Daar bleven de leeuwen niet lang. In 1879 bouwde de stad Kampen een Modelhoeve op erf 92 van het Kampereiland. De Modelhoeve diende als voorbeeld voor andere boeren. Er waren dus de nodige bezoekers aan de boerderij te verwachten. Ter verwelkoming van de bezoekers werden de twee leeuwen van de afgebroken stadsbrug bij de toegang van het erf gezet. De Modelhoeve werd een grote mislukking en werd twee jaar later weer opgeheven. De twee leeuwen werden in de jaren daarna verwijderd. Karel de Vidal de St. Germain, directeur Gemeentewerken van 1886 tot en met 1919, vond de beide leeuwen terug in een sloot bij erf 92. Hij liet de leeuwen plaatsen aan de parkzijde van de Broederpoort. Daar vervingen zij de leeuwen die door steenhouwer Crijn Coenraedtsz in 1615 bij de verbouwing van de poort waren gemaakt. Aan de Broederpoort bleken de leeuwen niet veilig voor beschadiging door het publiek. Daarop werden de leeuwen ondergebracht in de Cellebroederspoort. Via het museum in de Broederpoort en later in het Gotisch huis, zijn de leeuwen nu onderdeel van de thema-expositie over ''water'' in het Stedelijk Museum Kampen in het voormalige stadhuis.

bronnen:

• A.J. Reijers, De Kamper IJsselbrug in de loop der eeuwen, K.A. 1939/40

• Geuje van der Linden, Uit rivier en zee geboren, honderd erven op het Kampereiland 1364 - 2014, IJsselacademie, 2015

• Historicus Theo van Mierlo in email over de leeuwen aan de Broederpoort

• cultuurZIEN, onderzoek naar J. Swets Azn. , 2017