Op 15-09 leggen we voor de nacht aan in de haven van Avignon, in een zijarm van de Rhône, die we even moeten opvaren.
Het historische centrum van Avignon is omgeven door een hoge stadsmuur van 4,2 kilometer lang met zeven poorten. Het centrum staat sinds 1995 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO.
Het dateert van de Babylonische ballingschap der pausen, de periode van 1309 tot 1377, waarin de pausen niet in Rome zetelden. De aanleiding was de verkiezing van de Franse paus Clemens V (1305-1314). De Franse koning Filips IV wist de paus ervan te overtuigen dat het verstandig was in Avignon te gaan wonen, in verband met de verwarde toestand in Rome. Deze periode betekende een dieptepunt in het prestige van de pausen. Zij maakten zich geheel afhankelijk van de Franse koning.
Het haventje is gelegen voor de hoge stadsmuur, met er tussenin een zeer drukke verkeersweg. 's Nachts heb je de indruk van te slapen op de pechstrook van een autostrade. Tot onze verwondering toch goed geslapen!
We hebben er 's avonds heel lekker gegeten in een vietnamees restaurant.
Voornaamste bezienswaardigheden:
Palais des Papes (Pausenpaleis), een dominant en burchtachtig gebouw, waar negen pausen verbleven in de periode 1309 - 1376.
Notre Dame des Doms, de 12e-eeuwse kathedraal van Avignon.
Pont Saint-Bénézet[1], beter bekend als de brug van Avignon van het kinderliedje Sur le pont d'Avignon.