3. Vissersvereniging

De vissersvereniging.

In het algemeen was het beroep van visser erg afwisselend. Het was echter ook erg hard en leverde naar verhouding maar een karig bestaan op.

Dit laatste zorgde er voor dat er bij de vissers een groot gevoel van saamhorigheid was.

Staveren had zo zijn vissersvereniging "Ons belang" waar iedere aangesloten visser een percentage van de opbrengst van de vangst aan afstond.

Uit het zo ontstane fonds betaalde men b.v. een visser die als gevolg van ziekte niet kon vissen. Zodoende verkreeg die visser dan toch nog een klein inkomen om de moeilijke periode door te komen.

Ook bij het overlijden van een visser kon de weduwe een jaar lang rekenen op ondersteuning uit de fondsen van de vissersvereniging.

Het was verder de gewoonte om begrafenissen op dezelfde wijze te doen als de vissers die lid waren van het reeds eerder genoemde vissersgilde van palingvissers, waarbij men alleen een kistekleed in afwijkende kleuren gebruikte.

Laaksum had een eigen vissersvereniging "Warns en omstreken" met de elfde reglementen

De leden van de Staverse vereniging hadden allemaal een blauwe vlag aan boord. Wanneer er iets loos was aan boord, of als men in nood verkeerde moest men deze blauwe vlag hijsen.

Volgens oud visser F. de Boer is deze vlag maar zelden gebruikt. [1]

Met elkaar waren de vissersverenigingen unieke voorbeelden van samenwerking om in de tamelijk gesloten vissersgemeenschap het zware leven van die tijd te verzachten.

Referenties:

1. Dijkstra W jr.: Staveren en de visserij. Nederlandse Historiën. zesde jaargang nr 2. 1972 pag.31-50.