בס''ד

Geldt de Thora voor christenen?

Als ik met christenen in gesprek ga over de Thora of aanverwante zaken, krijg ik vaak te horen dat Gods geboden specifiek voor Israël gelden, niet voor ons als ‘Nieuw-Testamentische gelovigen’. Ik stel dan vaak de volgende vragen terug:

- Waarom gelooft u überhaupt in een Joodse Messias die specifiek voor het volk Israël is gekomen? (Mat. 15:24: ''Hij antwoordde en zei: Ik ben alleen maar gezonden naar de verloren schapen van het huis van Israël.''

- Waarom probeert u zich wel aan de ‘10 geboden’ te houden, terwijl die aan Israël zijn gegeven? (Ex. 20: 1-17)

- Als de Thora niet voor u zou gelden, waarom zou u dan wel deel willen hebben aan het Nieuwe Verbond (Luk. 22:20/ Hebr. 8: 8-13), dat met Israël en Juda is gesloten en waarbij de Thora in het hart wordt geplaatst? (Jer. 31: 31-33 en Ez. 36:27)

- Waarom gelooft u in de God van Israël? (1 Sam. 25:34a, Mark. 12:29)

Dingen om over na te denken...

Het antwoord is dat wij, de gelovigen uit de heidenen, ons ‘tot medeburgers van Israël’ mogen rekenen, zie Ef. 2:11-12 en vers 19:

  • Efeze 2: 11-12 en vers 19: ''Daarom gedenkt, dat u, die voorheen heidenen waart in het vlees, en die 'voorhuid' genoemd werd door degenen, die genoemd zijn 'besnijdenis in het vlees', die met handen geschiedt, dat gij in die tijd zonder Messias was, vervreemd van het burgerschap Israëls, en vreemdelingen van de verbonden der belofte, geen hoop hebbende, en zonder God in de wereld ... Zo zijt gij dan niet meer vreemdelingen en bijwoners, maar medeburgers der heiligen, en huisgenoten Gods''.

De Thora geldt zo ook voor ons. Zo worden het Jood en ‘Griek’ samen die God dienen.

Ook Rom. 11: 13-32, Ef. 3: 6 en 1 Petr. 2: 9-10 spreken hierover.

  • Romeinen 11: 17: ''Als nu enige van die takken afgerukt zijn, en u, die een wilde olijfboom bent, in hun plaats bent geënt en mede deel hebt gekregen aan de wortel en de vettigheid van de olijfboom...''.

  • Efeze 3: 6: ''namelijk dat de heidenen mede-erfgenamen zijn en tot hetzelfde lichaam behoren en mede-deelgenoten zijn van Zijn belofte in Messias, door het Evangelie''.

  • 1 Petrus 2: 9-10: ''Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilig volk, een volk dat God Zich tot Zijn eigendom maakte; opdat u de deugden zou verkondigen van Hem Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht, u, die voorheen geen volk was, maar nu Gods volk bent; u, die zonder ontferming was, maar nu in ontferming aangenomen bent''.

Dat dit geen 'nieuwtestamentisch' principe is, blijkt uit de volgende teksten:

  • Exodus 12: 49: ''Eén Wet (Thora) is er voor de ingezetene en voor de vreemdeling die te midden van u verblijft''.

  • Numeri 15: 16: ''Eén Wet (Thora) en één bepaling geldt voor u en voor de vreemdeling die bij u verblijft''.

Maar, zoals we net lazen worden wij als gelovigen in Yeshua niet meer als vreemdelingen gezien, maar worden wij zelfs mede-burgers genoemd:

  • Ef. 2: 19: ''Zo zijt gij dan niet meer vreemdelingen en bijwoners, maar medeburgers der heiligen, en huisgenoten Gods''

Thora voor iedereen!

De Thora geldt voor iedereen, zie 1 Kor. 7: 19 en Pred. 12:13:

  • 1 Korinthe 7: 19: ''De 'besnijdenis' is niets, en 'de voorhuid' is niets, maar wel het onderhouden van de geboden van God.''

  • Prediker 12: 13: ''Van alles, wat gehoord is, is dit de conclusie: Vrees God, en houd u aan Zijn geboden, want dit geldt voor alle mensen.''

God wil een oprecht hart, dat zich aan Zijn regels wil houden, niet meer en niet minder. Hij heeft door het Nieuwe Verbond de Wet niet opgeheven en ongeldig verklaard, maar juist in ons binnenste gelegd (Jer. 31: 31-34):

  • Jer. 31: 31-34: ‘’Zie, er komen dagen, spreekt de HEERE, dat Ik met het huis van Israël en met het huis van Juda een nieuw verbond zal sluiten, niet zoals het verbond dat Ik met hun vaderen gesloten heb op de dag dat Ik hun hand vastgreep om hen uit het land Egypte te leiden – Mijn verbond, dat zij verbroken hebben, hoewel Ík hen getrouwd had, spreekt de HEERE. Voorzeker, dit is het verbond dat Ik na die dagen met het huis van Israël sluiten zal, spreekt de HEERE: Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven en zal die in hun hart schrijven. Ik zal hun tot een God zijn en zíj zullen Mij tot een volk zijn. Dan zullen zij niet meer eenieder zijn naaste en eenieder zijn broeder onderwijzen door te zeggen: Ken de HEERE, want zij zullen Mij allen kennen, vanaf hun kleinste tot hun grootste toe, spreekt de HEERE. Want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en aan hun zonde niet meer denken.’’

