Belangrijke wijzigingen van 25 Feb 2010
Post date: Apr 10, 2010 5:50:15 PM
Voorwerp -
Met de Rechtsbeschermingswet van 23.12.2009 (BS 28.12.2009 – 3e ed.) werd een boek II-bis over motivering, informatie en rechtsmiddelen ingevoegd in de Wet van 24 Dec 1993 (arts. 65/1 tot 65/35).
Ter uitvoering daarvan heeft het KB van 10.2.2010 (BS 16.2.2010 – 1e ed.) het KB van 8 januari 1996 aangepast en de inwerkingtreding van de wijzigingen bepaald.
Er werden tevens een beperkt aantal kleine aanpassingen aan het KB van 8 januari 1996 aangebracht.
Inwerkingtreding -
De nieuwe regels zijn van toepassing voor alle nieuwe procedures vanaf 25 februari 2010.
Wijzigingen aan de Wet van 24 Dec 1993 -
De geheimhoudingsplicht tijdens de gunningsprocedure en de bescherming van vertrouwelijke informatie – zowel in de loop van de gunningsprocedure als bij de uitvoering – is nu wettelijk geregeld (arts. 65/10, §2 en 65/26).
Nieuwe – en nu officiële – terminologie (art. 65/1):
Opdrachtdocumenten (alle op de opdracht toepasselijke documenten, die desgevallend de bekendmaking en het bestek omvatten);
Gunning (voor de genomen beslissing tot aanduiding van de gekozen inschrijver, dus de gunningsbeslissing);
Sluiting (i.p.v. toewijzing, voor het ontstaan van de contractuele verbintenis met de gekozen inschrijver, zijnde meestal de betekening van de goedkeuring van zijn offerte);
Plaatsing (als neutrale term);
Begunstigde (voor de inschrijver met wie de opdracht is gesloten).
Het onderscheid tussen gunning en sluiting brengt mee dat de aan de gekozen inschrijver toegezonden informatie over de gunning geen enkele contractuele verbintenis doet ontstaan tussen hem en de overheid.
Enkel de sluiting – die een afzonderlijke rechtshandeling uitmaakt – heeft een zodanig gevolg.Voor alle gunningsprocedures voor opdrachten waarvan het goed te keuren bedrag – op het ogenblik van de gunning – hoger is dan 67.000 euro zonder BTW, is bepaald in welke gevallen de overheid een gemotiveerde beslissing moet opmaken en met welke inhoud: opstarten van een onderhandelingsprocedure, selectiebeslissing, gunningsbeslissing en beslissing tot niet-plaatsing (arts. 65/4 tot 65/6 en 65/29).
Het principe luidt dat het geraamde opdrachtbedrag bepalend is of de regeling beneden de Europese drempels toepasselijk is, dan wel de regeling vanaf die drempels, ongeacht het bedrag van de ingediende offertes.
Art. 65/3 heeft dit principe serieus op de helling gezet.
Als het goed te keuren bedrag van een beneden de Europese drempel geraamde opdracht deze drempel met méér dan 20 % overschrijdt, dan zal inzake rechtsbescherming (gemotiveerde beslissing, informatie, wachttermijn en verhaalprocedures) plots het Europese regime van toepassing zijn op deze opdracht.
De overheid kan – onmiddellijk voorafgaand aan de sluiting van de opdracht en volgens het passende model – een bekendmaking van vrijwillige transparantie ex ante publiceren, zelfs al zou ze van oordeel zijn dat een initiële bekendmaking voor die opdracht niet vereist is (arts. 65/18 en 65/32).
Door aldus te handelen voorkomt men de toepassing van de verhaalprocedure tot onverbindendverklaring van de gesloten overeenkomst.
Wèl gaat er daags na de bekendmaking ex ante een wachttermijn van 10 dagen in en mag de sluiting pas daarna plaatsvinden.
Inzake indieningstermijnen voor kandidaatstellingen en offertes zijn nu ook de Belgische termijnen als netto termijnen te aanzien, waarin zowel de dag van verzending als de uiterste dag van indiening niet meetellen (cf. art. 65/35).
De eventuele gestanddoeningstermijn wordt geschorst indien er na de informatie over de gunningsbeslissing een wachttermijn toepasselijk is (art. 65/8, §2).
De schorsing eindigt na verloop van de wachttermijn of na uitspraak van de verhaalinstantie over de schorsingsvordering of in ieder geval 45 dagen na de informatie over de gunningsbeslissing, al naargelang.
Voor alle gunningsprocedures voor opdrachten waarvan het goed te keuren bedrag – op het ogenblik van de gunning – hoger is dan 67.000 euro zonder BTW, is de overheid verplicht om de deelnemers te informeren – met inbegrip van de motivering – na het nemen van de selectiebeslissing, de gunningsbeslissing en de beslissing tot niet-plaatsing (arts. 65/7 tot 65/10 en 65/29).
