Joop Borghmans

                                                       Maritieme CV             

                        

Joop toen
Joop nu

                                                             Curriculum Vitae Joop Borghmans

Zie deze CV als reflectie en een goede gelegenheid om e.e.a. op te zoeken en  te ordenen.

Geboren 25 oktober 1939 te Amsterdam, Oud-Zuid (de Pijp), ’s morgens ~04.00 uur.

(Een goed wijnjaar en nooit meer zo vroeg opgestaan).

1939-1946; doorliep in dit tijdsbestek met goed gevolg de kleuterschool. Aan deze periode een kolenhok syndroom overgehouden en leren klokkijken. 

    1946-1952;  lagere school, de Rembrandtschool. Cum laude doorlopen, n.l. een diploma plus 2 mooie zwemdiploma’s, een certificaat Frans en lid van de “Gouden Knoop”, n.l. “nooit alcohol drinken” (zeer naïef, vergelijk dit met de eerste communie voor katholieken).

    1952-1956; MULO, weinig problemen, huiswerk, veel sporten. Hormonen ontwikkelen zich en beginnen op te spelen. Haalde zelfs een tikpoezen diploma. Frits is klasgenoot. 

    1956-1958; afgekeurd voor stuurman en wtk (oogjes). Viel in handen van Leijenaar. Meer studie, meer huiswerk en nog meer sporten. Vrouwen begrepen mij niet. Slaagde 3 maart 1958; met enig geluk overigens. Zag b.v de Trans-Siberische spoorweg aan voor een scheepvaartlijn (wat heb je aan aardrijkskunde als je als sparks toch geen invloed kan uitoefenen op route en bestemming), blies een plankje op en vertaalde “abnormal propagation” als een sexueel gerelateerde handeling. Geslaagd!

    6/3-’58 gekeurd voor militaire dienst. Een kolonel trachtte mij om te praten beroeps te worden. Generaal leek mij wel een aardig baantje; maar nog meer leren?, geen interesse.                                                 

    4 maanden praktijkcursus (?), een onduidelijke periode met sloopwerk oude apparatuur.

    2 juli 1958 ass. RO op de Prins der Nederlanden/PGVR met een oplichter als chef, een zekere Groen…., en nog wat. Hij pikte mijn fl. 10,=  in; fooi gekregen van een mooie passagiere. 

    25/8-’58, baasje van een eigen radiohandel op de Helena/PEPT (KNSM). Caraïbisch gebied, Midden-Amerika, enz. Hormonen kwamen in deze tropische wateren tot volle bloei.

    4/9-’59, Lombok/PFPK (Mij. Nederland). Mediterranean, beide kanten Noord-Amerika, Oost-Afrika, één jaar van huis! Lieve kapitein, tot hij al zijn golfballetjes overboord had gemept en mij in Marseille uit het vreemdelingenlegioen had gepraat. Met een Duitse sergeant zong ik nog “A nous la Légion, Vive la Légion”. Wederom het harde leven aan boord.

    15/9-’60, Ladon/PFMD (KNSM). Nieuwe –on boot. Georgetown thuishaven (hormonaal). Banaantjes en grapefruit als lading. Zesweken reisjes, een leven als een zieke kip.

    30/10-’62, Loosdrecht/PFPT, ex Langley Clyde, Van Ommeren. Verbouwde in Colombo, 6 weken binnen, samen met de scheepstimmerman de radiohut van 50 naar 10m². Kappie kon ik geruststellen, de ~300 losse draadjes zouden wederom én op de juiste plaats én op de juiste apparatuur worden aangesloten. Verder excursies naar het binnenland, zwemmen, waterpolo, hardlopen, voetballen, on the beach achter stewardessen aan en ‘s avonds boksen op de plaatselijke boksschool van Colombo (waren toch kleine Indiaantjes, een makkie).

    Via een aantal door mijzelf geschreven beoordelingen had RH inmiddels een enigszins gekleurd en geïdealiseerd beeld gekregen van mijn kennis, kunde en omgang met mede-opvarenden en overige wereldburgers. Volgens diverse conduitestaten was ik de ideale radio-officier, een sieraad voor het korps zou Leijenaar nog zeggen.

