Cleynstins [Sneek]


Namen:                    GrietmanshuisLocatie:                     Marktstraat 19Laatste melding:    Bestaat nog

Beschrijving:                      

Bestaat gedeeltelijk uit een later uitbouw van de Gruytersmastins, de Cleyn stins genoemd. Deze stond met de voorgevel voor de rooilijn wat altijd zo is gebleven. Tijdens latere bouwfasen werd de Cleyn stins voorzien van diverse uitbouwen, welk geheel later bekend zou staan als het Grietmanshuis. Wat niet iedereen weet is dat de oude Cleyn stins nog bijna volledig aanwezig is in de uitbouw van Marktstraat 19, te herkenen aan de uitstekende erker. De uit kloostermoppen opgetrokken muren alhoewel niet meer zichtbaar zijn nog steeds aanwezig in het huidige gebouw. In 1632 werd het terrein van de voormalige Gruitermastins als twee losse onbebouwde kavels gescheiden door de Cleyn stins, verkocht aan Dr. Gualtherus Gualtheri die de Cleyn stins ook bezat. Aan de westzijde liet Gualtheri een koetshuis achter een poort en binnenplaatsje bouwen, en aan de oostzijde voor hem en zijn familie een aanbouw van twee verdiepingen onder een hoge kap. Dit gebouw werd bekroond met een trapgevel, die in 1761 weer verdween. In 1641 wordt Sjuck van Burmania Grietman van Wymbritseradeel de nieuwe eigenaar van het geheel. De Cleyn stins deed dan ook  vanaf 1641 tot 1761 dienst als winterverblijf voor de Burmania’s, die in de zomer op de Epemastate woonden. Omdat Sjuck Grietman was werd de stins gebruikt voor de rechtspraak over Wymbritseradeel, vandaar de naam Grietmanhuis. In 1761 kocht L.A. Frieswijk het Grietmanshuis, en liet deze verbouwen tot de driedelige gevel in Lodewijk XVI-de stijl die we vandaag de dag nog steeds kunnen zien. Een deel van het pand deed vanaf 1914 tot 1984 dienst als Openbare Bibliotheek. Tegenwoordig maakt het gehele pand deel uit van het stadhuis en doet de voorkamer van de Cleyn stins dienst als burgerlijke stand kamer van Sneek.