SMIT
Staatscourant 24 April 1947
Dossier No. 1293.
Rol No. 749.
EXTRACT-UITSPRAAK
Tribunaal voor het arrondissement Utrecht
Bij uitspraak van genoemd. Tribunaal (1ste kamer) van 20 December 1946 is de beschuldigde Aafje Smit, echtgenoote van P. M. van Rossum, geboren te Ouder-Amstel 24 Juni 1893, zonder beroep, wonende te Vinkeveen en Waverveen, V 69, schuldig verklaard; en zijn haar, op grond van de betrekkelijke artikelen, als bijzondere maatregelen opgelegd:
1. interneering, met advies deze te beperken tot den duur van 1 jaar, 2 maanden en 16 dagen, zijnde de tijd, door beschuldigde van 13 April 1945 tot 29 Juni 1946 in vóórinterneering doorgebracht, zoodat geen verdere interneering behoeft ondergaan te worden;
2. ontzetting van het recht van kiezen en verkiesbaarheid bij krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven verkiezingen;
3. verbeurdverklaring van het vermogen van beschuldigde tot een bedrag van f 3000; ontbinding van de gemeenschap van goederen, bestaande tusschen beschuldigde en Pieter Marinus van Rossum, landbouwer, wonende te Vinkeveen en Waverveen, V 69; einde van het beheer over het vermogen van beschuldigde drie maanden na de tenuitvoerlegging van den opgelegden maatregel van verbeurdverklaring van een deel van het vermogen van beschuldigde.
Fiat executie verleend op 18 Maart 1947
door de Hooge Autoriteit, bedoeld in art. 4 K.B. van 23 December 1944, Sta. E 153.
(w.g.) Verdam.