Op het einde van de les moeten leerlingen in staat zijn om:
De eigenschappen van de onderlinge ligging van rechten te formuleren in woorden en in symbolen;
De eigenschappen van de onderlinge ligging van rechten te kunnen toepassen.
(in de les)
Verwerkingsopdracht 3
Signaaloefening 5
Maak de onderstaande test tot je ze foutloos kunt! Als de test is ingevuld kun je je fouten verbeteren. Je kan de test meermaals opnieuw maken ter voorbereiding van de toets op het einde van de module.