In Mat. 28: 19-20 staat dat aan de volkeren (niet-Joden) moet worden onderwezen wat Jezus aan Zijn discipelen (Joden) heeft onderwezen:

  • Mat. 28: 19-20: ''Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, hun lerend alles wat Ik u geboden heb, in acht te nemen.

Wat heeft Yeshua dan onderwezen? Onder andere het volgende:

  • Mat. 5: 17-19: ''Meen niet dat ik ben gekomen om de Wet of de profeten te ontbinden. Ik ben niet gekomen om te ontbinden, maar om te vervullen. Want, voorwaar, ik zeg u: Eer de hemel en aarde vergaan, zal er niet een jota of een tittel van de Wet vergaan, totdat alles zal zijn geschied. Wie dan een van de kleinste geboden ontbindt en de mensen zo leert, zal zeer klein heten in het Koninkrijk der hemelen; doch wie ze doet en leert, die zal groot heten in het Koninkrijk der hemelen.''

  • Mat. 19: 17: ''Indien gij het leven wilt binnengaan, onderhoud de geboden!''

  • Mat. 23: 1-3: ''Toen sprak Jezus tot de menigte en tot Zijn discipelen: De Schriftgeleerden en de Farizeeën zijn gaan zitten op de stoel van Mozes. Daarom, al wat zij u zeggen dat u in acht moet nemen, neem dat in acht en doe het, maar doe niet naar hun werken, want zij zeggen het, maar doen het zelf niet.''

  • Luk. 16: 17: ''Gemakkelijker zouden hemel en aarde vergaan, dan dat er van de Wet een tittel zou vervallen.''

Wetteloosheid

Wie denkt vrij te zijn van de Wet is wetteloos en wetteloosheid is zonde, want in 1 Joh 3:4 lezen wij: "De zonde is wetteloosheid".

Yeshua heeft gezegd dat alléén degenen die de wil van Zijn Vader doen (niet slechts weten!) het Koninkrijk der hemelen mogen binnengaan:

  • Mat. 7: 21: ''Niet ieder die tegen Mij zegt: Heere, Heere, zal binnengaan in het Koninkrijk der hemelen, maar wie de wil doet van Mijn Vader, Die in de hemelen is.''

De wil van Zijn Vader heeft Hij aan ons bekend gemaakt via Zijn Thora: Zijn Wet en Zijn geboden! Dit wordt duidelijk als we in Mattheus 7 een paar verzen verder lezen:

  • Mat. 7: 23: ''Dan zal Ik hun openlijk zeggen: Ik heb u nooit gekend; ga weg van Mij, u die de wetteloosheid werkt!''

Wilt u God ook liefhebben boven alles?

Johannes legt uit hoe we dat kunnen doen:

  • 1 Joh. 5: 3: ''Dit is de liefde tot God, dat wij Zijn geboden in acht nemen; en Zijn geboden zijn geen zware last.''

Zonde

Kunnen alleen Joden zondigen? Kan alleen Israël zondigen? Of heeft iedereen gezondigd?

In Rom. 3: 23 leren we het volgende: ''Want allen hebben gezondigd en missen de heerlijkheid van God''.

Dus, iedereen (Jood en Griek) heeft gezondigd.

Maar, wat is zonde?

  • 1 Joh. 3: 4: ''Ieder die de zonde doet, doet ook de wetteloosheid; want de zonde is de wetteloosheid.''

  • Romeinen 7: 7a: ''Wat zullen wij dan zeggen? Is de Wet zonde? Volstrekt niet! Ja, ik zou de zonde niet hebben leren kennen dan door de Thora.''

Dus: zonde is het overtreden van de Thora.

Aan de Romeinen wordt geleerd om niet te blijven zondigen nu men tot geloof is gekomen:

  • Romeinen 6: 1-6: ''Betekent dit nu dat we moeten blijven zondigen om de genade te laten toenemen? Dat in geen geval. Hoe zouden wij, die dood zijn voor de zonde, nog in zonde kunnen leven? Weet u niet dat wij die gedoopt zijn in Messias Yeshua, zijn gedoopt in zijn dood? We zijn door de doop in zijn dood met hem begraven om, zoals Messias door de macht van de Vader uit de dood is opgewekt, een nieuw leven te leiden. Als wij delen in zijn dood, zullen wij ook delen in zijn opstanding. Dit weten wij toch, dat onze oude mens met Hem gekruisigd is, opdat het lichaam van de zonde tenietgedaan zou worden en wij niet meer als slaaf de zonde zouden dienen.''

Dus: men moet stoppen met zondigen (stoppen met het overtreden van de Thora), omdát men tot geloof is gekomen! Dit geldt voor zowel de Jood als voor de Griek.

Zie voor meer informatie over zonde en bekering onze pagina 'Bekering'!

Voor meer informatie over uw identiteit, zie onze pagina 'Gelovige heidenen of verloren stammen?'.

Bijbelteksten gekopieerd van http://herzienestatenvertaling.nl/bijbel.php

De Heilige Geest

Ezechiël 36: 27: ''Ik zal Mijn Geest in uw binnenste geven. Ik zal maken dat u in Mijn verordeningen wandelt en dat u Mijn bepalingen in acht neemt en ze houdt.''