De eekhoorn is een zoogdier. Het is een knaagdier.
De eekhoorn heeft een ronde kop, een kort snuitje en grote ogen. De oren zitten bovenop de kop. De eekhoorn is niet zo groot, ongeveer 24 cm lang. De staart van de eekhoorn is lang en breed. Bij alles wat de eekhoorn doet, is de staart belangrijk. Als hij over de takken loopt dan houdt de staart hem in evenwicht. Als de eekhoorn naar beneden moet springen uit de boom, dan maakt hij de staart heel breed. Het is een soort parachute zodat hij veilig op de grond neerkomt. Als hij in de zon zit, gebruikt hij zijn staart als een parasol over zich heen, zodat hij in de schaduw kan zitten.
De voorpoten van de eekhoorn hebben vier tenen en de achterpoten vijf. Ze hebben hele stevige nagels waarmee ze vlug in de bomen kunnen klimmen. In de zomer is de pels van de eekhoorn roodbruine en in de winter is de pels wat donkerder. De eekhoorns kunnen wel goed zien, maar ze zien niet alle kleuren. Ze zien alleen grijze tinten. De kleur geel kunnen ze wel zien.
Eekhoorns kunnen wel goed ruiken. Ze kunnen wel hun begraven voedsel terug vinden door over de grond te snuffelen. Ze hebben in hun boven- en ondergebit twee hele scherpe snijtanden. Eekhoorns worden ongeveer 5 jaar oud.
Eekhoorns leven alleen en hebben een eigen leefgebied waarbinnen ze voedsel zoeken.
De vrouwtjes krijgen twee keer per jaar jongen. Per keer krijgen ze drie tot zeven jongen. De eerste keer ongeveer in februari en de tweede keer in de zomer. De vrouwtjes zijn ongeveer 38 dagen zwanger. Als de jongen geboren worden, zijn ze blind, kaal en 6 cm lang. Wanneer de jongen twee maanden oud zijn, zijn ze zelfstandig. Dan hebben ze geen hulp meer nodig van de moeder. Ze blijven tot ongeveer een half jaar bij de moeder.
Het voedsel van de eekhoorn bestaat uit eikels, beukenoten, zaden, eieren, enz. Het is beter om eekhoorns niet te voeren. Er zijn heel veel eekhoorns dood gevonden doordat ze te veel pinda’s hadden gekregen van mensen. Hij kan zelf het beste uitzoeken wat voor voedsel hij nodig heeft. In de herfst als er genoeg eten is, gaan de eekhoorns voedsel verzamelen en bewaren voor de winter. Ze verstoppen dit meestal in de grond, maar soms in boomholtes. Eekhoorns houden geen winterslaap. Ze slapen maar een paar dagen achter elkaar en gaan dan weer voedsel halen.
De eekhoorn heeft ook vijanden. Jonge eekhoorns die nog niet zo handig zijn, worden vaak gepakt door zwerfkatten en uilen. De grootste vijanden van de eekhoorn zijn de boommarter en de havik. Een boommarter is een roofdier dat zich snel door de bomen beweegt.
Eekhoorns leven in bossen. Overdag zijn ze bezig en ’s nachts slapen ze. Over de hele wereld zijn verschillende soorten eekhoorns, maar in Nederland leeft alleen de gewone eekhoorn. Deze eekhoorn komt voor in heel Europa en in Azië. De eekhoorn woont in nesten. De nesten hebben een ronde vorm en zijn van takken met bladeren gemaakt.