2002 Q4

28/12/02

Alweer het startpunt voor een wandelclub was zaterdag mijn eerste gedachte bij het naderen van de Nachtegaal. Dichterbij gekomen zag ik een massa, deels vreemde, lopers. Toen ik echter Jos B. met Anja en de kinderen breed grijzend achter het stuur zag zitten met Opa Rob nog breder grijnzend één auto verder ging mij een lichtje op. Jo had via een geheim gehouden samenzwering met Leny en anderen toegeslagen. Mijn privé actie om, ter compensatie van het stilleggen van de marathon Etten–Leur, toch op mijn 60e jaar mijn 60e marathon, in de vorm van Simon’s Tegendraadse Sylvester Mergelland Marathon Oud Parcours, te lopen was omgezet in een publiek gebeuren.

Niet alleen het DSM RunningTeam was nagenoeg voltallig aanwezig maar via Internet waren ook nog “wilde” marathonlopers op dit evenement afgekomen. O.a. uit Antwerpen, Rotterdam en de Achterhoek hadden fanaten zich gemeld voor deze unieke éénmalige loop. Zodoende was de, in mijn onschuld gedachte, etappe begeleiding van een paar DSM RunningTeam leden een misvatting. Jo, Ruud, Edwin, Jos en Rob gingen met mij voor de hele. Waarbij Rob nog was aangewezen als mijn speciale begeleider. Hoezo wat anoniem schoffelen, ik moest en zou in de openbaarheid presteren. Gelukkig heb ik dat alles niet vooraf geweten. De immense druk om te presteren zou dan wellicht te groot zijn geworden. Toch ben ik uit zelfbescherming voor sommigen zelfs opvallend stil en beduusd begonnen. Niet denken aan de tijd, tempo weten te vinden en niet teveel adem verliezen met praten. Omdat de groep of onder tempo liep of maar gedeeltelijk meeliep bleef het rond mij heen zeker niet stil.

De kwetterende groep genoot onderweg dan ook veel belangstelling en als die er niet spontaan kwam dan werd door Opa Rob en/of Herbert wel een goed gesprek aangezet. De omstandigheden waren werkelijk perfect. Een schitterend winterparcours, een door klimmen en dalen afwisselende spierbelasting, niet te koud en over het algemeen weinig wind waren droomomstandigheden. De weg kan ik intussen ook dromen maar ik krijg nooit genoeg van het Limburgse landschap.

De 1e klim van de Brakke Berg na de Hennie Kuiper Allée was zoals normaal gewend kort maar hevig. Het voordeel is dat je dan gelijk van 65 m op 120 m zit. Tot aan even na Margraten glooit het dan naar uiteindelijk 170 m. In Margraten hebben we achteraf gezien de lus toch goed genomen (helaas geen compensatie). Na Margraten glooit het tot in Sibbe en komt al snel de afdaling naar Valkenburg tot 55 m. Intussen week Opa Rob al genietend van het Limburgse landschap niet van mijn zijde en verkorte de toch al niet saaie weg met zijn vele verhalen. Maar wie 196 marathons (exclusief die in de triatlons) er op heeft zitten kan onwaarschijnlijk veel verhalen. Toen wij Valkenburg verlieten voor de klim naar Groot Haasdal waren we op de helft en volgens Jo op schema. Bij de brouwerij de Leeuw hadden intussen Jean, Jos V., Herbert en Piet een afstekertje van 2 h. 20 min. genomen maar had Martin ter compensatie gewisseld met zijn broer.

Een deel van de invités was intussen verder getrokken maar bleek achteraf op de automatische piloot het Nieuw Parcours afgelopen te zijn.De klim naar Groot Haasdal is de 2e uitdaging omdat deze uiteindelijk 4 km doortrekt naar 130 m. Daarna glooit het weer tot Genzon, de voorpost van Ulestraten.

De Trichterweg naar Genzon zou de 3e uitdaging zijn geweest bij een straffe wind. Maar een mens lijdt het meest van het lijden dat hij vreest en met zoveel ruggen zou dat ook geen probleem geworden mogen zijn. Wel viel op dat iedereen tot zelfs zijn zoon toe achter de brede rug van Opa Rob ging zitten.

In Genzon demarreerde tot ieders verbazing Paul. Een paar weken geleden had ik, toen ik hem naar huis liep, al gezegd dat hij een marathon aankon. Prompt had hij nu de dag en de moraal om dat te bewijzen. De Schoonbroodt genen zijn kennelijk niet voorbehouden aan Jo.

Na Genzon was het een makkie tot in Meerssen en daar wist ik dat minder dan 4 h.haalbaar was. De 4e uitdaging was echter nog het saaie rondje in Meerssen maar tot mijn schrik bleek, naar zeggen van Jo, professor Altzheimer het bestaan van een 2e rondje Meerssen bij mij te hebben uitgewist. Gelukkig beaamde Martin dat en hem geloof ik wel. Het onverwachte 2e rondje bracht mijn eindtijd binnen de 4 h. echter niet in gevaar.

Het laatste stuk had ik zoals gebruikelijk toch weer (teveel) over en tot ieders opluchting, inclusief mijzelf, werd het 3 h. 57 min. Aan de suggestie van Opa Rob om vlak voor de finsch uit te stappen en het morgen weer te proberen heb ik maar niet toegegeven. Aan het eind waren er bloemen van Leny en een onbekende gever/geefster waarbij ik sterk aan Oda en Peter denk. Geen inzinkingen, niet stuk en geen bijzondere pijnen en met de nazit in de Nachtegaal eind goed al goed.

Mijn dank aan iedereen die deze loop tot iets onvergetelijks heeft gemaakt. In het bijzonder noem ik echter Jo en Leny vanwege de conspiratie en organisatie. Anja, Karel en Martin & Broeders voor het rijden, Oda en Brechtje voor het huisvesten van de Delftse DSM Clan, Anne voor haar komst bij de finisch, Thea, de vrouw van Hub R. voor het hele stuk dapper meefietsten en Mark en Janine voor hun telefonische aanmoediging tijdens de laatste kilometer.