    Dus: 30/8-63 voor 2 jaar naar de KPM,  VanHeemskerck/PIDU. Heerlijke tijd, CHIWAS-dienst, je voer van de ene naar de andere vriendin, “voor een zeeman is elke vrouw van belang, onverschillig van welk ras of beschaving”, schreef Slauerhoff, “liefst van gene, dat is maar lastig”. Begin mei ‘65 naar huis gestuurd wegens wangedrag, n.l. door minder goede omgangsvormen met mede-opvarenden en met personen en overheid aan de wal. Op biecht bij van Steijn. Militaire dienst?, ik dacht: "een S-5je is zo geregeld". Uitblazen op de vele terrasjes die Amsterdam rijk is en het vonnis afwachten. Mijn oude vriendin zocht degelijkheid en had inmiddels een veel knapper, liever en rijker vriendje gevonden. 

Waar vind je dan troost? Juist, In Vino Veritas. (Incipit vita nova, een nieuw leven ving aan).

    Verdict: 4-6/´65 een Shell tanker, de Kenia/PFIT, werken, veel op zee en met je kruidnagel spelen, het harde zeemansleven. Het lukte me echter een lieve, jonge, blonde Engelse te ontmoeten, we zagen elkaar slechts 2 dagen, schreven elkaar een halfjaar lang en besloten te trouwen. Verloving in een pub met alle officieren en verder feesten bij m’n schoonouders thuis, leuk en gezellig. Trouwden een paar maanden later in Chester, februari 1966.

Ontslag genomen uit actieve R/O dienst, bleef echter in dienst van RH op boekhouding 2, n.l. om de rare praat van onze heren service technici om te zetten in begrijpelijk en ontroerend proza met bijbehorende factuur, zodat onze klanten, vissers, jachteigenaren, enz. tranen in de ogen kregen bij zoveel begrip van de kant van RH, n.l. de coulance van RH om weinig reparatiekosten in rekening te brengen. Ir. Hylkema liet ik echter betalen voor een megafoon voor zijn roeiclub, fout! Verder nog een collega die steeds maar weer mijn bureau opruimde, potloodje rechts, vlakje links, enz, enz. Stapelgek werd je ervan. Tijd om te vertrekken.

    Juni ’67 weer naar zee, niet bij RH, maar een echte Liberiaan, de Captain W.D. Cargill/6ZZE. Vliegen naar Japan; een slecht schip, slechte installatie, slechte bemanning, slecht eten, alles slecht. (“Het eten was nog slechter dan de geest van de schurkenbemanning”, Slauerhoff).

    Begin 1968 van boord gestapt. Wat nu?, vrouw en kind, geen werk, wist niet dat de WW bestond. Geld op. Nadenken. Daadkracht, fors inzetten, werk was er zat. Werd manager van Hotel “Welkom” op de Prinsengracht met optie op hotel “Vondelparkzicht” en tegelijkertijd technisch-commercieel medewerker bij de Technische Unie. Iets te veel hooi op m’n vork, en besloot te verhuizen naar de rust van het vredige Brabant van toen, n.l. Breda.

    1969-1970. Werken bij een chemisch bedrijfje in Breda. Heb altijd al een scheikundedoos willen hebben. Echter, gevaarlijk werk, dus andere werkkring zoeken. Shell vroeg technisch personeel voor Moerdijk, voor operations en instrumentatie; gereageerd en aangenomen.

    1970-1994; augustus ’70 in dienst van de Koninklijke. Beste move ooit. Eerst werken in Pernis, vanaf ’72 naar Moerdijk. Verhuisde naar Klundert, waar de beeldenstorm nog nawoedde. Hard studeren, chemische vakdiploma’s PBNA, Shell cursussen, werkte mijn ooit aan boord begonnen gymnasium lessen uit en deed staatsexamen (een 7 voor Grieks, een 8 voor Latijn; ik had dus priester kunnen worden, mais hélas!, ik ben atheïst).

