Capaciteit
Wat met name Amerikaanse kanobouwers opgeven als (maximum) capaciteit voor hun kano’s is de zgn. 15 cm vrijboordcapaciteit: dat is de hoeveelheid gewicht in de kano waarmee je minimaal 15 cm aan vrijboord overhoudt.
Hoewel je daarmee het volume van kano’s onderling kunt vergelijken, zegt dit getal eigenlijk niets over de vaareigenschappen van een kano met een bepaalde hoeveelheid gewicht aan boord, ook omdat het vrijboord afhankelijk is van de diepte van een kano, zoals je in onderstaande tekening kunt zien.
De bovenste kano in bovenstaande tekening heeft circa 15 cm vrijboord met 200 kg aan boord en vaart daarmee nog redelijk goed.
De middelste kano is de bovenste kano met meer diepte en dus meer vrijboord, waardoor deze droger vaart dan de bovenste kano met diezelfde 200 kg aan boord.
De onderste kano is de middelste kano met 400 kg aan boord en heeft dan net als de bovenste kano zo’n 15 cm vrijboord maar is dan zwaar overbeladen en vaart dus heel slecht.
Het gewicht waarmee een kano optimaal vaart, ook wel ‘prestatie-capaciteit’ genoemd, kan bij een diepe kano dus zelfs minder dan de helft van z’n 15 cm vrijboordcapaciteit zijn!
Optimaal Beladingsbereik
Onder invloed van kano-ontwerper John Winters zijn kanobouwers zoals bijvoorbeeld Swift daarom een zgn. optimaal beladingsbereik gaan opgeven. Dat is een minimum en maximum gewicht waarmee je goed kunt varen in de betreffende kano bij het bedoelde gebruik ervan.
Om toch een vergelijking mogelijk te maken met kanomodellen van andere bouwers die alleen maar een volume-capaciteit opgeven, doet Swift dat ook in de vorm van een zgn. Industry Capacity. Zo heeft bijvoorbeeld hun Kipawa een optimaal beladingsbereik van 160-230 kg terwijl ze daarbij 430 kg als Industry Capacity opgeven. Ik moet er echter niet aan denken om met veel meer dan 230 kg in de Kipawa te varen!
Diepgang
Sommige kanofirma’s zoals bijvoorbeeld NorthStar geven naast het optimale beladingsbereik ook de diepgang aan bij een bepaalde hoeveelheid belading. Dat getal zegt echter ook niet veel over hoe een kano vaart met die hoeveelheid belading — zeker niet als je niet weet wat de vorm van de bodem is. Maar kano’s met een licht geronde bodemvorm komen met een diepgang van 12,5 cm wel aan de grens van de hoeveelheid belading waarmee ze nog goed varen — zeker solokano’s, waar zo’n 10 cm diepgang al de grens is.
N.B. Het ene ontwerp kan gevoeliger zijn voor overbelading dan het andere. Test een kano dus altijd zelf uit met de maximale hoeveelheid belading waarmee je van plan bent te gaan varen — zie ook mijn advies voor proefvaren.