Totaalgewicht van een ruime tent voor 2 personen kan dan uitkomen op zo’n 5 kg — hoe lichter, hoe beter natuurlijk! Alternatief is een heel kleine lichtgewicht tent met een lichtgewicht tarp er bij. Een tarp biedt echter minder bescherming tegen regen, wind, koude en muggen.
Dubbel- of enkeldakstent?
Het voordeel van een dubbeldakstent is dat de binnentent daarvan warmer is en nattigheid van condensdruppels kan tegenhouden. Een goede binnentent beschermt ook tegen muggen en dergelijke!
Losse of vaste binnentent?
Mijn voorkeur gaat uit naar een losse binnentent omdat je die geheel of gedeeltelijk weg kunt halen zodat je zo nodig wat meer ruimte hebt om in je tent te zitten.
Bij kunststof tenten met een siliconen coating wordt aangeraden de naden waterdicht te maken met een speciale lijm. Bij een goed genaaide tent zal dat amper nodig zijn, is mijn ervaring. Wel moet je met afspannen terdege rekening houden met de krimp van een natte Nylon polyamide tent wanneer die warm/droog wordt. Want die krimp kan zo groot zijn, dat de naden inderdaad kunnen gaan lekken als je tent (te) strak afgespannen is geweest!
Slaapzak: dons of kunststofvezel als vulling?
Het voordeel van een slaapzak met kunststofvezel is dat de warmte-isolatie daarvan veel minder achteruitgaat door vochtigheid. Vanzelfsprekend moet je een slaapzak altijd zodanig verpakken dat die bij het kanovaren absoluut niet nat kan worden. Dus wat dat betreft maakt het niet uit of die gevuld is met dons of kunststofvezel. Maar zeker bij kanotochten in het voor- en najaar is condens op de slaapzak in de tent eerder regel dan uitzondering. Een donzen slaapzak die dan ’s morgens vroeg vochtig is ingepakt, moet daarna wel goed gelucht (kunnen) worden om ’s nachts weer warm genoeg te zijn. Maar als je aan die voorwaarde kunt voldoen, gaat mijn voorkeur toch uit naar een donzen slaapzak met een microvezel polyamide binnen- en buitentijk, omdat die minder weegt en veel langer meegaat dan een slaapzak met kunststofvezel als vulling.
Roestvaststalen pannen zijn sterk maar aluminium is beduidend lichter en heeft een veel betere warmtegeleiding. Titanium is lichter dan aluminium maar geleidt warmte nog slechter dan staal. Dan presteert geanodiseerd aluminium beter voor maar iets meer gewicht dan titanium. Als materiaal voor een bord, beker en spork vind ik titanium wel ideaal, juist omdat titanium warmte minder goed geleidt.
Wat betreft brandstof ligt mijn voorkeur bij butaan-propaangas, omdat dit schoon en gemakkelijk functioneert — geen gepriek met stinkende, schadelijke vloeistoffen en lastig bedienbare en onderhoudsgevoelige apparatuur die soms ook nog veel herrie maakt. Voor een redelijke werking bij lage temperaturen heb ik wel gekozen voor een gasbrander die direct op het gasblikje wordt geschroefd en gebruik ik een windscherm. Met mijn verbruik van ongeveer drie 230 grams gasblikjes per week door 2 personen EN omdat ik voor het gemak met twee lichtgewicht gasbranders werk, vind ik zowel de omvang als het totaalgewicht van mijn kookuitrusting relatief niet ongunstig voor kanotrektochten waar je alle benodigde brandstof in de kano meeneemt.