De leerling is verplicht om alle dagen op tijd aanwezig te zijn op school en deel te nemen aan de buitenschoolse (lesvervangende) activiteiten. Dat staat ook zo in de engagementsverklaring in deel I die u als ouders ondertekend heeft.
Betreffende afwezigheden maken we graag deze afspraken:
1. De ouders of houder van het ouderlijk gezag verwittigen ’s morgens de school (hetzij telefonisch, hetzij per mail), tussen 8.00 u en 8.45u. Het telefoonnummer en e-mailadres van de school staan vooraan in de schoolagenda.
2. Nadien geven de ouders met de leerling een getekende verklaring of een medisch attest mee,
3. De leerling brengt deze verklaring zo snel mogelijk naar het leerlingeneiland,
4. De studiemeester noteert de afwezigheid in de agenda van de leerling.
Indien de leerling ook lessen volgt in het gewoon onderwijs (LAS) melden de ouders de afwezigheid zowel aan VTS 3 als aan de betreffende gastschool waar de leerling op dat moment verwacht wordt voor de les.
Is de afwezigheid te voorzien en/of vereist, dan wordt de school vooraf op de hoogte gebracht.
3.1.2.1 Hoe wettigt u een afwezigheid wegens ziekte?
Een verklaring van de ouders (handtekening + datum) volstaat voor een korte ziekteperiode van één, twee of drie opeenvolgende kalenderdagen. Let op: dat kan maximaal 4 keer in een schooljaar.
Een medisch attest is nodig:
zodra uw kind 4 opeenvolgende kalenderdagen ziek is, zelfs als één of meer van die dagen geen lesdagen zijn;
wanneer u in hetzelfde schooljaar al 4 keer een korte afwezigheid om medische redenen zelf gewettigd hebt met een eigen verklaring;
als uw kind tijdens de proefwerken ziek is;
als uw kind tijdens de stage of belangrijke evaluatiemomenten ziek is.
Wanneer aanvaarden we een medisch attest niet?
In de volgende gevallen beschouwen we een medisch attest als twijfelachtig:
uit het attest blijkt dat de arts zelf twijfelt (hij schrijft “dixit de patiënt”);
de datum waarop het attest is opgemaakt valt niet in de periode van afwezigheid;
begin- of einddatum zijn vervalst;
het attest vermeldt een reden die niets met de medische toestand van de leerling te maken heeft, bv. de ziekte van één van de ouders, hulp in het huishouden …
We beschouwen een afwezigheid die gewettigd wordt door een twijfelachtig medisch attest als spijbelen.
3.1.2.2 Wanneer levert u een medisch attest in?
Uw kind geeft de verklaring van de ouders of het medisch attest af op de eerste dag terug op school. Is het langer dan 10 opeenvolgende lesdagen ziek, dan moet het attest zo snel mogelijk aan de school bezorgd worden.
Als uw kind voor eenzelfde medische behandeling verschillende keren afwezig is op school, volstaat één medisch attest met de verschillende data. Ook als uw kind dikwijls afwezig is vanwege een chronische ziekte kan u in samenspraak met de schoolarts één enkel medisch attest indienen. Wanneer uw kind dan afwezig is, is het niet nodig om telkens naar een arts te gaan, maar volstaat een verklaring van u als ouders.
Kan een leerling om welke reden dan ook aan een proefwerk, overhoring, klasoefening of persoonlijk werk niet deelnemen, dan kan de leerling verplicht worden die achteraf te maken.
Kan een leerling, wegens een geldige reden, niet deelnemen aan één of meer proefwerken dan moet de directeur of zijn afgevaardigde onmiddellijk verwittigd worden. Hij beslist ook hoe en wanneer deze ingehaald worden. Dit wordt aan de ouders meegedeeld.
3.1.2.3 Wat met de lessen lichamelijke opvoeding die uw kind mist wegens ziekte?
Als uw kind wegens ziekte, ongeval of specifieke onderwijsbehoeften niet kan deelnemen aan bepaalde oefeningen, dan vraagt u aan uw arts om een “medisch attest voor de lessen lichamelijke opvoeding en sportactiviteiten op school”. Op die manier kan de leraar lichamelijke opvoeding zien wat uw kind wel en niet kan in de lessen.
Als uw kind door ziekte, ongeval of specifieke onderwijsbehoeften helemaal geen lichamelijke opvoeding kan volgen, dan kan de leraar het een vervangtaak geven. De klassenraad kan ook beslissen het een aangepast lesprogramma te geven. Dat wil zeggen dat het tijdens die uren ofwel een ander vak zal volgen, ofwel de lessen lichamelijke opvoeding op een andere manier zal benaderen (bv. theoretisch). Een aangepast lesprogramma maakt deel uit van de eindbeoordeling. U kan steeds de vraag stellen naar een aangepast lesprogramma voor het vak lichamelijke opvoeding. De klassenraad zal de vraag onderzoeken, maar deze maatregel is geen recht.
