De zusters van Camaldoli van Sint Antonius in Rome
Zr. Anna Nilescu van St. Antonius
We bevinden ons op de Aventijn, één van de zeven historische heuvels van Rome, in het klooster van Abt Antonius van de Camaldolense Benedictijnse Zusters. Dit Camaldolens verwijst Camaldoli, een plaatsje in Toscane, dichtbij Arezzo, waar Sint Romualdus (monnik en eremiet uit de elfde eeuw, hij stierf in 1027) zijn laatste klooster heeft gesticht.
Zonder de Regel van Benedictus te veranderen, benadrukte hij het eremietenlevenaals een speciale vorm van het monastieke leven. Hij slaagde erin de verschillende kluizen te laten besturen door een prior om zodoende eccentriciteiten en excessen te vermijden die in die periode legio waren.Hij stond ook open voor de evangelisatie van de heidenen, zoals in se praktijk gebracht door de anglo-Duitse traditie van Sint Bonifatius van Fulda.
In de Camaldolense Constituties, zowel van monniken als van monialen,wordt de typische geest van onze traditie samengevat in het “triplex bonum”( het “drievoudige goed”) : cenobium, kluis, missie. In het middeleeus Latijn klinkt dit als volgt:”Noviter venientibus de saeculo desiderabile coenobium, matures vero et Deum vivum sitientibus aurea solitudo cupientibus dissolvi et esse cum Christo evangelium paganorum”
Sint Romualdus zelf leefde als monnik, kluizenaar en recluse en verlangde het martelaarschap. Zo opende hij voor zijn leerlingen de weg naar evangelisatie van de heidenen.
De Kerk viert op een plechtige wijze sommige van zijn volgelingen die martelaar werden: de vijf broers die de martelaarsdood stierven in Polen(1003) en Sint Bruno Bonifatius van Querfurt, ter dood gebracht in Pruisen in 1009.
Het biezondere charisma van Sint Romualdus staat de Camaldolense monniken en monialen toe hun eigen roeping te volgen, tot het ”martyrium amoris”, de reclusie, na een wel overwogen oordeel dat een lange voorbereiding veronderstelt door samen te leven als broeders en zusters.
De Camaldolense monialen dateren hun stichting tot bij Sint Romualdus zelf, zoals beschreven in “Het leven van Sint Romualdus”, geschreven door Sint Petrus Damianus rond 1042.Dus vanaf het begin hebben monniken én monialen dezelfde monastieke geest gedeeld in het uniek instituut van de “Ordo Camalduensis”
Gedurende de duizendjarige geschiedenis van de Camaldolensen waren er vele vrouwenkloosters in Italië en tijdens de 20ste eeuw werden er vele gesticht in het buitenland (Frankrijk, Polen, Tanzanië, India, USA en Brazilië)
Momenteel zijn er zes Camaldolense vrouwenkloosters in Italië en tien in het buitenland.
Onze communauteit van Sint Antonius op de Aventijn in Rome werd gesticht door Moeder Angela van Sint Pieter (in de wereld Angela Francesca Pezza, 1687-1758). Zij had zich toevertrouwd aan de geestelijke leiding van een Camaldolense monnik van Sint Gregorius op de Celische heuvel en had dan de idee ontwikkeld om zich eerst als monastieke oblaat te engageren en daarna als definitief monastiek geconsacreerde.
Zij legde haar monastieke geloften af in de kerk van het klooster van Sint Gregorius in 1722. Al vlug voegden andere jonge meisjes zich bij Moeder Angela zodat op een paar jaar tijd er zich een groep had gevormd van geconsacreerde oblaten die zowar honderd jaar later canoniek werden erkend als monialen gedurende het pontificaat van de Camaldolense paus Gregorius XVI (1831-1848).
De communauteit van Sint Antonius woont in dit huis op de Aventijn sinds 1878, dankzij de hulp van paus Pius IX, nadat de Italiaanse staat had verhinderd dat de communauteit bleef wonen in hun klooster van Sint Antonius op de Esquilino heuvel.
