Pathologie van de arteriën

  1. Wat is het verschil tussen aders en slagaders?

    • slagaders

      • = arteriën

      • vertrekken uit het hart vb aorta uit Li ventrikel voor de grote bloedsomloop, arteria pulmonalis uit Re ventrikel voor de kleine bloedsomloop

      • dikke media

      • elastisch

      • bevat geen kleppen

      • hoge druk

      • je kan pulsaties voelen

    • aders

      • venen

      • komen toe in het hart vb VCI en VCS in rechter atrium

      • dunnere media

      • minder elastisch

      • meestal wel kleppen

      • lage druk

      • je kan geen pulsaties voelen

  2. Wat kan je observeren bij een zorgvrager met cyanose?

    • blauwe verkleuring van huid en slijmvliezen

  3. Waar kan je cyanose observeren?

    • lippen, tenen en vingers

  4. geef een eenvoudig woord voor inspectie.

    • onderzoeken door te kijken

  5. Toon op jezelf waar je de .... kan voelen. Tip twijfel je tik deze termen eens in op youtube.

    • arteria carotis

    • arteria radialis

    • arteria femoralis

    • arteria poplitea

    • arteria tibialis posterior

    • arteria dorsalis pedis

  6. Geef een woord dat de zorgvrager begrijpt voor auscultatie;

    • luisteren met stethoscoop

  7. Vertaal voor je zorgvrager het woord stenose.

    • vernauwing

  8. Wat is eenvoudig uitgelegd ultrageluid?

    • Ultrageluid of ultrasoon geluid is geluid waarvan de frequentie te hoog is om gehoord te worden door het menselijk oor.

    • weetje: Sommige dieren, bijvoorbeeld honden, muizen, dolfijnen en enkele insecten kunnen hoge tonen (frequenties) die voor mensen niet hoorbaar zijn, nog wel horen.

  9. Wat betekent het woord invasief (van niet invasieve onderzoeken) letterlijk.

    • binnendringen

  10. Wat betekent "niet invasieve onderzoek"

    • ingreep of onderzoek waarbij geen apparatuur door de dermis of lichaamsopening wordt gebracht

    • bron zakwoordenboek der geneeskunde

  11. Is het doppler onderzoek een invasief onderzoek? Motiveer je antwoord.

    • neen, het is een onderzoek waarbij geen apparatuur door de dermis of lichaamsopening wordt gebracht

  12. Werkt een doppler met rontgenstralen?

    • neen met geluidgolven

  13. Wat betekent klinisch? (van klinisch onderzoek)

    • onmiddellijk zintuiglijk te constateren; zien voelen, horen

  14. MRI

    • Waarvoor staat MRI?

      • Magnetic Resonating Imaging

    • Ken je nog andere afkortingen voor hetzelfde onderzoek? (soms lees je dat op een overzicht van zorgvragers op de afdeling)

      • KST = kernspintomografie

      • (N)MR= (Nucleaire) Magnetische Resonantie

    • Je zorgvrager vraagt of dit onderzoek pijn doet.

      • neen, geen pijn

    • Je zorgvrager vraagt of dit onderzoek met röntgenstralen werkt. (Vier weken geleden ging ze vreemd, niemand weet het, ze durft het ook niemand te vertellen, de kans bestaat dat ze zwanger is. Je zorgvrager is bang.) De zorgvrager vraagt aan jou of ze dit mot melden dat ze misschien zwanger is.

      • neen, geen röntgenstralen,

      • wel melden aan arts, vaak enkel NMR na 3 maanden zwangerschap (bron) of in samenspraak met de zorgvrager en op voorschrift van een behandelende arts die besloten heeft dat de voordelen opwegen tegen de potentiële risico’s.

    • Je zorgvrager vraagt of dit onderzoek met een magneet werkt. (Je zorgvrager heeft een kunstmatige pacemaker en hij is bang.) Mag hij dit onderzoek ondergaan?

      • ja, dit onderzoek werkt met een magneet

      • hij mag dit onderzoek niet krijgen

    • Hoe noemt men in België de arts die verantwoordelijk is voor dit onderzoek?

      • een radioloog

Deze video is in het Engels


  1. Zoek een medische term voor ..................................................... behandeling. een behandeling waarbij men het zieke lichaamsdeel wil behouden.

