3.4 Verbanden binnen elektriciteit

De wet van Ohm

Verbanden tussen stroom, spanning en weerstand binnen elektriciteit.

In elke stroomkring is er een vast verband tussen spanning, stroomsterkte en weerstand.

    • In een stroomkring resulteert meer spanning in meer stroom.

    • Stroomsterkte is dus recht evenredig met spanning.

    • In een stroomkring resulteert meer weerstand in minder stroom.

    • Stroomsterkte is dus omgekeerd evenredig met de weerstand.

Formule

spanning = stroomsterkte * weerstand

U = I * R

Uit de formule U = I * R volgen ook de twee afgeleide formules:

    • stroomsterkte = spanning gedeeld door weerstand

    • I = U/R

    • weerstand = spanning gedeeld door stroomsterkte

    • R = U/I

Dit noemt men de wet van Ohm (uit te spreken als "oom").

Kijk hoe spanning en stroom zicht tot elkaar verhouden.

11107 ia Ohm.mp4

Rekenvoorbeelden

Hieronder staan een paar rekenvoorbeelden die de wet van Ohm illustreren.

    • In een stroomkring waarop een verbruiker is aangesloten, wordt de stroom gemeten die door de geleider gaat.
      De waarde is 0,55 A.
      De weerstand van de verbruiker bedraagt 44Ω.

    • Hoeveel bedraagt de spanning?

            • Gegevens

              • I = 0,55 A

              • R = 44 Ω

              • De wet van Ohm: U = I * R

            • U = ?

            • U = 0,55 A * 44 Ω = 24,2 V

            • De spanning bedraagt 24,2 Volt.

    • Stel dat de spanning van een bron 6 V bedraagt.
      Op die bron is een verbruiker met een weerstand van 30 Ω aangesloten.

    • Hoeveel bedraagt de stroomsterkte?

            • Gegevens

              • U = 6 V

              • R = 30 Ω

              • De wet van Ohm : I = U/R

            • I = ?

            • I = 6V/ 30 Ω

            • I = 0,2 A

            • De stroomsterkte bedraagt 0,2 ampère.

    • In een stroomkring waarop een verbruiker is aangesloten wordt de stroomsterkte gemeten die door de geleider gaat.
      De waarde is 0,55 A.
      De spanning over de verbruiker bedraagt 60 V.

    • Hoeveel bedraagt de weerstand?

              • U = 60 V

              • I = 0,55 A

              • De wet van Ohm: R = U/I

            • R = ?

            • R = 60V/0,55 A

            • R = 109,09 Ω

            • De weerstand bedraagt 109,09 Ohm.

Informatie