21/12/02

Het DSM Runningteam bestaat uit lange afstandslopers. Hoe bestaat het dan dat dit team de zaterdagtraining overslaat vanwege een loopje van 14,7 km rond het heuvellanddorp Mesch. Een en ander betekende dat ik eenzaam en alleen de marathontraining mocht afsluiten met een voortschrijdend weekgemiddelde van 8 h. 37 min. Het kostte deze week moeite om tussen een retourtje Emmen - Sittard nog de motivatie op te brengen om in de noordelijke poolkou de laatste kilometertjes te lopen. Hoewel lopen, het was meer schaatsen want het was hier en daar meer een ijsbaan dan een weg.

Intussen lijkt het team in winterslaap zijn gegaan. Althans, het weekendnieuws roept geen reacties meer op ondanks mijn toch wat prikkelende opmerkingen. Maar goed, laat ik mij concentreren op het volgend weekend want dan is het zover. Ik ben er op de gebruikelijke wijze klaar voor. Elke dag voel ik een griepje opkomen, mijn linker knie geeft post meniscus pijnen, de rechterbilspier veroorzaakt het manke pootje syndroom en in mijn rechter kuit trilt een spier. De route kon ik al dromen maar toch is deze in de afgelopen weken stukje bij beetje gelopen. De klim naar Klein Haasdal na 30 km, de windrichting op het plateau bij Schimmert en de extra ronde in Meerssen blijven echter slapeloze nachten leveren. Met de uitdaging van Jo c.s. heb ik geen problemen. Midwinterdoelstellingen zijn onzin. De onzekere factoren zijn naast natuurlijk het weer de snellere verstijving van de spieren Het juiste tempo vinden en houden is dan nog een groter probleem dan anders.

Gewoon langzaam beginnen, niet laten meeslepen door de goedbedoelde aanmoedigingen, niet laten afleiden door het gepraat, heel blijven en bovenal doorharken na de 30 à 35 km zijn de kritische succes factoren. Vooral in het laatste stuk moet je geen enkele afleiding dulden en vooral met jezelf bezig zijn. Wat blijft is de zelfreflectie. Waarom heb ik in hemelsnaam het team uitgedaagd met mijn opwelling. Eigenlijk was het gewoon een beetje lawaai trappen bij de zaterdagtraining. Nu is het "wie A zegt moet ook B zeggen", al heb ik dit gezegde nooit begrepen. Tenslotte loop ik volgens Edwin zaterdag a.s. alleen maar zinloos van A naar A.

14/12/02

De zaterdagtraining had voor wat betreft de inzet en het tempo aanvankelijk wat te lijden onder het post-adventloop syndroom. Het geklets was met de terugkeer van Herbert weer op niveau. Volgens zijn doordringende uitleg was de oorzaak van het syndroom dat wij nog met het verteringsproces van woensdag bezig waren. Zelf denk ik dat het eerder de drank was.

Maar de combinatie drank en vrouwen bleek in tegenstelling tot het gezegde een opleving bij de training te betekenen. Bij het doorsloffen van Cadier en Keer werden wij namelijk rap voorbij gelopen door een jonge, blonde, volslanke dame. Gelukkig voor het mannelijk deel van de roedel kende Ger haar en liep zij zich genadig inhoudend met ons op. Dit deed het vuur in de pan slaan of beter gezegd Jo zijn hormonen begonnen te werken. Plots wilde hij wat tempotjes draaien en over animo onder de manschappen hoefde hij niet te klagen. Zelfs Hub wilde de vruchten van zijn baantraining plukken. Leny en Oda werden dus zonder omhaal achtergelaten en dat was ook maar goed ook. Ik hoorde namelijk woorden als macho’s, zij moeten zich bewijzen, haantjes en goed dat wij ze beter kennen.

Intussen geraakte wij verder en verder. Jo had iets tegen mij gezegd van het Savelbos en toen wist ik al dat het boven de 2 h. uit ging komen. Kortom, Jo gebruikte het team voor zijn xxxL training en ik begin te geloven dat hij 28 december a.s. met mij meeloopt. Intussen viel hij mij wel lastig met opmerkingen in de richting van de laatste grote trainingsweek en gezeur over een schema waarmee ik een tijd zou moeten neerzetten op de marathon

Toen Jo in de klim naar ’t Rooth nog als een bok het hoogste punt in het hellingbos wilde gaan innemen zijn Leny en ik maar rustig doorgelopen. Boven aan de berg in de bergstraat van Berg hebben wij onze wegen laten scheiden en ben ik voor een extra lusje verder gegaan. Niet dat het allemaal zo soepel ging. Gedurige bezigheden in Sittard en Emmen, bestuursbezigheden in de Mijnstreek, de Adventloop, 1500 km rijden en een afscheid de avond tevoren tot 2.00 h. waren niet de ideale voorbereiding voor een xxxL loopje.

Het ging echter naar mate de zon hoger kwam steeds beter en via de voorsteden van Maastricht bereikte ik nog in goeden doen Meerssen. Daar heb ik na 3 h. lopen voor de basiliek nog even het start en finish wende voor de marathon geoefend. Na 3 h. 07 min. kwam ik lichtelijk verkleumd maar nog redelijk fit bij de Nachtegaal terug. De airco op high in de auto en later een lekker warm bad maakte weer een mens van mij.

Gezegd kan worden dat de marathon er rationeel bekeken wel in zit. Emotioneel lijd ik echter onder de druk die het team onder de bezielende leiding van Jo op mij uit tracht te oefenen. Het is een toenemende loden last op mijn reeds wat gebogen schouders. Hopelijk bezwijk ik daar niet onder. In mijn kinderlijke onschuld had ik nog wel gedacht de marathon rustig op een passende zaterdag in alle anonimiteit af te leggen met buitenkranen als verzorging. Nu zie ik de gespannen blikken van de team en dat maakt mij van de weeromstuit ook gespannen. ’s Nachts hoor ik in mijn dromen Herbert zelfs roepen “doorlopen Blok, je bent toch niet van de patat generatie”, terwijl Jo staat te klokken en Edwin mij spottend al “ja, ja” roepend toelacht.

