Hoofdstuk 2
Jij en je geld
Jij en je geld
klik op onderstaande link om de presentatie van deze paragraaf te bekijken
code = D84C2
Welke drie soorten inkomen zijn er?
Wat is het verschil tussen loon en winst?
Wat is een uitkering en wie geeft die?
Wat betekent het woord budget?
Welke drie groepen uitgaven zijn er?
Kun je van elke uitgaven van vraag 6 een voorbeeld noemen?
Waarom is het handig om je uitgaven goed bij te houden?
Hoe reken je een bedrag van week naar maand om (en andersom)?
Wat is een begroting en waarom maak je die?
Als het voor jou niet helemaal duidelijk is hoe je een nieuw saldo moet uitrekenen kan je deze PowerPoint bekijken. Hierin wordt stap voor stap uitgelegd hoe je dit moet doen.
Succes met leren.
klik op onderstaande link om de presentatie van deze paragraaf te bekijken
code = CQ872
Welke drie functies heeft geld?
Geef van elke geldfunctie een voorbeeld.
Waarom sparen mensen geld? Noem drie redenen en leg deze uit.
Waarom krijg je rente van de bank?
Hoe bereken je de rente over een spaarsaldo in procenten?
klik op onderstaande link om de presentatie van deze paragraaf te bekijken
code = MRKIP
Waarom lenen mensen geld? Noem twee redenen.
Wat moet je altijd bedenken vóórdat je geld leent?
Wat is aflossing bij een lening?
Wat is de maandtermijn bij een lening?
Waaruit bestaat de maandtermijn?
Waarom betaal je bij een lening rente aan de bank?
Hoe bereken je hoeveel procent iets is van een totaalbedrag?
Je moet vraag 7 en 12 goed kunnen maken.
klik op onderstaande link om de presentatie van deze paragraaf te bekijken
code = AKT7L
Wat betekent het om je te verzekeren?
Waarom sluiten mensen verzekeringen af?
Wat betekent risico bij verzekeren?
Welke verzekeringen zijn verplicht in Nederland?
Welke verzekeringen zijn vrijwillig, maar handig om te hebben? Je moet er minimaal 3 kunnen noemen.
Wat is de premie en waarom betaal je die?
Wat is een polis en wat staat erin?
Wat betekenen de polisvoorwaarden?
Wat is eigen risico en wat is het gevolg daarvan voor de premie?
nakijkblad 2.1
nakijkblad 2.2
nakijkblad 2.3
nakijkblad 2.4
nakijkblad herhalingsvragen
nakijkblad rekenen
nakijkblad oefentoets