18 Enkele algemene punten

< terug

Of het lukt een kind dat stottert een iets plezieriger schooltijd te bezorgen is natuurlijk niet alleen afhankelijk van uw relatie tot de stotteraar, maar ook van andere krachten die in de klas tussen de leerlingen onderling werkzaam zijn. De krachten die van een groep uitgaan zijn niet altijd even gemakkelijk te beïnvloeden en er is een goede leerkracht voor nodig om een pedagogische atmosfeer te scheppen waarin onze benaderingswijze weerklank krijgt.

Uw inzet om dit te bereiken zal krachtiger zijn als u weet dat volwassenen die stotteren zich de schoolperiode meestal als de ellendigste tijd in hun leven blijven herinneren. Het leed om straf die ze om hun stotteren kregen, de vernederingen die ze, deels ook door eigen schuld, moesten verduren, de geheimzinnigheid die hen ervan overtuigde dat ze zich om hun stotteren moesten schamen, hebben velen van hen zo intens ontmoedigd en dikwijls zo onherstelbaar gewond, dat elke poging om deze schade bij onze generatie schoolkinderen te voorkomen een menslievende daad is.

Om uitlachen te voorkomen of te neutraliseren zijn twee dingen nodig:

    1. Er moet meer voorlichting over stotteren worden gegeven.

    2. Wie zelf stottert moet de realiteit leren zien en zijn incasseringsvermogen vergroten.

Ad 1. De voorlichting begint uiteraard op de pedagogische academie. Op de basis- en middelbare scholen wordt de voorlichting gegeven door de leerkracht, de klassenleraar, de leraar Nederlands, de logopedist, of een vrijwilliger van de Nederlandse Stottervereniging Demosthenes. Buiten de school moet iemand die stottert zelf de stilzwijgendheid opheffen. Zolang hij zelf struisvogelpolitiek blijft spelen heeft alle voorlichting over openheid weinig zin. Velen hebben dat begrepen en werken mee ter verbetering van de situatie. Ieder doet dat op zijn manier en aangepast aan zijn leeftijd. De ouderen zien in dat ze hier een opvoedende taak hebben. Ze laten op verschillende manieren merken dat ze stotteren en hopen dat de reactie van de luisteraar aanleiding geeft tot een gesprekje over het stotteren en de behandeling ervan.

Aan het begin van een telefoongesprek kun je zeggen ‘ik stotter, dat hoort u wel’, dit werkt bevrijdend. Zo wordt langzamerhand de politiek van openheid, die u in uw klas op gang brengt, ook bekend in het verenigingsleven, de winkel, de bioscoop, de spoorwegloketten, het postkantoor enz. Wie stottert is er op voorbereid dat de reactie van het publiek niet altijd even positief is, maar dat kan slechts stimuleren om met de voorlichting door te gaan.

Ad 2. Wat het tweede punt betreft, n.l. dat iemand die stottert de realiteit moet leren zien en zijn incasseringsvermogen leren vergroten, daaraan wordt in de behandeling en door uw hulp al veel aandacht besteed. Een stotterend persoon kan leren adequaat te reageren op spot en onbegrip. Dit adequaat reageren kent vele vormen tussen kalm negeren en pittige repliek. Overigens: kinderen die schelden zullen er altijd wel blijven, maar uitgescholden worden doet minder pijn als het scheldwoord is verwerkt. En schelden houdt dikwijls op zodra kinderen weten dat ze de ander er toch niet mee kwetsen. Dan is immers de grap eraf.

Het open gesprek met de klas zou zeker moeten plaatsvinden, maar het belangrijkste is dat de leerling met het leerprogramma mee kan doen. Hij moet het gevoel hebben dat hij er, ondanks zijn stotteren, bij hoort zoals alle anderen. U kunt in het uiterste geval schriftelijke beurten mogelijk maken, maar geeft u hem gelegenheid tot mondelinge beurten. Het kind voelt wel of hij b.v. een leesbeurt wel of niet aankan op een bepaald moment. Het wel of niet kunnen, hangt immers ook samen met de stemming in de klas de conditie van de leerling, de huiselijke omstandigheden, en andere, soms onbekende factoren. U kunt van de leerling zelf te weten komen of hij liever korte of lange beurten krijgt, al dan niet aangekondigde beurten wil hebben, enz.

