MotorOil
In principe bestaan er twee types classificaties voor motoroliën dewelke verschillend maar ook aanvullend zijn om een bepaald produkt aan te duiden:
a) rangschikking volgens de viscositeit (vloeibaarheid)
b) rangschikking volgens de dienst (prestatieniveau)
De behoefte om een eenvoudig rangschikking systeem voor motoroliën op internationaal niveau, heeft de "Society of Automotive Engineers", kortweg SAE, ertoe gebracht een systeem op te bouwen dat zijn naam draagt.
Men onderscheidt twee categorieën, namelijk de ’zomeroliën’ aangeduid door de cijfers SAE 20, 30, 40 en de ’winteroliën’, aangeduid door SAE 0W, 5W, 10W, 15W, 20W et 25W.
Deze laatste hebben vooral betrekking op het vermogen om bevredigende resultaten te leveren bij koud starten.
Volgende tabel geeft een overzicht van de viscositeitgrenzen bij de beschouwde temperaturen.
Een zelfde smeermiddel kan een viscositeit hebben, gemeten bij 100°C, welke het klasseert in een van de vijf zomer SAE-graden van een viscositeit bij lage temperatuur, waardoor het beantwoordt aan één van de zes wintertypes.
In zulk geval duidt men de viscositeit klasse aan door twee cijfers en men zegt dat die olie een "Multigrade" olie is, bijvoorbeeld : SAE 15W40.
de viscositeit van een multigrade olie varieert veel minder in functie van de temperatuur, dan die van een monograde olie. Voldoende vloeibaar bij koude om een gemakkelijke start en onmiddellijke smering toe te laten, blijft zijn viscositeit bij warme motor hoog genoeg om een bestendige oliefilm te verzekeren.
De viscositeitsindex van multigrade oliën is altijd hoger dan 100.
De SAE rangschikking heeft enkel betrekking op de viscositeit, zij geeft geen uitsluitsel op het kwalitatieve niveau.
Om dit te verhelpen, hebben grote organisaties, zoals API (American Petroleum Institute) , het amerikaanse leger (MIL), grote fabrikanten (GM, FORD) en de automobielconstructeurs van de Europese Gemeenschap (CCMC) specificaties opgesteld, in functie van de prestaties, die men vereist van de motoroliën.
Iedere van deze specificaties is een verzameling van verschillende motor en laboratoriumtesten, die uitgekozen werden om de kwaliteit van de onderzochte smeermiddelen te toetsen.
De kwaliteiten, die tot op zekere hoogte worden beschouwd, zijn de volgende :
· Het detergentie niveau of de eigenschap, die de olie bezit om de bewegende delen zuiver te houden en meer bepaald de zuigerveren en in het algemeen alle organen, die op hoge temperatuur gesmeerd zijn.
· Het dispergerende vermogen of die eigenschap, welke de olie bezit om onzuiverheden in suspensie te houden, die na verloop van tijd bij een olieverversing worden afgevoerd.
· De oxydatie weerstand of de mogelijkheid om zeer hoge temperaturen te verdragen, zonder dat de olie degradeert.
· De slijtageweerstand, die rechtsreeks gekoppeld is aan de levensduur van de motor. Tegenwoordig wordt ook soms gebruik gemaakt van zogenaamde ’Friction Modifiers’, die onder bepaalde omstandigheden de wrijvingskarakteristieken wijzigen. Deze worden ook gebruikt in multifunctionele oliën en ATF’s.
· De antiroest eigenschappen, die de bescherming verzekeren van interne delen, zoals de lagerschalen.
Een norm wordt gedefinieerd door 3 elementen:
· De vereniging van Fabrikanten, die de modaliteiten en de nodige testen vastlegt om te voldoen aan een norm.
· Het type van norm.
Smeermiddel voor motoren: - Benzine
- Diesel (vrachtwagens)
- Diesel (personenwagens)
· Het prestatieniveau van de norm:
Dit niveau wordt vastgelegd door een cijfer of een letter. Hoe hoger deze aanwijzing, hoe doeltreffender de olie.
CCMC : naam van het organisme (Europese Constructeurs)
D : Dieselnorm voor vrachtwagens ( van de CCMC)
5 : niveau van de norm (van 1 tot 5 voor de CCMC D norm)
Een goedkeuring wordt bepaald zoals een norm, maar het is de VOERTUIGFABRIKANT, die de eisen vastlegt volgens zijn eigen behoeften.
De fabrikant levert een goedkeuringscertificaat af.
De goedkeuringen worden beschouwd als kwaliteitslabel voor de olie.
De bekendste fabrikanten, die specifieke goedkeuringen verlenen zijn voor de personenwagens: FORD, GENERAL MOTORS, VW-AUDI, MERCEDES-BENZ, BMW en PORSCHE.
Voor de vrachtwagens heeft men : MERCEDES-BENZ, MAN en VOLVO.
8.3.3 Organismen voor normen
8.3.3.1 API American Petroleum Institute
De eerste letter duidt het type norm aan
De tweede letter is een maat voor het prestatieniveau van het product, dewelke zal stijgen naargelang men vordert in het alfabet.
· Norme S (Service) : SA tot SJ : Benzine
· Norme C (Commercial) : CA tot CF : Diesel
A API BENZINE
B API DIESEL
8.3.3.2 CCMC : Comité des constructeurs du Marché Commun (Europese Normen)
· Norm G (Gasoline) : G1 à G5 : Benzine
· Norm PD (Passenger Diesel) : PD1 à PD2 : Diesel voor Personenwagens
· Norm D (Diesel) : D1 à D5 : Diesel voor Vrachtwagens
Deze normen werden vervangen door de ACEA Normen.
ACEA : Association des Constructeurs Européens d’Automobiles.
De letter of het cijfer, aangeduid na iedere norm, geeft het prestatieniveau van de olie weer. Dit verhoogt naarmate de evolutie van de motoren (Turbo, Meerkleppen, loodvrije Benzine,...)
C CCMC ZWARE DIESELMOTOREN
De ACEA Normen van 1999 voor motoroliën bestaan uit drie verschillende Klassen; één voor oliën bestemd voor benzine motoren, één voor oliën bestemd voor lichte diesels en één voor oliën bestemd voor zware diesel motoren.
Elk van deze klassen wordt nog een onderverdeeld in verschillende categorieën die op hun beurt het prestatie niveau van de olie weergeven - drie voor benzine motoren (A1, A2, A3); vier voor lichte diesel motoren (B1, B2, B3, B4) en vier voor de zware diesel motoren (E1, E2, E3, E4).
De algemene toepassingen die overeen komen met de verschillende normen worden hieronder beschreven, maar enkel ter informatie.
De specifieke toepassingen van elke norm worden bepaald door de constructeurs/fabrikanten voor hun eigen voertuigen of motoren.
Het jaartal achter de norm: V.b. ACEA B1-96 duidt aan wanneer de norm voor het laatst herzien werd.
A BENZINEMOTOREN
B LICHTE DIESEL MOTOREN
C ZWARE DIESEL MOTOREN