    • conservatief, letterlijk behouden(sgezind)

  2. Wat betekent dissecerend?

    • weefselsplijtend, een dissectie = scheiding/splijting van weefsellagen, vb scheiding/splijting van weefsellagen door bloeding

  3. Waarvoor staat AAA, wat betreft bloedvaten?

    • aneurysma aorta abdominalis

  4. Waar of vals: Aneurysmata komen vooral bij oudere vrouwen voor.

    • vals 9 op de 10 zijn mannen, vaak boven de 55 en rokers

  5. Wat is een fissuur?

    • spleet, kloof, gleuf, barst, scheur vb vaak anale fissuur

  6. Wat is een rupturerend aneurysma?

    • scheurend

  7. Waar of vals: Een aneurysma is een plaatselijke tijdelijke dilatatie

    • vals een blijvende dilatatie

  8. Arteria carotis, arteria vertebralis in het Nederlands?

    • halsslagader

    • wervelslagader

  9. TIA staat voor ... en dit wil zeggen

    • transient ischemic attack: voorbijgaande ischemie (van een deel van) de hersenen, met symptomen van enkele minuten tot max 24 uur.

  10. Wat weet je van de arteria basilaris?

    • de slagader dat de 2 arteriae vertebrales verbindt met de cirkel van Willis

  11. Vul aan: De arteriae vertebrales of .............................................................................. zijn twee belangrijke slagaders in de nek. Ze ontspringen uit de linker en rechter ................................................................ In het hoofd komen zij samen in de arteria..................................., een van de slagaders die de cirkel van ......................................... in de hersenen van bloed voorziet.

    • wervelslagaders

    • arteria subclavia of ondersleutelbeenslagaders

    • basilaris

    • Willis

  12. De arteria carotis interna is een voortzetting van de arteria carotis................................. Deze slagader splitst zich ter hoogte van de vierde nekwervel in de arteria carotis interna en de arteria carotis..........................................

    • communis

    • externa

  1. Vul aan. Bij een buikaneurysma is een deel van de ....................................... in de buik verwijd. Meestal heb je er ..................................... klachten van. Een arts ontdekt het daarom vaak bij ................................................. .

    • slagader / arterie / aorta (abominalis)

    • geen

    • toeval

  2. Een aneurysma is een ................................................................... verwijding of uitstulping van een bloedvat. De doorsnede van het bloedvat is dan meer dan .................................... keer zo groot als normaal. Een aneurysma in de ................................... slagader komt het meeste voor.

Vul deze afbeelding aan met de juiste termen. Waat mogelijk gebruik de Nederlandse en de medische term.

antwoord

  1. Geef de symptomen (wat kan je observeren?) van een aneurysma.

    • vaak geen symptomen

    • indien wel:

      • AAA:

        • kloppend gevoel thv abdomen

        • pijn in rug

      • druk op organen

        • duodenum

        • ureter

        • wervelzuil

        • zenuwwortels

    • bron

  2. Geef de symptomen van een rupturerend aneurysma.

    • hevige buikpijn

    • hypotensie door daling bloedvolume

    • shock

  3. Geef de medische term voor slagaderverharding

    • arteriosclerose

  4. Wat is atheromatose?

    • afzetten van vet/cholesterol in de intima

  5. Wat is arteriosclerose?

    • Dit is een aandoening waarbij slagaders gedeeltelijk of helemaal vernauwd zijn door vorming van cholesterolrijke aanslag op de binnenzijde van beschadigde (endotheel) bloedvaten. In deze aanslag zit er eveneens kalk die de soepelheid van de arterie vermindert.

  6. Welke laat van het bloedvat is aangetast bij arteriosclerose?

    • intima

  7. Uit welk weefsel bestaat de intima?

    • endotheelweefsel, dit is een onderdeel van het dekweefsel

  8. Wat gebeurt er met de intima van de slagaders bij arteriosclerose?

    • ze verdikken en verharden, door cholesterol en kalk, waardoor minder doorgankelijk

  9. atheromatose + vorming van plaques =

    • arteriosclerose

  10. Waar worden de meeste plaques gevormd?

    • op afsplitsingen van slagaders

    • waar er druk is op slagaders

      • hart

      • OL

      • hersenen

  11. Leg uit micro-angiopathie en macro-angiopathie

    • deze begrippen gebruiken we vaak als verwikkeling (complicatie) bij diabetes

    • micro-angiopathie = aantasting van de kleine bloedvaten

    • macro-angiopathie = aantasting van de grote bloedvaten

    • meer info