Vertrouwen

Vindt u het jammer dat u dit alles niet eerder wist? Maakt u er geen probleem van. U weet het nu. U kunt nu beginnen met een andere manier van reageren. Het zal u in de komende tijd telkens beter lukken, als u er nu rekening mee houdt dat u nog vaak in uw oude gedrag zult terugvallen. Als u tot nu toe dikwijls negatieve opmerkingen maakte over het stotteren, dan zult u dat, ondanks uw goede voornemens, ook in de toekomst nog wel eens doen. Niet proberen morgen meteen alles goed te doen! Anders leren reageren is niet gemakkelijk. Fouten maken hoort bij vooruitgaan. U mag dus fouten maken. En als het naar uw gevoel al te vaak verkeerd gaat moet u maar glimlachen en denken aan de keren dat het goed ging. Op die manier werken ‘stotteraar’ en ‘luisteraar’ aan hetzelfde thema: vertrouwen in de mogelijkheid zichzelf te veranderen.

Vier gulden regels voor luisteraars

Doorademen

Het lichaam vraagt om zuurstof Maar de spanning doet de adem stokken. Het gevoel geen adem te krijgen maakt onbewust weer meer gespannen. Je bevordert / herstelt je eigen evenwicht door royaal en rustig door te ademen. Als de luisteraar bewust zichzelf blijft zal de stotteraar zich daardoor meer op zijn gemak voelen.

Aanwezig blijven in het hier en nu

Wanneer je zelf helemaal aanwezig bent in het hier en nu kun je echt luisteren en echt kijken, heb je wezenlijke aandacht voor wat er op dát ogenblik gebeurt. Je aandacht blijft niet ronddraaien om vragen als ‘waarom praat hij nu zo’, ‘waarom kan hij niet anders doen’, ‘waarom is hij zo zenuwachtig’, enz. Dergelijke vragen werken als stoorzenders in het contact, ook al worden ze niet uitgesproken. Vraag jezelf liever: ‘Hoe kan ik hier en nu concreet bijdragen aan het prettige verloop van dit gesprek?’

In het hier en nu blijven beteken - tenminste de eigen stoorzender zoveel mogelijk uitschakelen.

De ander ruimte geven

Wanneer je in een gesprek je reactie al klaar hebt nog voor de ander zijn laatste woord heeft uitgesproken geef je de ander geen ruimte maar eis je ruimte voor jezelf. Het maakt de indruk dat wat de ander vertelt je niet werkelijk interesseert. Dit is voor iemand die stottert extra moeilijk. Hem ruimte geven betekent dat je na zijn laatste woord nog even wacht voor je met je antwoord komt of zelf iets gaat vertellen. Je laat ruimte om tot je te laten doordringen wat je gespreksgenoot gezegd heeft. Hij hoeft zich niet te haasten, hij voelt zich aanvaard. Hoe meer je elkaar de ruimte geeft hoe dichter je bij elkaar kunt komen.

Spiegelen

Wanneer iemand zo verward en onbegrijpelijk praat dat je het niet volgen kunt zeg je daar meestal niets van. Je antwoordt op goed geluk, of je vindt een voorwendsel om een eind aan het gesprek te maken. Als je iemand goed kent durf je wel eens te zeggen ’ik snap er niets van, vertel het nog maar eens!’ Dat is wel eerlijk, maar de ander weet daarmee nog niet wat wél en wat niet doorgekomen is. Hij wil je niet vervelen met wat je misschien al hebt begrepen en daardoor wordt het de tweede keer nog verwarder. Spiegelen houdt in dat je zegt ‘stop even, ik wil weten of ik het goed begrepen heb? En dan noem je wat je hebt opgevangen en wat je denkt dat bedoeld werd. Als het klopt, fijn. Als het niet (helemaal) klopt is de ander graag bereid dat recht te zetten. Zo krijgt het gesprek een reële basis. Bij jonge kinderen is het bovendien een goede manier om structuur aan te brengen en een positief voorbeeld te geven, zonder te ‘verbeteren’.

Spiegelen betekent iemand serieus nemen en in zijn waarde laten.

> terug naar home

Méér "stotteren" op internet:

Ervaringsbericht

Opkomst en verval van de "Doetinchemse Methode" in Nederland

Gaat stotteren ons allemaal aan?

Werken aan stotteren

De stotterneurose

www.adler-schoenaker-instituut.nl

www.stichtingencouragingtraining.nl

www.rdi-verlag.de

www.individualpsychologie.nl

www.encouraging-training.nl

www.individualpsychologie.nl

www.encouraging-training.nl

www.uitgeverij-anode.nl

Els Versteegh 1917 - 2007

In memoriam Els Versteegh - Vermeij 1917 - 2007

Stotteren en spontane communicatie

Twintig jaar vrijheidstrijd met stotteraars

Professionalisering

Een omweg die loont

Balance, lichaamsbewustzijn en emotioneel evenwicht

William H. Perkins Stotteren voorkomen Red.: E.H. Versteegh-Vermeij

www.stotteren.nl

www.allesoverstotteren.nl

www.stotteren.startpagina.nl

www.stotterforum.be

www.stottercentra.nl

www.demosthenes.nl