Plaatsnamen (oude)

Aagod ‘n: Gelegen aan het kruispunt van de Baasrodestraat met de Volaardestraat.

Aat kêrrekkof ‘t: Plaats achter de kerk waar zich vroeger het kerkhof bevond.

Achterstraut ‘d: De huidige Laurierstraat.

Alt ‘n: De halte, de buurt van Heizijde-station.

Ampoelpit: Volgens de legende zou dit de put geweest zijn waar de steen voor de bouw van de kerk gevonden werd. Men duidt nu als vindplaats van de steen ‘de mot ‘ aan.

 

Barrêlken ‘t: Was de naam van de herberg en lag aan de grens Lebbeke en Wieze.

Beggoiënewwal (ronne pit): Moeras gelegen waar nu het sportcomplex is, naast de spoorlijn Brussel-Dendermonde.

Bizzewwieë: De biezenweide een weide gelegen in de Klein Antwerpenstraat aan de Benoit De Donderstraat.

Blaabrigge: Was de overbrugging van de beek aan de grens Lebbeke en Opwijk, op de Brusselsesteenweg, waar nu de ‘Vlaamse Staak’ staat.

Boelvaar: Brusselsesteenweg vanaf de Leo Duboisstraat tot aan de Hemelstraat.

Boëpit: Put gelegen in de Grote Snijdersstraat achter de hoeve van de fam. Van Gaever – De Coster. In het 15de beloop nrs. 25, 26, 28 en 29 met als toponiem ‘aen den baeyenput’.

Bootermêllekstraut : Zo heette het gedeelte van de Stationsstraat vanaf de huidige O.-L.-Vrouwstraat tot aan de kapellekensbaan.

Bosveld ‘t: Verbindingsweg en kouter tussen Baasrodestraat en Grote Snijdersstraat.

Brèèk: Veldweg die de verbinding vormt tussen de Baasrodestraat en de Poelstraat.

Brèèmennillekken ‘t: De huidige Bremenhullekensstraat.

Brieë baun: De Hof ter Ventstraat.

Broë brigge: Overbrugging van de Brabantse beek in de Koning Albert I-straat.

Broeders boënten: Huidige Oude Baan vroeger Hoge Weg.

 

Dêizzoië: Parochie Heizijde.

Dêssers: Deel van de Brusselsesteenweg (Dêssers voorheen smidse en garage langs die straat).

Dieërens de: Moeras of put tussen de Rossevaalstraat en de Grote Snijdersstraat ter hoogte van het huidige KSA-speelplein.

Dieëzerroië: Huisjes vooraan links in de Lange Molenstraat

Doënkeirken: Kruispunt van de Minnestraat met de Brusselsesteenweg.

Doëvekkeet: Duivekeet, straatnaam die ontstond omdat in de straat een duiventil op een staak te zien was.

 

Êksken ‘t: Buurt aan Heizijde station rond de Eekskensstraat.

 

Groeëte kassoië de: De vroeger benaming van de Brusselsesteenweg (komt van Grote Kalseide).

 

Ieëkevêlt ‘t: De huidige Eikenveldstraat.

 

Kaater: De Kouterbaan en Aalstersestraat van aan de vroegere brouwerij De Witte tot aan de grens met Wieze.

Kallisterweegel: Verbindingsbaantje tussen de Kerkstraat en de Jules De Buckstraat.

Kappaun: Verbindingsbaan tussen de Potaardestraat en de Opstalstraat.

Kappellekken ‘t:Dendermondsesteenweg vanaf de Grote Plaats tot aan het rond punt.

Karree: Met de Karree werd in Lebbeke de groep kleine woningen langs de Florent De Molstraat aangeduid. (ook 'zjandêirmerrie')

Kastieëlmeelen: Molen gelegen aan de P. F. De Naeyerstraat en toebehorende aan Petrus Frans De Naeyer.

Kastieëlstraut: De huidige P. F. De Naeyerstraat.

Kazzèèrekkes: Brussesesteenweg vanaf de Hemelstraat tot aan de Hof ter Varentstraat.

Kêirreboënten ‘t: Verbinding tussen Fabriekstraat en Lindekensstraat met aftakkingen naar de P.F.  De Naeyerstraat. Nu Warmoeswegel.

Klein Gent: Baardegemsestraat tot aan de Wiezebeek.

Klein ployts: Huidige Jules De Buckstraat.

