Het gaat me hier om het verstaan van de uitdrukking "opdat de eis der wet vervuld zou worden in ons". Deze moet natuurlijk in het geheel van het verband gelezen worden. Het gehele vers luidt:
Rom 8:3 Want wat de wet niet vermocht, omdat zij zwak was door het vlees; God heeft, door zijn eigen Zoon te zenden in een vlees, aan dat der zonde gelijk, en wel om de zonde, de zonde veroordeeld in het vlees, 4 opdat de eis der wet vervuld zou worden in ons, die niet naar het vlees wandelen, doch naar de Geest.
Dit is een zeer compacte zin, waarin vele aspecten van Gods heilsplan aan de orde komen.
De belangrijkste vragen zijn:
1. Wat wordt bedoeld met de eis (dikaioma) van de wet? Is dit ethisch of juridisch bedoeld?
2. Wordt deze plaatsvervangend door JC vervuld?
3. Gaat het om een eenmalige vervulling of een doorlopende vervulling?
4. Hoe is het vervullen van de eis der wet verbonden met het wandelen naar de Geest?
5. Wat is wandelen naar de Geest?
Bij complexe exegetische kwesties is er meestal geen consensus tussen de commentatoren. Daarom zal ik de uitleg ordenen onder de namen van de auteurs.
N. T. Wright - The New Interpreter's Bible (p.577-581)