De Boom of wel een Eik

Bomen komen we in de heraldiek regelmatig tegen. Op zowel het groot als klein zegel van Sneek komen we een eikenboom tegen. Op het grootzegel zien we deze als bekroning van het wapen, en op het klein zegel zien we boven het kerkdak de taken van een eik afgebeeld. Sinds de 17e eeuw wordt het stadswapen vaak bekroond door een helm, met hierop een eik. Over de betekenis van een boom in de Friese heraldiek meld Gonggrijp, G.F.E.(1943) ons dat de boom wordt gezien als het product van de bodem. Het oud Friese woord “beame” stond voor bodem, terwijl het huidige woord boom in het Fries beam is. De boom zou dan gelijk staan aan grondbezit. Grondbezit was voor de lokale edelen van groot belang, want deze vormde de basis voor hun rechten als eigen erfden. De eikenboom of eikels kunnen dan ook gezien worden als rechtssymbolen, en sluiten aan bij de Friese adelaar en de Friese vrijheid legende. Hiermee kunnen we mogelijk ook de aanwezigheid van een eik in het Sneker wapen verklaren. Sneek speelde in Waghenbrughe, welke later opging in Wymbtitseradeel een belangrijke rol. Hierdoor was er binnen Sneek naast de Sneker rechtbank, ook die van Wymbritseradeel te vinden. In de 15e eeuw werd Sneek ook wel gezien als de hoofdstad van de Schieringers. Maar ook de rol van de Sneker parochiekerk, de Sint Maarten kerk, is van groot belang. Deze vormde de hoofdkerk van het dekenaat Waghenbrugge alias Silva met haar seendstoel, waar de deken recht sprak over zaken die onder de kerk vielen zoals echtbreuk, ontucht en ketterij. Dit zou een verklaring kunnen zijn voor de eik op het klein zegel. Sneek speelde een grote rol in zowel de wereldlijke en kerkelijke rechtspraak, hiermee lijkt de aanwezigheid van een eik als rechtssymbool in het stadswapen verklaard.