Kleine kongoo: Gedeelte van de Baasrodestraat ‘de kloië’ waar enkele houten barakken stonden en de Baasrodestraat een 2de scherpe bocht maakt richting Baasrode.

Kloië: De Baasrodestraat.

Kokkemman: De Kakemanstraat.

Kroeëskassoië: Kruispunt de Baardegemsestraat, de Schuurkensstraat en de Korte Breestraat.

Kroiës ‘t: De buurt rond de kapel Kruis ter Linden.

 

Leirekken: Zo noemde men het treintje dat zorgde voor de verbinding tussen Londerzeel, Opwijk en Aalst. Deze spoorlijn werd afgeschaft na de Tweede Wereldoorlog. Leirekken werd in 1944, enkele maanden voor de bevrijding, nog beschoten door Engelse jachtvliegtuigen. Deze spoorwegbedding wordt momenteel gebruikt als fiets- en wandelpad (Leirekesroute).

Linneken ‘t: De buurt aan het kruispunt van het huidige café ’t Lindeken.

Lintermans: Deel van de Brusselsesteenweg tussen D’Helst en de Minnestraat ter hoogte van het kasteeltje van de Brusselse industrieel Lintermans (huidige ‘Stock Américain’). 

Lootens de: Begin van de Opwijksestraat aan de gemeentelijke jongensschool genoemd naar de directeur Lootens.

 

Mannekkesstraut: Buurt gelegen rond het station van Baasrode-Zuid.

Meeleboënten: Huidige Heesterstraat. Van de Klein Antwerpenstraat naar de Opwijksestraat tegenover de molen van Dêkkers.

Meelekkaater: Vlakte aan het begin van de huidige Kouterbaan waar de molen stond.

Meelestraut: Leo Duboisstraat

Meisvelt ‘t: Komt van Mei(er)sveld: groot meersveld, klein meersveld. Gelegen tussen de Brusselsesteenweg en de Lange Minnenstraat. De huidige woonwijk Meysveld.

Mêsken ‘t: Moeras aan de Konkelgoedstraat dat gedempt werd met huisvuil en waar het kanon dat zich aan de kerk bevond in mei 1940 zou bedolven zijn.

Minnestraut: Minnestraat Mennestraat, weg waarlangs men een gespan kan mennen. In de Napoleonistische tijd vertaalde men die straat verkeerdelijk in “rue d'Amour”.

Mot: Het Hof ten Canteele en omgeving.

Motbaun: Wegel van de Dendermondsesteenweg naar de Mot. Hij is gedeeltelijk verdwenen met de aanleg van de Flor Hofmanslaan.

 

Najjerswal: Omwalling van het kasteel De Naeyer.

Najjersdreef: Gedeelte van de huidige P. F. De Naeyerstraat van af de spoorweg tot aan het kasteel.

Neevel: Gelegen aan de Heuvelstraat waar zich de herberg ‘In den Heuvel’ stond.

Nêistergêm: Gedeelte tussen de Kakemanstraat en de Klein Antwerpenstraat aan de ene kant en Opwijk en Buggenhout-Opstal aan de andere kant.

Nieve baun: De O. L. Vrouwstraat en Koning Albert I-straat die voor W.O. II aangelegd werd.

 

Oeëweg ‘n: De Hogeweg.

Oef ‘d: Kouter tussen de Potaardestraat, de  Opstalstraat en de Grote en Kleine Snijdersstraat.

Oeksken ‘t: Achterste deel van de huidige Lange Molenstraat. en de Pollepelstraat tot aan de hoeve van Van Medegael

Of ‘t: De beluiken van het kasteel De Naeyer, recht tegenover het omwalde kasteel.

Of va Sjassens ‘t: Waar tot voor enkele jaren de winkel van H. Van Overstraeten in de stationsstraat stond. Voorheen stonder er twee kleine huisjes van de familie Vermeir (Sjassens).

Ofken van zeeven wieën ‘t: Hof gelegen naast de dekenij waar in 1905 de zeven kapelletjes werden ingewijd ter vervanging van de zeven kapelletjes die zich bevonden langs de weg Lebbeke – Dendermonde. ‘Het eeuwig licht’ werd aan het Mariabeeld toegevoegd na W.O. II.

Oië ‘d: De kouter tussen de Potaardestraat en Kakemanstraat waarin de Heidebaan en de Heidekant liggen.

Onneppit ‘n: Een gedeelte van de Baasrodestraat tussen de Poelstraat en Baasrode Zuid. In het 16de beloop nr. 29 met als toponiem ‘met de eyenput’.