Zondag liep alles op rolletjes. Goed uitgeslapen, niet stijf en ietsjes warmer waren de vertrekpunten. Ondanks of dankzij het ontbreken van de inspiratie van het team liep het prima. Voor dat ik het wist tikte 2 h. 30 min. onder de zolen door en bij aankomst zag ik dus het wit van de polstering in plaats van het zwart van mijn zolen onder mijn schoenen. Het dilemma wordt nu wel of niet op nieuwe schoenen lopen.

Een weekend van 5 h. 37 min. was meer dan ik heb gedacht. Het komt echter deze week goed uit. Dinsdag nog een dik uur trainen en de 9 h. voortschrijdend zit er op.

NB

Nog even voor de goede orde! Niet doemdenken want Bertlich en Rotterdam zijn zeker niet uit beeld. Gun mij even tijd om de zaken organisatorisch gaar te stomen.

7/12/02

In het hart van Holland bij De Hollandse Leeuw. Dit karakteriseert de Oude Leede Loop ten volle. Jos B. heeft deze loop 10 jaar geleden voor Opa Rob in het leven geroepen met het doel zijn trainingsrondje van 25 km in de polderlanddriehoek Delft - Zoetermeer - Rotterdam Overschie wat meer uitstraling te geven. Als je dus 's morgens om 8.00 h. in het pikkendonker, met zo’n 50 man/vrouw, in een snerpend koude oostenwind, bij even boven nul, voor de kantine van de voetbalclub “De Hollandse Leeuw” aan de start staat dan is dat dus goed gelukt.

Het professionele geheel van inschrijving, nummers, omkleden, start, tijdswaarneming, routebegeleiding, finish, douchen en nazorg was uiteraard een complete “Brouwer Family Affair”. Dit sterkte zich ook nog uit naar de winnaar want driemaal raden wie….. , juist de organisator Jos B.in eigen persoon.

Hoe komt iemand die al loopt in Heerlense Heuvelen en in de Drentse Turf zo gek dat hij via een paar uur rijden nog eens aan dit Hollandse avontuur begint. Het antwoord is drieledig:

  1. De morele verplichting aan Jos B. wegens het missen van Monster.

  2. Een vleugje eerzucht om in Jo’s Manipulatie Klassement nog wat te verbeteren.

  3. Het kinderlijke verlangen naar het polderland van mijn jeugd.

Dat laatste viel zowel mee en als tegen. Tegen viel dat de verspreide in het groene lommer gelegen boerderijen, omzoomt door hun met koeien gestoffeerde grasweiden, deels opgegaan bleken te zijn in nieuwbouwwijken en recreatiegebieden, terwijl de eindeloze verte van de Hollandse luchten boven het vlakke land vervangen was door verticale horizondragers in de vorm van hoogbouw. Meeviel dat hierdoor de venijnig doorblazende straffe oostenwind hier en daar wat getemperd werd.

De route had mij vooraf zorgen gebaard vanwege het feit dat Opa Rob hem zelf had uitgezet. Niet dat ik hem niet vertrouw maar hij heeft ontegenzeggelijk problemen met linksom of rechtsom lopen. Mijn twijfel aan Opa Rob was echter onterecht. Ongeveer half Delftland had hij in de juiste richting met de F van Felix vol geverfd, de naam van de trimgroep achter de aldaar beruchte Brouwer Clan.

Leny had zich met mij in dit laagveen avontuur gestort en als ruil voor haar back up is zij maar achter mijn rug uit de wind gaan lopen. Leo Romberg had natuurlijk ook haar doel kunnen zijn maar die is intussen 18 kg afgetraind en als Jos B. hem niet had voorgesteld dan hadden wij hem niet herkend. Min 18 kg betekend een schim en daar kan je dus niet bij uit de wind te gaan lopen.

Sloten, plassen en boezems (verzamelkanalen naar de molens), smalle weggetjes en leuke dorpjes waren ons deel. Het was wel oppassen geblazen want het gezegde “hij loopt niet in zeven sloten tegelijk “ gaat in het waterland bij zijwind en door het op sommige stukken langsstormend zaterdagverkeer niet op.

De loop is genoemd naar de buurtschap Oude Leede. Een naam die wijst op een verhoging in het landschap door het in de tijd relatief omhoog gekomen beekklei vanwege het wegzakkende omringend laagveen. Veel verhoging hebben wij behalve door wat bruggen en duikers (verzonken watergangen) niet gezien. Wel zagen we daar de verzorging met warme thee staan in de persoon van de véél jeugdiger wederhelft van Opa Rob.

Dit was ook ongeveer het keerpunt want aan het motorronken van Vliegveld Zestienhoven af te meten waren we al bijna in Rotterdam Overschie. Daarna was het langs de A13 schuin oploeven tegen de oostenwind naar Delft. Opa Rob had het al beloofd. Na Ikea zat ook het hertenkamp tegen het einde rechtsdraaiend in de route.

Na 2 h. 23 min. waren wij goed warmgelopen binnen. De douches waren aangenaam maar helaas was de verwarming in de kantine uitgevallen. De erwtensoep na afloop vergoede dat ruimschoots want die kwam zeker niet uit blik, gelet op de lepel die in deze breipot rechtop bleef in staan.

Voor de zaterdagtraining was de 25 km wat kort en die trend heb ik zondag doorgetrokken. Bij koud weer inkorten is de raad die ik ooit van Gène Jansen heb aangenomen. Dat inkorten betekende op de krent achter de PC om onder andere verslag te doen van deze loop.

Het is een absolute aanrader!

30/11/02

Na in de afgelopen week het voortschrijdende weekgemiddeld op 8 h. 42 min. te hebben gebracht liep de zaterdagtraining niet op rolletjes. Of dat nu kwam door overtraining of het feit dat ik twee verschillende, maar gelukkig wel links en rechtse, schoenen aan had getrokken weet ik niet. Gelukkig viel het niet op tussen de moegestreden matadoren Pete B. en Oda (je hebt schrijftalent; meer doen). Verder liepen de andere maar wat te relaxen dus kon ik het bijbenen en intussen bijgepraat worden over Karel en andere afwezigen.

