproept een beeld van God te zijn. God is afwezig onzichtbaar en de taak van een menselijk wezen is het goddelijke te vertegenwoordigen. Eraan te herinneren dat God aanwezig is."
Weduwen en wezen
In een ander televisie interview lichtte Heschel de titel van zijn beroemdste boek toe, God zoekt de mens. Is dat wel zo? Heschel: "Het is een paradox. Als God me zou raadplegen, zou ik Hem zeggen: Waarom maakt U zich druk om de mens? De belangrijkste betekenis van de bijbel, zoals we die kennen door de profeten van Israël, is dat God de mens serieus neemt. Hij is betrokken bij weduwen en wezen in Jeruzalem. Mijn God! Als Hij het mij zou vragen, zou ik zeggen: 'Het is beneden uw waardigheid, God van het heelal, om U druk te maken over de armen en benadeelden.' Maar toch is Hij dat. De mens is erg belangrijk voor God."
Numineuze ervaring
Vertaler en uitgever Daniël Mok [Heschel.mov.ppt] wijdde "fenomenologisch" uit over de religieuze ervaring. Heschel kwam in zijn lange verhaal te weinig voor. In plaats daarvan had Mok het vooral over de 'numineuze ervaring' (de ervaring van het huiveringwekkend goddelijke) zoals beschreven door de Duitse theoloog Rudolf Otto, wiens beroemde boek Het heilige eveneens door Mok is vertaald en uitgegeven. Mok bewandelde enigszins een zijspoor. Op zijn honderdste geboortedag verdient Heschel het vooral herdacht te worden als een oorspronkelijk en buitengewoon denker, die aan jood, christen, moslim en uiteindelijk aan alle mensen overtuigend zien laat, hoe alleen al de gedachte aan God in de mens een nieuwe dynamiek losmaakt. Net als bij Heschels naamgever, die eerste prehistorische Abraham, het geval was.
Abraham Heschel, God zoekt de mens.
Uitgeverij Abraxas,
479 pp., pb., € 32,50,
ISBN 908073005-X
Commentaar van Daniël Mok:
Een wezenlijk begrip bij Heschel is ontzag voor het heilige. In profaan opzicht laat zich dit vertalen naar respect voor alles wat leeft en beeft.
Juist omdat dit een overkoepelend begrip is dat de verschillende geloofsovertuigingen overstijgt én de interreligieuze dialoog een belangrijk aspect van Heschels gedachte goed uitmaakte, heb ik gemeend om op inderdaad fenomenologische wijze het gedachtegoed van de joodse wijsgeer te leggen naast die van de godsdienstwetenschapper Rudolf Otto en de psycholoog/filosoof William James omdat deze drie grote geesten vanuit verschillende levensovertuigingen en vanuit de gedachte dat hun eigen overtuiging niet a-priori zaligmakend is, hun beschouwingen altijd hebben laten begeleiden door ethische en praktische motieven.
In de Nederlandse vertaling van het schitterende kleinood De Sabbat is in dezelfde band als Boek 2 opgenomen Vernieuwing vanuit de traditie én het kleine essay Heiligheid waarin Heschel zijn visie over het heilige naast die van Rudolf Otto en Mircia Eliade legt. Hij wijst erop dat het verkeerd is om het heilige en het alledaagse als tegenstelling te zien.
Twee essays uit Boek 2 gaan over interreligieuze vraagstukken. De overige essays kunnen als aanvullingen en uitwerkingen van bepaalde paragrafen uit God zoekt de mens worden beschouwd.
De combinatie van de verschillende essays zijn zorgvuldig door de Nederlandse redactie uitgezocht, maar bij Heschels uitgever Farrar, Straus and Giroux en rechthebbende Susannah Heschel was enige scepsis over deze samenstelling. Toen ik ze echter een synopsis opstuurde van de inleiding die ik op basis van een essay van dr. Michael Jinkins heb gemaakt waren zij meteen overtuigd en gaven hun fiat aan onze uitgave.
Deze inleiding heeft als basis gediend van mijn lezing.
Mijn opdracht was tweeledig:
1- Om als docent levensbeschouwing mijn licht over Heschel te laten schijnen. De titel van mijn lezing was dan ook Docent in het huis der verwondering.
2- De uitdaging van Heschels denken voor de 21e eeuw te belichten.
Ik meen aan deze opdracht te hebben voldaan. De reacties vanuit het publiek waren verschillend, van lovend tot kritiek op de lengte en dat het wel erg godsdienstwetenschappelijk was. Deze kritiek incasseer ik, en ik hoop dat u bij een volgende lezing kunt constateren dat ik van de kritiek geleerd heb.
In het gesprek dat volgde op de lezingen heb ik nogmaals de essentie belicht van het citaat van Heschel waarmee ik de lezing eindigde. Ook hierin kwam de verbondenheid tussen het denken van Rudolf Otto en Abraham Heschel naar voren: beiden hadden diep respect voor het Genootschap der Vrienden, de Quakers, de humanitaire en ethische religie bij uitstek die beiden beschouwden als hun 'bondgenoot'. Ook William James had een speciaal plekje voor hen in zijn hart. Heschel kende het werk van James en Otto en voelde zich ermee verwant, met name met de begrippen Mysterium, tremendum & fascinans bij Otto en met het onmiskenbare recht op (geloofs-) vertrouwen bij James. Edward K. Kaplan heeft er verslag van gedaan in zijn biografie Prophetic Witness.