In J&S staat evolutie gelijk aan opwaartse ontwikkeling. Bij de definitie van macro-evolutie in onderdeel 4.3 wordt verwezen naar opwaartse ontwikkeling. Er staat: “ Het begrip “opwaartse ontwikkeling” (anagenese) heeft in dit boek ook deze betekenis (afbeelding 4.8).”
Evolutie heeft niet met opwaartse ontwikkeling van doen. ‘Anagenese’ betekent niet ‘opwaartse ontwikkeling’. Anagenese (dat niet in hun glossarium voorkomt) betekent geleidelijke morfologische verandering binnen een (fossiele) soort, zonder soortsplitsing. Het hele idee ‘opwaarts’ bestaat niet binnen de evolutiebiologie.
Afbeelding 4.8a (gedownload van de Duitse site met toestemming dr. R. Junker)
In figuur 4.8 links is geen evolutie weergegeven, maar een ouder en lang verlaten idee, de scala naturae: http://nl.wikipedia.org/wiki/Scala_natur%C3%A6. Of zouden Junker en Scherer werkelijk denken dat trilobieten (trilobieten zijn geleedpotigen, de club waarbij ook kreeften en insecten behoren) van kwallen afstammen, en gewervelde dieren van trilobieten?
Deze misvatting dat evolutie gelijk staat aan opwaartse ontwikkeling komt ook verder terug. Zo staat op blz 243 dat het boek J&S het begrippenpaar ‘primitief’ en ‘ontwikkeld’ zal gebruiken, omdat dit begrippenpaar een evolutietheoretische achtergrond zou hebben. Niets is minder waar. In de evolutiebiologie wordt wel gesproken over ‘afgeleide’ en ‘oorspronkelijke’ kenmerken maar in elk evolutiebiologieboek wordt uitgelegd dat dit niet een waardeoordeel inhoudt maar over een volgorde van verandering gaat. Om gevoelsmatige lading van de begrippen te vermijden wordt de voorkeur gegeven aan de officiële termen ‘apomorf’ en ‘plesiomorf’. Junker en Scherer hadden zich dus niet hoeven af te vragen of ‘primitief’ en ‘ontwikkeld’ wel objectieve begrippen zijn. Het zijn geen begrippen uit de evolutiebiologie.
‘Ontwikkeld’ en ‘primitief’ zijn begrippen die afkomstig zijn uit het idee van de scala naturae.