31 oktober 2019
De laatste dag van oktober zou ook de laatste zonnige dag zijn van een korte mooie weerperiode.
We parkeren de auto in Beesel en gaan met de bus naar Roermond.
Het begin van de route loopt via de Godsweerdersingel naar de Venlose weg waar we bij de splitsing links aanhouden en onder een viaduct door lopen. We komen op de Mijnheerkensweg die langs de Willem-Alexanderhaven loopt. Hier liggen grote bedrijven, zoals een papierfabriek en ook de SIF, een bedrijf dat zich gespecialiseerd heeft in het vervaardigen van grote stalen poten voor boortorens en windmolens. Voor een wandelroute ligt dit gebied niet voor de hand, maar soms ontkomt men er niet aan. Op het einde gaan we naar links, en als we een café zijn gepasseerd komen we bij de stadsweide van Roermond. Hier is een wijziging in de route. We gaan door een klaphek naar rechts en volgen een beek, de Oude Roer. Hier lopen enkele zwarte grazers, ze kijken even naar ons maar laten zich verder niet storen. We zien een aan de onderkant rondom behoorlijk aangevreten dikke boom, duidelijk het werk van bevers. Verderop ligt aan onze linker kant een grote plas water, waar enkele dode bomen in staan.
Op de takken zitten zwarte vogels, ze lijken op aalscholvers. Het ziet er een beetje macaber uit. Op het eind van het meertje gaan we naar links en bij de Maas aangekomen weer naar rechts. Het wandelen wordt hier wat ongemakkelijker, en het is moeilijk om het juiste paadje te vinden, als er al een paadje is. We zien een enkele keer een markering maar vervolgens?
Maar we weten dat we onder de spoorlijnbrug door moeten die ginds over de Maas ligt. Dat wordt ons richtpunt. Echter als we er zijn belandt blijkt dat er een beek stroomt. Er is geen brug, Tiny hoopt nog op stapstenen, maar die zijn er ook niet.
Dus gaan we terug en vinden een paar honderd meter naar rechts wel weer een markering en ook een bruggetje. We rusten even op een bankje en eten een broodje, uitkijkend op het gebied waar we doorheen liepen. Vervolgens gaan we verder en lopen onder de spoorlijn door.
We steken een weggetje over en staan nu voor de Asseltse Plassen waar enkele zwanen sierlijk over het water zwemmen. Ze worden begeleid door enkele andere watervogels die over hen heen vliegen.
We volgen de waterrand naar rechts. De markeringen zijn ook hier schaars, en een enkele keer staan ze verdekt in het struikgewas. Zodat we ons ook hier even verlopen. Uiteindelijk komt alles goed, we verlaten dit mooie gebied door een klaphekje terwijl op afstand meerdere grazers ons nakijken. Over een breed pad tussen hoge bomen lopen we verder tot een kruispunt waar we de verharde weg richting het dorp Leeuwen inslaan. Na 220 mtr gaan we linksaf en betreden we het natuurgebied Vuilbemden. Ons pad loopt tussen een “steile” wand aan onze rechterzijde en links een bos. In de wand zien we meerdere grote gaten, als bewijs dat er meerdere dassenburchten zijn. Behoudens een enkele dame die aan het hardlopen is zien we niemand, het is rustig. Na een klein half uurtje verlaten we dit gebied en komen op een verharde weg. We gaan linksaf en komen na een kilometer bij het kerkje van Asselt.
Het kerkje stamt uit de 11e eeuw en is gewijd aan de Hl. Dyonisius; het wordt in de volksmond het Rozenkerkje genoemd. Het is een rijksmonument. Ons pad loopt om het kerkje heen. Aan de overzijde van de straat bevindt zich een museum. Wij volgen de straat verder en komen bij café-restaurant de Boei. Hier houden we pauze. Het is een nette zaak. Tiny gaat voor een stokbroodje gezond en Jack voor het broodje tonijn. We zijn dik tevreden, ook met de koffie.
Na de pauze lopen we verder langs de kleine haven. In Asselt gaat men er prat op dat eeuwen geleden de Noormannen hier waren. Ze zouden hier een vesting hebben gehad. Het zou best kunnen; in de Asseltse plassen zijn voorwerpen gevonden uit de tijd van de Noormannen. Bij het Gebrouwhuis verlaten we het dorpje en lopen het veld in. Hier zien we dat er nog volop geoogst wordt, suikerbieten en aardappelen. Grote moderne machines zijn bezig met aardappeloogst. “Vroeger moesten we alles met de hand doen” zegt Tiny, “en ook nog zeumeren”. Tijden veranderen. We passeren de Genaenhof en blijven het komende uur tussen akkers en weilanden lopen. Bij een T-sprong zien we in de verte de Donderberg liggen, een rivierduin begroeid met een bos. We gaan naar rechts en na 1 km komen we in het dal van de Swalm.
De door het rustige landschap fraai meanderende rivier mondt hier vlakbij uit in de Maas. Verder lopend gaan we bij de bosrand van de Donderberg rechtsaf. Op het einde van dit pad gaan we naar links, we passeren het buurtschap Rijkel aan onze rechterkant.
Bij een kapelletje nemen we even rust. Als we verder gaan nemen we een verharde rechtsaf, links bevinden zich de Rijkelse Bemden die we verderop via een klaphek betreden. We moeten daarna weer door een klaphek, maar zien dat dit versperd wordt door meerdere grazers.
Ze zijn met velen. We hebben het daar niet op, daarom besluiten we om door de prikkeldraad te klimmen. Dit lukt zonder kleerscheuren en het pad verder volgend komen we bij “De Grauwe Beer”, dit is geen vervaarlijk dier maar een molen.
Vanuit deze molen, die oorspronkelijk uit Zaandam komt, lopen we door naar Beesel, ook bekend als “Drakendorp”. Eens in de 7 jaar wordt in dit dorp de legende van St. Joris en de draak gespeeld.
En dat laten de inwoners graag weten, middels uithangbordjes en/of andere attributen!
Het was een aardige wandeldag.
Meer foto's:
Lees verder Beesel - Venlo