18 april 2023
Samen met dhr. Vosselman van het hotel rijden we met 2 auto’s naar Wilnsdorf-Rudensdorf. Tiny voelt zich een stuk beter dan gisteren, wie weet heeft dat slokje water van de Ilsequelle haar toch goed gedaan. In Rudensdorf parkeren we onze auto bij het station en vervolgens stappen we in de andere auto van het hotel. Dhr. Vosselmann die ons gisteren naar de Lahnquelle bracht brengt ons nu dicht bij het vertrekpunt van vandaag. Fijn, we hoeven dus geen extra kilometers te lopen naar het startpunt Kalteiche.
Bij de splitsing van de Rothaarsteig volgen we de borden richting Dillenburg en wandelen over een comfortabel breed pad. “Zo mogen alle paden vandaag zijn”, zegt Tiny. Bij een kruising gaan we rechts af en komen op een modderig karrenspoor. Plotseling struikelt Tiny over een tak. Gelukkig kan ze zich opvangen op een met mos beklede stam. En kan ze zonder verwondingen verder. Het is een beetje ploeteren op dit stuk, maar ook hier komt een einde aan. Op een T-kruising gaan we links af en komen bij een grote eikenboom. Op een bordje staat Lucas-Eiche, vernoemd naar een boswachter. De boom zou 27 mtr hoog zijn. We gaan weer rechts en even later volgen we een lieflijk beekje: de Krummbach. Dit is een idyllisch plekje, je hoort alleen maar het kabbelende water en de vogels.
Voorbij een boswachtershuis passeren we enkele waterplassen. We blijven de Krummbach nog een stukje volgen. Echter, na een kilometer verlaten we ook deze beek, die overigens in de Dill eindigt. We passeren een gebouw van een vogelbescherming vereniging, waar daadwerkelijk ook veel vogels hun “gezang” laten horen.
Links van ons in het dal zien we Rodenbach liggen. De route loopt door dit dorp. In het dorp aangekomen steken we het spoor over en lopen een beetje zigzaggend van de ene naar de andere straat. Het is één van de weinige plaatsjes die door de Rothaarsteig worden aangedaan. Maar helaas, we zien geen café of iets wat daarop lijkt. We verlaten Rodenbach bij een drukke weg die we oversteken en beginnen dan aan een toch wel pittige beklimming. Eerst over een verharde weg en daarna over een breed pad. We komen op de Himmberg. Op deze helling is het fijn lopen.
We passeren een rusthut met uitzicht op het Westerland en zien dan een vos die het pad oversteekt. Of was het een wolf? Het dier was weer snel weg toen hij ons zag, dus, wie zal het zeggen? Jack denkt toch dat het een vos was. We komen op een pad dat langs de bosrand loopt en lopen langs een grote schommelstoel.
Het pad daalt, in de verte zien we Manderbach. Bij een splitsing twijfelen we welk pad we moeten nemen, de markering is niet zo duidelijk. Twee tegemoet komende heren geven uitkomst. We moeten het pad nemen waar zij vandaan komen en dan op het einde rechts. Goed opletten is hun raad, want de markeringen zijn hier niet zo goed! Dat blijkt te kloppen. We wandelen in de richting van het dorp en gaan op het einde rechts. Tiny ziet in de verte vaag het rode teken van de Rothaarsteig. Na dit pad komen we op een grasveld dat enigszins drassig is.
We lopen door een groen dal, toch wel mooi tussen de “bergen”. Nadat we een verharde weg hebben overgestoken gaan we weer over een grasveld omhoog en vervolgens over een paadje. Er volgt een bocht en dan krijgen we het eerste uitzicht op Dillenburg en zijn bekende Willemstoren. Maar we zijn er nog niet. Nadat het dalende pad uitkomt op een verharde weg komen we in de buitenwijken van het stadje. De markeringen leiden ons naar een drukke verkeersweg die we moeten oversteken. Aan de overzijde beklimmen we vervolgens een trap ( Tiny telde 82 treden) en daarna een sterk stijgend pad. Dit valt niet mee. Eenmaal boven aangekomen op een weer wat vlakker pad beginnen we aan een soort rondwandeling om Dillenburg.
Vanaf het bochtige pad kijken we toe op het stadje met zijn markante toren. Op de plek van deze Willemstoren bevond zich vroeger Slot Dillenburg, in 1533 de geboorteplaats van Willem van Oranje. Het oorspronkelijke kasteel werd in 1760 vernietigd door Franse troepen. In 1873 werd de Willemstoren gebouwd ter herinnering aan Willem van Oranje. In de toren bevindt zich een museum. De ca. 4 km lange wandeling loopt slingerend langs de flanken van een heuvel. Onderweg passeren we de Adolfshöhe, een uitzichtpunt met een schuilhut.
Er staat een ligbank die Tiny wel eens wil testen, maar schijnbaar vindt ze het toch niet aangenaam liggen. Ze neemt er al gauw afscheid van! Een paar honderd meter en een aantal bochten verder staat de Bismarcktempel, die oogt als een klein uitgevallen kiosk.
Maar het uitzicht op Dillenburg is hier fantastisch.
We dalen af naar Dillenburg, eindelijk wandelen we het stadje binnen. We steken de Dill over; wat gisteren een waterstraaltje was bij de bron is nu een rivier.
We volgen de markeringen en wandelen door de winkelstraten naar de Hofgarten. We zien dat het “park” gedeeltelijk bezet is door prehistorische monsters zoals dinosaurussen.
Neverland Dinoworld is neergestreken in Dillenburg, een soort reizende tentoonstelling.
We besluiten een ijssalon te bezoeken om deze afsluitende dag van de Rothaarsteig te vieren. Na deze lekkernij wandelen we naar het station waar het officiële einde van de tocht is.
Met de trein rijden we terug naar Wilnsdorf-Rudesdorf. Onderweg gaan we door de lange tunnel waar we gisteren - 170 mtr. hoger - overheen liepen.
Vanaf het station gaan we met onze auto terug naar het hotel. Het was toch een mooie tocht vandaag. We eten ’s avonds weer in het hotel: Jack gaat voor de Züricher Geschnetzeltes en Tiny voor de Hirschragout.
Morgen rijden we weer naar huis.
Meer foto's:
Lees verder Nawoord