3.1.2.4 Wat als de leerling zwanger is?
Leerlingen die zwanger zijn, dienen dit onmiddellijk door te geven aan de directie.
Een leerling die zwanger is, heeft recht op moederschapsverlof, dat is maximaal één week gewettigde afwezigheid vóór de vermoedelijke bevallingsdatum en maximaal negen weken na de bevalling. De schoolvakanties schorten dit verlof niet op. Tijdens die afwezigheid komt zij in aanmerking voor tijdelijk onderwijs aan huis en synchroon internetonderwijs.
Voor het volgen van de lessen, ontspanningsmomenten, stages en praktijklessen op verplaatsing zal de school beroep doen op de arbeidsgeneesheer die beslissingen zal nemen in functie van moederschapsbescherming.
3.1.2.5 Wat is tijdelijk onderwijs aan huis (TOAH)?
Voor (regelmatige) leerlingen die geconfronteerd worden met ziekte, ongeval of moederschapsverlof wordt tijdelijk onderwijs aan huis (TOAH) georganiseerd indien aan bepaalde voorwaarden is voldaan.
De klassenraad beslist, in overleg met de ouders, welke vakken hij/zij tijdens TOAH krijgt. TOAH is gratis. TOAH is niet mogelijk als de leerling een alternerende beroepsopleiding volgt.
Voor leerlingen die wegens ziekte langdurig of korte opeenvolgende periodes niet op school aanwezig kunnen zijn, zijn er drie criteria waarmee rekening gehouden wordt bij het al dan niet vaststellen van het recht op TOAH:
· De aard van de aandoening en duur van afwezigheid op school;
· De aanvraag door de ouders;
· De afstand van de school tot de verblijfplaats van de leerling.
Alle voorwaarden verbonden aan deze criteria moeten gelijktijdig voldaan zijn.
TOAH bij een langdurige afwezigheid ten gevolge van een niet-chronische ziekte, een ongeval of moederschapsverlof:
Voorwaarden
· De leerling is meer dan 21 kalenderdagen ononderbroken afwezig op school (wachttijd).
· De afwezigheid wordt geattesteerd door een arts (niet noodzakelijk een arts-specialist). Uit dit attest blijkt dat de leerling niet of minder dan halftijds naar school kan gaan maar wel onderwijs mag krijgen.
· De ouders bezorgen de directeur een schriftelijke aanvraag samen met het medisch attest.
· De leerling verblijft op 20 km of minder van de school.
· Bij verlenging van de oorspronkelijk voorziene afwezigheid, is er geen nieuwe wachttijd en moet er geen nieuwe aanvraag worden ingediend. TOAH loopt verder. Er is wel een nieuw medisch attest vereist.
· Als de leerling de lesbijwoning op school (voltijds, halftijds of meer dan halftijds) hervat en binnen de drie maanden opnieuw afwezig wordt wegens ziekte of ongeval, is er geen nieuwe wachttijd en moet er geen nieuwe aanvraag ingediend worden. TOAH gaat dan onmiddellijk in. Er is wel een nieuw medisch attest vereist.
Organisatie:
· TOAH kan enkel georganiseerd worden bij de leerling thuis of waar de leerling verblijft.
· De leerling krijgt 4 uur per week les thuis of waar de leerling verblijft.
TOAH bij een chronische ziekte: voorwaarden en organisatie
Voorwaarden:
- Een arts-specialist maakt een medisch attest op dat het chronisch ziektebeeld bevestigt en waaruit blijkt dat de leerling onderwijs mag krijgen;
- De ouders bezorgen de directeur een schriftelijke aanvraag samen met het medisch attest. Voor de volledige schoolloopbaan in onze school volstaat één schriftelijke aanvraag en één medisch attest. Bij een verlenging van de oorspronkelijk voorziene afwezigheid of bij een nieuwe afwezigheid ten gevolge van dezelfde chronische ziekte is dus geen nieuwe aanvraag nodig;
- De leerling verblijft op 20 km of minder van de school.
Organisatie:
- De leerling krijgt 4 uur TOAH per opgebouwde schijf van 9 halve schooldagen afwezigheid.
- TOAH vindt bij de leerling thuis plaats of waar de leerling verblijft, maar het kan ook gedeeltelijk op school worden georganiseerd. Dat is mogelijk na akkoord tussen de ouders en de school. TOAH op school vindt plaats buiten de lesuren van het structuuronderdeel waarvoor de leerling is ingeschreven.
- TOAH kan ook niet tijdens de middagpauze.