Het traditionele Camaldolense “triplex bonum” maakt ons monastiek leven specifiek en karakteriseert het cenobietenleven (gebaseerd op de regel van Benedictus en de Camaldolense Constituties) met lange periodes van stilte en afzondering die tot de extreme vorm van reclusie kan leiden
De laatste recluse die gestorven is als een heilige in onze Romeinse communauteit was Zr. Nazarena ( in de wereld Giulia Crotta, 1907-1990) Zij leefde als recluse in haar cel gedurende 44 jaar (21 november 1945 – 7 februari 1990).
Na het tweede Vaticaans concilie werd het ook mogelijk om ons te concentreren op de derde poot van het “triplex bonum”met stichtingen in missielanden zoals Tanzanië(1968), India en Brazilië(1993) De communauteit heeft dan ook de specifieke activiteiten voor het gastenhuis ontwikkeld.
Vroeger leefden de monialen van de inkomsten verkregen door de verkoop van kunstig versierde palmbladeren, die door het Vaticaan werden opgekocht.
Sinds enkele tientallen jaren houden wij een gastenhuis open waar we studenten (Trinity college en studenten van de Theologische School) ontvangen evenals parochiale groepen, pelgrims en geconsacreerden die op doorreis zijn in Rome, leken en geconsacreerden die hier de ruimte vinden voor retraites enz.
Mensen die willen begeleid worden op hun spirituele weg worden geholpen door medezusters met dit specifieke charisma.
Dankzij de samenwerking tussen van enkele Italiaanse abdissen en de naburige Benedictijnse Pauselijke Academie van San Anselmo kan het Sint Antonius klooster voorzien in een Theologische School voor monniken en monialen voor de vorming van alle Benedictijnse monialen ( maar niet uitsluitend voor hen.)
Tijdens het schooljaar(van oktober tot juni) houden we in samenwerking met de broeders van Sint Gregorius van de Celische heuvels, elke zaterdag een lectio divina van ongeveer twee uur die ook wordt bijgewoond door vele leken vrienden.Maar het gastenhuis staat ook open voor andere groepen ,zowel leken als geconsacreerden, die in samenwerking met de zusters, bijbelstudie, eucumenische of culturele bijeenkomsten willen organiseren die passen in de monastieke geest.
De gemeenschap wordt gevormd door mensen van verschillende leeftijden en voorziet gastvrijheid voor monialen van haar eigen stichtingen die naar Rome komen om te studeren. Dit heeft dan weer als gevolg dat er de rijkdom is van verschillende nationaliteiten en culturen. Alhoewel dit soms een paar moeilijkheden kan opleveren in het samenwonen geeft het vooral veel mogelijkheden tot verrijking zowel vanuit menselijk als vanuit cultureel standpunt. Een activiteit die de communauteit sterk aan het hart ligt en dit sinds haar stichting, is de zorg voor de armen. Tegenwoordig komt het erop neer dat we elke dag ’s middags een warme maaltijd voorzien voor iedereen die aan de deur klopt van de Santa Sabina poort – dikwijls, vooral in de zomer, zijn dit meer dan honderd mensen van verschillende nationaliteiten en verschillende religies.
We onderhouden een tuin die groot genoeg is om ons, onze gasten en de armen van het nodige te voorzien.
Voor wat het gebed betreft, hebben we, dankzij de hervormingen van Vaticanum II, de mogelijkheid gekregen om de belangrijkste bronnen van Benedictijnse spiritualiteit en die van Romualdus terug te ontdekken.Waar we het meeste belang aan hechten is, dat het Woord van God het centrum is waarrond het leven van alle monialen draait, de studie van de H.Schrift en de woestijnvaders, de liturgie en we trachten bijzondere zorg aan die liturgie te besteden door de verzorging van de zang, de instrumentale muziek, de lezingen, het gebed, de stilte en het ritme van de vieringen.
Na deze korte voorstelling van onze communauteit, voor wie het een eer is te leven op dezelfde plaatsen waar Sint Hieronymus in de verre IV eeuw de grondslag legde voor het vrouwelijk kloosterleven in het westen met zijn dierbare vriendinnen Marcella, Paola, en Eustachia en naar wie vele straatnamen hier in deze prachtige buurt zijn genoemd, heten we U van ganser harte welkom in ons huis en wensen u BUON LAVORO (een succesvolle conferentie)!!
DE ABDIS EN DE COMMUNAUTEIT VAN SANT’ANTONIO