Het meest opvallende nieuws was dat Hub in zijn 3e jeugd de baan was opgegaan en nu met de pupillen van Mark trainde. De jeugd heeft de toekomst moet hij gedacht hebben dus zien we hem voortaan denkelijk bij de jeugdlopen starten. In het voorjaar meende hij nog dat hij hartklachten had maar het zullen wel groeistuipjes geweest zijn. Verder wierp de terugkomst van Herbert met Anne een schaduw aan verwacht verbaal geweld vooruit. Mijn planning om volgende week in Schipluiden bij Jos de Oude Leede Loop te gaan lopen was vooruitziend. Een weekje extra rust voor de oren is nooit weg.

Intussen tikte de looptijd weg en na 1 h. 40 min. bracht de het team Edwin, die al eerder een rondje had gemaakt, en zichzelf weer terug.

Edwin zag er overigens schattig uit in zijn beeldig ensemble van een witgespatte verf annex trainingsbroek met een mooi afkledend zwart DSM trainingsjasje met een marine blue logo erop.

Hij leek wel een look alike van zichzelf toen hij 3 jaar geleden debuteerde. Lopen kan die wel maar verven gaat hem aan de spatten te zien kennelijk nog steeds moeilijk af.

Na het team was het tijd om Jo thuis te brengen vanaf het start/finish punt. Ik was nieuwsgierig hoeveel extra hij nu in het geheim loopt. Wel dat is 1 h. 06 min. per zaterdagtraining. Tel uit je trainingsachterstand team! Nadat ik Jo tot het waterig zonnige Maastricht had gebracht heb ik vanaf Annadal nog een lusje gemaakt. Het was zoals jullie al uit ervaring weten iets groter dan voorzien. Na 3 h. 20 min. stond ik dus weer fluitend van ademgebrek bij de Nachtegaal. Onderweg tijdens mijn extra lusje heb ik nog wat verder gepiekerd over Opa Rob zijn ondervindingen. Edwin had mij terecht (na het ongetwijfeld eerst raadplegen van een encyclopedie) gecorrigeerd in de benaming van het Corioli’s of Coriolis effect (zie toevoeging onderaan het nieuws). Aangezien ik al geleerd was voordat hij nog was geboren en bij definitie ook nog slecht ben in namen zij mij dat vergeven. Wel merk ik op dat mathematiek en muziek dikwijls hand in hand gaan zodat de verwisseling Corioli met Correlli niet zo vreemd is in de spontaniteit van het schrijven.

Voor de liefhebbers van smeuïge details is nog vermeldenswaard dat Edwin en ik beiden vioolspelers zijn. Maar ook op dat gebied zijn wij in discussie. Hij speelt de violin (de hoogtonige sopraanviool die zich schreeuwend aan de toehoorder opdringt en de eerste viool speelt) en ik de viola (de sonore altviool die door de Italianen alleszeggend de viola d’amore wordt genoemd).

Maar het ging dus over Opa Rob zoals ik al vermelde. Deze heeft overigens zelf al een hint voor een aanvullende beschouwing gegeven als hij zegt niet zo dom te zijn geweest om aan de buitenkant te zijn gaan lopen. Naast het Corioli’s Effect speelt namelijk ook nog een lichamelijke handicap van Opa Rob zelf nog een rol. Zoals bekend, is bij rechtshandige het rechter been aanzienlijk sterker dan het linker en bij linkshandige is dat natuurlijk omgekeerd. Bij rechtse bochten is het rechterbeen als standbeen van het tegen de middelpuntvliedende kracht overhellende lichaam het meest belast en kan zodoende zijn sterkte tonen. Dus lopen rechtshandige rechtse bochten sneller dan linkse bochten. Het feit dat bij het schaatsen toch de linkerbocht voor rechtshandige lekkerder loopt is hiervoor nog een aanvullend bewijs. Daar moet namelijk het strekkende rechterbeen in de linkerbocht de kracht tegen de middelpuntvliedende kracht leveren terwijl het linkerbeen de balans verzorgd .

Coriolis effect may be observed in a centrifuge model when the movement of the mass is in the plane of rotation i.e. vertical plane of the movement is parallel to the plane of rotation.

Coriolis acceleration can be assessed by the following procedure.

The coriolis acceleration (ac) is related to centrifuge angular velocity (w) and velocity of moving mass (v) as:

ac= 2wv

The inertial acceleration, a, of the model having velocity v in centrifuge flight is:

a = w2Re= wv

It is assumed that for low velocity of moving mass, coriolis effect become negligible if ac/a <10 %.

This implies v < 0.05 V.

For high velocity such as in dynamic events, v > 2 V

Range of velocity which will not lead to significant effect of Coriolis is given by:

0.05 V > v > 2 V

De Italiaanse violist en componist Arcangelo Corelli (1653-1713) werd geboren in Fusignano bij Ravenna. Reeds op jonge leeftijd kreeg hij muziekles. Op dertienjarige leeftijd vertrok hij naar Bologna om viool te studeren. Hij was onder meer leerling van Benvenuti.

Vier jaar later werd hij lid van de Accademia Filarmonica en maakte reizen door Frankrijk en Duitsland. Arcangelo Corelli was een groot virtuoos op de viool en had veel succes tijdens deze trip. Op zijn dertigste vestigde hij zich in Rome. Kardinaal Pietro Ottobandi werd zijn beschermheer.

Arcangelo Corelli schreef kerksonates, kamersonates en concerti grossi. Hij schreef uitsluitend instrumentaal werk. Hij legde de basis voor de verdere ontwikkeling van de viooltechniek. Corelli was een van de grootste componisten van de barok. Het gamma aan stemmingen in zijn muziek is beduidend rijker dan bij zijn tijdgenoten.

Zondag, de eerste dag van de laatste maand van 2002, was het met 8º C niet echt koud maar onder een flauw zonnetje blies de wind op het plateau van Ubachsberg gemeen uit het zuidoosten. Toch liep het niet slecht, afgezien van zondagse autowandelaars met stuurproblemen.

