Kettingen

OVERBRENGINGEN VAN KRACHT / BEWEGING DOOR KETTINGEN EN RIEMEN

Een ketting- of riemoverbrenging is een eenvoudige manier om mechanische energie over te brengen.
Tussen twee wielen loopt een ketting of riem.

Er zijn riemen en wielen in verschillende vormen:

platte riem

V-riem

ronde riem

getande riem

ketting met schakels

Bij een riem worden de wielen ook wel poelies of snaarwielen genoemd. Bij een ketting noemt men ze tandwielen.
Men spreekt steeds van een drijvend wiel (drijver) en van een volgend wiel (volger).

Wanneer het ene wiel draait, zal steeds het andere wiel ook draaien.
Afhankelijk van de grootte en de plaatsing van beide wielen zal

  • het ene wiel even snel, trager, of sneller ronddraaien dan het andere wiel,

  • op het ene wiel meer, minder of evenveel kracht uitgeoefend worden dan op het andere wiel.

Drijver en volger zijn even groot.

Ze hebben dezelfde draairichting.
Ze maken evenveel omwentelingen.

De krachten zijn even groot.

De drijver is kleiner dan de volger.

Ze hebben dezelfde draairichting.
Wanneer de drijver 5x rondgedraaid wordt, zal de volger 1x rondgedraaid zijn.

De resulterende kracht op de volger is 5x groter dan die op de drijver.

De drijver is groter dan de volger.

Ze hebben dezelfde draairichting.
Wanneer de drijver 1x rondgedraaid wordt, zal de volger 5x rondgedraaid zijn.

De resulterende kracht op de volger is 5x kleiner dan die op de drijver.

De drijver en volger zijn even groot. De riem loopt gekruist.

Ze hebben een tegenovergestelde draairichting.
Ze maken evenveel omwentelingen.

De krachten zijn even groot.

De drijver en volger zijn even groot.
De riem wordt via extra wieltjes in een andere richting geleid.

Drijver en volger behouden dezelfde draairichting.
Ze maken evenveel omwentelingen.

De krachten zijn even groot.