3.1.3.1 De onderwijsreglementering laat slechts enkele afwezigheden toe om volgende redenen:
familieraad
omdat een begrafenis- of huwelijksplechtigheid van een bloed- of aanverwant of van iemand die thuis inwoont, moet bijgewoond worden
omdat er een oproeping of dagvaarding is voor een rechtbank
omdat de school door overmacht niet bereikbaar of ontoegankelijk is
omdat er een onderwerping is aan een maatregel opgelegd in het kader van de bijzondere jeugdzorg of de jeugdbescherming (bv. plaatsing in een instelling door de jeugdrechter)
omdat proeven moeten afgelegd worden voor de examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap
omdat de leerling een preventieve schorsing heeft gekregen, of bij wijze van tuchtmaatregel tijdelijk of definitief wordt uitgesloten (zie orde- en tuchtreglement)
3.1.3.2 Er zijn bijzondere regels voor:
Topsporters:
Wie door de selectiecommissie het topsportstatuut A of B kreeg toegekend, kan maximum 40 halve lesdagen afwezig blijven om deel te nemen aan stages, tornooien of wedstrijden (maar niet voor de training)
Wie een topsportstatuut F heeft, kan in de eerste graad maximaal 90 halve lesdagen afwezig blijven om deel te nemen aan stages, tornooien en wedstrijden. In de tweede en derde graad, kan de leerling maximaal 130 halve lesdagen afwezig blijven. Een leerling mag niet afwezig zijn voor wekelijkse trainingen.
Moslims, Joodse en orthodoxe leerlingen:
Wanneer de ouders vooraf melden dat de leerling zal deelnemen aan het beleven van één van de volgende feestdagen, heeft de leerling vrij:
Moslims
Suikerfeest (1 dag)
Offerfeest (1 dag)
Joodse leerlingen
Joods Nieuwjaar (2 dagen)
Grote Verzoendag (1 dag)
Loofhuttenfeest (2 dagen)
Slotfeest (2 laatste dagen)
Kleine Verzoendag (1 dag)
Feest van Esther (1 dag)
Paasfeest (4 dagen)
Wekenfeest (2 dagen)
Orthodoxe leerlingen
Paasmaandag (1 dag)
Hemelvaart (1 dag)
Pinksteren (1 dag),
uitsluitend voor de jaren waarin het orthodox Paasfeest niet samenvalt met het katholiek Paasfeest.
Leden van de raad van bestuur of van de algemene vergadering van de Vlaamse scholierenkoepel vzw: zij kunnen deelnemen aan activiteiten verbonden aan hun lidmaatschap.
3.1.3.3 Andere niet-medische afwezigheden
Voor andere afwezigheden heeft u toestemming van de directeur of zijn afgevaardigde nodig.
Leerlingen hebben dus geen recht op deze afwezigheden:
afwezigheid om persoonlijke redenen,
door het overlijden van bloedverwanten tot en met de tweede graad (broers, zussen, ouders en grootouders) en personen die in hetzelfde huis wonen. Het kan gebeuren dat de leerling voor een korte periode thuis moet blijven om een emotioneel evenwicht terug te vinden (hiervoor is steeds een doktersattest nodig),
de selectie door een erkende federatie voor deelneming aan een culturele of sportieve manifestatie, behalve voor topsporters,
laattijdige inschrijving na aanvang van het schooljaar,
deelname aan examen rijbewijs: kan toegestaan worden door directie indien dit op voorhand aangevraagd werd.
Indien een leerling opvallend afwezig is op dagen dat er toetsen worden afgenomen, is het mogelijk dat de leerkracht hiervoor een “nulquotering” geeft op dat evaluatiemoment. De leerling maakt immers door zijn problematische afwezigheid de studiebeoordeling onmogelijk. Dit kan gevolgen hebben voor het jaarpercentage, waar de delibererende klassenraad rekening mee zal houden.
Het CLB wordt verplicht ingeschakeld bij het opmaken van een begeleidingsdossier vanaf 5 halve dagen problematisch verlet.
Om het recht op een schooltoeslag (die een onderdeel van het groeipakket is) niet te verliezen, mag een leerling niet meer dan 29 halve schooldagen ongewettigd afwezig zijn geweest. Als de schooltoeslag dan al was uitgereikt, zal ze door de betrokken overheidsinstantie worden opgevorderd.
Als de leerling afwezig is, kan de directeur of zijn afgevaardigde ook beslissen dat hij/zij de gemiste lesuren praktijk of stages moet inhalen. Hij bespreekt dit met de begeleidende klassenraad. Hij beslist ook hoe en wanneer de leerling de praktijklessen of –stages zal inhalen.
Misschien ervaart uw kind leren en schoollopen soms als lastig of als een minder leuke opdracht. Het mag echter niet zomaar uit school wegblijven. Spijbelen kan niet! Als er moeilijkheden zijn, willen wij uw kind samen met het CLB er weer bovenop helpen. Daarvoor rekenen we ook op zijn/haar positieve instelling. Als hij/zij te veel spijbelt, zullen we het ministerie van onderwijs op de hoogte brengen.
Als uw kind niet meewerkt, kan de directeur beslissen om het uit te schrijven. Dat kan bijvoorbeeld wanneer het blijft spijbelen of wanneer het voor ons al een hele tijd niet duidelijk is waar hij/zij is.