Niet slecht betekent dat het wel een beetje piepte en kraakte in de spieren en pezen. Het resultaat is dan een tutti fruti aan pijntjes. Wat trekken van de hamstring rechts, gezeur in de linker knie, pijn in de rechter bilspier, links een gevoelige achillespees en rechts lokale pijn in de voetpees. Ergo in vorm maar, ik hoor het Karel al brommen, op de rand van blessures.

Ik kwam al met al met 2 h. 20 min. op het weekendtotaal op 5 h. 40 min. Zonder tegenslagen zit dus op 28 december a.s. de marathon er wel in. Jo loopt natuurlijk al op zijn vertrouwde manier te steuken (Z. Ned. voor stoken/opstoken) met de vraag wat voor tijd ik wil gaan zetten. Wel ik zet niks want, afgezien de vorm van de dag, kan het weer van alles zijn. Weihnachttauwetter met regen en wind uit het zuidwesten, Noordwestenwind met sleet (Fries voor natte sneeuw) of Oostenwind met vorst dat het kraakt. Zit het mee dan zit het mee; zit het tegen dan zit ik er niet mee.

24/11/02

De toon werd zaterdag direct na de start door Raymond gezet met de woorden: “Die zullen ook wel denken, wat moet zo’n oude vent in het bos”. “Die” waren een span bijtgrage hondjes met aangelijnde wandelaars en “Zo’n oude vent” was ik.

Even wilde ik mijn loopschoenen aan de wilgen hangen maar ik bedacht tijdig dat ik gerekend naar (Gewicht * snelheid * tijd) beslist nog jonger was dan Raymond. Ergo, ik hou mijn loopschoenen aan en Raymond kan de boom in.

Met het ontbreken van Jo zat er weinig vaart in. Ger kwam voorzichtig zijn knie testen met het doel hem morgen mogelijk in te zetten in de ½ marathon van Margraten. Frans liep zonder Karel verweesd rond, Martin kwam inlopen voor de genoemde marathon, Leny kwam zoals gewoonlijk voor haar plezier en ik kwam voor een rondje van 3 h.

Toen wij langs de paarse lijn stroomafwaarts langs de Geul de voorsteden van Maastricht bereikten meenden we tegen de laagstaande zon in de schaduw van Jo te ontwaren. Niet zo vreemd want een dag rust gun je die jongen niet en rusten voor een wedstrijd konden we van hem ook al niet voorstellen. Helaas liepen we niet sneller dan de schaduw en bleven dus onzeker.

Bij gasthuis was het gedaan en moest ik alleen verder. Zelfs Frans was na lang aandringen niet te vermurwen, ook niet na mijn aanbod om hem in afwezigheid van Karel te coachen. Heerlijk in het zonnetje ben ik dus met wat minieme afwijkingen de blauw lijn van de Tegendraadse Silvester Mergelland Marathon Oud Parcours gaan lopen tot Broekhem. Bij zoomen naar 200% worden de instap- en uitstappunten aan de hand van paarse streepjes zichtbaar. Tussen Broekhem en Geulhem heb ik nog even de voeten gekoeld in de sompen van de Sint Gerlachse moerassige beemden. Uiteindelijk kwam ik na 3 h. 05 min. weer ongeschonden aan. Dat moet er bij gezegd worden omdat het ondanks de zon hondenweer was. Bij de start was Frans de prooi maar vlak voor Valkenburg werd ik gejaagd. Aan de twintig jaar loopervaring heb ik echter de “zijwaartse uppercut voetkick” over gehouden. Deze treft de hond net onder zijn kinnebak en dat is janken geblazen. Ach lieverd hoorde ik nog achter mij maar dat was vermoedelijk niet voor mij bedoeld.

Zondag stond tenminste 2 h. op het programma en dat liep gesmeerd in het mooie weer. Wel lastig met die autowandelaars in het heuvelland. Door de lage zon jagen ze je in den blinde en dat vraagt dan weer ervaring in de “zijwaartse berm jump”. Het werd met 2 h. 15 min. een lekker loopje. In twee dagen Spa-Olme dat geeft de burger moed voor de marathon en maakt hem nederig t.o.v. Peter B. en Oda die dat dit weekend op één dag deden.

Rest mij nog de gedachte aan Karel. Frans was niet optimistisch over zijn gestel maar nu Karel een eigen mailadres heeft moet hij eens in de pen klimmen.

16/11/02

De genen van de Schoonbroodts verloochenen zich niet. Dat realiseerde ik mij toen bleek dat Paul, evenals Jo ook van huis naar de training v.v. huppelde bij wijze van een stilgehouden xxxL loop. De training zelf was wat mager bezocht. De geruchten gingen dat:

  • De Maaskanters o.l.v. Ger de messen aan het slijpen waren in een trainingskamp voor de 5 km business van zondag in Kerkrade.

  • Karel en Frans een oefensessie hadden voor het veilig vlaggen aldaar.

  • Oda en Peter al onderweg naar Kerkrade waren om ondanks de korte afstand toch nog aan de kilometers te komen.

In de aanwezigen zat zaterdag de snee wat wisselend. Edwin was net komen invliegen uit de US en bewoog als of het 2 uur ‘s nachts was. Zo te zien is hij een rustige slaper. Jo had een weekje in Utrecht randstadstedeling gespeeld en dacht dat hij op vakantie was. Aan zijn gebronsde uiterlijk te zien had hij duchtig in een UV doodskist getraind i.p.v. langs de door mij aangeprezen grachtengordel. Het verbaasde mij nog dat hij zijn gele singlet niet aan had waarmee hij zomers zijn bruine kleur zo graag laat uitkomen.

Gelukkig waren de 60 plusjes Leny, Hub en ik in goede vorm zodat het nog wat opschoot. Maar jullie raden het al. Na een dik uur werd al richting punt van vertrek gedreuteld en moest ik mij i.v.m. met de training voor de “Tegendraadse Mergelland Silvester Marathon Oude Route “ weer afscheiden. Tenslotte wil ik mijn 60e marathon lopen in het jaar van 60 worden. Dit om mijn 1e marathon op mijn 42,195e jaar te gedenken.

