Men zou de I.P. kunnen definiëren als datgene wat noodzakelijk is om een collectief psychotherapeutisch veld te scheppen: niet alleen een gamma van praktijken, maar ook van concepten. Het lijkt noodzakelijk voortdurend een theorie van de psychose uit te werken die de praktijk zal bepalen. Het gaat dus om een principiële doctrine. Deze praktijk steunt wezenlijk op de multidimensionele benadering van de psychose, d.w.z. het in werking brengen van gedifferentieerde benaderingen als de sociale, de biologische, de psychologische en de psychoanalytische benaderingswijze. De dissociatie (uiteenspatting) van de schizofrene psychosen vereist een meervoudige referentie in correlatie met veelvuldige gedeeltelijke investeringen. Het respect voor een meervoudige referentie eist niet alleen een heterogeniteit van verantwoordelijke personen voor de verzorging, maar ook een grote diversiteit van 'haarden van bestaan'.
Daarom is het onmogelijk om als therapeut alleen, of zonder referentie naar anderen, een psychotisch lijdende mens in behandeling te nemen. Een behandeling is dus noodzakelijk collectief, wat niet meteen betekent dat het 'de zaak van een groep' is.