Deze informatie gebeurt onverwijld en verplicht per fax of per e-mail of een ander elektronisch middel, met bevestiging per aangetekende brief op dezelfde dag.
Wanneer de overheid – verplicht of vrijwillig – een wachttermijn respecteert, omvat de informatie eveneens de exacte duur van de wachttermijn.
De overheid moet na de informatie over de gunningsbeslissing een wachttermijn van 15 dagen naleven vooraleer de opdracht te sluiten en dit voor de opdrachten van leveringen en diensten vanaf de Europese drempel en de opdrachten van werken vanaf de helft van de Europese drempel (arts. 65/11 tot 65/13 en arts. 65/30 en 65/32).
Beneden die gevallen kan de overheid zich vrijwillig een wachttermijn opleggen voor een bepaalde opdracht.
De naleving van een wachttermijn is niet vereist wanneer een voorafgaande bekendmaking niet verplicht is of wanneer de gekozen inschrijver de enige betrokken inschrijver is en er geen betrokken kandidaten zijn (in de zin van art. 65/1).
Als een schorsingsvordering wordt ingediend binnen de wachttermijn, mag de overheid de opdracht niet sluiten voordat de verhaalinstantie – in voorkomend geval van eerste aanleg – uitspraak heeft gedaan.
De schorsing van de gunningsbeslissing door de verhaalinstantie leidt van rechtswege tot de schorsing van de uitvoering van de opdracht die in strijd met de wachttermijnregeling zou zijn gesloten.
De overheid informeert de begunstigde onverwijld en geeft hem het bevel om de uitvoering van de opdracht niet te beginnen of stop te zetten.
Naast de reeds bestaande verhaalprocedures zoals de schorsing en de vernietiging van gemotiveerde beslissingen en de schadevergoeding, zijn er nieuwe procedures ingevoerd zoals de vordering tot onverbindendverklaring van de opdracht en de vordering van alternatieve sancties.
Hiervoor wordt verwezen naar punt 5.13 van de Initiatietekst.
Het onderscheid tussen gunning en sluiting brengt mee dat de aan de gekozen inschrijver toegezonden informatie over de gunning geen enkele contractuele verbintenis doet ontstaan tussen hem en de overheid.
Enkel de sluiting – die een afzonderlijke rechtshandeling uitmaakt – heeft een zodanig gevolg.
Wijzigingen aan het KB van 8 Jan 1996 -
De technische specificaties moeten de inschrijvers gelijke toegang bieden tot de opdracht en mogen geen ongerechtvaardigde belemmeringen meebrengen voor de mededinging (zoals ter benadrukking ingevoegd in art. 83bis).
Voor alle gunningsprocedures voor opdrachten waarvan het goed te keuren bedrag – op het ogenblik van de gunning – niet hoger is dan 67.000 euro zonder BTW, is bepaald in welke gevallen de overheid een gemotiveerde beslissing moet opmaken en met welke inhoud: selectiebeslissing, gunningsbeslissing en beslissing tot niet-plaatsing (arts. 25, §2, 1e lid, 51, §2, 1e lid en 80, §2, 1e lid).
Een uitzondering geldt voor de onderhandelingsprocedures zonder bekendmaking gesloten met een aanvaarde factuur (tot 5.500 euro).
In geval van selectiebeperking bij onderhandelingsprocedures met bekendmaking wordt nog gepreciseerd dat het aantal geselecteerden in elk geval voldoende moet zijn om een daadwerkelijke mededinging te waarborgen, voor zover er voldoende geschikte kandidaten zijn (arts. 16, 42 en 68).
De kandidaatstellingen die per fax of e-mail worden ingediend moeten enkel binnen een bepaalde termijn schriftelijk worden bevestigd als die termijn en die verplichting in de bekendmaking zijn vermeld; telefonische kandidaatstellingen dienen evenwel in alle geval schriftelijk te worden bevestigd binnen de indieningstermijn (arts. 14, §1, 40, §1 en 66, §1).
Deze regeling die sinds 1.11.2009 toepasselijk is vanaf de Europese drempels, geldt nu ook beneden die drempels.
Er is een nieuwe bepaling over abnormaal lage offertes wegens overheidssteun ingevoegd in art. 110, §3.
Voor alle gunningsprocedures voor opdrachten waarvan het goed te keuren bedrag – op het ogenblik van de gunning – niet hoger is dan 67.000 euro zonder BTW, is de overheid verplicht om de deelnemers te informeren – de toevoeging van de motivering is niet verplicht – na het nemen van de selectiebeslissing, de gunningsbeslissing en de beslissing tot niet-plaatsing (arts. 25, §2, 51, §2 en 80, §2, telkens tweede tot laatste lid).
Als de motivering niet is bijgevoegd, kan de deelnemer ze opvragen binnen 30 dagen, waarna de overheid ze binnen 15 dagen bezorgt.