Onnestroëtten ‘t: De huidige Kapellekensbaan.

 

Palloënebaun: Veldbaan in het Klein Gent.

Perrookesboënten: Verbindingwegel van café Sooiken met de Korte Minnestraat.

Pjeireppit de: Kleine dries vooraan in de Korte Breestraat aan de vork met de Torrestraat.

Plattof ‘t: Hoek van de Kerkstraat en de Oude Baan.

Potterroië: Steegje in de Kapellekens baan aan ’t kapelleken.

Proftens dreef: De huidige Macharisrdeef.

 

Rakkoil: Hogeweg straatnaam in Lebbeke .

Roeëzennof ‘t: Omwalde vesting aan de grens van Lebbeke en Sint-Gillis- Dendermonde naast de spoorweg Brussel – Dendermonde.

Root:In Lebbeke gebruikt als aanduiding van een rij huisjes, vroeger gelegen langs de Beekveldstraat Naeyers root. Men sprak naargelang de ligging van de 'booveste root' en de 'benneeëste root'. De 'benneeëste root' lag meer naar de Brabantse beek toe, in het verlengde haast van de huidige Beekveldstraat.

Rot ‘t: De huidige wijk van het Heidepark.

 

Schachterroië de: Gelegen vooraan in de Motbaan.

Schirken ‘t : De huidige Schuurkensstraat.

Schos ‘t: Braakliggende grond gelegen langs de Konkelgoedstraat. Ook in de Fortstraat achter fabriek Wolmat tot aan het Hof ter Hert bevond zich dergelijk stuk grond.

Stausseboënten: Veldbaantje van de Stationsstraat naar de Dendermondsesteenweg. Dit veldbaantje had heel wat aftakkingen.

Stroëtten van de vêrroët: Nu de Zwaantjesstraat,

Strontboënten: Het verbindingsbaantje tussen de Kerkstraat en de Jules de Buckstraat.

 

Têrrep: De huidige Grote Plaats. Met têrrep bedoelde men het centrum van de germeente.

 

Vaggèèt: Rossevaalstraat van de Grote Snijdersstraat tot aan de voormalig herberg ’t scheeperken.

Vaggêizze:Volkse benaming voor de Fochelstraat, naam afkomstig van de naam van een (vroegere) boerderij uit die straat.

Vakkaaterkes: Het huidige kerkhof.

Vêllekkes: Gelegen ter hoogte van het rusthuis hof ter Velden.

Verbrandof ‘t: De huidige Ziekenhuisveldbaan.

Vier ieëmers:Gedeelte van de Brusselsesteenweg, de omgeving van de herberg ‘De vier Eemmers’.

Vlomse stauk: De grens op de N 47 tussen Lebbeke en Opwijk en tussen de provincies Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant, waar de grenspaal van 1822 (Hollandse tijd) staat.  

Vollèèr:Gedeelte van de Baasrodestraat aan de Volaardestraat.

Vondelbeek: De beek die de grensscheiding tussen Lebbeke en Sint-Gillis-Dendermonde vormt.

Vondelbrigge:Overbrugging van de Vondelbeek.

Vondelmeelen: Omgeving van de peperkoekfabriek Vondelmolen. 

Vreedesboeëm: Omgeving van de  boom die zich bevindt aan het einde van de Leo Duboisstraat en de splitsing Kouterbaan Bellestraat.

 

Wallekken ‘t: Gelegen tussen de Korte Breestraat en Brusselsesteenweg.

Waugewweg: Veldbaan die uitgaf op de Dendermondsesteenweg waar nu de huidige Lindelaan de Dendermondsesteenweg bereikt. Tot de jaren 1970 lag daar ook het voetbalveld van Racing Lebbeke de voorgangers van het huidige Rapide Lebbeke.

Wittens de: Hoek  Aalstersestraat  en de Kouterbaan genaamd naar de brouwerij De Witte.

 

Zilverstroëtten ‘t: De huidige Hemelstraat.

Zjandêirmerrie: Met de zjandêirmerrie werd in Lebbeke de groep kleine woningen langs de Florent De Molstraat aangeduid. (ook ‘karree’)

Zjêpstraut de: Verbindinswegel tussen de Opwijksestraat en de Brusselsesteenweg ter hoogte van de Vier Emmers.

Zonnekken ‘t: Kruispunt Brusselsesteenweg met de Breestraat (was de benaming van een onlangs verdwenen herberg).