De Schoonbroodtjes kwamen mij echter te hulp. Eerst mocht ik Jo in Heer afleveren en daarna Paul in Bunde. Helaas was dat niet voldoende en heb ik mij uitgeleefd door via het vliegveld de Bieseberg op te lopen en nog even de Raarberg mee te pakken. Het resultaat was met 2 h. 35 min. toch wat mager maar mijn gevoelige knie (valpartij in Emmen, windbelasting in Etten-Leur) en de wedstrijd in Kerkrade temperde het jeugdige enthousiasme wat.

Zondag was andere koek. Het Öchenerplat van Kerkrade (Dialect van de streek rond Aken) vereist een degelijke voorbereiding want als je geen “Herr Jot is joet” kan zeggen kom je er niet in. Verder was het voor mij geheel nieuw want ik ben nog nooit op de 5 km gestart en dat is ook onverstandig voor een marathon diesel. Gelukkig had ik wat ingelopen want anders was ik nog niet op gang geweest als de wedstrijd al ten einde was. Daardoor liep het wel aardig en bleef ik net onder de 23 min. Net toen ik daarover naar huis wilde schrijven kwam de herinnering aan mijn beste marathons boven. Eens liep ik tot 30 km rond 22,5 min.de 5 km.

De 10 km heb ik Leny gehaast of beter gezegd de 1e km getemperd en de verdere 9 km getemporeerd. Deze eindigde in een redelijk vlak gelopen 54 min. 47 sec. In haar klasse is dit klasse en prijzenswaardig als er dames V3 gelopen wordt. Na 6 rondjes van 2,5 km heb ik Kerkrade voorlopig wel weer gezien. De wedstrijd was echter goed georganiseerd, de Kerkradenaren zijn aardig al versta je ze niet, de vla na afloop was lekker en het DSM gezelschap aangenaam. Zo troffen wij na meer dan 10 jaar Frank Vodeb weer die ooit in het vóór Jo-tijdperk met 2 h. 02 min. de op drie na snelste DSM-er was. Hij was wat ouder, dikker en voorzien van veel minder haar en kon helaas vanwege een toenmalige blessure nog steeds niet lopen.

10/11/02

Monster moeten missen was een gemis en een misser voor Jos B., onze motor in het verre westen. De troost was dat deze motor er weer een absolute topper voor het team heeft uitgedraaid. Ik kon hem zaterdagavond niet “live” bedanken. Dus het zij hier geschreven: Jos B. bedankt!!!.

Een, overigens aangename, verplichting in Emmen noopte mij tot een zaterdag retourtje Heerlen - Emmen. De mooie zaterdagmorgen bood echter nog uitzicht op een voorlopende xxxL training van rond de 3 h. Toen ik al goed gemotiveerd gepakt en gezakt bij de deur stond realiseerde ik mij plots dat ik een zelfde afstand met gratis verzorging ook ’s zondags in Battice zou kunnen lopen. Na 7 keer staat sinds 1998 Monster immers gewoonte getrouw op de kalender en een dubbel paste nooit in mijn tijdschema.

Mijn bed vond ik om ongeveer vier uur zondagmorgen en met nog geen vijf uur slaap stond ik in mentale zin onvoorbereid, onder de naam Wilma Otten aan de start, in het beloofde land van Mark. Peter B., Oda, Leny (in post Monster rust) en Jo vertegenwoordigde daar het team. Dit lijkt een klein gezelschap maar Jo had zoals gebruikelijk ongeveer heel lopend Maastricht uitgenodigd om hem te hazen.

De rust van Leny was overigens op haar palmarès want in de wereldranglijst besten aller tijden van Battice prijkt zij als enig teamlid in de top tien! Het was droog, fris en windstil weer en dat verleidde vele lopers tot korte broeken en zelfs singlets. Battice is echter niet te onderschatten want het einde was, zoals gebruikelijk, natkoud door de wind en regen. Tot de helft is Battice een “makkie”. Het venijn zit in de staart van de laatste 12 kilometers. Regen, wind tegen, steeds stijgend en toenemende vermoeidheid sloopten het deelnemersveld drastisch. Het verhaal wordt misschien eentonig maar door de vele lange duur liep het zelfs na een weekje van 8 h. 35 min. als een trein.


Als niks moet gaat alles goed en dat was ook zo zoals de grafiek laat zien. Waarschijnlijk door de slaap gingen de kilometers in de woeste schoonheid van het land van Herve als een droom aan mij voorbij. Klimmen in het goede tempo en dalen op z’n “Wagemans” bepaalde het gezicht. Na de eindsprint de laatste 500 m bergop stond dat gezicht echter niet bepaald uitgerust meer. Jo kan tevreden zijn; ik had zoals jullie zien alles gegeven.

Om mij heen werd het na 21 km een afval/inhaalrace. Dat ik echter na 30 km de post Monster actieve Oda onder begeleiding van Peter B. inhaalde was echter geen verdienste van mij maar slechts een aangename door Oda geënsceneerde ontmoeting. Zij had dat namelijk bij de start al lachend voorspeld maar liet het aan mij over om dit waar te maken.


Het naspel van Battice was zoals dat nog in mijn geheugen stond. Gratis 4 sneden Belgisch bruin brood, twee stukken stinkkaas du beau pré d’Herve, sirope des pommes d’Aubel en een Ardenner gehaktbal, dat is genieten voor een Hollander. Dat ik het geheel moest afmaken met een zelf betaalde hemels abdijbier Tripple van Val Dieu bedierf de pret niet. Mon Dieu, wat viel die Val goed, ik zag een dubbel van het volgend jaar al dubbel.

01/11/02

27/10/02

De voorbereiding was perfect als je het afmeet aan het aantal toiletgangen voor de start. Een weekje goed gerust, een vlotte reis ondanks de storm, bij stom toeval vlak bij de start parkeren en wat kan er dan nog mis gaan. Het antwoord is de wind dat waaierig wolken kind met een kracht 10 – 11 Beaufort.

