Boogslagen

Een boogslag kun je zien als een aparte vorm van een trek- of duwslag die je voor of achter je maakt. Afhankelijk van welke richting je deze slag op maakt, spreek je van een voorwaartse dan wel een achterwaartse boogslag.

boogslagen bij tandem- en solovaren

Boogslagen bij tandem en solo varen

Belangrijk bij de boogslag is dat je vooral kracht zet vanuit je rompdraai en dat die kracht goed op de kano wordt overgebracht. De effectiviteit is het grootst als de boogslag zo veel mogelijk naar buiten gericht wordt uitgevoerd, zeker bij tandemvaren aangezien het daar zelfs tegengesteld werkt als je de boogslag te ver doorvoert.  Het is dan ook onhandig dat deze slag niet net zoals in het Engels een ‘veegslag’ [sweep stroke] wordt genoemd, aangezien deze slag dus juist zo min mogelijk met een boog uitgevoerd moet worden.

Voor solovaarders is de boogslag een belangrijke slag voor koerswijzigingen. Voor tandemvaarders is de boogslag meer een alternatief voor een duw- of trekslag wanneer je kano snelheid heeft die je zoveel mogelijk wilt behouden bij een koerswijziging.

N.B. De zgn. roerslag bij kanovaren is in wezen niet anders dan een voorwaartse slag die direct gevolgd wordt door een heel korte achterwaartse boogslag.