    Doorliep alle rangen in de operation en werd uiteindelijk ass. wachtchef op MEOD, de Moerdijk Etheen Oxide en Derivaten fabrieken, kortweg EO-fabriek, niet te verwarren met de Evangelische Omroep. Ik had zelfs B-wtk’s onder mijn gezag en hoede en dat als marconist, dan heb je toch veel bereikt in het leven. Beoordelen was dan ook heerlijke bezigheid.

    1990 werd ik gevraagd om een kwaliteits- en milieuzorgsysteem (ISO-9001/ISO-14001) op te zetten voor Moerdijk, leuke tijd. Vroeg in 1993 pensioen aan. Dat kan bij Shell bij voldoende dienstjaren, en ging 1 januari 1994  met vervroegd pensioen. (mijn RH tropen-, c.q. lijdens-jaren werden als pensioenjaren meegenomen!, een vetpot).

    1994-1998; diverse baantjes, alsmede studie filosofie aan de KUB (niet geheel afgemaakt).

    In 1995  leraar VAPRO-cursussen, Vakopleidingen Procesindustrie, bij VanMelle.

    Van 1996 tot 1998 werkte ik voor Blagden Chemicals, begeleiding bij de bouw en het opstarten, waarna de opzet en implementatie van een kwaliteits- en milieuzorgsysteem. Verdiende (te) veel geld, gaf het nog sneller uit. Reisjes naar Zweden (lekker eten) en Schotland (whisky), deels op kosten van de Blagden-boss.

    1998-2002; vond na een vakantie in Frankrijk dat ik genoeg had betekend voor Volk en Vaderland.  Verkochten ons stulpje in Klundert en kochten een boerderij in Frankrijk, in Ségalas (Lot-et-Garonne) en dat terwijl wij altijd al in Engeland wilden wonen. Een door de hagel mislukte pruimenoogst en de op een Chateau gekochte en door mij gebottelde wijn bleek een Chateau Migraine Très Grand Cru te zijn.

Na een zware storm, de moordpartij op Nederlanders in de buurt en de geïsoleerde ligging verhuisd naar Tonneins, een slaperig stadje aan de Garonne tussen Bordeaux en Toulouse, mooi wonen, veel verse oesters, slaperig bestaan. Weet inmiddels alles van het stadje.

    Dochter besloot in 2002 een kind te krijgen, waarna in eerste instantie in Klundert een huis gehuurd, maar de afstand vanuit Frankrijk werd bezwaarlijk, ~1100 km, zelfs voor mijn 2-ltr HSL-verbinding. Verkochten ons huis in Tonneins en kwamen terug naar Nederland. Was inmiddels een beetje rijk geworden door de juiste aandelen te kopen, werd echter even later weer net zo snel van m’n geld verlost door “foute” aandelen. Weet nu hoe het (niet) moet.

    2002-2006; Klundert. Klussen, zelfstudie (filosofie + klassiek Grieks), fitness, joggen en judo.  Op en neer rijden naar Leiden vanuit West-Brabant, geen plezierritjes. Wegwerkzaamheden, fiejes (filles of toch files), anders wel bromsnorren op hun buik in het gras met camera’s.

    2006-2011. I.v.m. oppaswerkzaamheden verhuisd naar Leiderdorp. Wederom klussen, sporten, studie, oppassen, wijn drinken etc., zo gaat het leven voorbij, tempus fugit.

    2012-204?;  Verhuisd naar Engeland?, gecremeerd? Maak je geen zorgen! Als je iets overkomt dan gebeurt dat toch wel, anders maak je je druk voor en om niets. Vrij vertaald naar Epictetus (stoïcijn): “Ταραττει τουσ άνθρωπουσ ού τα πραγματα, άλλα τα περι τωυ πραγματων δογματα”. Ook van toepassing:  Faber est quisque fortunae suā.

Een ieder bepaalt zijn eigen lot. Ook daarom heb ik het naar mijn zin in het leven.

Navigare necesse est.

Groeten en tot ziens, Joop.