Het liep goed ondanks dat afwisselend je benen onder je kont wegwaaiden, je plots stil stond bij de wind op kop, je de berm in werd geblazen, je door afgewaaide takken moest waadden, je het niet bij kon benen bij achterlijke wind (= wind achter), je werd gezandstraald, je boomblaadjes water moest drinken en je bij zijwind met de armen wijd moest lopen om balans te houden. Kortom, ballet op loopschoenen. Dat het goed liep mag blijken uit de grafiek als je bedenkt dat het van buiten de bebouwde kom tot ca 15 km beuken was. Het mag ook blijken uit het feit dat ik niet in een groepje heb gelopen. Niet uit sportieve overwegingen maar domweg omdat het dan meer op tegen elkaar aan kegelen dan op lopen ging lijken.

Etten – Leur is tegenwoordig helaas 2 ronden. Dat helaas heeft een dubbele betekenis want was de loop enkel geweest dan had ik geen record gelopen op de marathon. Het werd, zie toe en schouw aan, 1h. 54 min. met nog een medaille toe. De dubbele betekenis was dat de Politie de wedstrijd stopte op de helft. Het werd te gevaarlijk en als goed DSM medewerker ga je dan niet door. Dus daar sta je dan met je medaille voor iets wat je wel verdiend hebt maar niet gedaan hebt. Toch heeft deze kater geen kater, er komt altijd weer een nieuwe marathon. Het moet wel dit jaar zijn want anders krijg ik de vijf niet vol en ik wil na Opa Rob een goede 2e worden. Overigens, ik was 3e bij de mannen 60+!

19/10/02

Er valt niet veel te melden anders dan mijn gedachte bij Jos B. in Amsterdam waren. Leny aan een ver strand vertoefde met iets met een h en eglise in de naam. Anne kennelijk weer op de been raakt. Karel in de lappenmand zit en daar uit tracht te knokken.

Als een geluk bij dit alles toonde Piet zaterdag weer loopplezier en liep zich zelfs te bezinnen op het volgend jaar. Dat laatste geeft mij eindelijk de moed om nu een bijzondere finishfoto te laten zien die, aan de lichaamstaal te zien, getuigt van heftige doch gemengde gevoelens.

Zaterdag heb ik het tot veler verbazing kort gehouden met een loopje van 1 h. 17 min. Dit terwijl nu uitgerekend Jo eens 2 h. bij het team wenste te blijven. De terugkomende (Edwin) en de denkelijk gaande (ikke) hebben dat samen gered. In ieder geval had Edwin nog voldoende energie om de vliegactie te bespreken en dat Herbert daar zijn partij in meeblies zal niemand verbazen. Dit leidde tot het volgende concept dat ter commentaar bij de bevruchters ligt. Wellicht dat dit concept als resultaat van een initiatief van Oda de rest van het team doet ontwaken uit de herfstdromen.

Waarde Vliegactie Commissie,

Waarom zou een groep, team of club zo'n uitstapje willen maken? Voor ons als running team is dat duidelijk. Het is niet om gratis te schitteren in een aantrekkelijke loopwedstrijd ergens in Europa. Ons team vindt dat het Dagblad De Limburger het geld beter kan besteden aan mensen die niet zo goed kunnen lopen als wij.

Ons doel zou zijn om sporters die een loophandicap hebben tijdens de dagvliegtocht een werkelijke historische loop te laten meemaken. Niet als kijker maar samen en met onze hulp als actieve deelnemer. Om dat te doen moet natuurlijk vooraf getraind worden en dat moet dus ook samen gebeuren. Het wordt dus niet alleen een dagvliegtocht maar een heel trainingsprogramma met de vliegdagtocht als een hoogtepunt. Ons team wil verder de tocht niet gratis krijgen maar zal een overeenkomstig bedrag als de kosten van de vliegreis ten goede doen komen loopgehandicapte sporters.



Samengevat is ons plan:

• Met 20 lopers van het team en 20 loopgehandicapte rolstoelsporters naar Griekenland te gaan om daar samen en met onze hulp de historische tocht van Marathon naar Athene te lopen/wielen.

• Deze tocht voor te bereiden door samen te trainen

• Ons team sponsort een overeenkomstige bedrag als de kosten voor de vliegreis aan loopgehandicapten

Ons team beseft natuurlijk dat dit plan veel uitwerking vraagt maar dat is een uitdaging op zich die graag aangegaan wordt.

Nu blijft de vraag over wat voor running team gaat het. Ons team is het DSM Runningteam dat met trots de naam DSM draagt maar weet dat daardoor altijd wat misverstanden moeten worden voorkomen. Daarom het volgende:

• Het team is een eigen initiatief van een aantal marathonloper bij DSM.

• Het team loopt wedstrijden bij DSM vestigingen in België, Duitsland en Nederland.

• De teamleden worden betaald voor het werken bij DSM en niet voor het lopen met het DSM logo.

• DSM sponsort het team met kleding en een tegemoetkoming in de reiskosten naar de diverse DSM vestigingen.

• Het DSM Runningteam is een doorsnijding van laag tot hoog in functies, van jong tot oud in leeftijd, van mannen en vrouwen en van recreatielopers tot locale toppers.

Ons plan is verder een eigen initiatief van het team en gaat niet onder de vlag van DSM. Op voorhand weten wij dat DSM dit initiatief zeker zal waarderen.

Ons team hoopt dat ons plan zal aanspreken en wil een en ander als dat is gewenst graag toelichten,

Namens het DSM Runningteam

Simon Blok

Running Coach

Zondag heb ik het heel rustig banjerende nog tot 1 h. 23 min. gebracht maar dat was zo ongeveer de laatste trainingsstuiptrekking deze week. Misschien nog wat dribbelen maar meer ook niet.

12/10/02

Van vla en wilde eenjarige hengsten. Oda kondigde zaterdag onder het lopen vla aan. Waarschijnlijk omdat ik de oren al in de nek had, drong het niet tot mijn hersenen door dat zij jarig geweest was. Aan haar zien doe je dat overigens niet want ik heb Oda in de meer dan 10 jaar dat ik haar ken geen dag ouder zien worden. In ieder geval werd mijn geheugen opgefrist toen ik, terugkerend bij de auto, een heerlijk stuk vla gewaar werd. Gelukkig heb ik het mobiel goed bij haar kunnen maken. Zaterdag was voor mij de grote generale. Hoewel ik verdacht wordt een marathon slechts te lopen als een verzorgde loop ter vervanging van de wekelijkse lange duurtraining, is de waarheid dat ook ik mij moet voorbereiden. De afgelopen week was, door allerlei verwikkelingen, het lopen er deels bij ingeschoten, dus moest het zelfvertrouwen op peil worden gebracht met een 3 h. op de teller.

