17 oktober 2015
In het begin van deze week is alweer de eerste sneeuw gevallen. Toch wel vroeg voor de tijd van het jaar. Het idee om vandaag weer een etappe te gaan lopen was eigenlijk een “last minute bevlieging”, maar er is droog weer voorspeld en wie weet wat ons nog staat te wachten.
Vroeg in de ochtend rijden we naar Wichmond waar we de auto op een rustig plekje parkeren. Volgens de reisplanner vertrekt de bus om 09:30 u naar Zutphen, echter, het blijkt een belbus te zijn. Dan moeten we nog een uur wachten. Dat valt tegen. Een buurtbewoonster vraagt ons of we naar Zutphen moeten, en dat klopt, want daar moeten we overstappen. Zij moet haar dochter naar het station brengen. “Stap maar in”, zegt ze. Fijn van haar. In Zutphen hebben we weer geluk. De chauffeur van het buurtbusje is naar eigen zeggen niet goed op de hoogte hoe de OV-chip scanner werkt. Dus mogen we gratis meerijden. Zo komen we toch mooi op tijd in Eerbeek. Even nadat de kerkklok half elf slaat zijn we bij het vertrekpunt. We komen in het park van Huis te Eerbeek. Dit mooie landhuis is nu een hotel, maar oorspronkelijk was het een kasteel dat in de Middeleeuwen werd gebouwd. Het gebouw heeft verschillende eigenaren gehad, waaronder de Heren van Bronkhorst en ook het geslacht van Limburg Stirum. We lopen langs de vijver waar we een fijn uitzicht op het gebouw krijgen, daarna steken we een tweetal bruggetjes over en staan we bij de oude watermolen.
Deze watermolen stamt uit het einde de 14e eeuw, en werd gebruikt voor het persen van olie uit lijnzaad. Hier ligt een leuke link naar ons dorp Einighausen, dat ooit de naam Enichoven had. Jack vindt die oorspronkelijke naam mooier, als het aan hem lag woonden we nu in Enichoven. Olie uit lijnzaad heet in ons dorp “smaut”, en de inwoners gingen vroeger met kruiken “smaut” bij de oliemolen halen. Dit als vervanging van dure margarine en roomboter. Onze carnavalsvereniging heeft hier zijn naam aan ontleend: de Smautbulen. We volgen een bochtig weggetje, steken een voorrangsweg over en volgen deze naar links. Via een smalle brug steken we het Apeldoorns kanaal over. Even verder gaan we naar links en komen op een zandweg waar we een paar leuke poorten van weilanden zien met “kunstwerken” van varkens en runderen op palen. De zandweg eindigt in Hall waar we rechtsaf slaan in de richting van de protestantse kerk.
In een tuin naast de kerk staan opmerkelijke moderne kunstwerken.
We verlaten het dorp en wandelen in de richting van een bos dat er al redelijk gekleurd bij ligt. In het bos pauzeren we even om wat te eten. Vervolgens lopen we verder over een beukenlaan door het landgoed Leusveld. Op het eind gaan we links en vervolgens volgen we een fietspad naar rechts dat ons langs Huize Leusveld leidt. Het fietspad eindigt bij een verharde weg die we oversteken. Aan de overzijde volgen we een erg smal paadje dat parallel aan een fietspad loopt. Het “loopt” niet makkelijk! Gelukkig is dit pad niet al te lang. We bevinden ons in een gebied dat bestaat uit weilanden, kleine bospassages en een enkele boerderij. Dan komen we bij een beek die we naar links volgen. Rechts van ons zien we een groot golfterrein, dat er “gelikt” bij ligt. Het terrein hoort bij landgoed Engelenburg, dat overigens geen familie is van het Castel d’Angelo in Rome. We vangen slechts een kleine glimp op van het kasteelhuis dat gebruikt wordt als hotel, restaurant en conferentielokatie. We naderen Brummen, een stadje dat we over een lange weg binnenlopen. We steken een spoorweg over en gaan bij een plein waar een kiosk op staat linksaf. Ongetwijfeld is dit het centrum. We lopen echter al weer gauw door een buitenwijk en verlaten het stadje bij een viaduct onder een drukke verkeersweg. Hier gaan we naar rechts.
Deze weg volgen we naar links totdat we bij het Bronkhorster veerpont komen. Vlak voor de rivier zien we rechts bij een herenhuis mooi houtsnijwerk, twee grote uilen met daaronder een aantal kleine uilen.
Het pont ligt aan de overzijde, we moeten even wachten voordat het naar onze zijde van de Ijssel komt. Er moeten eerst een paar grote schepen voorbij. Aan de overzijde aangekomen leidt de weg ons naar de kleinste stad van Nederland: Bronkhorst.
Het is voor wat betreft het aantal inwoners niet eens een dorp: Bronkhorst telt niet meer dan 150 zielen, het is dus eigenlijk een gehucht. Het is een plaatsje dat veel dagjesmensen trekt, waarschijnlijk juist vanwege de kleinschaligheid en de authentieke 18eeeuwse straatjes. Ook vandaag als het geen zonnig weer is. Maar het is wel droog, je hoort ons niet klagen. We bezoeken de plaatselijke kaarsenmakerij en eten een kleinigheid in een café-restaurant.
Als we verder gaan bekijkt Tiny nog enkele kleine winkeltjes, en even later lopen we alweer door open weidegebied. Als we een beekje overgestoken hebben lopen we door een elzenlaantje.
Leuk onder die kleine bomen, waarvan de takken al kaal zijn. De winter nadert, af en toe horen we het typerende geluid van kolganzen die in de bekende V-formatie overvliegen.
We zien ze ook in een akker, het zijn er honderden die plotseling “en masse” het luchtruim kiezen. Het blijft een imposant gezicht. Via de Bonte Koeweg, die erg modderig is, lopen we tussen de akkers naar een verkeersweg die we oversteken. Als we een brug overgestoken hebben blijkt dat de markering afwijkt van ons boekje. We besluiten de tekens te volgen. Iets verder gaan we rechtsaf over een pad tussen een weiland en een maisveld. In het weiland herkennen we twee ooievaars, zoekend naar iets eetbaars. Het pad komt uit op een verharde weg die ons naar Wichmond leidt. Het was een leuke en afwisselend route.
Meer foto's:
Lees verder Wichmond - Ruurlo