Het inlopen met Piet voorop is dan een kwelling. Mijn diesel heeft even tijd nodig maar de groep lijkt zaterdags wel uit wilde eenjarige hengsten te bestaan. De truc om de kudde gelijk maar een paar hellingen op te drijven werkte gelukkig probaat. Een paar keer de laatste ophalen ontwilderd snel. Na 1 h. 17 min. heb ik de kudde verlaten en heb mijn weg gezocht naar het casino om bij te tanken. Daarna langs de Geul tot Oud Valkenburg en via het Sint Jansbos naar IJzeren. Weer terug naar Valkenburg en via Sibbe en door het veld naar Terblijt en Berg. In het Vogeltjesbos heb ik tot slot nog wat hellinkjes genomen om aan de 3 h. te komen. Toen ik de vla vond met mijn auto ernaast was het uiteindelijk 3 h. 03 min. geworden zonder uitgeput te zijn geraakt. Dat ik mij daarna nog heb vermaakt met noten en kastanjes rapen, gras oogsten, druiven plukken en uitpersen, notenbrandewijn stoken volgens eigen geheim en nog wat geklungel met de foto’s van Hasselt mag daarvan het bewijs zijn. Van de groepsfoto heb ik twee versies gemaakt om de laatkomende DSM Gisters er in te krijgen.

Op het plateau van Margraten werd ik even van de veldweg geblazen door een verzameling squads. Stofwolken vermengt met het blauw van twee takt dampen noopte mij tot een vlucht in de suikerbieten. Leuk dat ze dat vonden en goed dat wapens hier niet vrij te koop zijn want ik had dat joelende tuig wel kunnen schieten. In het Vogeltjesbos sneuvelde ik nog bijna onder een paardenvolk jeep met aanhanger met paard. Stel je voor dat je moet lopen om je paard uit te laten.

Zondag kalmeerde de zondagsrust mij, althans tot het middaguur. Rond twee uur heb ik de loopschoenen maar weer aangetrokken om wat uit te lopen en dat liep goed. Jo is daarbij alweer mijn grote voorbeeld. Zo langzamerhand wordt mij duidelijk dat hij in het weekend vijf uur of meer loopt. Hij houdt dat geheim maar ik heb zo mijn contacten. Als hij naar de training komt (lopen) dan spreekt hij over niet meer dan 2 h., maar zelf loopt hij nog even zeker één uur heen en weer vanaf Maastricht. Zondags gaat hij nog even voor een lange duur van meer dan twee uur met zijn Zweitlanseurs en verder intervalt hij door de week lopend en fietsen tussen Maastricht Huis en Sabic Beek.

Het werd zondag 2 h. 25 min. netto, met nog een zak Sleedoorn om op mijn eigen pruimenbrandewijn te zetten. Wel eens een hardloper in een Sleedoorn ziet hangen, nou toeristen kijken daar raar van op. Trouwens die vrouw uit Drente die ik bij Ubachsberg over de laatste knip geholpen heb, deed dat ook. Het statement dat zij met gemak de Hondsrug op kwam (30 m) was al een beloning op zich.

Deze week nog even een paar verspreide uurtjes en Etten-Leur zit er in. Of het er uit komt weet ik niet want ik moet nog besluiten om te gaan.

5/10/02

In het beloofde land maar mijn knieën doen nog zeer van Hasselt. Niet van het lopen maar één van die mooie sierpaaltjes op de markt. In de mensenmassa zijn dat booby traps. Bij het “doen nog zeer” zou een opmerking over mijn loopvermogen van een van de jeugdige teamleden in de lijn van de verwachting liggen. Bij het over het hoofd zien van een paaltje verwacht ik natuurlijk iets dergelijks over mijn gezichtsvermogen.

Op mijn lopen had de ontmoeting met het paaltje geen uitwerking. Het mag vreemd lijken maar ik luister steeds meer naar Jo. Dus koos ik voor een snelle start vanuit het achterveld met daarin mijn leeftijdsgenoten Leny, Eugène, Rob en twee jeugdige en charmante dames van SC Genk, die ik in persoon nog op mijn netvlies heb staan maar waarvan ik alleen Nicole haar naam nog weet. Nog een jeugdige opmerking uit het team over mijn herinneringsvermogen!?

In ieder geval kwam Opa Rob na 4 kilometer tergend langzaam maar zeer verbaasd langszij met de opmerking “ik hier”. Op de meet was hij uiteindelijk 2 min. licht glimlachend van mij weggeschoven. Eugène deed hetzelfde gewoonte getrouw bij een drinkpost op 10 km en zette mij uiteindelijk op 1 min. Leuk die doortrainde VUTTERS tussen de werkende klasse. Een aparte VUT klasse zou op zijn plaats zijn.

Toch was ik niet ontevreden. Ik heb goed tempo kunnen lopen en zou met het verlies aan de start door de filevorming in het achterveld nog binnen de 1 h. 12 min. gelopen hebben. Maar ja, als, als als,…. De laatste kilometers over de kasseien brak het tempo wat maar de benen droegen mij toch vlot langs Jos V. en een aantal Genkianen. Kort en goed ik ben alweer een tevreden mens.

Na de sauna langs de weg, even voorbij de brandweer (adres bekend bij de Hooijkaasjes), was de avond in het beloofde land weer een droom. Gezellig, sfeer, lekker eten en een goeie dronk. Die goeie dronk is geen kwade geworden. Het feit dat wij op de terugweg in Maastricht i.p.v. Stein over de grens geraakte droeg daar aan bij.

Bert Witkamp heb ik maandag j.l. nog persoonlijk bedankt maar de meeste dank is voor Charly en Mark die de deelname maakten. Een Hasselts standbeeld voor hun beiden.

In Klazienaveen hoop ik de deelnemers van Genk nog meer afgetraind dan nu aan de start te zien, temidden van hun Emmense DEP collega’s.